Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2682 resultaten - Pagina 26 van 179

...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...
[24] De mensen denken wel veel en begrijpen ook veel, maar om een Daniël helemaal te begrijpen of een Jesaja, of een Jeremia, of zelfs een hooglied van Salomo, - daar helpt geen menselijk denken, -dat is verloren moeite! Dat begrijpt slechts een God of een engelengeest, of een speciaal daarvoor geroepen profeet. Slechts deze drie soorten geesten zijn in staat het te begrijpen, voor iedere andere geest is dat totaalonmogelijk. De vraag is dan echter, wat grote wijsheid, die geen sterveling in zich kan opnemen en begrijpen, voor zin heeft!?"
Hoofdstuk 204: Indirecte en directe openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Adam, Henoch, Noach, Abraham, Isaäk, Jacob, Mozes en Elia waren beslist de meest wijze mensen die de aarde ooit heeft gedragen; in hen was veel licht uit God. Maar geen van de genoemde voorvaders der wijsheid kon ook maar in zijn dromen bedenken, hoe het gras ontstaat, groeit, zaad vormt en hoe in de zaadkorrel de mogelijkheid gelegd is voor een eeuwigdurende creatie van een grenzeloze hoeveelheid van dezelfde soort gras.
Hoofdstuk 205: De uitdaging van het niet begrijpen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Want als een mens eenmaal iets helemaal doorziet en begrijpt, heeft zijn trage natuur er geen belangstelling meer voor. Het is te zeer in ieder opzicht door de ervaring bevestigd en bewezen, en heeft daarom geen nieuw bewijs meer nodig. En zo zou de mens zich kennelijk ook heel zeker in de zuiver geestelijke sfeer gedragen, als hij alles haarfijn en zonneklaar zou begrijpen wat de grote profeten van God in de boeken der wijsheid hebben opgeschreven. Hij zou al gauw gaan slapen en tenslotte nergens meer over nadenken. Waarover zou de mens dan ook nog enigszins nadenken, als hij toch alles al begreep?!
Hoofdstuk 205: De uitdaging van het niet begrijpen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] SCHABBI zegt: "Heer en meester vol van goddelijke kracht! Ik hoef daar niet veel over na te denken. Ik begrijp alles al wat u mij hiermee wilt zeggen. U wilde mij onder ogen brengen, dat als men in de sferen der hogere wijsheid zoekt, het daar dan net eender toegaat als in de sferen van de stoffelijke schepping. Wij mensen weten en begrijpen daarvan eigenlijk helemaal niets behalve de globale buitenkant en datgene, wat wij daarvan met onze grove, stoffelijke zintuigen waarnemen en wat betreft vorm, kleur, geur en smaak aan de geschapen dingen kunnen onderscheiden. O, hoe weinig en eigenlijk helemaal niets begrijpt en weet de mens en toch meent hij zeer wijs te zijn en is trots op zijn schamele beetje kennis! En wat weet hij dan? Niets, maar dan ook helemaal niets!
Hoofdstuk 205: De uitdaging van het niet begrijpen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] De drie drenkelingen zijn echt weer in het leven teruggeroepen, maar het is nog maar de vraag of ze werkelijk helemaal dood waren, of dat het soms simulanten waren! Kortom, daden bewijzen nog lang niet alles! Maar zijn machtige woord bewijst naar mijn mening méér dan de beide wonderen. Zo oneindig wijs en eeuwig waar spreekt geen mond van een sterveling! Schabbi, denk nu alleen maar eens na over de uitleg van de enig ware aanbidding van God, dan zul je ontdekken wat voor alles doordringende wijsheid daarin ligt. Dat is voor mij het bewijs van iets ontzaglijks. Ja iets, dat ik nauwelijks durf uit te spreken!"
Hoofdstuk 208: De eerbied van de Perzen voor de heiligheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[15] Een klein beetje begrip moet je toch wel duidelijk maken dat een belofte, die zó begrepen moet worden bij het gebod van Mozes, een eerste klas smaad zou zijn voor de goddelijke wijsheid! Hoe kan God, de Alwijze, een gebod geven dat eist, dat ook een geïncarneerde engelengeest z.ijn ouderpaar, dat uit de onderste hel in het vlees kwam, liefde en eerbied schuldig zou zijn?!
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Ouran is nu in zijn nopjes en zegt, dat hij nog nooit zo'n echt praktische wijsheid heeft horen verkondigen en dat hij van plan is deze raad ook altijd zorgvuldig op te volgen. Onze Perzen verwonderen zich er echter nog het meest over .
