Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

20425 resultaten - Pagina 28 van 1362

...  16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41  ...
[6] IK zei: 'Ja, daar heb je alweer gelijk in, - maar alleen in zoverre, dat de broeders je pas niet verder willen laten prediken als je aan het eind van je preek onzuivere bedoelingen aan de dag begint te leggen. Laat dat dus voortaan, dan zul je ongehinderd kunnen en mogen prediken! Waarom doe je dat, om een aalmoes bedelen bij je toehoorders, terwijl bij Mij nog niemand van jullie ook maar één dag enige nood heeft geleden?! Doe het daarom zoals Ik het wil, dan zul je alles goed doen en zal niemand je ooit van de wijs brengen bij wat je doet! - Heb je Me goed begrepen?"
Hoofdstuk 273: De geldzucht van Judas Iskariot - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Meer hierover kunnen jullie van Mijn leerlingen vernemen; als jullie getrouw blijven handelen volgens Mijn leer, zal jullie dat alles in de loop der tijd door je geest getoond worden wanneer deze één wordt met je ziel; hij zal jullie dan in alle wonderbaarlijke waarheden binnenleiden. "
Hoofdstuk 275: Een blik in de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[20] IK zei: 'Ga zitten, en eet en drink welgemoed! - Eens zei men:'Niemand kan God zien en tevens in leven blijven, want God is een alles verterend vuur. ' Maar nu kunnen jullie God zien en eten en drinken en daarbij zelfs nog het eeuwige leven oogsten!'
Hoofdstuk 6: De bekentenis van de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Toen op deze wijze alles rustig en ordelijk was, zei IK: 'Voor alles eis Ik van jullie, dat jullie datgene wat je nu zult horen en zien, altijd strikt voor jezelf zult houden, opdat iemand alleen maar door de daarvoor bestemde nieuwe leer en de door Mijn wijsheid daarvoor gekozen tekenen genoodzaakt wordt aan Mij en Mijn zending te geloven, waartoe zijn wil en zijn geweten hem aansporen.
Hoofdstuk 7: De Heer met de Zijnen op een heuvel bij Bethanië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Daarop sprak MOZES: 'Booswicht, je bent nu oud, maar je was ooggetuige en je hoorde alles wat ik indertijd tegen de vergadering van priesters gezegd heb toen ik uit het heilige der heiligen terugkwam! Ik zei toen: 'Luister, broeders, God de Heer heeft in Zijn grote genade en ontferming mijn innerlijk voor mij geopend, en Mozes' geest kwam in mij en nu is mijn ziel met Mozes' geest één mens, die nu voor jullie staat zoals hij eens voor de Farao en op de Sinaï voor God stond! Ik was de eerste die deze stoel neergezet heeft en op Gods bevel daarop is gaan zitten, - en nu zit ik er, omdat God dat zo wil, als laatste op; want in de toekomst zal alleen de Heer, die reeds in deze wereld op wonderbare wijze het vlees der mensen heeft aangenomen, met deze stoel doen wat Hij volgens Zijn ondoorgrondelijk raadsbesluit zal willen!' Jullie werden woedend over die waarachtige voorspelling van mij, sleurden mij van de stoel af en wurgden mijn lichaam. Is het zo niet gebeurd?'
Hoofdstuk 8: Mozes en Elia verschijnen op bevel van de Heer. Mozes' aanklacht tegen de tempeljoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] MOZES antwoordde: 'O, jij spreekt onwaarheid en maakt jezelf maar wat wijs! Want dat alles is allen, tot de minste tempelknecht toe, zevenmaal achter elkaar duidelijk en begrijpelijk in heldere dromen in de geest aangekondigd, en jullie hebben die nog wekenlang gedurende de tijd dat ik stom was, aan elkaar uitgelegd. Hoe kun je dan zeggen dat jullie in verband daarmee geen visoen hebben gehad?'
Hoofdstuk 8: Mozes en Elia verschijnen op bevel van de Heer. Mozes' aanklacht tegen de tempeljoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] MOZES zei: 'Mijn aanklacht bevindt zich te allen tijde in mijn hand; de toorn en de wraak ligt echter in de hand van de almachtige Heer! Jullie jongste dag is echter al een behoorlijk stuk dichterbij gekomen; maar nu hangt alles helemaal alleen van de Heer ar Zeg eens, wat jullie mening daarover is!'
Hoofdstuk 8: Mozes en Elia verschijnen op bevel van de Heer. Mozes' aanklacht tegen de tempeljoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] MOZES zei: 'O, jullie wereldse, sluwe vossen, jullie wisten heel goed aan de hand van vele voorbeelden uit de Schrift, wat heldere dromen te betekenen hebben! Denk maar eens aan de droom van Jacob, de dromen van Jozef, de droom van de Farao en nog heel veel soortgelijke dromen; die hebben jullie heel goed in het oor gefluisterd wat jullie tot zevenmaal toe herhaalde visioen te betekenen had; maar jullie wereldse instelling, jullie priesterlijke hoogmoed, jullie lust om onbeschrijflijk luxueus te leven en jullie lust tot de grootst mogelijke luiheid en tot alle soorten en vormen van hoererij hebben jullie verblind en verdoofd, en daarom waren jullie erg bang om volgens Mijn voorspelling al jullie aangename, aardse levensvoordelen te verliezen, en daarom hebben jullie, in plaats van je naar Gods wil te voegen, liever alles tegen Hem ingezet en zijn jullie tot op dit uur en tot op dit ogenblik volledig in opstand tegen God. Stofwormen, hoe bevalt jullie deze ware geschiedenis?!
