Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

20425 resultaten - Pagina 4 van 1362

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[10] De reden van mijn komst is heel eenvoudig het volgende: Jullie kennen mijn collega 's even goed als ik en jullie weten welke rechten zij zich allen aanmatigen. Zij zijn theologen, en niemand behalve zij mag iets van de schrift begrijpen, hoewel zij, onder ons gezegd, waarschijnlijk van alles meer verstand hebben, dan nu juist van de schrift; maar ze zijn daarvoor door de tempel uitverkozen en hun vermeende rechten komen daarvandaan, en daartegen kunnen jullie niets doen.
Hoofdstuk 180: Het plan van de jonge Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[21] En tenslotte moet het volk hem niet in het bijzijn van die oude vossen uitroepen tot zoon van David; want dat is voor mijn oude collega's het allerverschrikkelijkste! Als jullie daar op letten, dan kan -wat ik van ganser harte hoop - alles in stilte en rust verlopen; maar anders zou het echt wel eens een schreeuwend spektakel kunnen worden!'
Hoofdstuk 180: Het plan van de jonge Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] De jonge antwoordt: 'Als ik op jullie bevelen gewacht zou hebben, dan waren we allang uitgesorteerd! Alles is al gebeurd! Maar of de soldaten al gauw zullen komen is een andere vraag; want het is nog tamelijk ver naar Kapérnaum en naar een andere plaats nog verder." Daarom zegt het spreekwoord, geduldig afwachten wat er komt: het zijn of het niet zijn!'
Hoofdstuk 181: De oude Farizeeën om de tuin geleid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ahab zegt: 'Ja, als dat zo is, dan is dat erg voor ons, en we zullen ons eerst eens bezig moeten gaan houden met onze toekomstplannen! Ik heb er gisteren wel iets over horen mompelen, maar Ik kon toch met precies constateren wat de hele geschiedenis te betekenen had. Maar het is echt wel onze eigen schuld! Ik heb jullie al vaak gezegd dat wij met onze domheden en duisternis, waarmee wij allen in de tempel ingewijd zijn, het hier bij deze hele pientere Grieken niet zouden volhouden, en dat het voor hen kinderspel zou zijn om ons de duimschroeven aan te leggen; maar dat was altijd olie op het vuur! Nu is het onvermijdelijke gebeurd wat ik jullie al veel eerder voorgerekend heb, en ik begrijp echt niet waarom jullie dat nu zo vreemd kunnen vinden! Ik heb al zo vaak tegen jullie gezegd: Laten we toch eindelijk eens ophouden met het dom houden en het onderdrukken van het volk; want alles op de wereld heeft zijn grenzen die niet overschreden mogen worden! Wat hebben we er aan als we het volk systematisch dom houden?! De domheid zal tenslotte omslaan in boosheid, en dan zullen wij moeten verdwijnen. En nu is het zover!
Hoofdstuk 183: Ahab's list. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Maar wat de tovenaar betreft, die heeft met dit alles totaal niets te maken; want hij en zijn leerlingen en Baram zijn waarschijnlijk de enige Joden in deze plaats! Dat hij inderdaad een magiër zou kunnen zijn zal ik niet bestrijden; maar dat hij zijn kracht van Beëlzebub heeft dat zou ik niet durven beweren, hoewel ik daarmee jullie mening niet wil beïnvloeden. Ga er nu zelf eens heen en praat met hem en overtuig jezelf overal van!'
Hoofdstuk 183: Ahab's list. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Dan vragen de ouden nog: 'Loopt ons leven geen gevaar?' En Ahab antwoordt: 'Wat is dat nu toch weer voor een domme vraag! Is het hier dan veiliger voor jullie?! Omdat alles zo in ons nadeel is veranderd, is het voor ons allemaal beter naar buiten te gaan waar we onze voeten nog kunnen gebruiken dan ons hier tussen de vier muren om te laten brengen!'
Hoofdstuk 183: Ahab's list. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] De Farizeeën antwoorden: 'Wij zwijgen, omdat wij door de geest van God verlicht, altijd weten en begrijpen wat de mensen behoren te weten en wat wij bijgevolg moeten zeggen. Niet, omdat wij het niet zouden weten, maar -omdat wij het niet mogen, willen wij jullie ook geen rechtsgeldig bewijs geven naar aanleiding van jullie vraag. Het betaamt jullie alleen maar om alles te geloven wat wij jullie leren, en niet om dat zelf uit te zoeken; want God heeft ons aangesteld om alle dingen tot op de kern te onderzoeken, de geheime zaken voor ons te houden en het volk alleen maar datgene te vertellen wat het nodig heeft. Begrijpen jullie ons nu?!'
