Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

6685 resultaten - Pagina 25 van 446

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[8] (En zij kwamen naar Johannes toe en zeiden: 'Meester, Hij Die bij u was aan de overkant van de Jordaan, van Wie u hebt getuigd, zie, Hij doopt nu ook en allen komen naar Hem toe. Joh 3:26) Naar aanleiding van zulke uitlatingen gingen de leerlingen van Johannes samen met de Joden naar Johannes en zeiden: 'Luister naar ons Meester! -Zie, dezelfde man, Die bij u was aan de overzijde van de Jordaan, en Waarvan u dat getuigenis gaf dat Hij met de heilige geest zou dopen, doopt nu ook hier in de buurt net als u met water! Hoe moeten wij dat opvatten en begrijpen? Is deze doper wel Diegene, van Wie u het grote getuigenis gaf?'
Hoofdstuk 23: Judéa. Dopen met water, en met de heilige geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] (Over de reiniging ontstond toen een woordenstrijd tussen de leerlingen van Johannes en de Joden. Joh. 3:25) Er ontstond weldra een strijdvraag over de reiniging door Johannes en Mijn doop; want de leerlingen van Johannes begrepen niet, dat ook Ik met water doopte, omdat hij verklaard had dat Ik niet met water , maar met de heilige geest zou dopen. Veel Joden, die nu reeds leerlingen van Mij waren, beweerden dat Mijn doop de echte doop was; want hoewel Ik net als Johannes met water doopte, was toch Mijn doop de enig echte, omdat Ik niet alleen met het water der natuur, maar ook gelijktijdig met het water van de geest van God doopte en de gedoopten duidelijk zichtbare macht gaf om Gods kinderen te heten!
Hoofdstuk 23: Judéa. Dopen met water, en met de heilige geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] (Johannes antwoordde en zei 'Een mens kan niets aannemen, tenzij het hem uit de hemel is gegeven.' Joh. 3:27) Johannes wordt kalm en zegt tegen zijn leerlingen: 'Luister, het lijkt mij toe dat het zo is: Een mens kan, speciaal wat betreft geestelijke dingen, zich niets toeëigenen, wat hem niet eerst uit de hemel gegeven wordt! De bijzondere mens, Die Zich door mij aan de overzijde van de Jordaan liet dopen, en boven Wiens hoofd ik de geest van God heel zachtjes, zoals een duif zich op haar nest neervlijt, als een lichtend wolkje uit de hemel zag neerdalen, en van Wien ik dat getuigenis gaf, zou niet kunnen hebben wat hij heeft, als Hij alleen maar mens was. Maar Hij is meer dan alleen maar mens en schijnt de macht te hebben om wat Hij maar wil uit de hemel te kunnen nemen, en daarbij het genomene te behouden of te geven aan wien Hij maar wil! En ik denk dat wij allen, dat wat wij hebben, door Zijn genade ontvangen hebben, en het is dus onmogelijk dat wij Hem voor kunnen schrijven wat en hoe Hij moet doen! Hij geeft, - wij zijn degenen, die het van Hem aannemen. Hij heeft Zijn grote korenschop in Zijn hand; Hij zal Zijn dorsvloer vegen zoals Hij wil en Hij zal het koren in Zijn schuur verzamelen, het stro echter verbranden met het eeuwige vuur, en uit de as maken wat Hij wil!'
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Ik denk echter, dat Hij Zelf niet met water doopt, maar slechts met het vuur van de geest; Zijn leerlingen daarentegen zullen de mensen vooraf op mijn manier dopen, dat wil zeggen al diegenen, die niet reeds door mij gedoopt zijn. -De mens heeft echter niets aan de waterdoop, als hij daarna niet gedoopt zou worden met de geest van God.'
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] ('En getuigt, wat hij gezien en gehoord heeft; en toch wil bijna niemand zijn getuigenis aannemen.' Joh. 3:32) Het water getuigt alleen over het water en reinigt de huid van het vuil van de aarde. De Geest van God, waarmee alleen de Heer dopen kan omdat deze Geest Zijn geest is, getuigt echter van wat Hij alleen altijd in God ziet en hoort.
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Maar jammer genoeg neemt nog bijna niemand dit getuigenis aan! Want wat vuil is, dat blijft vuil en wil de Geest niet aannemen, tenzij het eerst door het vuur zou gaan en aldaar zelf geest worden; want een echt vuur verteert alles tot op de geest na, die zelf een geweldig Vuur is. Daarom zal de geestelijke doop van de Heer velen vernietigen, en dat is de reden waarom velen bang zullen zijn om haar aan te nemen.
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Of is er soms een bepaalde maat, waarmee de geest verdeeld zou kunnen worden, zodat iedereen weet, hoeveel geest hij gekregen heeft? Als zo'n maat er echter niet is, dan moet de aardse vuile mens in zijn hart een plaats reserveren voor de ontvangen geest; en als de geest in deze plaats blijvend rust heeft gevonden en in deze rust de nieuwe plaats gevuld heeft, dan pas wordt de vuile mens in zichzelf gewaar hoeveel geest hij heeft gekregen.
