Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1563 resultaten - Pagina 25 van 105

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[2] Wie in vlees is gehuld, zal dit ook weer moeten afleggen, met of zonder pijn, dat maakt helemaal niets uit; want als men het vlees heeft afgelegd, is alle pijn die men op deze wereld voelde, opgehouden. Want de lucht die de ziel van een mens in de andere wereld zal inademen, zal een heel andere zijn dan de lucht van deze materiële wereld hier. Waar geen dood meer bestaat, daar is in feite ook geen pijn, omdat lichamelijke pijn altijd alleen maar veroorzaakt wordt doordat de ziel zich gedeeltelijk van het lichaam losmaakt.
Hoofdstuk 75: Pijn, ziekte en dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] En na degene die op de troon zit, wordt dan ook iedereen bovenmatig gelukkig die door de heerser een ambt krijgt aangeboden waarin hij, al is het maar in naam van de heerser, ook een kleine heerser kan spelen, en zijn naar vrijheid dorstende wil iets meer lucht kan geven. Hij onderdrukt weliswaar zo goed hij kan zijn oorspronkelijke vrije wil, en maakt in plaats daarvan de wil van zijn heerser geheel tot de zijne, ook al is hij het daar vaak niet mee eens; maar dat doet hij allemaal om ook maar een beetje mee te kunnen heersen, en om zijn wil enigszins te kunnen laten gelden. Want bij bijzonder hooggeplaatste staatsbeambten is er immers altijd wel een keer gelegenheid om van de geheel eigen vrije wil gebruik te maken. en dat is voor de mens op deze aarde al een allerhoogste zaligheid.
Hoofdstuk 78: De ontwikkeling van de vrije wil. De nadelen van overdreven ijver - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Op het moment dat Raphaël tegen Roclus en ook tegen diens gezelschap zegt dat zij hem nog meer mogen vragen als zij-nog iets op hun hart hebben, steekt plotseling een krachtige wind op van de kant van de zee, die zijn kracht vooral beproeft op de prachtige tenten van de nog steeds onder ons vertoevende Ouran, die vlak bij de zee staan. Ook is het gekrijs te horen van een aantal kraanvogels, die wild en in grote verwarring in de lucht rondvliegen.
Hoofdstuk 85: De overgangsperioden in het rijk van de natuurgeesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] IK zeg: 'Zolang Ik bij jullie ben, hebben jullie noch wind, noch de koude ervan en ook geen krijsende dieren te vrezen! In de lucht, zoals ook in de aarde en in het water bevindt zich immers een groot aantal nog onzuivere natuurgeesten; deze hebben bepaalde perioden en tijden dat ze op hun eigen manier actief zijn, om daardoor in staat te zijn om naar een nieuwe en hogere sfeer van werkzaamheid over te gaan.
Hoofdstuk 85: De overgangsperioden in het rijk van de natuurgeesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] En zo gaat het over het algemeen met alle dingen! Ja, zelfs de meest giftige planten en dieren zijn een grote zegen voor deze aarde; .want ze zuigen de slechte, giftige stof uit de lucht op; hun natuur zit zo in elkaar dat het gif, dat in de nog geheel rustende levensgeesten van de natuur aanwezig is, geen schade kan toebrengen aan hun natuurlijke leven"
Hoofdstuk 89: De gevaren van goud - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] En, vriend, precies zo gaat het met een mens die door de verschillende wereldstormen een ware levens zandsteppe is geworden! Het ontbreekt niet zozeer aan de mogelijkheid om een volledig lichtmens te worden; maar waar haalt de mens de kracht, het geduld en ook de vereiste middelen vandaan, vooral als hij er bijna geheel alleen voor staat?! Ja, hier bij deze buitengewone, nog nooit voorgekomen gelegenheid wordt natuurlijk de meest woeste zandsteppe nog gemakkelijk tot een bloeiend paradijs, fysiek en geestelijk! Dat komt door de almacht van de Heer die van water de beste wijn en van stenen het best smakende brood kan maken!
