Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1796 resultaten - Pagina 32 van 120

...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...
[8] Uit wat ik je nu overeenkomstig de volle en voor de hand liggende waarheid heb aangetoond zul je wel begrijpen dat het voor een mens, zolang hij op deze aarde nog bezig is één te worden met de goddelijke geest volgens de hem geopenbaarde wil van God en ook vanuit de volle vrijheid van zijn eigen wil en inzicht, zeer schadelijk zou zijn als hij zich alle voorgaande toestanden, waarin zijn ziel zich heeft bevonden, volkomen duidelijk zou kunnen herinneren.
Hoofdstuk 178: De noodzaak voor het versluieren van de herinnering - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Om mij jouw vraag vanuit je Griekse wijsheid heel duidelijk uiteen te zetten heb je het beeld van een keten gebruikt, waarvan de ringvormige schakels afzonderlijk en op zichzelf wel voorhanden zijn; maar omdat ze niet met elkaar verbonden waren, bestond de ene schakel er voor de andere eigenlijk niet en kon er dus ook geen wederkerige verbinding mee hebben. Want als een schakel niet goed herkenbaar, zichtbaar en voelbaar aan de daaropvolgende hangt, heeft de gehele losse keten ook helemaal geen waarde en bestaat eigenlijk ook helemaal niet.
Hoofdstuk 179: Over de wijsheid van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] De arts zei: 'O mijn zeer voorname, hemelse vriend! Nu heb je al mijn bedenkingen en twijfels heel zuiver tot het laatste atoom uit mij weggevaagd; het is mij nu volkomen duidelijk, en dat zal voor al mijn metgezellen ook wel gelden; daarom zij alle lof aan de enige Heilige onder ons, die vanuit Zijn onmetelijke liefde door jou, een bewoner van de hemelen, ons de ware wijsheid uit de hemelen zo lichtend en voor ons nog onnozele verstand zo gemakkelijk te begrijpen heeft laten verkondigen!
Hoofdstuk 180: De dank van de arts en de leerlingen voor het onderricht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Daarom wordt vanuit de hemelen het licht ter opwekking van hun geest ook alleen maar aan degenen gegeven die het zoeken en als een verheven levensbezit boven alles liefhebben en ten zeerste waarderen; maar voor degenen die er alleen maar mee in de wereld willen pronken om daarmee een overvloed aan dode schatten van de aarde te verwerven, is zo'n licht van geen nut en het stort hen nog verder in het oude gericht van de materie. Daarom is het niet goed om de parels uit de hemelen voor de zwijnen te werpen. Geef het reine dus in de eerste plaats alleen aan de reinen!
Hoofdstuk 180: De dank van de arts en de leerlingen voor het onderricht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[10] Als God echter niet wijs zou zijn, zou Hij ook niet zo machtig zijn om iets vanuit Zichzelf tot een als het ware buiten Hem bestaand en vorm hebbend leven te roepen. Een allerhoogste macht en kracht is echter niet denkbaar zonder een hoogste, zuiverste, aller onbaatzuchtigste liefde en, uitgaande van haar eeuwig levende vuur, een allerhoogst en uiterst levend wijsheidslicht. En van dat licht kan geen enkel ook maar enigszins gelouterd menselijk verstand ooit verwachten, dat ze *(* D. w.z. de liefde en wijsheid van God.) allerlei zwakke en onbeholpen wezens in een dikwijls uiterst kort leven roept om zich daardoor een kortstondig genoegen te verschaffen, zoals kinderen met hun speelgoed; want in dat als zodanig totaalonmogelijke geval zou God in Zijn liefde en wijsheid net zo machteloos zijn als een mens en zou Hij door de macht van Zijn wil geen enkel wezen tot een werkelijk bestaan kunnen roepen.
Hoofdstuk 179: Over de wijsheid van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Onze Romeinse rechter, die ook met grote aandacht naar alle wijze woorden van Rafaël had geluisterd en die Ik in het verborgene ook innerlijk wekte, zodat hij de betekenis van wat er gezegd werd kon vatten, zei tegen Mij: 'O Heer en Meester, wat is deze prachtige hemelse geest toch buitengewoon wijs! Ja, als een mens op deze aarde ooit de kunst had verstaan om de innerlijke, verborgen dingen van het zielenleven zo helder en begrijpelijk uiteen te zetten, zou er beslist nooit een duister afgodendom onder de mensen zijn opgekomen; want na zo'n onderricht en wonderbaarlijke ervaring meegemaakt te hebben zou toch zelfs de meest eenvoudige mens zijn gaan nadenken en onmiddellijk begonnen zijn om vanuit het licht van zijn geloof volgens zo'n leer aan zichzelf te werken en zich ernaar te richten, en met Uw hulp zou hij op die manier gemakkelijk en snel tot die innerlijke levensvoleinding zijn gekomen, omwille waarvan Uw liefde, wijsheid en macht hem hebben geschapen.
Hoofdstuk 180: De dank van de arts en de leerlingen voor het onderricht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[9] Het is zo bepaald dat voor iedere ziel de materie een zeker overwicht moet hebben, opdat de ziel daardoor gedwongen wordt actief te worden tegenover het kleine overwicht van de materie, om zo van de vrijheid van haar wil het juiste gebruik te kunnen maken; om dat te kunnen doen, is haar in alle tijden vanuit de hemelen in alle helderheid de leer gegeven, die de ziel in een volkomen vrij zwevende toestand tussen geest en materie plaatst.
