Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 30 van 139

...  18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43  ...
[6] Toen zeiden MIJN OUDE LEERLINGEN: 'Heer in dat geval is het niet goed een ambt te aanvaarden! Wij hebben van U ook een ambt aanvaard en zullen er mettertijd echt niets aan kunnen doen als wij vanwege dit ambt door de mensen geëerd en misschien op een voetstuk geplaatst worden. ,
Hoofdstuk 143: Ambt en eer. Alles is genade: alleen de goede wil is verdienste - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] Dat nemen zij dan graag aan en zij worden daarna al gauw bevrijd van hun materie en krijgen een geestelijk gewaad en worden vervolgens naar een andere aarde, zoals bijvoorbeeld Venus of Mercurius, later naar Jupiter , Saturnus en nog andere planetaire aarden gebracht. Daar ontdoen zij zich dan gewoonlijk al van al het stoffelijke, juist door de materie van de kleine en grote aarden die zij moeten doorlopen. Daarna kunnen zij naar de zon overgaan, waar zij zich dan heel veel wijsheid en ook liefde eigen kunnen maken. Dan worden zij pas zuivere geesten en gaan zij over naar de zuiver geestelijke zon, waar waarlijk geen gebrek is aan talloze, zeer wijze leerscholen.
Hoofdstuk 157: Het zien van de maan door het geestesoog - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] LAZARUS zei: 'Gewoon blijven! Want ik ken deze persoon al geruime tijd; zij heeft al een aantal jaren last van deze ziekte, en zij heeft dit al meermalen gehad, vooral als zij iets teveel wijn had gedronken. Wij joden noemen het bezetenheid door één of vaak ook meer kwade geesten. In vroeger tijden, toen er nog veel vrome mensen onder de joden te vinden waren, konden zulke kwade geesten door het gebed van een vroom mens verjaagd worden; maar in deze tijd bestaat dat nauwelijks meer. Natuurlijk zou onze bijzondere man dat welogenblikkelijk kunnen, als Hij dat wilde!
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] IK zei: 'Daar heb jij ook gelijk in, maar juist daarom kan iemand die met weinig licht begaafd is maar beter thuis blijven, waar hij de bodem waarop hij staat ook 's nachts kent en zijn stappen met zekerheid weet te zetten. In eigen huis zal ieder het best weten hoe hij moet lopen om geen misstap te doen; maar in een groot vreemd huis, waarvan hij niet weet hoe het er van binnen uitziet, zal hij met zijn zwakke lamplicht moeilijk de weg vinden. Wie God de Heer dus minder licht gegeven heeft, heeft Hij als kinderen ook zeker lief, omdat Hij daardoor hun opgave van de aardse levensproef zo licht mogelijk heeft gemaakt, terwijl Hij de weg van de grote geesten met zeer veel doornen bezaaid heeft, zodat het bewandelen daarvan helemaal niet zo gemakkelijk is. Daarom, kleine joodse geesten, vat moed en ga weer naar je land! Daar zullen jullie werk in overvloed vinden dat past bij jullie licht; maar hier valt voor jullie niets te verdienen.'
Hoofdstuk 139: De sjacherjoden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[16] Velen proberen zichzelf te doden, anderen zich door een soort slaap te onttrekken aan elke verdere wereldbeschouwing; maar noch het een noch het ander lukt. Dan beginnen zij te zoeken of er niet de een of andere uitweg uit de holen en dalen van hun lijden voert naar een streek waar zij misschien wijzere mensen zouden kunnen ontmoeten om met hen over de oorzaak van hun erg treurige bestaan te spreken. En kijk, dan vinden zij met veel moeite en inspanning een uitweg. Dan komen zij op grote vlakten, beklimmen de zeer hoge bergen en ontmoeten daar ook wijze geesten, die hen wijze lessen geven en ook vertellen dat er een almachtige, wijze, goede God bestaat, in wie zij moeten geloven en die zij moeten liefhebben, en dat het hen ook gauw beter zou vergaan als zij dat zouden doen.
Hoofdstuk 157: Het zien van de maan door het geestesoog - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Maar IK zei tegen hem: 'Laat maar! De tijd is eeuwig en de ruimte oneindig; hoeveel er ook gebeurt, er is voor iedere daad plaats. Vannacht tijdens de maansverduistering zag je talloze sterren, en dat was nauwelijks het tienduizendste deel van de sterren die binnen het bereik van onze ogen liggen. Ik zeg je echter dat al deze mogelijk zichtbare sterren slechts een te verwaarlozen deel vormen van het totaal der sterren die nog nooit gezien werden, zelfs niet door het scherpst ziende oog van een Birmaan uit boven-Indië, terwijl veel van die scherpzieners uit boven-Indië zulke scherpe ogen hebben, dat zij de bergen en kraters op de maan goed kunnen waarnemen. En kijk, al deze oneindig vele werelden zijn scholen voor allerlei geesten, en daaruit kun je pas goed opmaken waarom in de Schrift staat, dat Gods raadsbesluiten onnaspeurbaar en Zijn wegen ondoorgrondelijk zijn! Maak je daarom niet druk over alles wat schijnbaar volkomen onbegrijpelijk gebeurt; want God weet alles en kent de geesten en de wegen waarop Hij hen naar hun doel laat gaan!'