Hoofdstuk 104: Stahar vertelt over zichzelf en zijn levenservaringen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] En als het aantal zuivere en goede mensen zoals in de tijden van Noach sterk zal afnemen, dan zal de aarde nogmaals geteisterd worden door een algemeen gericht, waarbij noch de mensen, noch de dieren, noch de planten gespaard worden. Dan zullen de mensen niets meer hebben aan hun vuur en dood spuwende wapens, niets aan hun vestingen en hun IJzeren wegen, waarop ze met de snelheid van een afgeschoten pijl zullen voortsnellen; want uit de lucht zal een vijand komen en allen vernietigen die steeds kwaad hebben gedaan. Dat zal werkelijk een tijd zijn van ware zuivering, zoals destijds in de tempel.
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] De grote hitte van de dag heeft heel veel levensgeesten uit de natuur naar een hogere fase doen gaan en van onderen is er een algemeen, aanzienlijk en voelbaar tekort ontstaan, en wel juist in deze streek van de aarde; in het noordoosten is daarentegen door de huidige dag en ook die van gisteren en eergisteren een ware overvloed aan natuurgeesten van geheel onderaf uit de materie vrij geworden. Op de plaats waar ze zijn ontstaan en vrij gekomen kunnen ze niet ondergebracht worden en daarom trekken of verspreiden zij zich naar die gebieden, waar er een groot tekort aan hen bestaat. De trekvogels, vooral de kraanvogels, bezitten in dit opzicht een buitengewoon en uiterst gevoelig leven, zij nemen het eerst van alle dieren zowel de overvloed als ook het tekort aan genoemde laagste natuurgeesten waar, ze worden onrustig, vliegen op, en zoeken.dan in de lucht lagen op waarin ze een overschot van de natuurgeesten vinden, die ze dan door flink in te ademen opnemen. Door gekrijs geven ze dan te kennen dat ze gevonden hebben wat ze tekort kwamen; dit gekrijs van de kraanvogels is daarom zowel een teken van genoegen, als natuurlijk ook van misnoegen.
Hoofdstuk 85: De overgangsperioden in het rijk van de natuurgeesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] IK zei: 'Deze zijn, van al het noodzakelijke voorzien, al meer dan een uur geleden van hier vertrokken en zullen nu al ruim drie uur gaans hier vandaan zijn! Ik liet dit vanwege de Essenen gebeuren, omdat die meer dan wie ook uit zijn op wonderen, en er meteen enkele voor hun instituut gevraagd zouden hebben, waardoor het goede dat Ik met dit instituut van plan ben, in hoge mate verijdeld had kunnen worden. In plaats van een van de negers, waarmee in ieder geval Roclus met al zijn levenservaring het al gauw aangelegd zou hebben, heb Ik Raphaël op hen afgestuurd, die deze scherpzinnige man beslist goed wist bezig te houden en zich ook nu nog met hem bezig houdt tot heil van hem, van het bekende instituut, en van de lijdende mensheid" .
Hoofdstuk 86: Over het wezen van de diamant en de robijn (Thummim en Urim) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Er daalt geen God en geen engel op de aarde neer die overal zegt: 'Kijk, jullie moeten dit en dat eten als jullie honger hebben!', maar de honger komt en de mens proeft met zijn mond de overal groeiende vruchten, en die hem aanstaan neemt hij en stilt op aangename wijze zijn honger. Als hij dorst heeft, zoekt hij een frisse bron op, heeft hij het koud, dan zal hij zich spoedig uit allerlei fijne stoffen die zijn huid niet prikkelen en steken desnoods een omhulsel in elkaar vlechten en zijn huid op die manier beschermen tegen de koude van de lucht. En als hij bescherming wil hebben voor regen en wilde dieren, zal hij ook gauw een hut klaar hebben; want daarvoor zijn hem immers allerlei middelen geboden. Waar hij ook maar naar toe gaat, hij vindt meteen een aantal gaven die hij als zodanig gemakkelijk kan herkennen en met de hem daarvoor verleende krachten even gemakkelijk kan gebruiken"
Hoofdstuk 97: De vrije wil van de mens. De hulp van de goddelijke genade - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (DE HEER:! 'Kijk naar de bergen. vol bossen en struiken! Kijk, deze zuigen in de benodigde juiste hoeveelheid alle voor hen geschikte natuurgeesten (elektriciteit, magnetisch fluïdum) op. Ga maar eens alle bergen ontbossen, dan zullen jullie de gevolgen daarvan, die zeer bitter smaken al binnen korte tijd merken! Daardoor zullen grote massa's vrije ruwe natuurgeesten de lucht, die de hele aarde omgeeft, steeds meer gaan bevolken. Omdat deze natuurgeesten geen geschikte behuizing en werkterrein kunnen vinden, zullen ze zich massaal gaan verenigen en door hun onrust en door hun honger en dorst (neiging tot assimileren) de verschrikkelijkste en alles vernietigende stormen veroorzaken en hele landen zodanig te gronde richten, dat daar honderd of duizend jaar lang niets anders te voorschijn zal komen dan hier en daar een mosplantje, zoals er op de wijde aarde tegenwoordig nog steeds zulke uitgestrekte plaatsen en vlaktes zijn, waar men vele dagen doorheen kan trekken en waar even weinig groeit als op de woeste en doodse kalksteen aan de oevers van de Dode Zee in Beneden Palestina, waarheen de Jordaan stroomt.