Hoofdstuk 8: Mozes en Elia verschijnen op bevel van de Heer. Mozes' aanklacht tegen de tempeljoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] MOZES antwoordde: 'Wat de hel betreft, hoeven jullie bij jullie huidige levenswijze helemaal niet te vragen of jullie daarin zullen komen; want jullie manier van denken en handelen was Immers allang zodanig, dat jullie tot op heden in de hel waren, en jullie hebben ook alles gedaan wat daar thuishoort. Jullie kunnen daarom niet meer in de hel komen, omdat je er in wezen al in bent.
Hoofdstuk 8: Mozes en Elia verschijnen op bevel van de Heer. Mozes' aanklacht tegen de tempeljoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Heb God waarachtig boven alles lief en de arme naaste zoals jezelf, dan zullen ook jullie je vele, grote zonden vergeven worden! Want als een mens de zonde niet volledig loslaat, kan ze hem ook niet kwijtgescholden worden. Want de zonde is immers iets wat de mens zelf doet, omdat zij voortkomt uit zijn lichaam en de wil van zijn ziel.
Hoofdstuk 10: De zelfbeschuldiging van de priesters - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Laat ieder daarom vóór alles zijn ziel proberen te redden! Want tegen allen zeg Ik, dat het aan gene zijde zo zal zijn: Wie liefde en waarheid, en dus de juiste orde van God, in zich heeft, zal er daar meteen nog heel veel bij gegeven worden; wie dat echter niet heeft of veel te weinig heeft, zal ook dat wat hij eventueel nog heeft, afgenomen worden, zodat hij dan helemaal niets zal hebben, en naakt, zonder middelen en zodoende zonder hulp zal zijn. Wie zal zich daar over hem ontfermen en hem vrijkopen?! Waarlijk Ik zeg jullie: Eén uur hier is meer waard dan duizend jaar daar! Grif deze woorden diep in je hart; maar voorlopig moet niemand daar over spreken! ,
Hoofdstuk 13: De nieuwe ster en het nieuwe Jeruzalem. De voorwaarde voor het eeuwige leven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Wanneer echter de Geest waarover Ik nu met jullie heb gesproken, tot jullie zal komen en jullie zal doordringen, zullen jullie uit jezelf alles begrijpen wat je nu allemaal ziet en hoort maar door je puur natuurlijke gesteldheid niet kunt begrijpen; want het lichaam kan de geest niet begrijpen en is op zichzelf zonder meer dood. Het heeft geen ander leven dan alleen maar het tijdelijke meeleven uit de levenskracht van de ziel, die met de geest verwant is en die helemaal op hem kan gaan lijken, en één met hem kan worden als zij zich helemaal van de wereld afwendt en haar zinnen alleen richt op het meest innerlijke, geestelijke, volgens de orde en wijze zoals Mijn leer en Mijn persoonlijke voorbeeld het jullie laten zien.
Hoofdstuk 13: De nieuwe ster en het nieuwe Jeruzalem. De voorwaarde voor het eeuwige leven - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] IK zei: 'Welaan dan, ga na de maaltijd naar huis en regel alles goed! Kom dan terug en dan zal Ik jullie zeggen wat wij daarna zullen gaan doen! Maar nu aan de maaltijd!'
Hoofdstuk 15: De joodse priesters worden leerlingen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Maar wie zal zo'n bijzonder blijde boodschap met een treurig, bedeesd, vreesachtig, angstig en moedeloos gezicht willen of kunnen overbrengen? Daarom, voor altijd weg ermee en weg met de overdreven eerbied zelfs voor Mij; want met dat alles zouden jullie nooit geschikt zijn om voor iets groots geroepen en uitgekozen te worden, en nog minder om iets belangrijks en groots te verrichten!
Hoofdstuk 18: Een evangelie van blijmoedigheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Maar Ik zei: 'Luister! Wij zijn vandaag op de dag na sabbat opgewekt en vrolijk bij elkaar, en waarom zouden we dat ook niet zijn?! Want jullie hebben Mij begrepen en herkend, hoewel dat met veel moeite en offers gepaard ging, en dus heb ook Ik jullie aanvaard! Jullie zijn vrijgemaakt van ieder gericht, omdat jullie jezelf uiteindelijk geheel uit vrije wil op het enig ware en goede hebben gericht. En dus kan Ik jullie nu, zonder afbreuk te doen aan jullie vrije inzicht en jullie vrije wil, hier wel een teken geven van Mijn innerlijke goddelijkheid. Houd nu dus alles heel goed in het oog! Wat zou gemakkelijker zijn, denken jullie: deze steen enkel door Mijn wil in een oogwenk vernietigen, of de tempel met alles wat daar in is, dood en levend, op gelijke wijze vernietigen? Controleer eerst nog de steen, zodat niemand kan zeggen dat hij op een of andere wijze vooraf geprepareerd was!'
Hoofdstuk 20: De vergankelijkheid van de materie - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41  ...