Hoofdstuk 212: Het vierde gebod volgens de Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Onder de vijftig Farizeeën, met aan het hoofd de overste Stahar en de ons reeds bekende spreker Floran, was verschil van mening ontstaan. Deze nog half in de oude leer vastzittende volgelingen hadden in een tent van Ouran tijdens de storm nog allerlei twijfels uitgebroed, en de manier waarop nu de lijken werden neergelegd, bevestigde veel van hun twijfelachtige opvattingen over Mij en Mijn daden. Het verschil van mening dat zij hadden, ontstond omdat het merendeel heel nadrukkelijk aannam' dat Ik een buitengewone profeet was, een soort Elia, -terwijl een minder verlicht deel meende dat Ik ondanks alle kennis van de Schrift slechts een leerling was uit de catacomben van Egypte en in de tempel te Karnak de wijsheid en de echte magie had geleerd. Dat zou ook de reden zijn van Mijn warme onthaal bij de Romeinen, want bij de Romeinen hadden de echte magiërs meer aanzien dan hun goden, omdat de Romeinen zulke magiërs voor vingers van de god Zeus aanzagen, die op die manier onder de mensen werkte en veel op had met de hoge heren! De Romeinen waren echter zeer verstandige mensen en wisten dat de Joden pas te vertrouwen waren als zij met ziel, bloed, huid en haar, Romeinen werden. Dat kon het gemakkelijkst bereikt worden als men door zo'n aartsmagiër uit de school van Karnak de Joden bewerkte, daar zij ervoor bekend stonden dat zij het meest verslaafd waren aan wonderen. Dat moest echter wel zó gebeuren dat de Joden daarin ook hun Mozes en hun profeten terugvonden, en dat gebeurde nu zichtbaar met het beste resultaat ter wereld. Want voor wie zich niet liet bekeren door woorden en wonderen, waren altijd enige cohorten Romeinse soldaten volledig paraat om hen door de schrik te bekeren. Daarom werd er ook bij iedere gelegenheid zo fel mogelijk tegen de tempel te Jeruzalem te keer gegaan. Alle mogelijke moeite werd gedaan om de slechte dingen naar voren te brengen, terwijl men aan de goede dingen achteloos voorbij ging en daar ook met geen enkel woord over sprak, hoewel toch bekend was hoeveel goeds de tempel steeds verrichtte!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] STAHAR zegt: "Ik ook niet, want de beiden hebben mij al té grote diensten bewezen! Tevens komt bij beiden in alles een dermate grote wijsheid tot uitdrukking, dat al mijn kennis en al mijn ervaring in het niet verzinkt. Maar waar zo'n grote wijsheid zichtbaar is, werkt Gods geest, aan wie niets onmogelijk is.
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Bovendien heb ik nóg een opmerking en ik vraag jullie: Waar, buiten de kringen van de kinderen Israëls, bestond er ooit een volk dat in wijsheid en kracht begenadigder was dan wij, als echte nakomelingen van Abraham, Isaäk en Jacob?! Als iemand dus in het huis van Jacob de ware wijsheid en haar kracht niet vond, waar zou hij die dan anders hebben kunnen vinden?! Ik weet ook wel iets over de geheime school van Egypte en wat daar geleerd werd! Ja, die school in Karnak kwam heel misschien wel tot in de voorhof, maar in het allerheiligste, het binnenste, kwam zij echt nooit!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[14] Wie zo'n wijsheid en macht bezit en met zo'n echt goddelijke rust de wereld in kan kijken en wie een razende storm net zo weinig verontrust als ons de eerste winter die aartsvader Adam heeft beleefd, die is in het allerheiligste zelf reeds een heer en vrije gebieder! Die heeft geen wijsheidsschool in Karnak nodig, omdat de geest van God Zelf hem een betere door Zich Zelf in het hart heeft gegeven! Dat is mijn mening en nu ook mijn vaste geloof en dat dit geloof van mij goed is, zie ik daaraan, dat ook ik een heel goddelijke en vrije rust in mijn hart begin te voelen, wat ik nog nooit eerder heb gevoeld en ondervonden.
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[21] Maar als bij dit alles de eindeloze, goddelijke wijsheid niets inboet, hoe kun je dan nu deze profeet kwalijk nemen dat hij de negen lijken medisch verantwoord heeft laten neerleggen?! -Spreek nu, vriend!"
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[26] STAHAR zegt: "Goed dan, als je dat beseft, vraag dan niet naar de reden van die dingen en verschijnselen die Gods wijsheid al van eeuwigheid heeft geregeld! Wij mensen begrijpen oneindig veel niet, ja, wij begrijpen eigenlijk helemaal niets. Want al ons verstand is vergeleken met de goddelijke wijsheid nauwelijks een zonnestofje, en kan de mens dan rekenschap van God vragen waarom Hij dit of dat beschikt en bepaald heeft?! Wij zijn nog lang niet bij de eerste aanzet tot de ALPHA gekomen en vragen reeds naar de essentie van de OMEGA! O, hoe blind en dom moeten wij nog zijn!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[20] Vind je niet dat dat voor de almacht van de goddelijke geest veel verstandiger en waardiger zou zijn dan de bekende langzaamaan weg, waardoor niet zelden een hongerig kind een paar weken lang naar een boom moet kijken voordat aan diens takken de vruchten rijp worden?! Wat zou een om het welzijn van hun kinderen bezorgd ouderpaar zich verheugen, als die kinderen reeds vol wijsheid als een Samuël op de wereld zouden komen?1 Maar ze moeten onder veel pijn worden geboren en dan duurt het minstens twaalf jaar aleer een kind het zover heeft gebracht dat het geschikt is voor een hoger soort onderwijs en dan kan het tot de volwassen leeftijd alle ijver aanwenden om de nodige ondergrond te krijgen in een bepaalde kunst of wetenschap. Vind je dat wel passend voor de hoogste wijsheid van de goddelijke geest?!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[27] In de school te Karnak in Egypte kan dat wel gebruikelijk zijn bij de blinde heidenen, maar bij kinderen Israëls, die ziende geacht worden, moesten zulke vragen toch niet voorkomen. Want al hebben de blinden geen zelfkennis, wij moeten deze toch voldoende hebben om te beseffen, dat onze kennis de hoogst mogelijke top der wijsheid bereikt heeft als wij tot het inzicht zijn gekomen, dat al ons weten en kennen totaal niets is vergeleken bij één vonkje van de goddelijke wijsheid!
Hoofdstuk 216: Strijd van de Farizeeën over de goddelijkheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...