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] ('Want Wie God gezonden heeft, Die spreekt Gods woord. God geeft echter Zijn geest niet volgens de maat.' Joh. 3:34 ) 'Zo is het nu ook met Hem, Die van God gekomen is om van God te getuigen en het zuivere woord van God te spreken. Hijzelf is de onmeetbare zee. Als Hij aan iemand Zijn geest geeft, dan geeft Hij deze niet volgens de oneindige maat, die alleen maar in Gods eindeloze volheid bestaan kan, maar naar de maat die in de mens is. Maar als de mens de geest behouden wil, mag zijn eigen ruimte niet beschadigd en onafgesloten zijn; maar deze ruimte moet dicht en goed afgesloten zijn!
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] ('Die van boven komt, is boven allen; wie van de aarde is, is van de aarde. Hij, Die uit de hemel komt, is boven allen.' Joh. 3.31 ) Degene, Die de macht heeft om voorschriften te geven, is boven; en hij, die gehoorzamen moet, is beneden. -Er kan gevoeglijk echter niemand boven zijn, die boven niet thuis hoort. Degene, die van boven komt, staat boven allen. Wie tot de aarde behoort, kan nooit van boven zijn, maar is altijd slechts van de aarde en kan alleen maar spreken over de aarde. Hij, die echter van de hemel komt, staat boven allen; want Hij is de Heer en kan derhalve doen wat Hij wil, en kan dopen met water, vuur en geest, want alles behoort Hem toe!
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] ('Wie het echter ook aanneemt, heeft bezegeld dat God waarachtig is.' Joh. 3:33) 'Wie echter deze doop en daardoor het heilige getuigenis zal aannemen, die zal voor de wereld bezegelen, dat Degene, Die hem met de geest gedoopt heeft, Zelf waarachtig God is en de Enige is, Die het eeuwige leven kan geven. Jullie zeggen nu wel direct bij jezelf: 'Waarom moet dat Goddelijke getuigenis van de hemel door God in iemand bezegeld worden?!' Ik heb jullie reeds gezegd: Het vuil is en blijft vuil en de geest is en blijft geest; als echter de aardse mens, die oorspronkelijk gemaakt is van vuil, in die toestand de geest krijgt, zal hij de geest dan kunnen vasthouden, als hij deze niet zeer goed in zichzelf, d.w.z. in zijn hart, bewaren zal?
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Degene echter bij Wie jullie waren en waaraan je gevraagd hebt of Hij de Christus is, heeft, hoewel uiterlijk ook een mensenzoon, de Geest van God niet naar de maat van de mens, maar naar de eindeloze maat van Godzelf ontvangen; want Hij is Zelf de mateloze zee van de Geest van God! Zijn liefde is Zijn eeuwige Vader en deze is niet buiten de zichtbare Mensenzoon, maar in Hem; Hij Die in en uit de Vader, het Vuur, de Vlam en het Licht der eeuwigheid is.
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] ('De Vader heeft de Zoon lief en heeft Hem alles in Zijn hand gegeven Joh.3:35) Deze goede Vader heeft Zijn eeuwige Zoon zeer lief en alle macht en kracht ligt in de handen van de Zoon, en alles wat wij volgens de juiste maat hebben, hebben wij uit Zijn mateloze volheid geschept. Hij is volgens Zijn eigen woord nu een vleselijk mens onder ons en Zijn Woord is God, Geest en Vlees, hetgeen wij de 'Zoon' noemen. De Zoon is derhalve ook Zelf het eeuwige leven van al het leven ,
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Ik, Johannes, heb dit nu tegen jullie gezegd en ik heb daarmee een ten volle geldig getuigenis gegeven. Ik heb jullie met mijn eigen handen gereinigd van het vuil der aarde; neem Zijn woord aan opdat de doop van Zijn geest je ook ten deel valt, want anders is al mijn moeite voor jullie nutteloos en waardeloos! Ik zou zelf ook naar Hem toe willen gaan! Maar Hij wil het niet en openbaart mij in mijn geest, dat ik moet blijven, omdat ik datgene al in de geest ontvangen heb, wat jullie nog niet hebben.'
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] ('Maar de tijd komt, en is er nu al, waarin de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid; want de Vader wil Zelf dat de mensen Hem zo zullen aanbidden.' Joh. 4:23) Ik zeg: 'Je hebt Mij nog steeds niet begrepen. Kijk, God de eeuwige Vader is noch een berg, noch een tempel, noch de ark en hoort net zo min thuis op de berg, in de tempel of in de ark! Daarom zeg Ik je: De tijd komt en is nu al zichtbaar, waarin de echte aanbidders God de Vader in geest en waarheid aanbidden zullen; want de Vader wil Zelf van nu af aan, dat de mensen Hem zo zullen aanbidden!'
Hoofdstuk 27: Het echte aanbidden van God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] ('Want God is een geest, en die Hem aanbidden, moeten Hem in de geest en in de waarheid aanbidden!' Joh. 4:24) 'En zie je, daarvoor heeft Hij noch een berg, noch de een of andere tempel nodig, maar alleen een hart, dat zoveel mogelijk rein, liefdevol en deemoedig is! Als het hart is wat het zijn moet, namelijk een vat der liefde tot God, een vat vol zachtmoedigheid en deemoed, dan is de volle waarheid in dat hart; en waar waarheid is, daar is licht en vrijheid, want het licht der waarheid maakt ieder hart vrij. En als het hart vrij is, dan is ook de hele mens vrij.
Hoofdstuk 27: Het echte aanbidden van God. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...