Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

620 resultaten - Pagina 30 van 42

...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42
[1] Na de zeer heldere beschouwing van de toestand in de laagte, brachten alle vaderen, de zeven boodschappers en nog andere vaderen en kinderen uit de streek van de morgen vanuit de diepste grond van hun hart hun lof en prijs aan de Vader van alle liefde en heiligheid. Toen beduidde de Heer hun allen op te staan en gaf hun te kennen dat zij nu overeenkomstig Zijn belofte voor de eerste maaltijd in de hut van Purista aan tafel moesten plaatsnemen om gekookte spijzen te eten.
Hoofdstuk 8: De maaltijd in de hut van Purista. De woorden van de Heer over zijn liefdesverbond met de kinderen van de aarde en de zichtbare gemeenschap tussen hemel en aarde. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[15] Zij zal Mij overeenkomstig haar wil zelfs kunnen doden. Ik zal dan echter vanuit Mijn macht zonder uiterlijk steunpunt weer levend en machtig opstaan en haar zo al haar onmacht en haar grote blindheid tonen en wil haar dan pas de macht over het gesternte ontnemen en haar slechts de halve macht over de aarde laten houden en wil haar dan nog een hele, een halve en een kwart periode geven!
Hoofdstuk 18: De leugen van de eeuwige tuchtiging van Satana. De vrouwelijke schoonheid van de oergedaante van Satan. De kruisdood van de Heer en de vrijheidstermijn van Satan. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] In Adam wilde het niet overeenkomstig Mijn beeld zijn; daarom werd het één met de zelfaanschouwing, ging spoedig over in fatale eigenliefde, en de mens Adam doolde als een treurige woning van dit wezen rond en lette niet op de dingen die hem omgaven.
Hoofdstuk 24: Het innerlijk verwante wezen van Satana, Adam, Eva en Kaïn en de deling van Satana en haar verzwakking. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[6] Dit is het wat de Heer jullie laat verkondigen: de opperpriester Lamech, die nu door de Heer in de laagvlakte van de aarde is aangesteld over het volk van de aarde, heeft jullie nodig overeenkomstig de wil van de Heer, omdat hij nu geheel uit vrije wil een volkomen dienaar van de Heer is geworden, zoals ík, door de oneindige genade en erbarming van de Heer.
Hoofdstuk 33: Henochs verklaring aan Hored, Lamech, Naëhme, Ada en Zilla, Jabal en Jubal. Het vertrek naar Hanoch onder leiding van Henoch. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] En al die andere vormen in volkomen menselijke gedaante verdringen zich rond deze vorm van mij die in hun midden is, en luisteren naar elkaar en spreken met haar overeenkomstig de hoedanigheid die ik hen door mijn wil heb ingeblazen!
Hoofdstuk 71: Lamechs geestelijk schouwen van scheppingsgedachten in zijn innerlijk en de overeenkomst daarvan met de oorsprong van de mensen in God. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[2] 'O Heer, heilige en meest liefdevolle Vader en Schepper van alle engelen en mensen! Zie, het leven op aarde als beproeving van de geest zou op zichzelf wel geheel overeenkomstig zijn verheven doel zijn, als er met dit leven maar niet iets hoogst onaangenaams verbonden was, en dat is het gevoelig zijn voor ontzettende pijn!
Hoofdstuk 72: Het voelen van lichamelijke pijn. Pijn als weldoener en bewaker van het leven. Hoe men zonder pijn kan leven. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[12] Oordeel hen vooral niet, want Ik wil ook niemand oordelen, maar aan ieder een eeuwig volkomen vrij leven in liefde geven. Dat is Mijn wil; neem die voortaan ter harte!
Hoofdstuk 79: De aanstelling van Henoch en de beide Lamechs als eerste leiders van het hele volk. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[4] Nu trok de Heer Zijn licht van alle licht in Zich terug en zei toen tegen de hevig geschrokken en bevende menigte: 'Kindertjes, sta op; want Ik, jullie God, Schepper en Vader, ben niet bij jullie gekomen om jullie te oordelen en te straffen, maar om voor jullie de juiste leiders op te wekken, die jullie in je zwakte moeten leiden op de wegen die naar het ware rijk van het eeuwige leven voeren! Sta daarom op, en wees niet bang voor Mij, jullie goede Vader, die jullie boven alles liefheeft!'
