Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

151 resultaten - Pagina 4 van 11

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11
[5] Zeker, je kunt met ogen, oren, neus, smaak en tong wel zondigen alsje deze zintuigen niet overeenkomstig de orde gebruikt, als je je ogen onbeschaamd alleen maar richt op dingen die slechts het lichaam aanspreken, als je alleen maar graag en gretig naar laster, smaad en smerige praatjes luistert, als je alleen maar voor je plezier aan stinkende zaken ruikt die het lichaam verontreinigen en ziek maken, zodat je niet tot werken in staat bent. Je zondigt ook met je smaak en je tong als je de te grote belustheid op dure lekkere hapjes niet in toom houdt; want waarom moet jouw smaak gestreeld worden door het zwelgen van de kostbaarste dingen, terwijl er naast je veel armen van honger en dorst versmachten?! Als je honger en dorst hebt, verzadig je dan met eenvoudige en vers klaargemaakte kost; maar wanneer je meedoet aan vreet en zwelgpartijen, zondig je duidelijk geheel tegen de orde van God.
Hoofdstuk 177: Over doel en wezen van de zinnelijkheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] En wat is uiteindelijk zo'n kunstig over elkaar gelegde hoop stenen vergeleken met een enkele grashalm die door de grote geest van God gebouwd werd? Ik zeg je: helemaal niets! Iedere grashalm, iedere boom is een gebouw van God, groeit uit de lieve aarde zonder onze moeite en arbeid, en in korte tijd verkwikt hij onze smaak met zijn zoete vrucht. Hoeveel moeite en verschrikkelijk veel werk kost de mens echter zo'n paleis! En wat hebben zij daarna, als hun werk na vele bloedige jaren voltooid is? Niets dan een miserabele voeding voor hun hoogmoed, opwekking van naijver bij vreemde volkeren en na verloop van tijd oorlog en allerlei vervolging!
Hoofdstuk 183: De vloek van de overbeschaving van de Egyptenaren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] De kameel begrijpt de minste wenk van zijn goede leider en het moedige paard wordt niet schuw onder het zadel van zijn berijder. Kort en goed, alle huisdieren van een milde en goede heer zijn zacht en meegaand, en luisteren naar de stem van hun hoeders en hun heer, en men ontdekt bij alle dieren even gemakkelijk een zekere zachtmoedigheid, als men op het eerste gezicht al aan edele bomen ziet, dat zij edele vruchten dragen; want daarvan zijn de stam, de takken en het loof heel zacht afgerond, glad en zonder scherpe punten en stekels, en de vrucht heeft een lieflijke smaak.
Hoofdstuk 216: Over de invloed van de mens op huisdieren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Bovendien staat echter vooral het voorhoofdsbrein in een constante verbinding met de reuk en smaakzenuwen, zoals het achterhoofd met de algemene gevoelszenuwen. Die laten dan ook op de speciaal daarvoor bestemde hersenplaatjes bepaalde kenmerken achter, waardoor de ziel meteen en moeiteloos weer weet hoe bijvoorbeeld de een of andere bloem of zalf ruikt, of hoe de een of andere spijs, vrucht of drank smaakt en ook ruikt; want er is zo'n voorziening getroffen, dat ieder reuk en smaakplaatje door heel gevoelige zenuwen strikt in verbinding staat met het een of andere voorwerpplaatje.
Hoofdstuk 234: De verbinding van de zintuigen met de hersenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Marcus kijkt heel verwonderd naar alle kanten en ziet nu bij iedere tafel een aantal jongemannen die sprekend op Raphaël lijken en die daar de vele gasten bedienen en voortdurend van alles voorzien. Verscheidenen halen zelfs springlevende vis uit zee, snellen daarmee naar de keuken en meteen weer met reeds klaargemaakte naar de tafels; want de Moren hebben een reuze honger en bovendien werden zij ook nog geprikkeld door de heerlijke smaak van de spijzen.
Hoofdstuk 2: Hoe wonderen plaats vinden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[4] Het tweede en dus nog grotere was vervolgens noodzakelijkerwijs, dat ik het bekende middel een andere naam gaf, het vermengde met iets neutraals en daardoor de vorm, kleur en ook een beetje de smaak ervan veranderde en de prijs ervan ook flink verhoogde. Drie pond goud veranderden de zaak enorm. De vrouw nam het geneesmiddel met veel plezier in en werd enkele uren later niet alleen volkomen gered, maar ook meteen fris, monter en ook volkomen gezond! Ik zelf kon amper mijn lachen inhouden om dit geslaagde bedrog, en tot op dit uur heeft noch de vrouw noch de man van dit voor beiden heilzame bedrog ook maar iets vernomen!
