Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15097 resultaten - Pagina 29 van 1007

...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...
[4] Ikzelf zeg tegen jullie: 'Onderzoek alles en behoud het goede en derhalve ook ware!' Als Ik dat Zelf doe, hoeveel te meer moeten jullie het dan doen, omdat jullie de gedachten van mensen nooit zo kunnen doorzien als Ik!
Hoofdstuk 88: Geloof en verstand - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] RAPHAËL zegt: 'Mijn beste vriend Roclus, neem je in acht; want dit waren wel verstokte Farizeeën, maar ze zijn nu leerlingen van ons geworden en zullen hun vergissing inzien! En met betrekking tot duivels heb je bepaald nog te weinig kennis om over hun invloed op mensen waar en juist te kunnen spreken. Pas als je daar nadere kennis van hebt, kun je daar ook over praten!
Hoofdstuk 94: Raphaël verklaart voor Roclus de begrippen 'satan' en 'duivel' - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Zulke zielen maken zich zelfs vaak meester van het lichaam van mensen en kwellen daardoor zelfs een ziel die hier en daar zwakke plekken heeft, en de Heer laat dit juist toe, om bij die ziel zo'n zwakke plek beter te maken; want pas daardoor krijgt die geplaagde ziel dan een ware en intense weerzin tegen een bepaalde zondige zwakheid van haar lichaam en stelt tenslotte alles in het werk om sterk te worden op dat punt waarop zij tevoren zwak was, waarbij de genade van de Heet haar ook op het goede moment te hulp komt.
Hoofdstuk 94: Raphaël verklaart voor Roclus de begrippen 'satan' en 'duivel' - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Wanneer nu volgens het meest wijze en ware woord van de Heer alle kracht en macht slechts in de liefde tot God de Heer bestaat, welke kracht en macht heeft dan jullie Beëlzebub, die vol bittere haat tegen God is, tengevolge van deze smadelijke eigenschap? Als wij mensen al door gebrek aan juiste en ware kennis van God, en alleen daardoor ook zeker door gebrek aan ware en alles uitsluitende liefde tot Hem, zwakke en niets vermogende wezens zijn, hoeveel te meer dan jullie duivels, die God heel goed moeten kennen, maar Hem desondanks haten in een voor ons onbegrijpelijk hoge mate! Wel -, hoe is het mogelijk, dat een wezen dat God volop kent, Hem toch boven alles haat, -waarlijk, om dat te begrijpen en te kunnen verteren heb je zonder meer een Farizeese zwijnemaag nodig! Zo'n maag neemt weliswaar geen varkensvlees tot zich; maar de reden daarvan schijnt te zijn dat, zoals dat in de natuur gebeurt, het ene varken het andere niet vreet!
Hoofdstuk 93: Roclus richt scherpe woorden tot de Farizeeën - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[14] En voordat de Romeinen hier waren, had het grote land van de joden een groot aantal van zulke kleine machthebbers die zonder uitzondering allemaal uitgesproken tirannen waren voor hun kleine volkjes, die in de grootste materiële en geestelijke nood verkeerden; dag in dag uit werden ze opgejaagd, al naargelang het humeur en de willekeur van hun tiran waarover deze tegenover niemand verantwoording hoefde af te leggen. Waren de Romeinen als heidenen hier soms geen ware hemelsboden, toen ze hier kwamen met een machtig leger en afrekenden met deze honderden gewetenloze kleine tirannen?! Zij gaven toen verstandige en blijvende Wetten, waardoor ieder mens naar goede orde heer over zijn eigen bezittingen was; hij betaalde zijn matige belasting en kon dan ongehinderd zijn zaken regelen naar eigen believen, - natuurlijk wel volgens het geldende recht.
