Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1654 resultaten - Pagina 29 van 111

...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...
[6] Iemand wilde trouwen. Hij kent reeds de gekozene van zijn hart. Maar als hij om haar hand vraagt, worden hem voorwaarden gesteld, waaraan hij bij elkaar pas na duizend jaar geheel zou kunnen voldoen en de daaraan verbonden moeilijkheden zijn vrijwel onoverwinnelijk! Ja, is het dan wel zo'n groot wonder als zo'n mens tenslotte in zijn hart helemaal geen begeerte meer naar de uitverkoren, voorname vrouw heeft, en allang met een meisje van heel geringe afkomst is getrouwd, voor wie hem heel acceptabele en gemakkelijk te vervullen voorwaarden gesteld werden?
Hoofdstuk 242: Schijnbare onrechtvaardigheden bij het leiden van zielen hier en aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] En dat is nu de taak die Ik Mijzelf voor jullie gesteld heb, en jullie taak voor de naasten zal volgen! Weliswaar mogen jullie geen hoop koesteren dat dat allemaal al binnen enkele jaren plaats zal kunnen vinden! Ik zeg jullie: Over duizend jaar en meer, zal meer dan de helft van de wereldbevolking nog geen syllabe van Mijn woord gehoord hebben!
Hoofdstuk 247: Over de bezetenheid. De langzame uitbreiding van het evangelie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Wel,dan komt meestal het volk achter al hun slechte streken en het oude, lui geworden, fanatische geloof begint broos te worden en steeds groter scheuren en gaten te vertonen, en dan kan er nog zo ijverig aan versteld worden, het baat niet meer, en er zijn er dan al gauw nog maar weinig die niet bij de eerste de beste gelegenheid meteen de oude, helemaal verstelde, nauwe rok omruilen tegen een nieuwe. Maar voor een volk zover is, gaan er minstens een paar duizend jaar voorbij!
Hoofdstuk 249: Tekenen voor de uitbreiding van de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] ROCLUS zegt snel: 'Ik wist dat, en door veel ervaring wijs geworden wisten wij dat allemaal heel goed! U bent nu al ruim dertig jaar onze rechtvaardige en tevens goedhartige heerser en wij kennen u en al uw zwakke kanten. Men moet u vooraf altijd een beetje boos maken als men iets buitengewoons van u te weten wil komen en zo ging het hier ook, hetgeen u ons zeker vanwege de goede zaak graag zult vergeven!"
Hoofdstuk 19: De eigenlijke bedoeling van Roclus en zijn metgezellen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] U hebt reeds heel duidelijk laten zien, o Heer, hoe ieder mens om voor Uw aangezicht te kunnen bestaan, zichzelf als wezen moet vormen en hoe U hem daartoe alleen de gelegenheid en verder niets kunt bieden. Kortom, dat alles zien wij nu heel goed in en dat hoeft ons verder niet uitgelegd te worden. Maar dat mensenzielen, die reeds meer dan duizend jaar op dezelfde wijze een lichaam krijgen en dan op dezelfde wijze opgevoed worden zoals dat jammer genoeg nu gebruikelijk is, in het hiernamaals daardoor bijna eeuwig moeten lijden om maar een haartje beter te worden, dat komt mij in ieder geval erg hard voor! U leerde ons zelf, mild, zacht en welwillend met zieke zielen om te gaan! Maar als aan een zieke ziel, die hier op deze wereld niet genezen is maar nog helemaal ziek naar het hiernamaals gaat, geen vonkje van enige liefde en mildheid meer bewezen en betoond kan of mag worden, dan denk ik toch dat ook hier genade en liefde in de plaats zouden kunnen komen van de te strenge orde en gerechtigheid!
Hoofdstuk 242: Schijnbare onrechtvaardigheden bij het leiden van zielen hier en aan gene zijde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] IK zeg: "Nog niet helemaal; het mist nog drie meesterstukken van onmenselijke slechtheid! Als het ook die, ondanks alle lessen en waarschuwingen, uitgevoerd heeft, dan pas, vriend, zal over deze stad en al haar bewoners jouw onmenselijk grote kruis met het scherpste zwaard geslagen worden! Met het volk zullen we echter nog iets meer dan vierentwintig jaar geduld hebben en we zullen het vóór de ondergang nog zeven jaar lang door allerlei boden, verschijningen van de doden en veel grote tekenen aan de hemel laten waarschuwen! En, vriend, mocht dat alles ook tevergeefs zijn, dan zal pas dan jouw onmenselijk teken in hoge mate en met het scherpste zwaard over hen geslagen worden! Ik wilde dat het te verhinderen was!
