Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3483 resultaten - Pagina 26 van 233

...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...
[8] Een boom kan er echter niets aan doen of hij wel of geen vruchten draagt, want hij vormt zichzelf niet, maar de in zijn organisme opstijgende geesten uit het onder het oordeel liggende rijk der natuur vormen hem door hun kracht en door de in hén aanwezige zeer eenvoudige en daardoor ook beperkte intelligentie. De mens staat echter op het punt zich door de onbeperkte intelligentie van zijn ziel zelf te vormen en zich te veranderen in een boom die zeer rijkelijk levensvruchten draagt.
Hoofdstuk 193: De dierlijke aard van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[14] Als de mens deze innerlijke stem volgt, zal hij meteen op de goede weg zijn. Als hij er echter geen acht op slaat, maar de razende hartstocht van zijn lichaam volgt, zal hij het ook aan zichzelf te wijten hebben als hij door het in hem zelf aanwezige, eigen gericht wordt verzwolgen. Maar nu zie Ik dat onze Perzen zich gereedmaken, daarom zullen wij hen met blijdschap verwachten!"
Hoofdstuk 193: De dierlijke aard van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Toen dacht de grote profeet bij zichzelf: .'Dus noch in de storm en noch in de almacht van het vuur bevindt zich Jehova met de kern van Zijn liefde!' .
Hoofdstuk 194: Opvattingen van de Perzen over de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] De deemoed, die voortkomt uit zuivere liefde, is de echte en ware nederigheid, want zij geeft achting en heeft in de medemens een broeder als broeder lief, maar maakt zichzelf en de naaste niet tot een God voor wie men op de knieën moet vallen en die men moet aanbidden.
Hoofdstuk 195: Het suizen van de wind bij Elia en bij ons. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] CYRENIUS zegt nu terzijde tegen Mij: "Heer, het lijkt mij toe dat wij met onze zaak bij deze, op zichzelf weliswaar zeer te waarderen, mensen niets zullen bereiken. Zij zitten te diep geworteld in hun getallenwaarheid en zijn vierkant tegen alles wat wij geloof plegen te noemen! Ook schijnen zij zonder meer vijanden te zijn van wat voor wonder dan ook, hetgeen door U steeds in het uiterste geval gebruikt wordt als een onweerlegbaar bewijs van Uw volle goddelijkheid.
Hoofdstuk 197: De Perzische vrees voor de Romeinen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Maar deze mensen, die met de hele wereld en zijn wijzen op allerlei manieren in verbinding staan, zijn door en door opgejaagde sluwe vossen en zij verstaan voortreffelijk de kunst om mensen hun geheimen te ontfutselen! Met vriendelijkheid, strengheid, grootmoedigheid, geduld, zelfs door hun geheimen prijs te geven om bij de ondervraagde een volledig vertrouwen te wekken en zijn tong los te maken, en zo nodig worden nog meer van dergelijke trucjes aangewend om achter de vaak zelfs meest verborgen geheimen van de mensen te komen. Als deze van ieder medelijden gespeende heidenen echter eenmaal in het kennelijke bezit van de slechts schijnbaar hun heerszuchtige plannen in de weg staande geheimen zijn, wee dan degene die zichzelf aan deze onmensen heeft verraden! Zij zijn sluw en slecht en kunnen alleen maar door een enorm sluwe zet van de tegenpartij in toom worden gehouden! Weliswaar kunnen zij langs allerlei verborgen wegen steels achter grote geheimen kome~, -maar nooit achter de geheimen van het hart als de ondervraagde die volhardend weet te verbergen!
Hoofdstuk 198: Schabbi blijft achterdochtig. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Door dit zoeken maakt de ziel zich losser van de grove banden der materie en wekt daardoor op bepaalde momenten de goddelijke geest in zichzelf op, waardoor zij meer in het levenscentrum van haar hart kan komen. Daarheen stroomt ononderbroken Gods licht en erbarming en brengt de ziel op gelijke wijze tot leven en geestelijke groei, als het licht van de zon dat in de voren der aarde dringt en het leven der planten verwekt, bewaart en bevordert tot de plant een vrije, zelfstandige en daardoor volkomen rijpe vrucht geeft, wiens eigen leven niet meer van de plant afhankelijk is, maar zelfstandig bestaat.