Hoofdstuk 48: Roclus verdedigt het Essenendom en de schijnwonderen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Maar bij een ziel die zichzelf vervolmaakt, ligt dat heel anders! Om dat te kunnen realiseren moesten haar toch alle daarvoor nodige middelen volledig ter beschikking gesteld worden, waardoor zij, als zij deze wil gebruiken, noodzakelijkerwijs en onfeilbaar de volmaaktheid bereiken moet; maar de daarvoor vereiste middelen worden de ziel die tot het vrije kindschap van God geroepen is, toch beslist nooit opgedrongen, maar worden alleen klaargezet, zoals voor een wijze bouwmeester de materialen die voor de bouw van een huis nodig zijn. Vanaf dat punt gebruikt de bouwmeester ze naar eigen goeddunken en bouwt daarvan een huis volgens zijn idee en zijn smaak, en het gebouwde huis is dan volkomen zijn werk en niet het werk van degene die het materiaal voor hem heeft klaargezet. Ook al heb je het beste materiaal klaargezet om een goed woonhuis voor je te laten bouwen, maar je bouwt het zelf niet, maar stelt een bouwmeester aan die het gevraagde huis voor je bouwt, kun je dan toch zeggen: 'Kijk, dit mooie en prachtig ingerichte huis is mijn werk!? Beslist niet, want het huis blijft altijd het werk van degene die het naar eigen goeddunken en inzicht heeft gebouwd!
Hoofdstuk 245: De zelfstandige ontwikkeling van een mensenziel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] Na deze woorden van Roclus begeven allen zich naar de voor hen bestemde tafel, maken driemaal een buiging voor het voorname gezelschap en Raphaël wijst ieder meteen zijn plaats en gaat tenslotte als veertiende bij hen aan de nieuwe tafel zitten. Roclus ziet precies het gerecht voor zich waar hij altijd het allermeest van hield; het was een gebraden lam met een bijgerecht dat uit allerbeste en volledig rijpe pomeransen bestond. Hij kon er maar niet over uit hoe het mogelijk was dat men in de keuken zijn smaak zo precies had kunnen raden. Maar al gauw bedacht hij in wat voor gezelschap hij zich bevond en dat verklaarde hem alles. Evenals hij kreeg ieder van de dertien gasten precies datgene, wat hij met recht zijn lievelingsgerecht noemde; alleen Raphaël had een grote schaal voor zich met acht grote heerlijk klaargemaakte vissen, waar hij, zoals bekend, goed raad mee wist, wat de dertien erg opviel.
Hoofdstuk 80: Raphaël eet veel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Ja, de waarheid, de heilige waarheid moeten de mensen zich eigen maken. ze moeten het huis waarin ze wonen en volgens Uw belofte eigenlijk eeuwig zullen wonen, met de bijbehorende orde en gerechtigheid precies leren kennen. Maar de naakte waarheld, al is die nog zo zuiver, komt mij tenminste voor als een weliswaar zeer heilzaam, maar verder buitengewoon bitter medicijn, dat ieder die maar enigszins een gevoelige smaak heeft, meteen weer uitspuwt als hij het proeft. Maar wat doet men? Men omhult het bittere medicijn met iets zoets en aangenaams en dan zal de zieke dit gemakkelijk slikken en zonder rillingen in zijn maag krijgen, waar het dan al gauw heilzaam zal beginnen te werken! En dat, zo ben Ik van mening, zou ook met het meedelen van de waarheid moeten gebeuren! Men moet deze, vooral in het begin, nooit anders dan verhuld geven en daarna pas stukje bij beetje onthullen! Dan zal volgens mij een goede uitwerking zeker niet uitblijven. Geeft men haar echter meteen onverbloemd en naakt, dan zal men meestal meer schade veroorzaken dan werkelijk nut.
Hoofdstuk 138: Roclus probeert leugens om bestwil te rechtvaardigen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Toen ook al zijn metgezellen zich overtuigd hadden van deze grote en wonderbaarlijke waarheid, haastten zij zich zeer verbaasd weer naar de oude Marcus en de FARIZEEËR zei: 'Hier, neem de beker; want je hebt de weddenschap gewonnen! Ja, dit gaat nu werkelijk ook mijn verstand te boven! Wat moet ik daar nu op zeggen? Dit gebeurt niet op natuurlijke wijze! Het is zeer merkwaardig: Niet alleen de smaak, maar ook de geest van wijn was er rijkelijk in aanwezig, zodat wij allemaal bijna beneveld waren! Hier kan werkelijk niets anders in het spel zijn dan de wil van de Nazarener, en het dient ons als bewijs dat werkelijk ook zijn andere wonderen op dezelfde wijze tot stand zijn gebracht!