Hoofdstuk 251: Het zwaard als tuchtigingsmiddel bij ongelovige volken. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Na ongeveer een uur of drie, volgens jullie tijdmeting, kwam het mannetje terug en zei, dat zij met deze zandbank nauwelijks binnen vier dagen klaar zouden komen en dat er daarna aan de overkant aan de linkeroever ook nog een grote zandhelling was waarin ook veel krokodilleëieren begraven lagen. Die moesten zij ook vernietigen, anders zou het binnen een jaar wemelen van de krokodillen, en binnen tien jaar zouden zij zich zo sterk vermeerderd hebben, dat geen mens ook maar een stap in het hele laagland zou kunnen zetten zonder ergens op een krokodil te stoten. De mensen van deze landen konden hen, de civetkatten, daarom niet genoeg dankbaar zijn voor het voortdurend vernietigen van de kwaadaardige krokodillen in het hele laag en hoogland aan beide zijden van deze rivier.
Hoofdstuk 259: Voorbeelden van de intelligentie van de dieren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] RAPHAËL zegt glimlachend: 'Enig idee heb je er wel van gekregen; maar met jouw 'noodzakelijke gevolgen' en met onze 'noodzakelijke voorzieningen' en 'langdurige voorbereidingen' zitje er glad naast, -waarvan een paar duidelijke voorbeelden je meteen helemaal zullen overtuigen! Kijk hier eens rond, bepaal een plaats, en eis van mij volkomen willekeurig, waar en wat voor soort boom of bomen, volgroeid en rijk beladen met rijpe vruchten, je wilt hebben! Of wil je verschillende soorten? Kortom, zeg het, dan zullen zij ook onvoorzien en onvoorbereid blijvend aanwezig zijn, en duizend jaar zal niet in staat zijn de sporen van hun bestaan volledig uit te wissen! Dus laat horen wat je wilt, dan zul je direkt een waarachtig wonder zien dat nog nooit op een of andere wijze voorbereid en voorzien is"
Hoofdstuk 3: De voorzienigheid van God en de vrije wil van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] RAPHAËL zegt: 'Zei ik je dan niet dat dit allemaal, dat wil zeggen alles wat hier stevig gebouwd is, in duizend jaar niet volledig zal vergaan? Alleen de verschillende vruchtbomen, de edele struiken en planten, evenals de vijf schepen zullen niet zo lang blijven bestaan; maar het metselwerk zal behoorlijk lang, ja zeer lang standhouden! Ook zelfs na tweeduizend jaar zullen daarvan nog sporen te vinden zijn; maar natuurlijk zal dan niemand meer in bovenaardse bouwers van deze muren geloven. Zelfs in deze tijd zullen de dichtstbijzijnde buren, wanneer zij dit alles zullen zien, zeggen, dat dit allemaal door de aanwezige Romeinen is gebouwd, want veel sterke handen brengen ook wonderen teweeg! Spreek de wereldse mensen echter niet tegen, want als er in een land tienmaal tien maal honderdduizend mensen op de huidige wijze leven, dan zul je over het geheel nauwelijks vijfduizend mensen aantreffen die dat na veel uitleggen redelijkerwijs van je zouden aannemen. Aan blind geloof zou jij echter niets hebben en wij hemelgeesten nog minder. Het is ook helemaal niet belangrijk of er veel of weinig mensen geloven; want de Heer kwam alleen maar vanwege Zijn geringe aantal kinderen op de wereld en niet vanwege de wereldse mensen. En zo zal het blijven tot aan het einde van deze wereld en haar tijden!
