Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 29 van 1166

...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...
[14] Wel, nu is ook dit geval opgehelderd, zodat je bij ieder geval dat hinderlijk zou kunnen zijn voor Mijn leer, precies weet watje moet doen! En omdat we nu niets meer te bespreken en te behandelen hebben, gaan we weer naar buiten. Misschien doet er zich hier of daar iets voor dat ons in de gelegenheid stelt er dieper over na te denken!'
Hoofdstuk 92: De christen als zakenman. Over het betalen van bescherming en het houden van slaven. Welke houding men ten opzichte van afgodenpriesters moet hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Mocht echter een van die priesters iemand met geweld dwingen in zijn afgoden te geloven en hun het vereiste offer te brengen, zeg hem dan de volle waarheid! Wil hij het zich niet gezegd laten zijn, roep Mij dan in je geest aan, en doe in zijn bijzijn een teken in Mijn naam! Als hij dat ziet, zal hij wel geloven, tenminste als hij enige waarheidszin in zijn hart heeft; gelooft hij echter niet, laat hem dan gaan - en blijven jullie bij de waarheid van Mijn leer! Want het denken en handelen van de stadhouders van Rome is er nu op gericht om de mensen volledig vrij te laten zijn in kennis, denken en geloven.
Hoofdstuk 92: De christen als zakenman. Over het betalen van bescherming en het houden van slaven. Welke houding men ten opzichte van afgodenpriesters moet hebben. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Wat Mijn leer inhoudt, zullen Mijn leerlingen jullie voor vanavond zonder moeite bijbrengen en zij zullen jullie ook vertellen hoe jullie het moeten aanpakken om deze het volk bij te brengen. Maar vóór alles moeten jullie ook doen wat de leer vereist; want daardoor kunnen jullie pas tot vervolmaking van jullie leven komen en daarin dan ook dat doen wat Ik nu doe, en als jullie helemaal volmaakt worden, ook nog grotere dingen en veel meer .
Hoofdstuk 95: Bij de maaltijd in het huis van Jored de tollenaar. De levensleer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] Dus als het volk hier op een bepaalde dag zal samenkomen en de drie bekende godenbeelden niet meer zal zien, weet ik werkelijk niet hoe dat zal aflopen. Samen met u zouden wij ons er wel op overtuigende wijze en met gloedvolle woorden uit kunnen redden en ons plechtig verontschuldigen; maar waar zult u, als onbekende reiziger, dan op dat ogenblik zijn? Weliswaar hebben wij gelukkig heel belangrijke getuigen uit deze plaats bij ons; maar ook zij zullen ons tenslotte tegen een wild geworden volksmenigte niet veel kunnen helpen, en daarom zou ik u dus ter wille van de goede zaak dringend willen vragen om voor korte tijd de drie beelden te reconstrueren, iets wat voor u niet zo moeilijk zal zijn. Wij, daarentegen, zullen uw leer helemaal en met een dankbaar gemoed aannemen en ook aan het volk doorgeven, en zo de drie godheden hier totaaloverbodig maken, daarvan kunt u volkomen verzekerd zijn; maar dat zal nu, zo plotseling, moeilijk of eigenlijk helemaal niet gaan!
Hoofdstuk 94: De vraag van de priester om herstel van de afgodenbeelden. Het heilige meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Toen zei IK tegen hen: 'Spreek alleen de waarheid, vertel hoe het was, en hoe het gebeurde, en beroep je op de getuigen, waarvan je er hier een behoorlijk aantal hebt, dan zal jullie geen haar gekrenkt worden! Neem daarna echter Mijn nieuwe leer op en verkondig die aan jullie mensen, dan zullen zij zich er allemaal zeer over verheugen dat zij eindelijk eens heel andere mensen en leraren te zien krijgen dan tot op heden het geval was! Denken jullie dan dat de tot jullie tempel behorende mensen nog iets van jullie verhalen geloofden? Ik zeg jullie: nog geen twee op de paar honderd! Oudergewoonte kwamen zij naar jullie toe en vermaakten zich met jullie spektakelstuk; maar reeds lang heeft vrijwel geen mens meer een woord van jullie geloofd! Jullie hebben hiermee dus niets verloren, maar alleen veel gewonnen.
