Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2200 resultaten - Pagina 25 van 147

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[3] Wie na deze woorden de juiste weg naar de innerlijke, geestelijke voltooiing van zijn leven nog niet zou vinden en niet de sterke aandrang in zich zou krijgen nauwkeurig al zijn doen en laten daarnaar te richten, moet werkelijk óf helemaal geen mens zijn óf hij moet zich heel erg gewend hebben aan de domme, dode wereld, en zijn ziel moet helemaal diamanthard zijn geworden. Anders zou het toch absoluut niet denkbaar zijn dat een mens die deze les gehoord en begrepen heeft, ook niet zijn gehele leven daarnaar zou inrichten, daar hij .toch het daardoor te bereiken einddoel zo helder en duidelijk als de zon op het middaguur voor zich zou moeten zien! Daarmee wil ik mij er echter niet op voor laten staan dat ik al iets bereikt zou hebben; maar een diep in het levensbesef doordringend, en volkomen duidelijk inzicht in de zuivere waarheid van die les is toch ook al iets dat -tenminste voor mij -heel belangrijk en waardevol voor mijn leven is.
Hoofdstuk 84: Zorels goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[18] IK zeg: "Omdat Ik je ziel goed kende, heb Ik je in de geest ook geroepen, anders zou je niet hierheen zijn gekomen. Omdat je nu echter zo grondig veranderd bent, is verder ook reeds voor je gezorgd. Je zult voor Mij ook een goed werktuig zijn bij de Grieken aan de kusten van Klein-Azië en ook bij die in Europa. Daar zijn er heel veel die smachten naar het licht en het op geen enkele plaats kunnen vinden. Voorlopig word je echter in de huishouding van Cornelius opgenomen, die een broer van Cyrenius is. Daar zul je alles krijgen wat je nodig hebt. Ik zal je op het juiste moment meedelen wanneer de tijd gekomen is dat je erop uit moet trekken en de volkeren met Mijn naam bekend moet maken. Nu heb je echter alles wat je nodig hebt; wat je verder nog nodig zult.hebben zal de geest der waarheid je Ieren. Als je zult moeten spreken, zul je met hoeven na te denken, maar op dat moment zal het je in je hart en in je mond gelegd worden, en de volkeren zullen je horen en zullen Hem prijzen die jou zulke wijsheid en macht heeft gegeven."
Hoofdstuk 84: Zorels goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Door dit steeds versterkte zoeken wordt zij echter ook rijper en probeert zij alles te verzamelen wat zij als het ware toevallig voor de omhulling van haar substantiële zielelichaam vindt. Hier en daar is er ook iets te vinden, ook al is het nog zo schraal, om haar maag te vullen en om haar vaak brandende dors! te lessen. Want als het verlangen in een ziel eenmaal goed begint te groeien tengevolge van het innerlijke, steeds levendiger wordende levensvuur, dan komen er steeds meer dingen waarvoor in de ziel een behoefte ontwaakt."
Hoofdstuk 91: Verdere ontwikkeling van zielen in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Van de kant van een geest die, als het ware van een bepaalde afstand, aan zo'n zielleiding geeft, moet echter wel de grootste voorzichtigheid in acht genomen worden om de ziel op haar zoektocht alleen maar datgene te laten vinden, wat haar bij haar levensvoltooiing verder kan brengen.
Hoofdstuk 92: De leiding in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Pas na verloop van tijd kan de zielook een aan haar gelijke ziel vinden die vrijwel dezelfde zorgen heeft, waarmee zij dan natuurlijk meteen op gelijke wijze gegevens uitwisselt als twee mensen in deze wereld die door één en hetzelfde lot getroffen zijn. Zij willen alles van elkaar weten, beklagen elkaar en beginnen langzaam maar zeker overleg te plegen over wat gedaan zou moeten worden om hun lot op de een of andere wijze iets draaglijker te maken.
Hoofdstuk 92: De leiding in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Nu zal de ziel óf hetgeen afgesproken is precies en nog meer dan dat nakomen, óf zij zal de moeite teveel van het goede vinden, traag worden en daardoor in een nog grotere nood terechtkomen. In het eerste geval moet zij geprezen worden en in een vrijere en reeds aanzienlijk aangenamer situatie worden overgeplaatst, waar zij meer te denken en te voelen krijgt. In het tweede geval moet de leider haar grote nood laten lijden, haar naar haar vroegere, schamele bezit terug laten gaan en daar iets, maar lang niet voldoende laten vinden.
Hoofdstuk 92: De leiding in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Bij hoogmoed is aan al het dienen een eind gekomen en zodoende ook aan alle verdere vorming en ontwikkeling van het leven. Als van het trotse heersen over anderen de ontwikkeling van het leven zou afhangen, dan zou door Mij zeker zo'n regeling getroffen zijn dat ieder mens een onbeperkt recht zou hebben om te heersen; maar omdat dat ingaat tegen Mijn eeuwige orde, moet ieder mens en iedere engel er zich naar voegen om te dienen en uiteindelijk juist in het eeuwige, steeds meer en veelomvattender dienen het grootste geluk en de grootste zaligheid te vinden.
