Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

4159 resultaten - Pagina 26 van 278

...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...
[13] De beide ESSENEN zeggen: " Aangezien wij geloven, dat er werkelijk zulke kwade geesten voorkomen in de regionen van deze wereld, waardoor mensen niet zelden gekweld en vaak zonder merkbare dwang tot slechte daden worden verleid, zijn wij het ook helemaal met u eens! Want mensen, die totaal gespeend zijn van ieder beter meeleven met hun medemensen, en slechts als tijgers voor hun muil en hun buik bezorgd zijn, zijn geen mensen meer, maar duivels! Want zij denken alleen nog maar aan de manier waarop hun buik zo veel mogelijk bevredigd wordt! Dit doel heiligt voor hen alle middelen! wat God, wat geest! De buik moet verzorgd worden! AI het andere telt niet bij hen. Kunst en wetenschap vinden zij alleen maar belangrijk als daardoor de inkomsten voor hun buik vergroot kunnen worden! - O Heer, wat een mensen zijn dat! Ja, ja, dat zijn de oorspronkelijke en echte duivels!"
Hoofdstuk 128: Gesprek tussen Essenen en Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[20] JARAH zegt: " Ja, ja, ik zou u zonder dat ook wel geloofd hebben! Maar breng me nu maar weer vlug naar boven bij de Heer, want zonder Hem sterf ik zo meteen!"
Hoofdstuk 134: De opheffing van de zee van Galiléa. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] JARAH zegt: "Lieve bode uit de hemel, maak in de naam des Heren, als het zonder schade gedaan kan worden, dat deze berg, die op natuurlijke wijze te moeilijk te bestijgen is, makkelijk en zonder gevaar naar boven en. naar beneden begaanbaar zal zijn, ook aan de zijde van de zee, waar hij anders alleen maar voor vogels toegankelijk is!"
Hoofdstuk 135: Jarah's bewijs van liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Vervolgens leidt de engel Jarah naar alle zijden van de berg en zij overtuigt zich ervan dat de berg weliswaar niet lager is geworden, maar aan alle kanten toch zonder enig gevaar bestegen kan worden, vooral aan de van de zee afgewende zijde, waar hij heel glooiend afloopt.
Hoofdstuk 136: Engelenmacht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] IK zeg: "Dat is ruim voldoende! Maar Ik zal je nu een andere manier laten zien, waarop een in zijn hart volmaakt mens de sterren kan bereizen zonder zich ook maar één stap van de aarde los te maken; maar een lichtend steentje kan men dan natuurlijk niet zo gemakkelijk mee terugnemen! -Nu, heb je de ster onthouden waar je geweest bent?"
Hoofdstuk 137: Geestelijke blik in de schepping. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] De onrijpe zielen krijgen op de door jou geziene zon weer een lichaam, echter zonder geboren te worden, en dat wordt dan tesamen met de ziel ook vergeestelijkt en kan zo in het echt geestelijke overgaan. Hoe zulke zielen van hier naar daar worden overgebracht en door wie, dat heb je bij de reis naar de eerste zon zelf meegemaakt. Deze engel, die hier nog naast ons staat, is de leider en beheerser van alle werelden en zonnen waarover Ik net met je sprak. Daaraan kun je zien welke macht en welke wijsheid hem gegeven is.
Hoofdstuk 140: Ontwikkelingsperioden in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De talloos vele engelen die je nu in lange rijen om je heen ziet, hebben een soortgelijk werk, want in de eeuwige diepten zijn er naar menselijke begrippen nog ontelbare zonnenwereld gebieden met ieder zo'n eerder beschreven hoofdmiddelzon, en ieder van die zonnengebieden wordt door een van deze engelen bestuurd. Je ziet nu weliswaar veel engelen, -maar dat is nog niet het tienmaal honderdduizendste deel van alle grote heersende engelen, laat staan van de kleinere engelen, aan wie voor een speciaal toezicht en leiding enkele zonnen en aarden en kleinere wereldgebieden toevertrouwd zijn! En weet je, toch moet Ik in Mijn eeuwige geest ieder ogenblik voor allen zorgen, en als ik alles wat je nu getoond is een ogenblik zonder Mijn onveranderlijke zorg zou laten, dan zou alles in hetzelfde ogenblik vergaan, zowel het grootste als het kleinste! -Zou jij dat met jouw geest ook kunnen?"
