Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

793 resultaten - Pagina 26 van 53

...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...
[8] Zie, we zijn er al en kijk, onze man ligt nog op zijn bed, want zolang er nog warmte in het hart is, scheidt de engel de ziel niet van het lichaam. Deze warmte is de zenuwgeest, die eerst helemaal door de ziel moet worden opgenomen, voordat de algehele scheiding kan plaatsvinden.
Hoofdstuk 10: De overgang van een bisschop - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[9] Maar nu heeft de ziel van deze man de zenuwgeest al volle­dig in zich opgenomen en de engel scheidt zojuist de ziel van het lichaam met de woorden: 'Ephata' , dat betekent: 'ziel open u, maar stof daal af in je vergankelijkheid om te worden ont­bonden door het rijk van de wormen en de ontbinding. Amen'.
Hoofdstuk 10: De overgang van een bisschop - Jakob Lorber - Over de drempel van de dood
[11] Waarlijk, al wie getrouw in Mijn liefde verblijft, van hem zal de dood vlieden en wijken als sneeuw voor de hete stralen van de zomerse middagzon!
Hoofdstuk 1: De liefde en de zegen van de heilige Vader als teken van Zijn geestelijke aanwezigheid - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[13] Vanuit Ghemela zal de zuivere lijn beginnen en wanneer de aarde geheel en al met het levende water gedoopt zal worden, zal zij ook spoedig daarna door Lamechs vuur vanuit de hemelen gelouterd worden, waardoor zij geheel van haar vloek gereinigd wordt en weer zal worden tot een Mij welgevallige ster aan de hemel, die haar licht met brede stralen zal uitzenden door alle eeuwige ruimten van de oneindigheid!
Hoofdstuk 5: De inzegening van het jonge paar door de oervaderen. Het sluiten van nog vier huwelijken door de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[3] Zon, - hoe kun je, hoe durf je nu je stralen nog naar de aarde te zenden terwijl je Schepper, ons aller Vader, heilig, meer dan heilig, haar betreedt?! Wijk met jouw, evenals onze, onwaardige luister terug; want hier geeft een zandkorreltje dat Hij met Zijn allerheiligste voeten aanraakt, nu in één ogenblik meer licht, dan al jouw schittering in de loop van lange eeuwigheden bij elkaar! Schaam je daarom, als je nu nog tot schitteren in staat bent!
Hoofdstuk 21: Uranion prijst de heilige Vader. Het antwoord van de Heer: woordeloze, stille boetvaardigheid is de meest welgevallige lof voor God - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Zie, de zon van de wereld is een groot licht en zendt het grootste deel van haar stralen uit tot in de eindeloos verre wereldruimten! Gaat het de aarde en haar buren iets aan dat hun lichtende moeder zo verkwistend met haar stralen omgaat? En als dat zo was, zou de stralende moeder dan niet kunnen vragen:
Hoofdstuk 25: Satans macht en Gods almacht. Henochs woorden op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[35] En al die zonnen die nog door geen enkele geschapen engelengeest geteld zijn, al die zonnen met al hun grote vuurbewoners, wat doen zij dan, of wat kunnen zij doen? - Luister! Onmogelijk iets anders dan wat de grootste oeraartsengel doet: zij vervullen in hun verheven eerbiedsvolle stilte de heilige wil van de grote, boven alles goede Vader; en dat is alles wat zij kunnen doen. En elke zon verkondigt nog haar lofprijzingen aan de eindeloos verre scheppingen en ook onderling verkondigen zij elkaar in stilte door hun verre stralen dat er slechts één God is en dat deze God een en dezelfde is als de heilige, liefdevolle Vader, die hen liefhebbend schiep voor de liefde, om ook de verre donkere ruimten te beminnen en ze te doen opleven met de liefde van de heilige Vader.
Hoofdstuk 25: Satans macht en Gods almacht. Henochs woorden op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[87] Al kan echter God, gezien Zijn allerhoogste heiligheid, ons ook het leven in het vlees niet teruggeven, toch heeft Hij Zich in Zijn oneindige liefde over onze geest erbarmd en heeft ons derhalve in de geest weer als kinderen van Zijn genade, erbarmen en eindeloze liefde opgenomen, opdat wij weer het eeuwige leven deelachtig kunnen worden.
Hoofdstuk 25: Satans macht en Gods almacht. Henochs woorden op de sabbat - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[21] En hierbij begon Naëhme helemaal te stralen van schoonheid, lieftalligheid en de allervurigste liefde en vroeg Abedam met een alles overwinnende, van liefde trillende, vreesachtig welluidende, waarlijk maagdelijk kuise stem:
Hoofdstuk 32: Abedam zowel Mens als God. Naëhme's grote liefde tot Jehova - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[11] Wat is echter het heerlijke licht op zichzelf, wanneer de stralen zich in de lege eindeloosheid zouden verspreiden runder ergens een vorm te treffen en deze te verheerlijken?
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Net als de zon laat het verstand zijn stralen wel van zich uitgaan; maar wat voor nut heeft dat voor de leegte? Waar niets is, wat voor effect heeft de straal dan wanneer hij op de dorre vlakken van het niets valt?!
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[18] Heb ik soms levenslust? O neen, voor mij is het leven wat de bonte stralen zijn voor de steen! - Heb ik misschien honger of dorst? Ook die voel ik geen van beiden!
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[19] Ik moet mijn dwaasheid berouwen; ja, maar welke dan? Omdat mijn hart leeg is en het licht van mijn verstand nutteloos is, omdat het door geen enkele vorm in mij opgenomen wordt?
Hoofdstuk 35: Horeds stille inkeer en zelfbeschouwing in de Adamsgrot - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] O zon, versnel je gang, zodat je stralen niet te lang meer mijn te grote schande voor de hele aarde moeten verlichten!
Hoofdstuk 43: Adams ziet zijn dwaasheid in; zijn berouw en omkeer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Ik zeg jullie echter: het licht is overal op zijn plaats, want wie kan beweren dat deze of gene plaats niet geschikt is voor het licht van de dag, en dat het niet goed is dat de zon haar stralen daar heenzendt?!
Hoofdstuk 51: Adams woorden over het licht. De almachtige God en de liefdevolle Vader in Abedam - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...