Hoofdstuk 95: Bij de maaltijd in het huis van Jored de tollenaar. De levensleer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Daarna gaf Ik de leerlingen opdracht om de mensen de grondbeginselen van Mijn leer mee te delen. Toen ook dat snel en zonder moeite gebeurd was, dankten allen Mij heel innig voor de grote weldaad die hun bewezen was. Meteen zeiden ze echter ook tegen de Zeuspriester, dat ze zijn dode en niemand van nut zijnde goden volledig zouden afzweren en de tempel voortaan niet meer zouden bezoeken.
Hoofdstuk 98: De handige verdedigingstoespraak van de heidense priester - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Wat zouden jullie ervan zeggen als Ik jullie meedeelde dat het over ongeveer 2000 jaar vanaf nu gerekend, met Mijn leer in het algemeen nog veel slechter gesteld zal zijn dan met het ergste heidendom van nu, en nog erger zal zijn dan het domste wat de Farizeeën nu voorschrijven in Jeruzalem, dat vanaf heden geen vijftig jaar meer zal bestaan?! Wat zullen jullie zeggen als Ik jullie openbaar dat de mensen in die tijd grote kunstmatige ogen zullen uitvinden en maken, waarmee zij in de diepste diepten van de sterrenhemel kunnen kijken, en heel andere berekeningen zullen maken dan de Egyptenaren gedaan hebben?! Ja, de mensen zullen ijzeren wegen aanleggen en met stoom en vuur in ijzeren wagens rijden zo snel als een afgeschoten pijl door de lucht vliegt! Zij zullen elkaar met metalen vuurwapens bevechten, en hun brieven door de bliksem over de hele wereld laten verspreiden, en hun schepen zullen zonder zeilen of roeiriemen door de kracht van het vuur over de grote wereldzee varen zo snel en gemakkelijk als de arend door de lucht vliegt; -en nog duizend en één andere dingen waarvan jullie je geen voorstelling kunnen maken.
Hoofdstuk 101: De Heer verklaart de geschiedenis van Daniël - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] IK beval hun echter op te staan en zei tegen hen: 'Leer datgene wat jullie nu gezien en uit de mond van jullie mannen gehoord hebben, ook met alle geduld en zachtmoedigheid aan jullie kinderen en bedienden, en later ook aan de kinderen van andere ouders. Vestig op die wijze een ware levensschool in Mijn naam, die jullie ook van je mannen zullen horen, dan zullen jullie omspoeld worden door de hemelse zegen -zoals een eiland in de rivier omspoeld wordt door het water van de rivier, en voor het voedsel van haar planten, struiken en bomen onafhankelijk is van wereldse regen uit een duistere wolk die het licht van de zon wegneemt. Denk daaraan en handel daarnaar, dan zullen jullie vanuit de dood van deze wereld tot het leven van de geest doordringen, zoals Ik in Mijn aards-menselijke deel Zelf doordrongen ben van de goddelijke geest! En als jullie werkelijk in Mijn naam zullen geloven, zullen jullie in alles door God geholpen worden; want Ik ben de levende band tussen God en de mensen'
Hoofdstuk 103: Het goede getuigenis van de priestervrouwen over de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Heb je niet gemerkt dat zij Mij nauwelijks bedankt hebben, en hoe zij meteen hun bedenkingen over de onsterfelijkheid van de ziel begonnen uit te kramen toen Ik hun beloofde dat Ik hen, als zij bij Mijn leer zouden blijven, ook altijd zou helpen en ook wil troosten en sterken als zij Mijn naam aan zouden roepen, die zij samen met de leer van hun mannen zouden horen?! Denk je soms, dat het er hun in ernst, echt uit het diepst van hun hart, om begonnen was een tegenargument te horen? O nee, het was hun er alleen maar om te doen Mij te laten zien, hoe buitengewoon wijs zij zijn en hoe bijzonder geschikt voor het oprichten van een nieuwe levensschool in Mijn naam! Nu zal je wel duidelijk zijn dat Ik juist bij het middagmaal niet graag met zulke vrouwen samen ben. Maar na de maaltijd kunnen ze wel komen, dat kun je hun door hun mannen laten zeggen.'
