Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

368 resultaten - Pagina 4 van 25

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25
[8] Maar een zacht en week hart zal door Mijn genadelicht, dat in wezen heel zacht is, vrij snel en gemakkelijk doorbroken worden, en Ik Zelf zal dan in zo'n hart binnengaan met alle volheid van Mijn liefde en wijsheid.
Hoofdstuk 79: Over armoede en naastenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Ik zeg jullie allen: Uiterst zacht is Mijn juk op jullie dienende schouders en buitengewoon licht de last die jullie moeten dragen. Wie deze last dragen zal, zal weinig moeite hebben. Wie hem echter niet zal dragen, zal het alleen aan zichzelf te wijten hebben als het hem slecht en bitter en jammerlijk zal vergaan. Bewijs elkaar over en weer echte liefde, dan zullen jullie op zachte en meer dan zachte kussens rusten! Als jullie echter liever stenen onder jullie hoofd willen hebben, dan mag je die ook hebben; maar laat dan niemand op de ochtend van het leven klagen dat zijn hoofd op de stenen gewond en pijnlijk is geworden!
Hoofdstuk 100: De leer van Mozes en de leer van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Degene die in de grond wegkropen en die door de planten en stenen opgezogen werden, kwamen niet meer te voorschijn; maar op plaatsen waar een boom of een plant of iets dierlijks lag te vergaan, ontstonden allerlei nieuwe maaksels die er aanvankelijk als een lichte, zacht glinsterende dam uitzagen en zich weldra met honderdduizenden verenigden en tot een reeds god herkenbare vorm samensmolten.
Hoofdstuk 114: Een blik in de wereld van de natuurgeesten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Deze stof is oorspronkelijk de eigenlijke zielesubstantie en komt overeen met de gedachten, voordat die nog tot een idee samengevoegd worden. Maar wanneer je deze geestelijke levensstof in voldoende hoeveelheid ergens bijeen zult vinden, dan zal zich daar ook al gauw de een of andere vorm vertonen hetzij een levende, die zacht en beweeglijk is, of een verstarde vorm, zoals een steen of een stuk dood hout. Kijk nu speciaal langs de oever, dan zullen jullie hier en daar bijzondere plotseling oplichtende lichtpuntjes ontdekken die ontstaan door het opeenhopen van de levensstof.
Hoofdstuk 118: Het wezen van de zuurstof. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Hier staan verscheidene planten; daar een geneeskrachtige, daar een giftige! Let eens bij het dagheldere licht van onze lichtbol op hun vorm! Zie eens hoe meegaand, lieflijk, zacht en bescheiden de vorm van de geneeskrachtige plant is en hoe hoekig, gespleten en hier en daar ook verdacht glad daarentegen de vorm van de gifplant eruit ziet, en toch bestaan beide soorten uit één en dezelfde oersubstantie, staan in dezelfde aarde, nemen dezelfde dauw op, exact dezelfde lucht en hetzelfde licht! En toch is in de geneeskrachtige plant alles geneeskrachtig en in de gifplant alles geheel en al gif! De oorzaak ligt alleen in het veranderen van de structuur.
Hoofdstuk 133: De vorming van de zielen van de roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] De ziel, die samengesteld is uit gemengde op elkaar inwerkende delen is geheel en al van etherisch substantiële aard. Omdat het lichaam in wezen echter ook oorspronkelijk etherische substantie bevat, is deze substantie verwant met de substantiële essentie van de ziel. Dit aanverwante is datgene wat de ziel met het lichaam verbindt, zolang deze etherische substantie niet mettertijd al te zeer in het zuiver materiële is overgegaan, in welk geval het dan met het zielewezen te weinig en vaak ook helemaal geen verwantschap meer heeft, - en mocht deze toch nog enigszins aanwezig zijn, dan moet deze substantie eerst door het ontbindingsproces uit het lichaam worden losgemaakt en in het hiernamaals aan de in zekere zin naakte ziel worden toegevoegd.
Hoofdstuk 90: Ziel en lichaam. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[24] En omdat daar bij jou nog steeds geen verandering in optreedt, moet ik je wel vermanen bij iedere gelegenheid dat je wilt opscheppen en je altijd verraderlijke, onoprechte mond wilt opendoen;.want ieder die anders denkt en voelt dan hij spreekt, is een verrader aan het heiligdom der waarheld. Daarom moet je je op deze wijze zeker laten vermanen en in de hele toekomst niet anders spreken dan je denkt en voelt! Want dat is de aard en de mallier van de verscheurende wolven, die in schaapsvacht rondsluipen om des te gemakkelijker een onschuldig en zacht lam in hun dodende klauwen te krijgen. Begrijp me goed; want ik doorzie je geheel en ik waarschuw je alleen maar dan: als je je stem laat horen, want dan valt het mij altijd op dat je liegt, omdat je anders spreekt dan je denkt en voelt. Ik sta zeker niet vijandig tegenover jou als zieke ziel, - maar wel tegenover de ziekte zelf!"
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Ik antwoordde hem in het Grieks en zei: 'Die twee grote vleermuizen hebben nu gezamenlijk boven zijn borstholte de gestalte van een heel bedroefd uitziende aap aangenomen en proberen nu zich los te maken van het lichaam, maar zij schijnen daar nog dusdanig door aangetrokken te worden dat het hun voorlopig nog niet mogelijk is geheel van het lichaam weg te gaan; maar hoe langer zij zich inspannen des te meer verenigen zij zich en -kijk, nu zijn zij als één etherisch wezen los van het lichaam! Het hurkt en springt nu nog om het lichaam alsof het iets zoekt!'
