Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16308 resultaten - Pagina 25 van 1088

...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...
[4] Alleen dit zeg Ik u nog: Ga naar Johannes, die nu nog vanwege het water te Enon in de buurt van Salim doopt, die zal u zeggen of de eniggeboren Zoon van God er al is of niet! Daar zult u Hem leren kennen!'
Hoofdstuk 22: Alleen de liefde is het echte in de mens. In het Joodse land rondom Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik zal Mij nu in het Joodse land begeven en daar het Rijk van God verkondigen. U heeft het beheer over dit land. Geef Mij, niet voor Mijzelf maar voor Mijn leerlingen, een bewijs van betrouwbaarheid zoals de Romeinse wet dat voor de Joden voorschrijft, zodat er bij de grenzen en de tollen geen moeilijkheden ontstaan! De kinderen zijn weliswaar vrijgesteld, maar ze moeten als zodanig officieel aangemerkt zijn. - Het zou niet moeilijk voor Mij zijn om met ontelbaren overal vrij en zonder moeilijkheden te passeren, maar Ik wil niemand ergeren en voeg Mij daarom naar de wet van Rome. Doe Mij dat genoegen en geef Mij een bewijs van betrouwbaarheid.'
Hoofdstuk 22: Alleen de liefde is het echte in de mens. In het Joodse land rondom Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] 'Goede Meester', zegt Nicodémus, 'dadelijk zult U het hebben! Ik zal het zelf uitschrijven en binnen een uur brengen; want het is van hier naar mijn huis niet ver.
Hoofdstuk 22: Alleen de liefde is het echte in de mens. In het Joodse land rondom Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Nicodémus gaat nu snel naar huis en brengt al binnen een half uur het verlangde bewijs. Nadat wij de officiële op perkament geschreven verklaring in onze handen hadden, zegende Ik de rechtschapen Nicodémus in Mijn hart. Hij nam met tranen in de ogen afscheid en vroeg Mij nogmaals om bij Mijn terugkeer in Jeruzalem van zijn huis gebruik te maken, wat Ik hem beloofde. Ik verzocht hem er op toe te zien dat de tempel rein bleef, wat hij Mij ook beloofde. En zo namen wij in de ochtend afscheid.
Hoofdstuk 22: Alleen de liefde is het echte in de mens. In het Joodse land rondom Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Neemt U me dus niet kwalijk dat ik Uw raad niet op kan volgen. Zo dikwijls U echter met Uw leerlingen naar Jeruzalem komt, kom dan naar mij en ik zal U een goed onderdak bezorgen! Aan mij zult u, tesamen met allen die met U zijn, steeds een oprechte vriend en beschermer hebben. Mijn huis, dat groot genoeg is om tienduizend mensen onderdak te verschaffen, staat aan het Davidsplein, binnen de Salomopoort, ook wel de 'Gouden poort' genoemd; wanneer U ook maar wilt komen, het staat steeds geheel tot Uw beschikking! Alles waar ik iets over te zeggen heb, zal altijd tot Uw dienst gereed staan! Als U iets nodig heeft, hoeft U het maar te vragen en ik zal het U geven!
Hoofdstuk 22: Alleen de liefde is het echte in de mens. In het Joodse land rondom Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Want weet U, er heeft een grote verandering in mij plaats gevonden! Goede Meester, ik houd meer van U dan van alles waar ik ooit van hield en deze liefde zegt me op een bepaalde manier: Dat U Zelf Diegene bent waarvoor U mij daarnet naar Johannes in Enon verwezen hebt!? Dat gevoel kan misschien ook wel niet juist zijn; maar wat het dan ook zijn mag, ik houd met geheel mijn hart van U, omdat ik in U een groot Meester van de echte goddelijke wijsheid herken. Als Uw daden, die beslist niemand voor U nog ooit gedaan heeft, mij al met diepe verwondering vervuld hebben, dan heeft Uw grote wijsheid mij in mijn hart nog meer voor U ingenomen, goede Meester! Ik houd van U! Zeg mij toch, heeft mijn hart gelijk?!'
Hoofdstuk 22: Alleen de liefde is het echte in de mens. In het Joodse land rondom Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Onder hen waren er ook veel die Mijn leer al aangenomen hadden, maar voordien nog niet door Johannes gedoopt waren. Deze vroegen Mij of het nodig was om zich eerst door Johannes te laten dopen. En Ik zei tegen hen: 'Eén ding is noodzakelijk, en dat is het daadwerkelijk uitvoeren van Mijn leer! Wie zich echter eerst door Johannes wil laten reinigen, zolang hij nog vrij zijn werk doet, die zal zo'n reiniging goed van pas komen.' Naar aanleiding van dit gezegde van Mij gingen toen velen daarheen en lieten zich door Johannes dopen
Hoofdstuk 23: Judéa. Dopen met water, en met de heilige geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] (En zij kwamen naar Johannes toe en zeiden: 'Meester, Hij Die bij u was aan de overkant van de Jordaan, van Wie u hebt getuigd, zie, Hij doopt nu ook en allen komen naar Hem toe. Joh 3:26) Naar aanleiding van zulke uitlatingen gingen de leerlingen van Johannes samen met de Joden naar Johannes en zeiden: 'Luister naar ons Meester! -Zie, dezelfde man, Die bij u was aan de overzijde van de Jordaan, en Waarvan u dat getuigenis gaf dat Hij met de heilige geest zou dopen, doopt nu ook hier in de buurt net als u met water! Hoe moeten wij dat opvatten en begrijpen? Is deze doper wel Diegene, van Wie u het grote getuigenis gaf?'