Hoofdstuk 5: Kinderen van de wereld en kinderen van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Met een hoop bouwlieden zou u het wel in 5-10 jaar hebben kunnen bouwen, dat geef ik u graag toe; want de macht van het zwaard en het geld is groot in deze wereld. Een van uw beroemde dichters die ik heb gelezen, zegt van de mensen: 'Niets is de stervelingen te moeilijk; zelfs de hemel wil de mens in zijn vermetelheid beklimmen!' (Horatius) En zo staat het met de mens, deze naakte stofworm! Geef hem middelen, macht en tijd en hij zal weldra bergen gaan verzetten, en zeeën en meren droogleggen en de rivieren een nieuwe bedding geven! Dat is op zichzelf echter alles bij elkaar geen wonder, maar een heel natuurlijk, met vereende krachten doelgericht handelen van de mensen.
Hoofdstuk 20: Roclus bezichtigt het wonderbouwsel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Denk eens aan het verschil in taal tussen nu en vroeger! Duizend jaar geleden sprak men alleen in beelden en overeenkomstige gelijkenissen. De hele taal was zuiver poëzie, en daarom hebben de ouden alles in versvorm geschreven en meestal ook op deze manier met elkaar gesproken. Het zogenaamde gebrekkige proza kwam pas tevoorschijn toen de mensen, grondig bedorven, overgegaan waren in het puur materiële, vleselijke leven.
Hoofdstuk 26: Cyrenius bejegent Roclus als vriend. De oorzaak van het verval van het priesterschap - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Ga zo'n echte vrek eens vragen, voor wie hij dat allemaal verzamelt, want hij kan dat wat hij bij elkaar geschraapt heeft, toch immers voor zichzelf in geen duizend jaar opmaken. Dan zal hij je meteen als zijn aartsvijand beschouwen en je beslist geen verantwoording afleggen. En in geestelijk opzicht zijn vooral de priesters nu zo.
Hoofdstuk 26: Cyrenius bejegent Roclus als vriend. De oorzaak van het verval van het priesterschap - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Ik zag zo'n licht bestrafte! Hij had drie ijzeren spijkers door zijn kuiten gestoken, maar moest toch een zware last rondom een boom heen trekken. Als zijn lichaam moe dreigde te worden, nam hij een zweep met ijzeren punten en.sloeg zichzelf daarmee geweldig. Zijn dagelijks eten als boeteling bestond uit zeven vijgen en een kruik water. Deze boeteling was reeds in het tweede jaar van zijn boetedoening en leefde nog steeds.
Hoofdstuk 27: Het kunstmatige Allerheiligste in de tempel te Jeruzalem. Indische gruwel van boetedoening - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Op een keer hebben twee bij ons logerende, ondergeschikte priesters uit Rome verteld en beweerd, dat de PONTIFEX MAXIMUS zo'n hoog wezen is, dat zelfs Zeus in eigen persoon, die ieder jaar eenmaal de P.M. bezoekt, zich beslist drie tot zevenmaal voor hem buigt voor hij het waagt met zijn allerhoogste plaatsvervanger op aarde een woord te wisselen om hem heel eerbiedig nieuwe wetten voor het sterfelijke volk van de.aarde te .geven. Weliswaar geeft Zeus de P.M. deze eer niet bepaald ter wille van zichzelf, maar alleen ter wille van de domme stervelingen, die daaraan de onuitsprekelijke en onmetelijke hoogheid en majesteit moeten afmeten, waarmee de allerhoogste plaatsvervanger van de allerhoogste god op aarde bekleed is.
Hoofdstuk 7: Over de Romeinse opperpriester. Kritiek op het heidense priesterdom in Rome - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Goede of slechte jaren zouden van hem afhangen. Als hij de aarde zegent, zijn de oogsten op de hele aarde meteen overvloedig; zegent hij de aarde echter niet, dan zal het er op aarde met de oogsten erg slecht uitzien, -en spreekt hij een vloek over de aarde uit, dan is het uit met alles en dan komen er oorlog, hongersnood, pestilentie en nog duizend andere ongehoorde plagen over de aarde! Zeus niet meegerekend, moeten alle goden hem gehoorzamen; als zij weigeren, kan hij ze voor honderd jaar van de aarde verbannen, -wat echter nooit gebeurt en nooit zal gebeuren, omdat alle goden te zeer en te diep overtuigd zijn van de onuitsprekelijke hoogheid van de P.M.
Hoofdstuk 7: Over de Romeinse opperpriester. Kritiek op het heidense priesterdom in Rome - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...