Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 27 van 1037

...  15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40  ...
[17] Door al die drukte aangelokt komen er echter ook een aantal Farizeeën en schriftgeleerden, deels uit Jeruzalem maar op dit ogenblik in Kapérnaum verblijf houdend, en deels ook uit Nazareth en uit de omgeving, tesamen met de priesters en schriftgeleerden uit Kapérnaum, speciaal voor Mij naar dit huis. Ze hebben van Jaïrus gehoord hoe Ik zijn dochtertje, waarvan boven alle twijfel verheven vast stond dat ze dood was, weer levend gemaakt heb. Het volk maakt ruimte voor hen, zodat ze bij Mij in het huis kunnen komen.
Hoofdstuk 115: Nazareth. Het volk wil Jezus als koning. (21.11.1851) Bij Bethabara. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[18] En als ze Mij in het huis aantreffen, vuren ze direkt een groot aantal vragen op Mij af. Ik verwijs hen echter allemaal naar Mijn leerlingen en zeg: 'Dit zijn Mijn getuigen; zij weten overal van, stel uw vragen maar aan hen!'
Hoofdstuk 115: Nazareth. Het volk wil Jezus als koning. (21.11.1851) Bij Bethabara. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Tijdens de gesprekken van de Farizeeën en schriftgeleerden met leerlingen, brengen een man of acht een aan jicht lijdende man op een bed, om hem door Mij te laten helpen! Het huis was echter dermate omringd door mensen, dat het voor die acht mannen niet mogelijk was om de zieke in het huis bij Mij te brengen. Ze waren echter bang dat Ik al gauw zou vertrekken en, omdat het huis aan de zee lag, aan de zeezijde door een kleine uitgangsdeur naar zee zou gaan en ergens heen zou varen. Een van hen ging naar de eigenaar van het huis die hij kende, en zei: 'Vriend, mijn broers en ik hebben met z'n achten de broer van onze moeder, die door aanhoudende jichtaanvallen al acht volle jaren het bed niet meer heeft kunnen verlaten, met bed en al hierheen gebracht om hem op deze manier persoonlijk bij de beroemde wonderheiland te brengen, die zich in jouw huis bevindt en hem zeker kan genezen. Het is echter door die enorme volksoploop totaalonmogelijk hem in het huis voor Jezus te brengen. Vriend, kun jij ons alsjeblieft raad geven, wat we nu doen moeten!'
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Dat is een kolfje naar de hand van die ene van de acht, en het werk wordt direkt uitgevoerd, terwijl het publiek geamuseerd en verwonderd toekijkt; en de hele onderneming verloopt gesmeerd en zonder één enkele storing. Maar een echt domme, ultramontane tempelpriester en letterknecht van de woorden der wet, maakte de gewetensvolle opmerking tegen degenen die het dak openlegden, of ze er wel erg in hadden dat het nu midden op de sabbat was!
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Eén van de acht zei: 'Ei, waarover praat jij hier, oude tempelos?! Houd je tandeloze bek dicht en kruip naar Jeruzalem in Salomo's ossen ezel -, kalver - en schaapsstal en blèr daar tesamen met deze gebruikelijke vulling van het godshuis je liederen van Jeremia! Wij hebben jullie tegenwoordige, beestachtige godsdienst al lang afgezworen en weten, dat God meer welgevallen heeft aan goede werken, dan aan het gebrul van jullie ossen en ezels!'
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Luister, mijn huis is net als de meeste vissershuizen gedekt met riet! We zetten buiten twee ladders tegen het dak, en schuiven vlug zoveel riet opzij, dat je de zieke met bed en al door het gemaakte gat kunt schuiven! Als hij dan op de zolder is beland, bind je sterke touwen aan de vier hoeken van het bed; er ligt genoeg touw op zolder. Ik doe vervolgens het valluik open in het midden van de zolder, en we laten de zieke aan de touwen met bed en al naar beneden in de kamer zakken, en dan kan hij zelf aan Jezus vragen, of Hij hem gezond wil maken. Degenen, die onder de opening in de kamer staan, zullen wel ruimte maken, als ze tenminste het ziekbed niet op hun hoofden willen laten rusten!'
