Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1535 resultaten - Pagina 27 van 103

...  15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40  ...
[10] Onze magie bestaat echter uit drie delen. Het eerste, voornaamste deel is het resultaat van onze vele proeven, experimenten en ervaringen, waardoor wij kennis kregen van en vertrouwd werden met de geheime krachten van de natuur, zodat wij in staat zijn duizend en één dingen en zaken ten uitvoer te brengen die de blinde en onwetende mensheid in stomme verbazing brengen en ons een groot aanzien en ook een groot inkomen bezorgen.
Hoofdstuk 38: De bekwaamheid en de daden van de drie wijzen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] En zo hebben wij nog een hoop van dit soort dingen waarvan de experimenten het onwetende volk in grote verbazing moeten brengen. Daartoe behoren ook onze vaardigheden met vuur, waarmee wij ook de bliksem en alle uitwerkingen daarvan bedrieglijk echt kunnen nabootsen. -Daaruit bestaat dus het eerste deel van onze magie.
Hoofdstuk 38: De bekwaamheid en de daden van de drie wijzen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Het tweede deel is zuiver mechanisch, waarbij wij door bepaalde tot op heden nog onbekende machines ook bepaalde effecten teweegbrengen die iedere leek stomverbaasd doen staan omdat de oorzaak van het effect onbekend is en door niemand behalve ons verklaard kan worden.
Hoofdstuk 38: De bekwaamheid en de daden van de drie wijzen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[14] Het derde deel van onze magie heeft eigenlijk niets om het lijf omdat het alleen maar door bepaalde geheime afspraken tot stand komt. Bij het volk baart het echter vrijwel het meeste opzien, hoewel er niets anders achter steekt dan een bepaalde aangeleerde vaardigheid en behendigheid. - Dat zijn dus de drie delen waaruit onze magie bestaat.
Hoofdstuk 38: De bekwaamheid en de daden van de drie wijzen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] Daarop gaven de leerlingen de volle korven aan het volk, en ieder nam er een deel van en niemand kon klagen dat hij ook maar iets te kort was gekomen.
Hoofdstuk 41: De spijziging van de vijfduizend (Ev.Joh. 6,1-15) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] EEN DEEL zei: 'Laat hem toch praten, aan het eind zullen we wel zien waar dat allemaal op slaat!'
Hoofdstuk 44: De zending van de Heer op aarde. Het vlees en het bloed van de Heer (Ev.Joh. 6,36-58) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Het gebeurde zoals Ik gezegd had, en toen we bij de oever kwamen waren de netten zo vol met voortreffelijke vissen, dat ze bijna begonnen te scheuren. Toen de vissers de vissen uit de netten in de viskaren wilden doen, bleek de ruimte te klein om alles op te nemen; ruim een derde deel van de vis moest in de samengebonden netten tussen de boten in het water blijven hangen.
Hoofdstuk 50: De rijke visvangst. De heerlijk smakende edelvissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Tijdens de maaltijd werd er weinig gesproken, maar na de maaltijd des te meer; want er kwamen al gauw veel gasten uit de stad, voor een deel om naar de woeste zee te kijken, maar voor een deel ook om daar een goed visontbijt te gebruiken; want onze waard had namelijk in dit opzicht een goede naam in de hele stad. Het was haast niet te vermijden dat deze gasten met ons in aanraking kwamen, waarbij er velen naar Mij vroegen; want zij zagen ettelijke van Mijn leerlingen die zij goed kenden, en maakten daaruit op dat ook Ik niet zo ver weg zou zijn.
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Zelf was ik ook in de school en ik heb het voornaamste deel van Uw woorden heel goed gehoord; maar ik vond er niets in wat mij ook maar in het minst had kunnen verwonderen. Want dat U, hoewel thans in volmaakt menselijke vorm, Heer bent over hemel en aarde en over de hele geesten en zinnenwereld, was mij allang duidelijk. Wie buiten U kan voor het voedende brood voor alle mensen en dieren zorgen, en wie buiten U geeft de geesten, zoals ook nu onze zielen, eeuwig leven, liefde en wijsheid, hetgeen ik zie als het ware levende brood dat uit de hemelen komt?! Op deze wijze heb ik dat nog een paar van de betere mensen willen verduidelijken; maar hun domme opgeblazen verstand begreep het niet.
Hoofdstuk 48: In de herberg van de waard van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Dan doet zich nog een heel belangrijke vraag voor, en dat is de volgende: Bij de Romeinen, Grieken en Egyptenaren en bij nog vele andere volkeren van deze aarde worden de lijken tot as verbrand. Ergens anders gooit men ze in zee en worden ze door de zeemonsters gegeten en daardoor deel van het lichaam van de zeemonsters, en gaat zo'n monster dan dood, dan wordt het weer door andere dieren gegeten. Wat moet er op de jongste dag van deze lichamen opgewekt worden? Bij het verbranden is het grootste deel van het lichaam in rook en damp opgegaan die zich met de lucht vermengd heeft, en bij de in zee geworpen lichamen is vlees en al een bijbestanddeel van de zeedieren geworden en zo in een heel ander wezen overgegaan. Wie moet dan de voormalige menselijke lichaamsbestanddelen uit de talloos vele dierenlichamen, uit het water, uit de lucht, uit de mineralen en uit de planten en wonnen verzamelen en weer samenvoegen?