Hoofdstuk 155: De Farizeeën krijgen een les door middel van een wijnwonder - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] Aziona gaat nu naar binnen en ziet dat zijn mensen daar zeer druk bezig zijn met alles te bereiden en klaar te maken, de haard brandt dat het een lust is en alle roosters, braadspitten, potten en pannen zijn volgepropt met vissen die ontgraat zijn op de in het morgenland gebruikelijke manier. Ook is er geen gebrek aan welriekende kruiden, waarmee de vissen op smaak gebracht worden. Aziona kijkt ook in de provisiekamer hoe het gesteld is met het benodigde brood. Hij vindt alle planken vol en er zijn verscheidene grote kruiken en andere kostbare vaten, die een buit zijn uit het schip en vol zijn met de beste wijn.
Hoofdstuk 208: De voorbereidingen voor het morgenmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[2] Pas toen wij allen uitgebreid gegeten en gedronken hadden, zei DE WAARD tegen ons: 'Heer, ditmaal schijnt Uw geheimzinnige leerbij de vele in en uitheemse toehoorders in de grote, openbare school niet zo erg in de smaak gevallen te zijn, want zij gingen allemaal geërgerd weg. Sommigen schimpten wat meer, anderen wat minder, en de uitheemsen en ook velen die gisteren nog als leerlingen bij U waren, zeiden dat U daar opzettelijk zo gesproken had om op een nette manier van hen verlost te zijn, wat ze niet aardig vonden van U, omdat zij zelf wel op eigen kosten gegeten zouden hebben.
Hoofdstuk 48: In de herberg van de waard van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[9] Dat voor ieder mens de mogelijkheid bestaat om dat op eenvoudige wijze bij en in zichzelf te verwezenlijken, is af te leiden uit het feit dat ieder mens ogen heeft om te zien, oren om te horen en reukzin heeft en smaak en gevoel, en bij dat alles verstand, rede, en handen en voeten, en een vrije wil waarmee hij naar believen zijn ledematen kan activeren en zijn liefde kan regelen. Zo toegerust, ziet hij de zon op en ondergaan, -en ook de maan. Hij ziet de sterren en talloos vele soorten schepselen, die hij kan bekijken en waardoor hij God de Heer steeds meer en beter kan leren kennen.
Hoofdstuk 111: De weg om God te Ieren kennen en lief te hebben - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] AZIONA zegt: 'Wel, dat hangt er in eerste instantie vanaf, of ik dat geheel en al wil! Inderdaad nemen we niet gemakkelijk iets aan, als we van te voren niet opvallende verschijnselen gezien hebben. En aan de zichtbare werking van de door u aan mij bekend gemaakte reden ontbreekt het hier absoluut niet; mijn voorraadkamer is vol etenswaren, en nu hier deze wijn uit het puurste water! Dat zouden dan toch, zoals men zegt, aardig tastbare bewijzen ervoor zijn! Maar het komt er nu op aan om duidelijk te weten of jullie misschien niet toch heimelijk een of andere specificum bezitten dat in nog zo geringe hoeveelheid toegevoegd ieder zuiver water in wijn moet veranderen! Dat zal waarschijnlijk wel niet het geval zijn; maar die gedachte moet wel bij iemand opkomen, als hij dit zuivere wonder ziet; en zolang men die gedachte niet kan tegenhouden, is er geen sprake van dat er helemaal geen twijfel is, en werkt het door u goed beschreven volledige geloof ook niet! En daarom zie ik bij voorbaat maar al te goed in, dat niemand van ons, bewoners van deze plaats, ooit in staat zal zijn om ook maar een druppel water de smaak van wijn te geven!
Hoofdstuk 175: De stoïcijnse wereldvisie van visser Aziona - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] IK zei: 'Doe dat in elk geval; maar zeg wel tegen al je mensen dat zij niet over Mij spreken, want dan zouden we heel snel opgescheept zitten met alle belangrijke Romeinen en Grieken! Laat voor ons avondmaal ook deze prachtige vissen klaarmaken, en zelfmoetje flink mee-eten, want tot op heden heb je alleen maar horen praten over de heerlijke smaak van deze vissoort, maar zelfheb je er nog nooit een geproefd. Pas wanneer je er nu eerst zelfeen zult eten, zul je merken waarom men zoveel geld voor deze vissen betaalt. En nu kun je je knechten wel met de vissen wegsturen; maar zij moeten die uit de netten nemen. Ook voor ons moeten die uit de netten genomen worden; laat de vis in de karen met rust! ,
Hoofdstuk 50: De rijke visvangst. De heerlijk smakende edelvissen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11