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Werkelijk, de eredienst in de tempel was, speciaal op de grote feestdagen, zo iets afgrijselijk doms en smerigs, dat men iets dergelijks ergens anders op de hele aarde niet vond, ook bij de ongeciviliseerdste volken niet; en zodoende had de jonge man een heel waar weerwoord aan de man uit de tempel gegeven, en dat antwoord was ook erg naar Mijn zin, omdat het Mij heel goed bekend was dat het gebeurde en hoe het gebeurde.
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Spoedig na dit voorval wordt het valluik van de kamer - of liever gezegd de zolder - geopend. Een gewichtig doende Farizeeër roept vragend naar boven: 'Wat is er aan de hand daar boven, wat gebeurt daar?!'
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Deze toespraak veroorzaakt weer grote bijval bij de leerlingen, maar daarentegen ergernis bij de Farizeeën, priesters en schriftgeleerden; maar de leerlingen roepen luid: 'Vooruit, naar beneden met de ongelukkige van boven die hier beneden het heil zoekt!' En meteen wordt de zieke naar beneden gelaten.
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[16] Ik zeg: 'Denkt u er zo over?! U matigt zich aan dat u alleen de zonden vergevende kracht zoudt bezitten, en u zegt daarbij dat hij alleen maar door de dood te genezen is. Ik zeg u echter: Opdat u zien en weten kunt dat de Zoon des mensen op aarde óók de macht heeft om de zonden te vergeven, zeg Ik nu in uw bijzijn tegen deze zieke: 'Sta op, neem je bed en ga volledig gezond en getroost naar huis! (Matth. 9:6)
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[17] Na deze woorden strekte de zieke. opeens geheel gezond. zijn voorheen allerellendigst verdraaide en ten dele reeds verdroogde ledematen uit en in datzelfde ogenblik kwam ook al het vlees weer terug. Hij bedankte Mij snikkend van overgrote vreugde. stond van zijn bed op en was meteen weer zo sterk en krachtig. dat hij dadelijk de touwen van het bed losmaakte. vervolgens het bed onder zijn linker arm nam, zich met het tamelijk zware en omvangrijke bed met gemak door het grote gedrang een weg baande en het zelf tot Kapérnaum naar huis droeg! (Matth.9:7)
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Toen God daarna in de dode vorm een levende ziel en daarin een denkende geest inademde, was dat geen stoffelijk, maar een zuiver geestelijk werk van God in en aan de vorm van de eerste mens van de aarde. En toen deze wonderdokter Jezus uit Nazareth, hier waar wij allemaal bij waren, datzelfde deed bij het dochtertje van de overste, was dat naar ik aan mag nemen toch ook wel een zuiver geestelijk werk en een geestelijke verzorging?!'
Hoofdstuk 117: Toespraak van de jonge Romein. (24.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Dan zegt de bijdehante spreker van daarnet: 'Heb maar even geduld, u zult het zo dadelijk zien! Kijk, het is vandaag sabbat; op deze dag komt meestal, zoals u het in de synagogen en scholen leert, het heil van boven! Dit keer is het heil van de mensen reeds beneden, en daarom komt er nu iemand, die nog geen heil heeft, van boven naar u daar beneden om daar zijn heil te zoeken. Er gebeurt hier dus niets dat strijdig is met de sabbat; want het is toch wel hetzelfde of op de sabbat het heil van boven naar beneden komt, of dat iemand het heil beneden zoekt, omdat het al vóór hem uit de hemel naar beneden kwam bij de blinde mensen, die het niet kunnen zien ook al stoten ze hun neuzen ertegen!'
Hoofdstuk 116: Bethabara. Genezing van de jichtlijder. (22.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Zijn zoon Johannes predikte te Bethabara de waarheid en riep jullie gewetenloze misdadigers in het heiligdom van God op tot boetedoening en tot terugkeer naar Mozes en diens zuivere leer; en wat deed je met hem?! Waar kwam hij terecht?! Hij verdween; -zover ik weet is hij 's nachts door boosaardige beulsknechten opgepakt!
Hoofdstuk 117: Toespraak van de jonge Romein. (24.11.1851 ) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ik zeg: 'U kent wel de dode letters; maar daarin is God niet, en daarom kunt u God ook niet uit de schrift kennen! De schrift toont u alleen de weg naar God, en dat alleen maar als u die weg gaat zonder daar van af te wijken.
Hoofdstuk 119: Het voorbeeld van de reis naar Rome. Aan de zee van Galilea. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40  ...