Hoofdstuk 80: De verheerlijking van de Heer voor het volk, dat vol eerbied terugschrikt. De vaderlijke woorden van de Heer aan het volk, dat Hem herkend heeft. De Heer verdwijnt voor hun ogen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Het gebeurde allemaal. En dat was de eigenlijke oorsprong van de `Steen der Wijzen' en de kracht van dit oord bleef overeenkomstig Mijn wil behouden tot in de tijd der profeten van Israël; en de berg was dezelfde waarop zelfs Saul de gave van het profeteren voor korte tijd kreeg, en waarbij het volk zei toen hij van de berg kwam: 'Wat is dat? Behoort Saul dan ook tot de profeten?'
Hoofdstuk 81: Het gedenkteken van de zeven witte stenen in de tempel. Over de oorsprong van de Steen der Wijzen. De terugtocht naar de stad - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Ja, dat is goed en volkomen overeenkomstig de goddelijke orde! Maar nu is deze geschiedenis ook afgedaan; dus verder niets meer daarover!
Hoofdstuk 91: Adam vertelt hoe Muthaël om de hand van Purista vroeg. Henochs goede antwoord. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[1] Toen Purista weer bij haar fornuis bezig was en Lamech nu nuchter en rustig een paar steekhoudende oordelen over haar aan het gezelschap der vaderen uitsprak en nog maar nauwelijks was uitgesproken, kwam Muthaël opeens als het ware buiten zinnen de hut binnen, keek Henoch aan, ging toen met weloverwogen schreden naar hem toe en staarde hem aan zonder een woord te zeggen.
Hoofdstuk 98: Henoch geneest de gemoedszieke, verliefde Muthaël. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[19] Wij moeten hen echter ook niet oordelen, want zij zijn immers slechts schaduwbeelden, kortlevende schimmen van vandaag tot morgen, - maar dan is het voor eeuwig met hen gedaan! Daarom zij hun ook hun korte lust gegund, want hierna zal er voor hen geen meer volgen.
Hoofdstuk 124: Woorden van de Heer over het wezen van de getrouwen en de ontrouwen. De onverbeterlijkheid van hen die verslaafd zijn aan verstrooiing. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[10] Maar doe ik dan iets anders? Handel ik niet volgens deze goddelijke principes?! Handel ik niet overeenkomstig de goddelijke orde als ik volgens die drie gelouterde grondbeginselen, dus puur redelijk, het verstandig en vrijwillig vanuit mijzelf handel en mij door geen andere wet laat beperken omdat ik het oergoddelijke in mij herken en het hoger acht dan al het menselijke dat reeds niet meer zuiver is, omdat een mens alleen dan een goed onderlegd ander mens een wet op wil dringen als hij het zuiver goddelijke in zijn broeder geen waarde meer toekent - wat zojuist bij jou tegen ons het geval is!
Hoofdstuk 172: Het schrandere weerwoord van de woordvoerder der negenennegentig raadsheren over het doel van de rede, het verstand en de vrije wil. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[5] Blijf zoals je nu bent, dan zal de Heer je in de toekomst zegenen en jullie heerlijke land uitbreiden en zo vruchtbaar maken dat het voor honderd miljoen mensen voedsel in overvloed zal voortbrengen! En als Hij ook de boosdoeners op de hele aarde zou willen berechten en doden, dan zal Hij jullie evenwel sparen als je overeenkomstig mijn raad in Zijn orde zult blijven.
Hoofdstuk 228: De krijgsraad van de tien leiders in het hoogland over Hanoch. De goede woorden van de bode van de Heer. Duizend spionnen van Hanoch bij de hooglanders. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
[9] Het goud en de schatten van onze paleizen neemt hij volledige in bezit voor zijn staatszaken, maar daarvoor garandeert hij iedere beambte van zijn rijk een wedde overeenkomstig zijn stand, zowel de geestelijke als de wereldlijke. Wij moeten nu weliswaar door de enigszins zure appel heen bijten omdat de zaak niet meer te veranderen is!
Hoofdstuk 234: De onderpriester gaat met de opdracht van de koning naar de rebelse opperpriesters en overrompelt hen. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 3)
...  17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42