Hoofdstuk 184: Farizeeën kunnen niet liegen. (17.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Daarop zegt het volk: 'O ja, we hebben jullie heel goed begrepen, en omdat we dat al een tijdlang doen, zijn we juist vanwege dat maar al te goede begrip overgegaan naar de Grieken die niet zulke praatjes over geheimen verkopen! Daar heb je Aristoteles, Pythagoras, Plato en Socrates, en hun werken en geschriften zijn helder en waarachtig. Maar bij jullie wordt alles steeds meer in het diepste duister gehuld, zodat men geen handbreed voor of achter zich kan zien.
Hoofdstuk 184: Farizeeën kunnen niet liegen. (17.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Bekom eerst van je verre en moeilijke reis; daarna zal Ik je pas vertellen wat je thuis moet doen tegen de door de orthodoxe Samaritanen naast jou, beste Jonaël, aangestelde opperpriester voor de nietszeggende, blinde dienst op Garizim. Maar, zoals Ik al zei, jullie hebben voor alles rust en herstel nodig, houdt je daar dus eerst mee bezig!
Hoofdstuk 195: Kis. Weerzien met Jaïruth en Jonaël. (1.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] 'Dit keer is het hemelrijk te vergelijken met een koopman die in alle landen naar mooie parels zocht. (Matth.13:45) En hij vond een parel van onschatbare waarde, vroeg naar de prijs, en toen hij deze kende ging hij ook meteen naar zijn woonplaats, verkocht alles wat hij had, en ging toen terug en kocht de grote parel (Matth. 13,46), die ook duizenden malen meer waard was dan wat hij ervoor betaalde. - Begrijpen jullie dit beeld?'
Hoofdstuk 199: De gelijkenis van de grote parel en het net. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Het hemelrijk gelijkt ook op een verborgen schat in een akker, welke schat door een mens gevonden werd, en 's nachts haastig door hem in de volgende akker werd begraven, omdat de schat groot en zwaar was en hij hem niet naar huis kon dragen omdat dat te ver was. Heel vrolijk ging hij toen naar huis, verkocht alles wat hij had en kocht de akker ten koste van alles (Matth. 13:44); want de schat in de akker was duizenden malen meer waard dan wat hij voor de akker gaf, en nu kon hij omdat de akker van hem was, de schat zonder gevaar uit de akker halen, en niemand kon hem het bezit daarvan bestrijden. Nu kon hij rustig zijn schat in zijn nieuwe huis brengen dat hij tesamen met de akker gekocht had, en hij hoefde niet meer in het zweet zijns aanschijns voor zijn onderhoud te werken; want hij kon nu door zijn schat in de grootste overvloed leven. -Begrijpen jullie deze gelijkenis?'
Hoofdstuk 198: De schat in de akker. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] En daarom geef Ik jullie voor deze wereld geen vrede, maar het zwaard; want door de strijd met de wereld en met alles wat zij je biedt, moet je je de vrijheid van het eeuwige leven bevechten!
Hoofdstuk 201: Twee redenen voor Gods afzijdigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] En als je al een zogenaamd Godshuis bouwen wilt, bouw dan zieken en bejaardentehuizen voor jullie arme broeders en zusters; geef hen daarin alles wat ze nodig hebben, dan zul je op die manier de echte godsdienst uitoefenen waaraan de Vader in de hemel veel genoegen zal beleven.
Hoofdstuk 202: De ware vrije kerk. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Ik antwoord: 'Wees vanaf heden in alle dingen rechtvaardig; heb God boven alles lief en uw medemensen als li zelf, want het zijn allen uw naasten, of het nu vrienden of vijanden zijn; doe wel aan degenen, die u kwaad doen; zegen, die u vervloeken, en bid voor hen, die u vervolgen, dan zullen jullie als kinderen van de Allerhoogste worden opgenomen. Daaruit bestaat alleen maar de enige echte dank aan Mij voor alles, wat Ik voor jullie gedaan heb. Dat is alles, wat Ik van jullie verlang!'
Hoofdstuk 210: Uitstapje naar Kana in het dal. (21.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Daarom moeten jullie deze God boven alles liefhebben en Zijn geboden opvolgen, die heel in het kort hierin bestaan, dat je, zoals Ik daarnet zei, Hem boven alles lief moet hebben en jullie naasten als jezelf!
Hoofdstuk 210: Uitstapje naar Kana in het dal. (21.6.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...