Hoofdstuk 95: Het doel van het dienen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Wees daarom altijd en steeds barmhartig, en dan zullen jullie bij Mij ook altijd barmhartigheid vinden! Zoals jullie je gedragen zult tegenover de arme broeders en zusters, zo zal ook Ik Mij tegenover jullie gedragen. Ik zeg en raad jullie allen aan: "Sta altijd voor elkaar klaar, overtref elkaar bij het weldoen, heb elkaar waarachtig lief, zoals ook Ik jullie liefheb, dan zul je de hele wereld tonen dat jullie waarlijk Mijn leerlingen zijn en in je geest volkomen Mijn ware kinderen zijn.
Hoofdstuk 97: Het juiste beoefenen van de naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Eerst werden er hoofdcentraalzonnen geschapen en daaruit ontstonden vervolgens alle talloze andere zonnen en hemellichamen, met daarbij al het andere wat jullie erop, erboven en erin ontdekken en vinden.
Hoofdstuk 103: De ontwikkeling van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Deze vrijheid beviel hun als zij terug dachten aan de verpletterende druk die zij hadden ondergaan. Maar tijdens deze werkeloze vrijheid werden zij na verloop van tijd hongerig en zij begonnen in de ruimte voedsel te zoeken, -een verzadiging van buitenaf dus. Dat vonden zij en moesten zij vinden, want de begeerte is als die noordelijke magneetsteen die al het ijzer, evenals ook alle ijzerhoudende mineralen, met onweerstaanbare kracht naar zich toe trekt.
Hoofdstuk 105: Het ontstaan van de zonnestelsels. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Zoals de Vader Zich echter altijd in Mij vindt, zo vind ook Ik Mij in de Vader, en zo moeten jullie je in jezelf vinden, dan zullen jullie jezelf daardoor ook in God vinden en God zal Zichzelf in jullie vinden. Zoals Ik en de Vader één zijn, zo moeten jullie ook eerst in jezelf één zijn met het evenbeeld van de Vader in je. Als jullie dat zijn, dan zijn jullie ook met Mij en met de eeuwige Vader in Mij één geworden, omdat Ik en de Vader in Mij van eeuwigheid volkomen één zijn!"
Hoofdstuk 110: De doop. De drie-eenheid in God en mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Deze stof is oorspronkelijk de eigenlijke zielesubstantie en komt overeen met de gedachten, voordat die nog tot een idee samengevoegd worden. Maar wanneer je deze geestelijke levensstof in voldoende hoeveelheid ergens bijeen zult vinden, dan zal zich daar ook al gauw de een of andere vorm vertonen hetzij een levende, die zacht en beweeglijk is, of een verstarde vorm, zoals een steen of een stuk dood hout. Kijk nu speciaal langs de oever, dan zullen jullie hier en daar bijzondere plotseling oplichtende lichtpuntjes ontdekken die ontstaan door het opeenhopen van de levensstof.
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Hoe moeten die mensen werken, die van dag tot dag werk zoeken en niets vinden? Want degene bij wie zij komen, stuurt hen door met de mededeling dat hij nu geen werk voor hen heeft. En toch is het jullie kwade gedachte die hem aanspoort om werk te zoeken dat hij ergens anders evenmin als bij jullie kan vinden. Die man wordt uiteindelijk een bedelaar; daar spreek je dan met verachting over en je noemt hem een luie dagdief. Een ander wordt een dief, die vang je als een verscheurend dier, je mishandelt hem en werpt hem dan in een kerker. Een derde wordt zelfs een roofmoordenaar of minstens een gevreesd straatrover. Als jullie die vangen, wordt hij veroordeeld, in een kerker geworpen en korte tijd daarna op pijnlijke wijze gedood.
Hoofdstuk 97: Het juiste beoefenen van de naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[14] Vervolgens gaat de hen op het ei zitten en verwarmt het gedurende enige tijd. Wat een veranderingen treden er dan in het ei op! In het eigeel ontstaat beweging en ordening, de juiste gedachten (vurige langtongen) vinden elkaar en verbinden zich en lokken degenen die het meest aan hen verwant zijn naar zich toe. Die verbinden zich weer ten dele met de eerste en nog meer met elkaar en lokken meteen weer de hun meest verwante buitenste, dat wil zeggen lichtere, naar zich toe. In korte tijd zullen jullie reeds het hart, de kop, de ogen., de ingewanden, poten, vleugels en de donsveertjes van het komende kuiken ontdekken. Als het wezen eenmaal zo ver gegroeid is, trekken de geordende delen het hun gelijksoortige uit de voorhanden stof steeds meer naar zich toe en krijgen zienderogen steeds meer vorm.
Hoofdstuk 119: Raphaël toont het scheppen van organische wezens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[21] En ik geloof dat ik U niets van Uw goddelijkheid ontneem als ik beweer dat U voor het uitvoeren van wonderdaden steeds de ene plaats toch geschikter vindt dan een bepaalde andere, zoals bijvoorbeeld Nazareth, waar U Zichzelf nu juist niet overtroffen heeft in het doen van wonderen. U zou als Jehova de grote woestijn van Afrika ook gemakkelijk kunnen veranderen in de meest gezegende en bloeiende akkers, als U dat gebied daarvoor geschikt en gunstig zou vinden! Maar omdat dat genoemde gebied nog steeds een woestijn is en dat ook hoogstwaarschijnlijk nog zeer lang zal blijven, geloof ik dat U niets zult inboeten op Uw goddelijkheid als de Afrikaanse grote woestijn Sahara nog zeer lang dat zal blijven wat zij is. -Dat is zo mijn overtuiging:. hoewel broeder Thomas het daar misschien wel niet helemaal mee eens zal zijn!
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...