Hoofdstuk 140: Ontwikkelingsperioden in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] Nu zul jij denken: ' Ja, als dat zo is, verplaatst zich zo'n zon toch duizendmaal sneller dan u, als zuivere geest! Want als wij met de snelheid van die zon van hier naar die ster gevlogen zouden zijn, dan zouden wij daar zonder meer duizendmaal eerder zijn aangekomen dan met uw geestelijke snelheid!?'
Hoofdstuk 141: De geaardheid van de menselijke geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] De ENGEL zegt: "Lieftallige dochter van God, heb daar geen zorgen over, want ik kan altijd hier en daar en overal zijn zonder dat je iets van mijn afwezigheid zult merken, behalve zo nu en dan een paar ogenblikken. Dat blijft allemaal hetzelfde. Ik zal mij trouwens erg haasten om bij jou terug te komen, want ik houd al meer van jou dan van al mijn ontelbare zonnen, waarvan we er op een goede keer nog verscheidene samen zullen bezoeken. -Maar nu wil de Heer de broeders wakker maken, daarom moeten wij even stil zijn!"
Hoofdstuk 142: Ken Gods werken tot vermeerdering van de liefde.(5/6.3.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] De naast hem staande EBAHL zegt: "Helemaal niet, vriend! Ik zeg je dat dit keer onze gezamenlijke droom helemaal werkelijkheid is geworden. Sta op en loop naar de randen van de top, dan zul je je overtuigen dat onze berg zelfs naar de zijde van de zee heel glooiend afloopt en overal zonder het minste gevaar begaanbaar is, naar beneden en naar boven! Ik heb mij overal al van overtuigd en zeg je de volle waarheid. Kom en overtuig jezelf!"
Hoofdstuk 145: De werkelijkheid van de gezamenlijke droom. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[12] De echte sabbatsrust bestaat daarom uit een verstandige onthouding van alle zware arbeid. Zonder noodzaak moet men daar niet aan meedoen, maar in noodgevallen is ieder mens verplicht zijn broeder te helpen.
Hoofdstuk 148: De natuur en haar geestelijke betekenis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] IK zeg: "Heel zeker! Voor niets en zonder geestelijke impuls gebeurt er niets op aarde! Maar we zullen nu zien welke betekenis dat heeft!
Hoofdstuk 149: Verdere geestelijke symboliek. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] IK zeg tegen de knechten: "Ga en zeg tegen hen, dat zij nu zonder met de sabbat rekening te houden rustig en opgewekt naar huis kunnen gaan, want hun geloof in de kracht van Mijn woord heeft hen geholpen!"
Hoofdstuk 154: De zieken in de herberg bij Ebahl. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] IK zeg: "O ja, maar dat is dan geen toorn in de eigenlijke zin van het woord, maar slechts een speciaal vuur van de liefde in het hart, dat een heilzame kracht bezit. Daarmee werk ook Ik, als dat ergens nodig is. Als de liefde dat vuur niet zou hebben, zou de oneindigheid tot op heden nog helemaal zonder wezens zijn. Alle schepsels danken hun bestaan alleen maar aan de grote drang van de liefde van God.
Hoofdstuk 155: Liefdevuur. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] In geval van nood kun je met jouw gemeenten ook wel zo handelen, maar probeer het eerst met echte liefde en goede lessen. Want als de mensen tot het inzicht komen dat men hen alleen voor hun bestwil harde wetten geeft en het onverbiddelijk recht daarbij uitoefent, zullen zij daar geen aanstoot aan nemen. Als de harde wetten echter alleen maar voortkomen uit een tirannieke willekeur van de machthebber, verbeteren ze niemand, en maken op het laatst zelfs de engelen der gemeente tot duivels, die er alleen maar op uit zullen zijn om te bedenken hoe zij zich kunnen wreken op degene die hen steeds eindeloos en zonder enige aanwijsbare reden voor futiliteiten kwelt. - Begrijp je dat?"
Hoofdstuk 155: Liefdevuur. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...