Hoofdstuk 109: Over het gericht dat de mensen zelf veroorzaken - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Kijk eens naar een emmer bij een waterput! Wat gebeurt daarmee nadat deze vele jaren lang dienst heeft gedaan bij het water putten? Kan deze volledig vergaan en vol gaten nog verder gebruikt worden bij het water putten? Neen; daarom zal hij weggehaald en verbrand worden; daardoor lost hij volledig op in rook, lucht en een beetje as, dat na verloop van tijd door de vochtigheid van de lucht eveneens in een eenvoudige luchtsoort wordt opgelost en in die opgeloste luchttoestand pas weer dienst kan doen als een goede basis van het reële geestelijke zijn. En ook al ontstaat hieruit niet meer een en dezelfde wateremmer, er kan toch weer een hoogst teer en subtiel omhulsel van gemaakt worden, dat drager van het levende water uit Mij kan worden"
Hoofdstuk 111: Het einde van de aardse materie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Het organisme van ieder mens heeft dichtbij het midden van het hart zijn levenszenuw, een minuscuul klompje, van waaruit het gehele overige lichaamsorganisme van leven wordt vervuld. De delen van dit ene hartzenuw klompje hebben de eigenschap dat ze de levensether uit het bloed en uit de ingeademde lucht zodanig naar zich toetrekken, dat ze daardoor ten eerste zelf buitengewoon levensactief blijven en vervolgens ten tweede deze levensactiviteit aan het hele organisme meedelen en daardoor het hele lichaam op passende wijze van leven voorzien.
Hoofdstuk 114: De grote scheppingsmens en de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] In het centrum van het hart bevindt zich weliswaar ook een zeer groot zenuwcomplex, maar dat is niet de plaats waar het centrale leven is gevestigd. Het is enkel een werkplaats waar de voedingsstof voor het leven, die uit het bloed en uit de lucht komt, opgenomen en bewaard wordt. Van daaruit neemt de centrale levenszenuw deze voedingsstof pas op en bevrucht of zegent deze eerst als een voor het leven geschikte substantie, dat wil zeggen voor het tijdelijke, natuurlijke meeleven van de ziel, want zonder deze zenuw zou de ziel helemaal niet in verbinding kunnen treden met het organisme van het lichaam.
Hoofdstuk 114: De grote scheppingsmens en de aarde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Kijk, als het er Mij om ging om van jullie uiteindelijk mensen te maken die heel traag denken, dan zou het niet moeilijk voor Mij zijn om voor jullie ogen een hulsglobe in de lucht te tekenen. Dan zouden jullie het hele systeem van een hulsglobe, waar we het over hadden, even gemakkelijk begrijpen als dat 1 staters en nog eens twee staters zonder twijfel 4 staters zijn! Maar Ik wil dat jullie actief blijven denken, en heb daarom in hetgeen Ik jullie heb verteld iets te kennen gegeven, dat jullie wakker maakt en je de slaap beneemt.
Hoofdstuk 115: Wezen en inhoud van een hulsglobe - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...