Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1782 resultaten - Pagina 4 van 119

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[7] Maar één van de vijf meent echter dat er heel wat anders achter Mij steekt dan een Esseen van de hoogste rang. Nu zegt hij tegen de andere vier: 'Ik voor mij vind nu niet di rekt dat hij een Esseen is; want ik heb nog maar pas met een Esseen over al hun leren en gebruiken gesproken, en hij was daarbij erg eerlijk; maar hij wist niets over een tweede geheime leer. Ik houd daarom deze zonderlinge genezer van Nazareth voor een geheel eigen en zover ik weet nog nooit voorgekomen verschijning. Hij is God - of een duivel, hetgeen ik echter wil betwijfelen omdat zijn leer het meest sociale principe behelst dat ik ooit hoorde; een duivel is daarentegen de grootst mogelijke tiran en dus een uitgesproken vijand van alle sociale leer!'
Hoofdstuk 223: Een les in het geven van onderricht. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Ik zeg: 'Laat nog een half uur voorbijgaan, dan is alles in orde! Ik moet nog een paar woorden tegen Mijn leerlingen zeggen.'
Hoofdstuk 225: De leviathan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Ik zeg: 'Daarom, om ook jou op de jongste dag te vangen omdat je je zo over hem ontfermt! Het zal nog lang duren voor je heel vaag zult zien wie je zelf bent, laat staan dan wat de grote orde van God is, die om heel wijze redenen naast de dag ook een nacht op aarde geschapen heeft. Begrijp je de werkelijke reden van de aardse nacht der aarde, en begrijp je de eeuwige dag van iedere zon, die elk op zichzelf ook een aarde is, net als degene die jou draagt en voedt? Als je dit echter niet begrijpt, dan vraag Ik aan jou, hoe jij hier een vraag kunt stellen die niet betamelijk is voor een mens tegenover zijn Heer, God en Schepper! Zou je ook nog niet willen vragen waarom een steen hard en waarom het water zacht is, of waarom het vuur pijn doet en het koele water niet?
Hoofdstuk 226: De weg tot wedergeboorte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Ik zei toen tegen Baram: 'Broeder, nu kun je de maaltijd wel laten opdienen, maar dit keer in de kamers!' Baram gaat snel de keuken in en laat alles vlug in orde maken; wij volgen hem, en binnen een uur hebben wij de maaltijd heel op ons gemak genuttigd.
Hoofdstuk 226: De weg tot wedergeboorte. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Omdat de dag mooi en helder is, wordt er na de maaltijd een tochtje op de zee gemaakt. Baram maakt vlug zijn schip in orde, en Kisjonah maakt dan zijn grote schip ook vlot, en de helft van de leerlingen kan daar makkelijk in.
Hoofdstuk 227: Een tochtje op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Ik zeg: 'Maak je daarover maar niet druk; binnen drie dagen gaan we naar Nazareth, en dan zal het allemaal teruggegeven moeten worden! We hebben niet voor niets een engel van de hoogste rang bij ons! Eén teken en alles is in orde; en als er één niet genoeg is, dan staan er ieder moment legioenen voor onze dienst klaar!
Hoofdstuk 230: Jozefs dood en zijn getuigenis over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Maar Kisjonah, Baram, Jonaël en Jaïruth gaan naar buiten, en Kisjonah controleert of alles in zijn grote huishouding in orde is. Overal is alles helemaal in orde, en de tolgaarders en tolbewakers zijn opgewekt en melden hun heer, dat er deze nacht nog een belangrijke vangst zou plaats vinden, die hen al aangekondigd werd.
Hoofdstuk 231: Booswichten in de val. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Nu, Uw leer heeft die geest en dat karakter in zich en is daarom zuiver goddelijk, en ik heb haar daarom als geheel waar voor mijn gehele leven aanvaard en ik verkondig haar aan mijn gehele huis en aan mijn vele ondergeschikte beambten. Als dit dus zo is, dan is alles al helemaal in orde op de instemming van de vader na!'
Hoofdstuk 236: Het huwelijk van Faustus en Lydia. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] FAUSTUS zegt: "Heer, ik zie zeer goed in, dat deze afschuwelijke geschiedenis U buitengewoon tegen moet staan, maar wat is er aan te doen als iets zich zo ontwikkelt? Voor het overige verzoek ik U, mijn Heer en grootste en beste Vriend, om hier niet eerder weg te gaan dan ik; want in de eerste plaats ben ik zonder U tot niets in staat, en ten tweede zou ik zonder U, ondanks mijn liefste vrouw, doodgaan van verveling! Daarom vraag ik U om deze plaats niet eerder te willen verlaten, dan wanneer ik met deze zeer lastige geschiedenis klaar ben! Ik hoop met Uw hulp morgen tegen de middag alles in orde te hebben!"
