Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

7380 resultaten - Pagina 29 van 493

...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...
[3] Daarom vormen de grote schatten van deze wereld de grootste bedreiging voor het eeuwige leven van de mensen! Wat baat het echter de mens, als hij de schatten van de gehele wereld zou hebben en dit ten koste ging van zijn ziel? Voor hij er erg in heeft zal men zijn ziel wegnemen en in grote duisternis werpen, waar eeuwig gejammer en tandenknarsen heerst! Wat zal hij dan aan al zijn schatten hebben!?
Hoofdstuk 102: Aankomst in de vrije stad Genezareth. In Genezareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Maar jullie hadden op jullie schip, dat gedurende deze nacht door een zeer krachtige storm geteisterd werd, de onverwoestbare schatten voor geest en leven uit God geladen, -en zie, met al zijn onstuimige geweld was de orkaan niet in staat jullie in de afgrond te slingeren! En daarom kwam Ik te voet over de bruisende golven naar jullie toe, om jullie door de daad te tonen dat hij, die alleen de eeuwige schatten van de hemel bij zich draagt, zich gemakkelijk boven alle helse stormen en golven van het wereldgebeuren verheft en zonder schade te lijden daarover kan wandelen en uiteindelijk toch meester is en blijft van alle moeiten der wereld.
Hoofdstuk 102: Aankomst in de vrije stad Genezareth. In Genezareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] EBAHL nam ons zeer gastvrij op en zei: "Naar uiterlijk en kleding zijn jullie Galileeërs uit de omgeving van Nazareth!?" Wij beaamden dat en hij liet meteen brood, wijn en vis voor ons brengen en zei: "Drie dagen en drie nachten behoeven jullie niets te betalen! Maar als jullie, Nazareeërs, mij in kunnen lichten over de beroemde heiland die Jezus heet, die op de wonderbaarlijkste wijze alle mogelijke ziekten moet kunnen genezen, dan houd ik jullie je leven lang vrij en dan kun je eten en drinken wat je maar wilt!
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Als jullie mij dus deze Jezus uit Nazareth kunnen bezorgen of mij alleen maar zeggen waar ik hem met vrij grote zekerheid kan aantreffen, dan zijn jullie allemaal, zoals gezegd, je leven lang mijn gasten!"
Hoofdstuk 103: Genezareth. De herberg van Ebahl. (6/7.12.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Mijn principe is echter: ten koste van al het lichamelijke en het geluk daarvan, de ziel te redden en haar een waar eeuwig leven te bereiden!
Hoofdstuk 104: Zieleheil gaat boven lichamelijk geluk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[18] Wie Mijn woorden gelooft, zal het eeuwige leven hebben, wie echter niet gelooft, zal overgaan in de eeuwige dood! Want Mijn woorden zijn niet die van een mens van deze wereld, zij zijn leven en geven leven aan hem, die ze in zijn hart opneemt en vervolgens handelt volgens de betekenis van de woorden en volgens hun alles leven gevende geest!
Hoofdstuk 104: Zieleheil gaat boven lichamelijk geluk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[19] "Kleingelovige" zei IK, "denk je dan dat Ik Mijn leven zou riskeren? Ik weet toch wie Ik ben en wat er allemaal aan Mijn wil moet gehoorzamen? -Wie van jullie moed en geloof heeft, volge Mij!"
Hoofdstuk 110: De gezegende weide. De wandeling op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Maar IK zei tegen hem: "Vriend, laat haar begaan, want zij heeft al het beste deel gekozen! Ik zeg jou en jullie allen: Wie niet zoals dit meisje naar Mij toekomt, zal de weg naar het rijk van God niet vinden! Dit kind heeft hem al gevonden! Jullie moeten met liefde, en wel met de vurigste liefde tot Mij komen, als je het eeuwige leven wilt oogsten!
Hoofdstuk 112: Huisregels en liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] Wel, als men de naaste zó liefheeft, dan heeft men God daardoor ook al lief. Bedenkt men echter bij de liefde tot God, dat God Zelf de eerste en volmaaktste liefde moet zijn, en alleen als gevolg daarvan de zinnen en geestenwereld heeft geschapen, dan moet deze zuivere gedachte wel de hoogste liefde tot God de Schepper opwekken in de geschapen mens, en de mens kan er dan niet meer onderuit om God, als de liefdevolste schepper aller dingen, boven alles, met al de krachten die in hem leven, lief te hebben.
