Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

36089 resultaten - Pagina 30 van 2406

...  18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43  ...
[14] Vraag jezelf eens af! Wie kan Degene wel zijn, aan wie winden, stormen, bliksems, vuur en alle andere elementen en krachten van de natuur gehoorzamen? Ik heb Hem herkend en ben daardoor nu meer dan gelukkig; waarom herken jij Hem nog niet, die jou met de lichtste ademtocht van Zijn almachtige wil kan vernietigen of naar de hel kan verstoten? Omdat jij met lichaam en ziel aan het slechte vuil van de wereld hangt en dood en blind bent in je hart!'
Hoofdstuk 77: In de beschadigde synagoge - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] En zo weet Ik ook dat jullie trouwe en ervaren leider reeds drie dagen geleden in een slecht verzorgde herberg in de buurt van de Eufraat zijn maag met een slechte vis en een nog slechtere wijn heel erg heeft bedorven; en als Ik dat niet geweten had zoals Ik het nu weet, zou hij korte tijd daarna gestorven zijn. Alleen Mijn kracht en macht, die tot nu toe volkomen onbekend voor jullie is, heeft hem tot op dit uur bewaard en zal hem gezond en wel behouden, als jullie in Mij geloven en in de kracht en macht van de ene, enig ware God van de Joden.'
Hoofdstuk 111: De Heer geneest de zieke leider van de kooplieden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[17] Dat is zeker niet de schuld van God, maar alleen van jullie zelf, door jullie onverzadigbare hebzucht en jullie werkelijk satanische zucht om te heersen -zelfs over God! Ja, als God even hard, liefdeloos en volongeduld zou zijn als jullie, zou Hij niet alleen aan de tempel en zijn slechte dienaren, maar ook aan deze hele aarde een absoluut einde gemaakt hebben; maar Hij verdraagt jullie blindheid en jullie daaruit voortvloeiende slechtheid, en vermaant jullie allemaal, om te keren naar de lichtende weg des levens.
Hoofdstuk 118: Het gesprek tussen de tempeldienaren en de Heer (30.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[27] Maar wat winnen de wereldse lieden die de wijze die zijn wijsheid vanuit God heeft verachten en vervolgen? De eeuwige dood en het gericht ervan! Als de tempel jullie niets beters kan bieden dan de bevrediging van jullie lichaam, als jullie de slechte doeleinden ervan dienen, dan zijn jullie werkelijk zeer betreurenswaardige mensen, en een blinde bedelaar op straat is er beter aan toe dan jullie!'
Hoofdstuk 118: Het gesprek tussen de tempeldienaren en de Heer (30.1.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[18] Zijn zulke leringen en valse profetieën van jullie niet te vergelijken met die dochters, die vanuit hun slechte hart profeteren en zeggen: 'Hier heb je zachte kussens als aangename steun voor je armen, waarmee je nu goed kunt rusten, en bovendien zachte kussens voor je hoofd, opdat je zonder zorgen kunt slapen, in plaats van moeizaam te bedenken en te onderzoeken wat volgens die lastige wetten in de ogen van God en de mensen goed is?'
Hoofdstuk 121: De Heer legt het 13e hoofdstuk van Ezechiël uit - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Maar enkelen van zijn aanwezige bedienden en knechten zeiden: 'Vandaag zal het overdag niet zo goed lukken met vissen; want ten eerste zijn de meeste vissersbarken en boten die nog in bruikbare staat zijn, reeds drie dagen geleden vanwege de vissen ergens over het meer uitgevaren, hebben bijna al het tuig dat voor het vissen nodig is meegenomen en zijn tot op dit moment nog niet teruggekeerd, wat wel te begrijpen is, aangezien het een slechte tijd is om te vissen, en ten tweede is het meer nu te wild en dan gaan de vissen naar de diepte en vermijden de ondiepe plaatsen langs de oever. Waar moeten we nu bruikbare schepen vandaan halen, waarmee we ons op het wild golvende water kunnen wagen?'
Hoofdstuk 131: De rijke visvangst - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[21] Laat jullie gemoed daarom niet verdrietig en angstig worden, als jullie zullen horen dat Ik, de Heer Zelf, Mij door de wereld heb laten verdeemoedigen en via de smalste en doornigste weg uit deze wereld naar Mijn hemelen ben overgegaan; want kijk, dat moet allemaal zo gebeuren, opdat de maat van de slechte wereld vol wordt en het gericht, dat haar voorspeld is, over haar komt.