Hoofdstuk 1: Het kastijden van misdadigers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Joses zegt daarop: 'Heer en broeder! Dat heeft vader Jozef ons al geleerd, en daarom hebben wij de kleine bezitting in Nazareth dan ook nooit als een soort eigendom gezien, maar zuiver als een voor deze korte aardse levenstijd door God geleende zaak, waarvoor we Hem ook dagelijks met Jou Zelf gedankt hebben en wij hebben Hem daarnaast ook altijd gebeden, dat Hij dit kleinood voor ons wilde bewaren voor ons noodzakelijke aardse onderhoud. Zolang het Zijn heilige wil was heeft Hij het ook bewaard; maar nu zeg ik met Job: De Heer heeft het ons gegeven, en toen Hem dat behaagde, heeft Hij het ook weer van ons genomen. Zijn wil, die alleen heilig is, geschiede, en Hem alleen zij alle eer, alle lof en alle prijs! Wat God neemt, dat kan Hij rijkelijk teruggeven. Nu, als Je aardse broers en zusters vinden we dat in orde; maar al onze werktuigen en al ons huisraad heeft men ons ook afgenomen. We dachten toch wel, dat we dat terug zouden krijgen of dat we minstens iets anders bruikbaars daarvoor in de plaats zouden krijgen.
Hoofdstuk 230: Jozefs dood en zijn getuigenis over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Daarom ben Ik niet voor een straf waar de dood op volgt, omdat deze voor de gedode van geen enkel belang is en ook voor welke gerechtigheid dan ook geen bescherming biedt of nut heeft. Want heb je er één gedood, -dan hebben duizenden je daarvoor wraak gezworen! Maar Ik ben vanwege de noodzakelijke goddelijke orde er helemaal vóór, om een misdadiger de strengste kastijding te laten ondergaan en daarmee door te gaan totdat een algehele verbetering is ingetreden! Een juiste kastijding, die geheel rechtvaardig op het juiste moment wordt aangewend, is beter dan geld en het zuiverste goud; want door de kastijding wordt de ziel meer en meer los gegeseld van haar materie en richt zich uiteindelijk op haar geest. En als de kastijding dit tot stand heeft gebracht, heeft ze een ziel voor de ondergang en zo de gehele mens voor de eeuwige dood gered.
Hoofdstuk 1: Het kastijden van misdadigers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Daarom moet iedere rechter volgens Gods orde zelfs de grootste misdadiger niet met de lichamelijke dood, die nergens goed voor is, straffen, maar altijd kastijden volgens de zwaarte van de misdaad. Als hij dat doet is hij een op de hemel gerichte mensenrechter, doet hij dat echter niet, -een op de hel gerichte rechter, waarvoor hij in der eeuwigheid nooit loon van God zal ontvangen. Hij zal zijn loon ontvangen van dat rijk waarop zijn rechtspraak gericht was! -Nu weet je genoeg, en laat nu de schatten zorgvuldig opbergen! Morgen komen die uit Chorazin ook aan, en dan zal meteen de verdeling en de verzending van dit duivelsvuil plaats vinden. -Nu gaan we echter naar de eetzaal, want de avondmaaltijd wacht al op ons! Heus, deze hele geschiedenis geeft Mij al té veeloverlast, en Mijn tijd roept Mij dringend naar Nazareth!"
Hoofdstuk 1: Het kastijden van misdadigers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] IK zeg: "In orde! Maar Ik wil van al de schatten en de elf Farizeeën niets meer zien; want Ik heb er een grotere afkeer van dan van een kreng."
Hoofdstuk 1: Het kastijden van misdadigers - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Omdat echter volgens de goddelijke orde alles zo is ingericht, dat zowel de mens als ook iedere engelgeest alles slechts geleidelijk aan, en dan zelfs ook nog maar tot een bepaalde graad, door de goddelijke natuur in zichzelf en in alle geschapen dingen kan ontdekken, behoudt hij de steeds groeiende levenslust en de liefde tot God en tot de naaste, die hem de enige mogelijkheid geven om zalig te worden en te kunnen worden. -Begrijp je zo'n waarheid?"
Hoofdstuk 5: De geschiedenis van de gevonden schat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Pas na het vlug genoten avondmaal ging Faustus in opdracht van Mij naar het grote depot om te kijken of de door Archiël uit de grot naar Kis overgebrachte schatten goed waren aangekomen. Alles was in orde, en ook was er een grote lijst van alle verschillende schatten die in de grot werden aangetroffen, met vermelding van hun waarde, Faustus vraagt de bewakers wie deze lijst heeft gemaakt.
Hoofdstuk 7: Het loflied van David. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...