Hoofdstuk 112: Huisregels en liefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Weliswaar staat er geschreven dat de mens zonder ophouden moet bidden om niet in verzoeking te geraken. Maar hoe kinderachtig en dwaas zou het zijn als God van de mensen een onophoudelijk lippengebed zou wensen! Dan zouden dus de mensen, om God welgevallig te zijn, dag en nacht onafgebroken op de knieën moeten liggen en onophoudelijk inhoudsloze harte en zinloze lippengebeden moeten snateren, zoals de vogels in de lucht! Wanneer zouden zij dan het noodzakelijke werk kunnen doen? Maar als je met handen, voeten, ogen, oren en lippen steeds zo bezig bent en in je hart altijd God en je arme naaste liefhebt, dan bid je echt en metterdaad zonder onderbreking tot God. Hij zal je daarvoor ook altijd zegenen en eens in het hiernamaals het gelukzaligs te leven geven! -Hebben jullie dit alles goed begrepen?"
Hoofdstuk 111: Het echte gebed. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Maar de leer, die jullie gehoord hebben, moet je aan je vrienden en bekenden vertellen. Want Mijn woorden bevatten eeuwige waarheld, die alleen die mens vrij kan maken, die haar in zich opneemt, haar tot zijn levensrichtsnoer maakt en daardoor erkent dat het Gods eeuwige waarheid is. Want die waarheid is en was en zal altijd zijn: het bestaan en het eeuwige leven van ieder mens, die haar levend in zich heeft.
Hoofdstuk 116: De leer moet verder verteld worden.(13.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Maar jammer genoeg zullen er velen zijn, die deze waarheid niet zullen horen en niet willen aannemen, en haar zullen achtervolgen alsof het een vijand was. En weer anderen zullen haar ontvluchten uit angst voor de machtigen der aarde, als ware het een dodelijke pest. Maar die dat zullen doen, zullen in zichzelf geen eeuwig leven deelachtig worden, maar de eeuwige dood zal hun deel zijn! .
Hoofdstuk 116: De leer moet verder verteld worden.(13.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Wie het lichamelijke leven liefheeft en er naar streeft om het tot ledere prijs te behouden, zal met het weldra eindigende lichamelijke leven ook het eeuwige leven der ziel verliezen! Wie echter het lichamelijke leven schuwt, zal het eeuwige leven der ziel winnen! -Denk daar wel aan! Wie nog iets te vragen heeft, laat die nu vragen! Ik zal hem antwoorden.
Hoofdstuk 116: De leer moet verder verteld worden.(13.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] De HOOFDMAN zegt: "Heer en Meester, wat kunnen we U nu nog verder vragen!? Wie U bent, dat weten en voelen wij! Wat we. moeten doen, weten wij ook en daar zien we ook de noodzaak van in! Ook weten wij en voelen wij diep in ons, dat U het eeuwige leven hebt, en het aan ieder mens kunt geven en zult geven, als hl] naar Uw woord leeft en handelt! Meer te weten zou voor ons mensen onnodig zijn, te meer nog daar wij in Uw naam -zoals één van Uw leerlingen m~j vol overtuiging verzekerd heeft -toch al met een levend geloof zelfs zieken kunnen genezen! ..
Hoofdstuk 116: De leer moet verder verteld worden.(13.1.1853) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Juist aan deze Jezus hebben de opperstadhouder, het hele Joodse rijk en uzelf het te danken, dat u nu nog leeft! Want als die door uw soortgenoten geroofde keizerlijke gelden niet door Jezus boven water gebracht waren, dan zou het hele land gebrandschat zijn, en alle schatten van heel Judéa zouden niet voldoende zijn geweest om de gepleegde misdaad te vereffenen! Dat het echter zo goed en zonder ophef voor u en uw soortgenoten te Jeruzalem, en voor het gehele Joodse rijk, is afgelopen, heeft u alleen aan Jezus, de grootste en wijste en machtigste profeet, te danken. Daarom is het uitermate slecht en onredelijk van u, als u er op uittrekt om een man te vervolgen aan wie u nu alles, uw leven en bestaan, te danken heeft!
Hoofdstuk 118: De Romeinse hoofdman en de tempeldienaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42  ...