Hoofdstuk 100: De zegen van het Romeinse bewind voor het joodse volk - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Maar ROCLUS, die met gespannen aandacht naar deze uiteenzetting had geluisterd, stond op en snelde regelrecht naar Floran, klopte hem op de schouder en zei: 'ik prijs je! Ik ben het helemaal met je eens! Ik neem je op in ons instituut, dat nu onder de ware bescherming van God en onder de bescherming van Rome staat. Wat jij nu gesproken hebt, dat heeft de Heer je ingegeven; je hebt naar mijn hart gesproken! Ah, zulke woorden zijn een weldaad voor mijn gemoed, dat enkel het beste wil voor de mensen! Ik begrijp alleen niet hoe bij Stahar, die, zoals mij welbekend is, anders toch ook niet bepaald op zijn achterhoofd gevallen is, nog twijfel op kan komen nadat hij zulke buitengewone daden heeft gezien, en ongekende onderwijzingen van de Heer gehoord heeft en deze ook heeft begrepen!
Hoofdstuk 101: Roclus en Floran in gesprek over Stahar - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[11] Dat waren de prijzenswaardige woorden van A, en B, een kleine man met bolle wangen, gaf A volkomen gelijk; alleen trok hij zijn schouders op en verklaarde: 'Dat zal nu wel heel moeilijk zijn vanwege de schrandere Romeinen, door wie onze joden al ongelooflijk voor ons zijn bedorven! En tot overmaat van ramp moest een ware satan ons nog opzadelen met die uiterst lastige Essenen, die bovendien nog onder de bescherming van Rome staan! Als wij nu niet beginnen om door zeer slimme en uiterst geraffineerde bedriegerijen opnieuw in de gunst bij het volk te komen, dan zal het spoedig met ons zijn afgelopen!
Hoofdstuk 102: Roclus belicht het Farizeeërdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[10] Want er kan voor een eerlijk mens op deze aarde niets heerlijkers bestaan dan te leven en te werken in een ware gemeenschap van mensen wier motto 'liefde en waarheid' is, waar de menselijke waarde van de mens onderling als het heiligste onderpand van ons bestaan erkend wordt en dus ook als datgene, wat het van God uit is, en waar voor alle leden als uit één hart de Heer echt leeft, waar ze Hem liefhebben en Hem alleen alle eer geven en ook als uit één mond zeggen: 'De Heer alleen is alles in alles, en wij zijn louter broeders onder elkaar, waarvan niemand zich ook maar enigszins inbeeldt dat hij meer en beter is dan zijn naaste; en mocht er al sprake zijn van verschillen in dit gezelschap, dan moeten die alleen hieruit bestaan, dat de één de ander tot een steeds grotere vriend probeert te zijn, om met vereende krachten alle mensen in de volste waarheid van dienst te zijn!'
Hoofdstuk 101: Roclus en Floran in gesprek over Stahar - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Ik heb bijna de halve aarde afgereisd om de waarheid en een mogelijk ware God te vinden; maar al mijn grote offers waren tevergeefs! Ik gaf al het zoeken verder op en wierp me in de armen van de wereldse wijsheid en vond daar met mijn heroïsche geest al spoedig voldoening in, en vond ook zoveel innerlijk, zeer waardevol licht door de geschriften van Socrates, Plato en Aristoteles, dat ik daardoor begon te ontdekken dat een mens pas door innerlijke liefde en wijsheid een transcendentaal leven kan opbouwen, dat dan niet meer zo gemakkelijk vernietigd kan worden als het leven van het door en door vergankelijke vlees.
Hoofdstuk 103: Roclus windt zich op over Stahars geestelijke blindheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Zo smachtten de mensen ook ettelijke duizenden jaren onder het juk van de dikste duisternis van allerlei bijgeloof. Duizend maal duizenden zochten het echte, ware levenslicht. Maar wat vonden ze? Precies datgene wat wij beiden tot op heden gevonden hebben, namelijk -niets! Wat restte tenslotte jou en mij en zo ook vele duizenden? Niets anders dan heel tactisch mooi vast te houden aan wat we hadden en wat we ons door allerlei ervaringen eigen hadden gemaakt! Nu, aan het eind van ons aardse leven hebben we niets meer gezocht, en zie, als bij toverslag is de poort van het oude godslicht opengegaan en wij ademen nu stromen licht in! Waarom dan nu en waarom vroeger niet? -Zie, zo gaat het in de wereld en zo wil de Heer het kennelijk! En waarom het juist zo en niet anders is en kan zijn, dat zal de Heer ook geheel alleen weten!