Hoofdstuk 160: De zeven waakhonden van Lazarus. De sterrenwerelden als scholen voor geesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[14] Zo'n komeet is ook een groot gericht in wording voor een bepaald soort geesten. Die moeten langzaam maar zeker steeds inniger en inniger samengaan, zodat zij in ruimte en tijd uiteindelijk een bonte, stoffelijke massa vormen. Deze vorming van zichtbare, vaste massa noemen wij de omhulling van de geestelijke potenties, en deze omhulling is het eigenlijke gericht waaruit dan na lange tijd de in het gericht gevangen gehouden geesten hun zelfstandige levensvrijheid kunnen bereiken. En omdat kometen dus gerichten in wording zijn, hebben zij ook deze invloed als zij dichter bij een reeds lang bestaande aarde komen, of wordt door Gods engelen deze invloed ook voor een oude aarde gebruikt, omdat deze invloed daar een gericht opwekt en met name de mensen tegen elkaar opzet, - natuurlijk alleen maar als het noodzakelijk is, dat wil zeggen, wanneer de mensen God totaal beginnen te vergeten en zichzelf voor goden aanzien. -Nu weetje dan ook watje van kometen moet denken, en dus kunnen we nu deze plaats wel verlaten. Of wil je eerst nog iets vragen?'
Hoofdstuk 166: Wat meteoren en kometen eigenlijk zijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Toen stond Ik op van Mijn stoel, ging naar de al helemaal verstijfd op de grond liggende jonge vrouw, strekte Mijn handen over haar uit en bedreigde de zeven kwade geesten in haar .
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Maar DE GEESTEN schreeuwden luid uit haar buik: 'O Jezus, Zoon van David, laat ons nog een korte tijd in dit huis van ons!'
Hoofdstuk 185: De genezing van de bezeten jonge vrouw Maria Magdalena - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Maar IK zei tegen hen: 'Beste vrienden en broeders, als wijn in juiste mate gedronken wordt, is deze versterkend en maakt alle lichaamsdelen krachtig en gezond; maar wanneer hij overmatig gedronken wordt, wekt hij de kwade geesten in het lichaam op en verdooft de zintuigen. De kwade geesten wekken dan echter lichamelijke lusten op, met name onkuisheid en ontucht, waardoor de hele ziel dan voor lange tijd onrein, en daardoor ook ontevreden, twistziek, traag en vaak haast helemaal dood wordt. Let daarom bij het drinken van wijn op de juiste maat, dan zal jullie lichaam rustig blijven!'
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] PETRUS zei: 'Heer, zijn wij dan ook bezeten, omdat U nu spreekt over kwade geesten in ons lichaam?'
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[3] IK zei: 'Zeker; want het lichaam en het bloed van ieder mens zit vol natuurlijke, kwade geesten, die kwaad genoemd kunnen worden omdat zij onder het gericht staan; als zij niet onder het gericht zouden staan, zouden zij niet jullie vlees en bloed zijn. Maar wanneer het lichaam van jullie wordt afgenomen, zal het niet lang daarna uiteenvallen, en zijn geesten zullen dan reeds naar een vrijere bestemming worden geleid.
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[4] Maar niet alleen in jullie lichaam, ook in alle elementen zijn zulke geesten die nog lang niet goed genoemd kunnen worden. Alleen voor degene die reeds door Mij rein is geworden, is alles rein en goed door de bestemming die het van God uit in zich draagt.
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[5] Kijk, een steen die helemaal dood op de grond ligt, is eigenlijk slechts schijndood! Beledig hem maar eens door hem hard te slaan of te wrijven, dan zal hij jullie wel door wegspattende vonken aangeven dat hij helemaal uit gerichte geesten bestaat! En als je hem erg verhit, zal hij week worden en uit gaan vloeien. En als dat niet zo was, waar zouden de mensen dan anders hun geliefde glas van maken?
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Dus, kwade en nog onzuivere natuurgeesten zijn overal waar lichamen, water en lucht zijn, en het aardse vuur is niets anders dan een verlossing van reeds rijper geworden geesten, die daarna dan weer een hogere bestemming krijgen.
Hoofdstuk 187: Over de werking van de wijn - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43  ...