Hoofdstuk 149: De zelfmoord van de door de tempel vervloekte Esseen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Want het gif dat zich in haar lichaam bevindt, is etherisch van aard en houdt verband met de zenuwen, en dringt door tot in de uitstralende levenssfeer van deze persoon. Wie het door inademing of door een langer verblijf in zo'n met gif bezwangerde sfeer met de ether van de eigen zenuwen in aanraking brengt, wat heel gemakkelijk gebeurt, is lichamelijk verloren, vooral als hij het tegengif met kent.
Hoofdstuk 159: De giftige aard van de weduwe en haar dochter. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Zo is het ook met de rib waaruit Eva zogezegd zou afstammen! Deze rib is slechts een teken voor de zaak waar het om gaat, en dat is Adams innerlijke, krachtige liefdeleven. En de rib, als bescherming van dit leven, werd door Mozes in de Schrift ten eerste opgenomen omdat zij het leven beschermt, en zodoende, omdat zij een uiterlijk schild van het leven is, dat ook als beeld voorstelt; en ten tweede omdat later een goede, trouwe en liefdevolle vrouw ook als een bescherming, schild en beschutting van het leven van de man te beschouwen is en daarom symbolisch ook heel goed als een rib van de man gezien kan worden; en ten derde omdat de uitstralende levensether*(* Lorber schreef: ' Aussenlebensaether' , soms' Aussenlebenssphare ' , waarmee bedoeld wordt: een vanuit het lichaam (van mens, dier, plant, planeet) naar buiten tredend etherisch stralingsveld.) voor het innerlijke, natuurlijke leven van de zielook een geweldige bescherming is, zonder welke de mens geen tien seconden lang zou kunnen leven.
Hoofdstuk 162: De schepping van Adam en Eva. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] CORNELIUS zegt: "Beste, voortreffelijke bode van de Heer uit de hemelen, wees daarom alsjeblieft niet boos op mij; want je ziet toch wel dat wij geestelijk niets dan nauwelijks pasgeboren wiegenkinderen zijn en meer een droomleven leven dan een geheel bewust! Eet in het vervolg zoveel je maar wilt; van ons allen zal niemand het ooit meer in zijn hoofd halen daar, hoe zacht ook, een aanmerking over te bedenken, laat staan uit te spreken. Maar tevens bedanken wij je hiermee voor de buitengewone les die je ons in je terechte verontwaardiging over onze hardnekkige domheid hebt gegeven. Als wij zoals nu de oorzaak weten, zullen wij over het gevolg beslist nooit een verkeerd oordeel vellen! Maar als wij de oorzaak niet weten, hoe kunnen wij dan met het gevolg bekend zijn? Daarom nogmaals mijn heel bijzondere dank voor de grote en belangrijke les die je ons nu gaf!"
Hoofdstuk 178: Over het wezen van de engelen. Hart en geheugen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Onze hak en snij gereedschappen zijn slecht en worden meteen bot, want zij zijn heel moeizaam uit hout en beenderen van dieren gemaakt. In Memphis hebben wij echter allerlei snijwerktuigen leren kennen die zelfs op steen niet zo gemakkelijk bot worden, -en zulke werktuigen zouden wij veel beter kunnen gebruiken dan ons geelglanzende metaal, dat zacht en onbruikbaar is! -Neem daarom deze twee stukken welwillend aan!"
Hoofdstuk 201: Schenking van de schatten aan Cyrenius. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[15] Daarmee keerde de rust terug en op datzelfde ogenblik lieten de Moren die de boom omvat hielden, elkaar los, sprongen snel van de verhoging af en liepen naar ons toe. Op datzelfde moment begon de boom in de lucht heen en weer te schommelen, neigde tenslotte naar zijn natuurlijke zwaartepunt en ging na enige ogenblikken heel zacht op de grond liggen.
Hoofdstuk 213: De macht van de Moren over planten en elementen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Een mensenziel die nog oorspronkelijk is en onbedorven, kunnen jullie zien als een echte zon temidden van alle op verschillende wijze bezielde en levende schepsels die zich allen moeten onderwerpen aan de mensenziel, omdat zij uit de daarvan uitstralende levenssfeer, wanneer die net als de ziel volledig volgens de orde is, geestelijk levenslicht en geestelijke levenswarmte tot groei van de verder opstijgende levenssfeer van hun ziel opnemen en daardoor zacht, geduldig en gehoorzaam worden. Want de zielen zowel van planten als van dieren hebben immers de aan jullie weliswaar nog zeer onbekende bestemming, eens zelf mensenzielen te worden.
Hoofdstuk 216: Over de invloed van de mens op huisdieren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] De kameel begrijpt de minste wenk van zijn goede leider en het moedige paard wordt niet schuw onder het zadel van zijn berijder. Kort en goed, alle huisdieren van een milde en goede heer zijn zacht en meegaand, en luisteren naar de stem van hun hoeders en hun heer, en men ontdekt bij alle dieren even gemakkelijk een zekere zachtmoedigheid, als men op het eerste gezicht al aan edele bomen ziet, dat zij edele vruchten dragen; want daarvan zijn de stam, de takken en het loof heel zacht afgerond, glad en zonder scherpe punten en stekels, en de vrucht heeft een lieflijke smaak.
Hoofdstuk 216: Over de invloed van de mens op huisdieren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25