Hoofdstuk 54: De opstanding van het lichaam - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] Je hebt hem toch onthuld dat deze hoge golven alleen maar door Mijn almachtige wil veroorzaakt worden en dat Ik alleen behoef te willen en alle elementen gehoorzamen Mij. Dat is toch echt geen kleinigheid! Maar kijk slechts naar buiten, dan zul je je er meteen zelf van kunnen overtuigen hoe weinig indruk die mededeling op hem gemaakt heeft! Hij is niet eens gaan kijken of de zee nog steeds zo te keer gaat, en of een bepaald deel ervan heel rustig is!
Hoofdstuk 59: Het wezen van de wereldse mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Dat de menselijke ziel van deze wereld samengesteld wordt uit elementen van het mineralen-, planten en dierenrijk en zich opwerkt tot mensenziel, is jullie reeds grotendeels uitgelegd, en ook, hoe dat binnen de gevestigde orde plaatsvindt. Maar die weg gaat een mensenziel, ook al is hij nog zo onvolmaakt, niet terug, behalve dan, in uiterlijk opzicht, in het geestelijke middenrijk, teneinde haar te deemoedigen en mogelijkerwijs daardoor te verbeteren. Is er tot op een bepaalde hoogte verbetering ingetreden, die dan wegens gebrek aan grotere bekwaamheden niet verder kan gaan, dan kan zo'n ziel naar een ander hemellichaam overgaan, d.w.z. naar het geestelijke deel daarvan en als schepsel gelukkig worden, of ook, als zij het wil, nog eens in het lichaam van de mensen van deze aarde komen, via welke weg zij zich hogere bekwaamheden kan eigen maken en met behulp daarvan zelfs het kindschap van God kan bereiken.
Hoofdstuk 61: Over reïncarnatie. De aarde als school voor de kinderen Gods - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Maar als dat God mogelijk is, waarom laat Hij het dan toe dat de mens eerst in een vrouwelijk lichaam verwekt moet worden, en vervolgens daarin van periode tot periode en van deel tot deel moet groeien en zich moet ontwikkelen? Als hij in het moederlichaam na vrij lange tijd voldoende ontwikkeld is, komt daar de moeizame geboorte, terwijl er nog heel wat aan zijn lichaamsdelen ontbreekt. Na verloop van tijd worden deze steeds meer volgroeid; de tong wordt soepeler en begint woorden te stamelen, de organen ordenen zich steeds meer, en de krachtiger en mondiger wordende ziel kan zich daar meer en meer van bedienen, en zo gaat dat van fase tot fase op en voorwaarts net zolang, tot de mens, zo ongeveer na dertig of veertig j aar, een krachtige, ervaren, verstandige man is. Alle kennis en ervaring heeft hij zich door eigen moeite en arbeid eigen moeten maken om voor zijn medemensen als nuttig medeburger waardevol en achtenswaardig te zijn. Ja, maar waarom moet dat alles met de mens gebeuren als God almachtig is en meteen zonder geboorte en opvoeding volledig wijze, sterke mensen uit de lucht of zelfs maar uit het niets kan maken?
Hoofdstuk 63: De reden van de menswording van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Toen de slechte dwazen met niet te beschrijven moeite de voet van een belangrijke berg voor het grootste deel weggehaald hadden, werd het loon voor hun werk ook al zichtbaar. De eigenlijke berg, waarvan de steunen weggehaald werden, begon door zijn grote gewicht te zakken, en perste verschrikkelijke watermassa's in machtige stromen naar de oppervlakte van de aarde. Door de vele heetwaterstromen moest daardoor ook de lucht natuurlijk vol raken met dampen en wolken, waardoor de regen werkelijk in stromen begon neer te vallen en het water tot boven de bergen begon te stijgen. Meer dan een derde van het hele werelddeel Azië werd overstroomd, en alle Hanochieten, die meenden dat zij de hele mensheid op aarde uitmaakten, gingen daar te gronde en hun stad verzonk eveneens in de diepte der aarde.
Hoofdstuk 64: Het ongeloof als bewijs van rijpheid voor een nieuwe openbaring, Vergelijking van de mensen ten tijde van Noach en van Jezus. De geestelijke toestand van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[16] Zo denkt nu het beste deel van de heidenen. Maar als dat zo is, iets wat jullie nu zonder moeite kunnen zien en begrijpen, dan is het immers toch ook duidelijk dat juist nu sprake is van die rijpheid tussen Schepper en schepselen van waaruit de mensen pas volledig in de toestand zijn beland om door God, zonder hun zelfstandige leven schade te berokkenen, onderwezen en tot godgelijke levens-volmaaktheid geleid en gebracht te worden. - Is het jullie nu duidelijk?'
Hoofdstuk 64: Het ongeloof als bewijs van rijpheid voor een nieuwe openbaring, Vergelijking van de mensen ten tijde van Noach en van Jezus. De geestelijke toestand van de mensen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40  ...