Hoofdstuk 204: Indirecte en directe openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Als de ziel tijdens de echte momenten van levensactie in het genoemde levenscentrum in het hart komt, heeft zij daardoor ook de openbaring van Gods geest bereikt, die zich in ieder hart bevindt en zij kan daar niets anders dan alleen maar de eeuwige, onveranderlijke waarheid uit God in zichzelf vinden. Dat is dan een - indirecte openbaring en het onderscheid met de directe is slechts, dat God, wanneer er grote duisternis onder de mensen heerst, geschikte mensen buiten hun toedoen opwekt en hun ziel eveneens naar hun levenscentrum leidt, om van daaruit de andere blinden het licht weer te brengen dat hun de ogen opent.
Hoofdstuk 204: Indirecte en directe openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[16] De valse profeet denkt alleen aan zichzelf. God en Zijn orde zijn voor hem lastige en belachelijke zaken, waarvan hij zelf niets gelooft. Daarom kan hij ook met een onbezwaard geweten een God uit hout en steen maken, als hem dat uitkomt. Dat dan zo'n God voor de ten enenmale door en door blind gemaakte mensen gemakkelijk via de handen van de valse profeet wonderen kan doen, zal toch wel heel begrijpelijk zijn!"
Hoofdstuk 204: Indirecte en directe openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[18] O, verheven vriend, wat u nu heeft gezegd, weet ik en ken ik! Maar het verschil tussen een indirecte en een directe openbaring kon ik niet weten. Het verheugt mij echter dat datgene, wat een goedwillend mens door zijn actieve zoeken gevonden en ontdekt heeft, uiteindelijk toch ook een openbaring van boven is. Natuurlijk kan niet ieder mens een profeet zijn voor het gehele volk. Als echter de indirecte profeet in zijn speciale eigen sfeer iets zeer nuttigs heeft uitgevonden en ontdekt, ook al is het maar ten behoeve van het lichamelijke welzijn, zal dat later ook voor het welzijn van een geheel volk nuttig gebruikt gaan worden en daardoor kan ook de indirecte, op zichzelf staande profeet een algemene zijn en worden!
Hoofdstuk 204: Indirecte en directe openbaringen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Iedere afgodenaanbidding is daarom de grootste, menselijke dwaasheid en een afschuwelijke blindheid. Want uiteindelijk wanen de echte afgodenaanbidders zichzelf afgoden en laten zich bewieroken en als goden aanbidden, -en dat is dan een overwinning van de satan in het mensenhart! Maar wee hun, die in hun grote verblinding zich inbeelden zelf goden te zijn! Hun lot zal eens zeer treurig zijn, want die hoogmoed is een worm die nooit sterft en een vuur dat nimmer dooft!
Hoofdstuk 207: Een wijs en deemoedig hart om God te aanbidden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[12] Het voornaamste gebed bestaat daaruit, dat een deemoedig hart nederig blijft en zijn naaste metterdaad meer liefheeft dan zichzelf, maar God, als de enige, echte Vader van alle mensen en engelen, boven alles!
Hoofdstuk 207: Een wijs en deemoedig hart om God te aanbidden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] Zie je, dat komt doordat de mensen zichzelf hebben verwend en zich daardoor hebben vervreemd van de natuur van dit hemellichaam dat helemaal bedoeld is de mensen te dragen en te voeden en sterk en gezond te houden!
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[19] Van dit oude ouderpaar kan een vlijtig mens ook het meest al het goede, grote en ware leren en zich daaruit die ladder bouwen, waarop aartsvader Jacob de engelen van de hemel op en af zag gaan. Wie vlijtig en met grote ernst in de natuur zoekt, zal veel zegen voor het welzijn van zichzelf en zijn broeders aan het daglicht brengen.
Hoofdstuk 211: Uitleg van het vierde gebod. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] En zo gebeurde het dus dat zulke kinderen hun slechte ouders verlieten de tempel voor zichzelf en hun slechte ouders een offer brachten en bij goede mensen een betrekking zochten, om daar een voor God welgevallig leven te leiden.
Hoofdstuk 213: De Heer legt het voorschrift van de Farizeeën uit. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39  ...