Hoofdstuk 105: Het misnoegen van de Heer over de hoogmoedige, kritische vrouwen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Waarom, zeg Ik dan tegen jullie: 'Handel volgens Mijn leer, dan zal het eeuwige leven zich vanzelf zo duidelijk mogelijk in jullie openbaren!'? En als dat zo is, hoe kunnen jullie dan nog zo blind zijn en zeggen dat die buitengewoon stoïcijnse vrouwen van deze priesters eigenlijk gelijk hadden om zo te spreken? O jullie erg blinde dwazen! Als Ik het wilde en het enig nut voor jullie zou hebben, zou Ik onmiddellijk jullie geestelijke ogen kunnen openen, en dan zouden jullie zien datje aan alle kanten door een leger van geesten omringd wordt! Maar wat zouden jullie dan zeggen? Ik zegje: Precies hetzelfde als de stoïcijnse vrouwen! Jullie zouden dan, althans innerlijk, zo oordelen:'Ja, zolang wij leven, voelen en zien, is het gemakkelijk ons iets op de mouw te spelden; maar ga maar eens naar de begraafplaatsen en maak dat de doden eens wijs, -die zullen daar toch niets meer van horen, zien en voelen!' En Ik zeg jullie: Jullie hebben volkomen gelijk; want die zijn ook zeker niet meer voorbestemd om te leven, hoewel ook in hen nog onder het gericht vallende levensdeeltjes van de ziel aanwezig zijn, die na hun volledige ontwikkeling ook eens voor een ander individu tot een vrij leven gewekt worden.
Hoofdstuk 107: Het verkeer met gene zijde. Bewijzen voor het voortleven na de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[18] Denk daar nu echter over na, pleeg overleg met jullie mannen, die Mijn leer reeds gekregen hebben, en dan zullen jullie bij jezelf wel tot een juist besluit komen! Als dat eenmaal gebeurd is, zullen wij daar vanavond nog wel iets aan toevoegen wat jullie wat meer licht zal geven.
Hoofdstuk 111: De weg om God te Ieren kennen en lief te hebben - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[14] Als jullie dat vanaf het begin gedaan zouden hebben - toen jullie je juist door je mentor, die een volgeling van Plato was, op een heel goede weg bevonden -, dan zouden jullie ons nu niet met jullie Diogenes volledig de mond willen snoeren; want dan zouden jullie zelf al van leven vervuld geweest zijn. Maar jullie Diogenes en jullie heimelijke, grote hoogmoed hebben jullie helemaal veranderd, en daarom zullen jullie nu je innerlijke leven helemaal van voor af aan volgens Mijn hier gegeven leer moeten gaan vormen. Met veel ijver en liefde zul je weldra grote vorderingen maken; maar als je eigenzinnig blijft, zul je ook in je innerlijke doodblijven. - Hebben jullie dat goed begrepen?'
Hoofdstuk 111: De weg om God te Ieren kennen en lief te hebben - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] (DE HEER:) 'Ik heb jullie nu laten zien, wat en wie de mens is en wat hij moet doen om het eeuwige leven te bereiken. Van nu af aan hangt het helemaal van jullie af om daarnaar te handelen. Let echter op, dat jullie nu niet ter wille van de wereld weer in jullie oude onzin en daardoor in jullie oude dood terugvallen, want dan zouden jullie nog veel moeilijker op de juiste weg te brengen zijn dan nu! Ik kan nu persoonlijk niet langer meer bij jullie blijven; maar als jullie Mijn leer blijven toepassen, zal Ik ook in de geest werkend bij en in jullie aanwezig zijn, en wat jullie deze goddelijke geest van Mij zullen vragen in Mijn naam, dat zal jullie ook gegeven worden.
Hoofdstuk 122: De Heer waarschuwt voor de terugval in het materiële. Het wezen van de materie. De oneindigheid van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Verlang daarom in het vervolg vooral geen geest meer om van te leren, maar leef volgens Mijn leer, zodat jullie daardoor in staat zullen zijn om met Mijn geest een volledige verbinding aan te gaan, -dan zullen jullie de harde lessen van zulke geesten gemakkelijk kunnen missen!'
Hoofdstuk 125: De geest van de mentor van de priestervrouwen verschijnt - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] IK groette hen ook en zei: 'Blijf actief in Mijn leer, dan zal Ik niet alleen heel vaak bij jullie zijn, maar uiteindelijk zelfs temidden van jullie gaan wonen! Breng onze groet en zegen over aan allen die van goede wil zijn!'
Hoofdstuk 126: De betekenis van het joodse volk ten opzichte van de heidenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...