Hoofdstuk 181: De voornaamste belemmeringen voor geestelijke vooruitgang - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[2] Omdat zo'n ziel aanvankelijk tegen beter weten in handelt, zakt ze langzamerhand steeds verder in de materie weg en wordt ook de oorspronkelijke, puur geestelijke verlichting steeds matter. De ziel raakt in allerlei twijfels en vindt het in haar materiële traagheid helemaal niet meer zo de moeite waard om zich op te richten. en tenminste voor de korte tijd van een paar dagen of weken een ernstige, zichzelf verloochenende poging te doen om zich ervan te overtuigen. of er toch iets waar is van de vanuit de hemelen geopenbaarde leer ter verkrijging van het innerlijke, ware leven.
Hoofdstuk 182: De weg om materiële zielen te redden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Daarna werd alles stil en rustig. Ook de geesten in de lucht, in de aarde en in de wateren werd door Mij in stilte bevolen zich volkomen rustig te houden. En zo werd het in de gehele zichtbare natuur zo volkomen rustig, dat er zelfs niet het kleinste zuchtje wind bewoog, geen vogeltje rondvloog en het water van het meer zo volkomen kalm was, dat men de hoge bergen, die het grote meer omringden, vanuit de waterspiegel even duidelijk en helder te zien kreeg als op natuurlijke wijze, wat alle aanwezigen in hoge mate verrukte, omdat ze zo'n volmaakte rust van het meer nog vrijwel nooit hadden gezien.
Hoofdstuk 192: Het verschijnsel van de luchtspiegeling (24.5.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] Toen ze over dit onderwerp zeer uitvoerig hadden gesproken, hoorde men van buiten een geraas van de wind dat steeds heviger werd, en twee van de schippers van Kisjonah kwamen naar ons toe en vroegen wat ze bij zo'n storm moesten doen, want het meer dreef ongehoord reusachtige golven tegen de oever op en dreigde zelfs -als het nog erger zou worden met de storm, die nu plotseling vanuit het oosten was opgestoken -het water tot in dit huis op te stuwen. Ze hadden de schepen weliswaar drie keer zo stevig als eerst aan de oever bevestigd en zich gelovig tot Mij gewend en om hulp gevraagd, maar toch werd de storm steeds heviger.
Hoofdstuk 196: De storm en zijn overeenstemmende betekenis - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[5] Mijn leer bestaat heel eenvoudig uit het volgende: Erken de ene, enig ware God en Heer, en dus ook Mij, omdat Ik vanuit Hem in deze wereld kom en Zijn geest in Mij draag, en heb de ene God boven alles lief en je naaste als jezelf, dan zul je het eeuwige leven ontvangen!
Hoofdstuk 204: De commandant Leander voor de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Als op deze aarde de mensen vanuit hun vrije wil ook maar even goed waren als de aloude inrichting van de aarde, zou er voor velen reeds hier een ware, geestelijke levensochtend zijn, waar ieder mens vóór alles naar zou moeten streven! - Heb je deze heel natuurlijke woorden van Mij goed begrepen?'
Hoofdstuk 207: De mooie ochtend aan het meer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Rafaël zei: 'Vriend, dat heeft niets anders te betekenen dan dat ten tijde van hun grote trek vanuit de grote meren en zeeën van het hoge noorden een heel andere wind waaide dan gewoonlijk in die tijd; en door die wind, die voor de tijd van de trek van deze vogels ongewoon was, komt het dat dit meer nu rijker met deze dieren bevolkt is dan anders. Een ander heel natuurlijk gevolg van dit verschijnsel is, dat de winter van dit jaar heel zacht zal worden -anders waren deze vogels wel verder naar het zuiden getrokken om daar hun verblijfplaatsen voor de winter te zoeken. Achter dit geheel natuurlijke verschijnsel zit dus helemaal niets bijzonders en opmerkelijks.
Hoofdstuk 208: Een gesprek over de trekvogels - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Als jullie volgens Mijn leer God boven alles liefhebben en zodoende ook elkaar zoals iedereen zichzelf liefheeft en in alle opzichten voor zijn eigen welzijn zorgt, zullen jullie je onder elkaar nooit over een of andere nood hoeven te beklagen; want nood en armoede onder de mensen op deze aarde ontstaan enkel en alleen door hun wederzijdse liefdeloosheid - en die is steeds het gevolg van ongeloof of duister bijgeloof. Want wie het geloof in de ene, eeuwig enig ware God niet heeft -hoe zou die Hem dan moeten eren en boven alles liefhebben en vanuit die liefde zijn naaste als zichzelf?
Hoofdstuk 210: Het gericht van de hardvochtigen aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] De hoofdman had dat nog maar nauwelijks gezegd of daar stond Rafaël, die hij vanuit de verte herkend had als de mooie jongeman die hij 's avonds had opgemerkt al vlak voor hem en voor de overste, en allebei schrokken ze van deze zo plotselinge aanwezigheid van Rafaël; want ze konden echt niet begrijpen hoe hij over een afstand van tweehonderd passen in één ogenblik bij hen had kunnen komen. Ze begonnen erg bang voor hem te worden, zodat ze hem niet durfden vragen hoe hij zo snel naar hen toe was gekomen.
Hoofdstuk 211: Rafaël bij de soldaten van Herodes - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...