Hoofdstuk 132: De Heer geeft aanwijzingen voor het verkondigen van Zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Ik zei: 'Er bestaan weliswaar geen oergeschapen aartsduivels zoals jullie je die voorstellen - maar toch is alles in de materiële wereld in zijn oerelement zoveel als een oergeschapen aartsduivel, en daarom is het hetzelfde of men nu zegt dat men door de wereld of de materiële lusten van het vlees verzocht wordt, of door deze of gene aartsduivel; en wie zich door de wereld en zijn vlees te sterk gevangen laat nemen, diens ziel is dan ook een persoonlijke duivel en leeft na de dood van zijn lichaam verder in een constante verbinding met de slechte, nog ongegiste materiële geesten, en haar streven blijft dan evenals haar liefde boosaardig en ze tracht haar boosaardige liefde voortdurend te bevredigen.
Hoofdstuk 134: De Heer vertelt over Zijn verzoeking in de woestijn (Matth. 4:1-11) De Heer in Jesaïra - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Al zijn metgezellen stonden verbaasd over de moed van de bootsman, maar zeiden toch dat het verstandiger zou zijn om niet direct in het begin zo'n grote ophef te maken, om de slechte Farizeeërs niet nog vijandiger te stemmen tegenover de Heiland en Zijn leerlingen dan toch al het geval was.
Hoofdstuk 140: De moedige bootsman (6.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Ik had die opmerkingen van Mijn leerlingen wel gehoord en zei tegen hen: 'Hoe kunnen jullie nog aanstoot nemen aan Mijn voorspellingen over de toekomst? Ik heb die jullie toch al verschillende keren bekend gemaakt en jullie ook geheel naar waarheid getoond wat als gevolg van de vrije wil van de mensen de oorzaak van de buitengewoon slechte toekomst zal zijn - en jullie hebben dat goed begrepen en ingezien, en hebben er geen aanstoot aan genomen.Waarom zijn jullie daarom nu geërgerd geraakt, en hoe kunnen jullie zeggen dat de toekomst, wanneer Mijn evangelie bekend raakt, alleen maar zo slecht kan worden als Ik dat om een alleen aan Mij bekende reden zo zal willen hebben?
Hoofdstuk 144: De betekenis van de toekomstvoorspellingen van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Over het punt van de naastenliefde vroeg Marcus aan Mij: 'Heer en Meester, moet men ook naastenliefde betonen aan bekende slechte mensen en verkwisters, die hun vermogen meestal op een ergerlijk zondige manier hebben verspild en verbrast, en ook aan degenen die duidelijk onze vijanden zijn?'
Hoofdstuk 159: Het beoefenen van de naastenliefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Kijk, zo iemand hebben wij gevonden! Daar staan er twee, die vanmorgen op de berg door Hem, alleen door Zijn wil, genezen zijn. Zij hebben ons dat blijde bericht gebracht en ik, die arts ben op Melita -zoals u wel zult weten omdat u mij een jaar geleden vanwege mijn wijdverbreide goede naam zelf bezocht hebt en ik de ongeneeslijkheid van uw oude kwaal evenals mijn eigen slechte toestand goed heb onderkend -heb afgaande op de overtuiging van mijn twee vrienden in mijzelf een volledig vertrouwen in die waarachtige Godmens opgevat en Hem gevraagd of Hij mij op dezelfde manier wilde helpen als Hij mijn twee vrienden heeft gedaan, als Hij misschien vandaag nog zegenrijk naar dit kuuroord zou komen, zoals Hij beloofd had.
Hoofdstuk 162: Het gesprek tussen de Romeinse opperrechter en de Griekse arts - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[17] In zo'n toestand is het dan pas mogelijk dat een wijze geest hem op de meest passende manier benadert en hem het ijdele - en door zijn eigen vrije wil ook slechte en boze -aanschouwelijk maakt en doet begrijpen, en hem er dan ongemerkt toe brengt geleidelijk aan de weg van het licht op te gaan.
Hoofdstuk 170: De Heer geeft uitleg over de omstandigheden aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Maar toch zal ook deze kennis in het geheim bewaard blijven onder degenen die in Mijn leer zullen blijven, en dan zal er een tijd komen waarin deze wetenschap, en tegelijk daarmee duizend andere, al het oude bijgeloof voor altijd tot op de bodem zal vernietigen. Maar eerst zal er nog langdurige en harde strijd zijn; tenslotte zal de waarheid echter overwinnen, en al het duistere, valse en slechte zal voor eeuwig in de afgrond verdoemd worden.
Hoofdstuk 184: Over het opnemen van de leer van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] En kijk, dat verstikte al gauw die slechte geest van wereldse gezindheid bij het hele volk, want bij het verzamelen van een voorraad manna bleek er nooit winst te zijn, en dus hield het volk zich aan het voorschrift.
Hoofdstuk 191: Raphaël's onderricht over de spijziging van Israël in de woestijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43  ...