Hoofdstuk 105: De onbegrijpelijke wegen van de Voorzienigheid. Waarom Stahar ten aanzien van de heer twijfelde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] En als het aantal zuivere en goede mensen zoals in de tijden van Noach sterk zal afnemen, dan zal de aarde nogmaals geteisterd worden door een algemeen gericht, waarbij noch de mensen, noch de dieren, noch de planten gespaard worden. Dan zullen de mensen niets meer hebben aan hun vuur en dood spuwende wapens, niets aan hun vestingen en hun IJzeren wegen, waarop ze met de snelheid van een afgeschoten pijl zullen voortsnellen; want uit de lucht zal een vijand komen en allen vernietigen die steeds kwaad hebben gedaan. Dat zal werkelijk een tijd zijn van ware zuivering, zoals destijds in de tempel.
Hoofdstuk 108: Het tijdperk van de techniek - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Maar ofschoon er in veel grote gebieden op die immens grote wereldzon dermate lichamelijk grote mensen leven, dat hun hoofd op zichzelf al minstens duizend maal zo groot is als deze hele aarde, is toch zelfs het zwakste van Mijn ware kinderen op deze aarde, door Mijn geest in het hart van zijn ziel, al eindeloos veel machtiger dan myriaden van die groter dan werelden zijnde mensen van de oercentraalzon.
Hoofdstuk 113: De mensen van de sterrenwerelden en het kindschap van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] De mensen moeten met grote honger Mijn rijk in alles en voor alles zoeken, en ze moeten als Mijn toekomstige kinderen steeds meer gaan thuis raken in het grote huis van hun Vader, op ieder gebied en in ieder opzicht. Daardoor zullen ze dan ook vol deemoed in de ware liefde groeien, en ze zullen daardoor een steeds grotere van liefde vervulde vreugde hebben aan de Vader , en de Vader ook aan hen.
Hoofdstuk 117: Het kennen van Jezus als God als voorwaarde voor de ware liefde tot God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Als de mensen zich zo zullen gedragen en een waar leven zullen leiden In en door Mijn wijsheid, liefde en macht, dan zullen ze ook helemaal datgene zijn, wat ze allemaal in wezen moeten zijn. Pas daardoor zullen ze als Mijn ware kinderen even volmaakt worden als Ikzelf ben, en dan zullen ze Mijn goddelijke wijsheid, macht en grootheid nooit meer een verschrikkelijke vuurzee vinden. Ik denk, dat dit je nu ook duidelijk zal zijn!
Hoofdstuk 117: Het kennen van Jezus als God als voorwaarde voor de ware liefde tot God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] (MATHAËL:) 'Ik ben er nu vast van overtuigd, dat wij met de verbreiding van Uw zuiver goddelijke leer zeker geen al te grote moeite zullen hebben en wij, gebieders en aardse machthebbers, al helemaal niet; maar een heel andere vraag is, en die lijkt mij uiterst belangrijk, hoe deze leer voor de mensheid zuiver gehouden kan worden, zonder dat mensen hieraan iets toevoegen of er iets uit weglaten. Want wij zijn nu met velen, die deze nieuwe leer niet alleen voor onszelf gekregen hebben maar ook voor onze vele broeders en zusters, en deze ook met volle inzet willen verbreiden! Maar zelfs wij zullen misschien al op heel wat punten de mensen dit meest ware en zuivere evangelie zeer verschillend verkondigen, wat natuurlijk in de aard der zaak ligt.
Hoofdstuk 120: De toekomst en het zuiver houden van de leer van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...