Hoofdstuk 23: Judéa. Dopen met water, en met de heilige geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Daarop gaan een aantal leerlingen van Johannes naar Mij toe en vragen Mij dat, wat Johannes hen gezegd had. Ik geef hen echter het bekende antwoord, namelijk, dat ze tegen Johannes moeten zeggen, wat ze om Mij heen zagen gebeuren, dat namelijk de blinden zien, de lammen lopen, de doven horen en dat aan de armen het evangelie van het Rijk van God gepredikt wordt! En gezegend is hij, die zich niet aan Mij ergert! -Daarmee keren de leerlingen naar Johannes terug en vertellen hem direct, wat ze hebben gezien en gehoord.
Hoofdstuk 23: Judéa. Dopen met water, en met de heilige geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] ('Uzelf bent mijn getuigen, dat ik gezegd heb, dat ik niet de Christus ben, maar alleen vóór Hem uitgezonden.' Joh. 3:28) Jullie zelf zijn mijn getuigen, dat ik tegen de priesters en levieten, die uit Jeruzalem naar mij toegekomen zijn, gezegd heb dat ik de Christus niet ben, maar vóór Hem uit ben gezonden! Hoe zou ik me dan bezig kunnen houden met wat Hij doet, Die de eigen korenschop in Zijn hand beeft? Laat Hij Zijn dorsvloer vegen zoals Hij wil, wij mogen Hem niets voorschrijven! Want de akker is van Hem, en ook het koren en bet stro, en van Hem is de schuur en van Hem bet vuur dat nooit dooft!
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] ('Wie de bruid heeft, die is de bruidegom; maar de vriend van de bruidegom staat en luistert naar hem en verblijdt zich zeer over de stem van de bruidegom.Deze blijdschap van mij is nu vervuld.' (Joh. 3:29) Hij, die de bruid heeft, is de echte bruidegom; de vriend van de bruidegom staat echter naast hem en luistert en verheugt zich zeer over de stem van de bruidegom! En zie deze vreugde is mij nu te beurt gevallen! Als de Heer Zelf komt, dan is de taak van de aankondiger afgelopen! Want de aankondiger heeft niets anders te doen dan de aankomst des Heren aan te kondigen; als de Heer er is, dan heeft dc aankondiger geen nut meer!'
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Wat zou het je baten als je aan zee een lek vat zou willen vullen met water? Kun je dan ooit zeggen en vaststellen, dat je een bepaalde hoeveelheid water uit de naar jouw mening mateloze zee geschept hebt? Als het vat echter goed waterdicht is, dan kun je wel meten hoeveel zeewater je in het vat hebt! Het water van de zee is allemaal hetzelfde; of je er veel of weinig van hebt maakt geen verschil. De zee zelf is ook overal gelijk, en wie, waar dan ook, vee lof weinig uit de zee schept, die schept puur zeewater en merkt daarna pas hoeveel.'
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] ('Want Wie God gezonden heeft, Die spreekt Gods woord. God geeft echter Zijn geest niet volgens de maat.' Joh. 3:34 ) 'Zo is het nu ook met Hem, Die van God gekomen is om van God te getuigen en het zuivere woord van God te spreken. Hijzelf is de onmeetbare zee. Als Hij aan iemand Zijn geest geeft, dan geeft Hij deze niet volgens de oneindige maat, die alleen maar in Gods eindeloze volheid bestaan kan, maar naar de maat die in de mens is. Maar als de mens de geest behouden wil, mag zijn eigen ruimte niet beschadigd en onafgesloten zijn; maar deze ruimte moet dicht en goed afgesloten zijn!
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Degene echter bij Wie jullie waren en waaraan je gevraagd hebt of Hij de Christus is, heeft, hoewel uiterlijk ook een mensenzoon, de Geest van God niet naar de maat van de mens, maar naar de eindeloze maat van Godzelf ontvangen; want Hij is Zelf de mateloze zee van de Geest van God! Zijn liefde is Zijn eeuwige Vader en deze is niet buiten de zichtbare Mensenzoon, maar in Hem; Hij Die in en uit de Vader, het Vuur, de Vlam en het Licht der eeuwigheid is.
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Ik, Johannes, heb dit nu tegen jullie gezegd en ik heb daarmee een ten volle geldig getuigenis gegeven. Ik heb jullie met mijn eigen handen gereinigd van het vuil der aarde; neem Zijn woord aan opdat de doop van Zijn geest je ook ten deel valt, want anders is al mijn moeite voor jullie nutteloos en waardeloos! Ik zou zelf ook naar Hem toe willen gaan! Maar Hij wil het niet en openbaart mij in mijn geest, dat ik moet blijven, omdat ik datgene al in de geest ontvangen heb, wat jullie nog niet hebben.'
Hoofdstuk 24: Enon. Het grote getuigenis van Johannes de doper. Bekering van de Samaritanen. Genezing van de koningszoon. Onderweg in Samaria. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38  ...