Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1077 resultaten - Pagina 32 van 72

...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...
[5] Ik zei: ' Als jullie er geen gewetenskwestie van hebben gemaakt om bijna alle instellingen van Mozes op te heffen en jullie wereldzuchtige en zelfzuchtige wetten daarvoor in de plaats te stellen - terwijl jullie toch nooit Heer en Meester waren, die alle macht in de hemel en op aarde bezit - hoe kunnen jullie Mij nu dan vragen of er niet aan de wet gewrikt wordt, als Ik jullie aanraad en toesta om in geval van nood onder bepaalde voorwaarden voor de bereiding het vlees te eten van andere dieren, waarvan Mozes de Joden niet toegestaan heeft ze te eten?!
Hoofdstuk 127: Over het eten van allerlei vlees en vruchten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Onze Samaritanen, die dat ook allemaal met de grootste aandacht hadden beluisterd en strenge volgelingen van de mozaïsche leer waren, waren het er onder elkaar niet mee eens dat Ik de vier Indo-joden toestond ook het vlees van andere dieren, zo en zo klaargemaakt, te eten; maar toen ze hoorden wat Ik antwoordde op de blinde vraag van de zeven verklede tempeldienaren, gaven ze Mij gelijk en prezen onder elkaar Mijn wijsheid.
Hoofdstuk 127: Over het eten van allerlei vlees en vruchten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Ik zei: 'Er bestaan weliswaar geen oergeschapen aartsduivels zoals jullie je die voorstellen - maar toch is alles in de materiële wereld in zijn oerelement zoveel als een oergeschapen aartsduivel, en daarom is het hetzelfde of men nu zegt dat men door de wereld of de materiële lusten van het vlees verzocht wordt, of door deze of gene aartsduivel; en wie zich door de wereld en zijn vlees te sterk gevangen laat nemen, diens ziel is dan ook een persoonlijke duivel en leeft na de dood van zijn lichaam verder in een constante verbinding met de slechte, nog ongegiste materiële geesten, en haar streven blijft dan evenals haar liefde boosaardig en ze tracht haar boosaardige liefde voortdurend te bevredigen.
Hoofdstuk 134: De Heer vertelt over Zijn verzoeking in de woestijn (Matth. 4:1-11) De Heer in Jesaïra - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[4] Ik zei: 'Vriend, waarvan jij volgens jouw opvatting zou wensen dat het bestond, is bij ieder volk altijd het geval geweest, zolang het volgens de altijd trouw geopenbaarde wil van God leefde! Toen de mensen zich echter geleidelijk aan door de lusten van de wereld en hun vlees teveel gevangen lieten nemen, verduisterde ook hun geestelijk gezichtsvermogen, en de mensen begonnen de vermaningen van gene zijde te verachten, te vrezen en te ontvluchten, en ze verloren dan ook het vermogen om in wakende toestand om te gaan met de zielen die in de grote wereld aan gene zijde voortleven en werkzaam zijn; alleen in heldere dromen werden de betere mensen door de zaliger bewoners van gene zijde bezocht en onderwezen, en wel gedeeltelijk ten behoeve van hun eigen persoon en gedeeltelijk ook ten behoeve van andere mensen die zich op de rand van een te diepe afgrond van verderf bevonden en daardoor meestalook gered werden.
Hoofdstuk 138: Over het contact met goede geesten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Ik zei: 'Vragen staat vrij, maar antwoorden ook! Het ligt weliswaar niet altijd in Mijn orde om van tevoren te bepalen wat Ik ga doen, want alles hangt af van Degene die in Mij woont; en Ik, die nu ook slechts een mens van vlees en bloed ben en een onsterfelijke ziel heb, moet naar die Geest in Mij luisteren. Pas als Hij tegen Mij zegt: 'Ga hier of daar heen, doe dit of dat!', dan pas weten ook Mijn vlees en bloed het. Maar deze keer heeft de Vader in Mij al gesproken, en Ik weet wat Mij te doen staat en kan het jullie dan ook wel vertellen
Hoofdstuk 146: De Heer bezoekt de arme vissers in de baai (16.3.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[19] Toen Ik deze kleine toespraak beëindigd had, klonk er een Stem in de lucht van de zaal, die de volgende woorden sprak: 'Deze Jezus van vlees en bloed is Mijn geliefde Zoon, die alle geslachten der aarde moeten loven! Hij is de belichaamde uitdrukking van Mijn liefde, Mijn wijsheid en Mijn wil. Ik ben in Hem en Hij is in Mij; Wij zijn volkomen één. Wie Hem ziet en hoort, ziet en hoort ook Mij; en wie Mijn wil doet, heeft het eeuwige leven in zich.'
Hoofdstuk 149: De Heer voorspelt Zijn einde in de omgeving van Caesarea Philippi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[21] Eet in het vervolg geen vis meer die in het water is gestorven; en laat een geslachte vis nog geen half uur liggen zonder zout, tijm en karwij. Bereid hem dan op de jullie bekende Joodse manier, dan zullen jullie van alle mogelijke koortsen verschoond blijven! Datzelfde geldt ook voor vlees, en eet ook geen rottend fruit en geen beschimmeld brood! '
Hoofdstuk 150: De reis van Kis naar Marcus bij Caesarea Philippi - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[6] Zodoende zakten ze dan ook weg in het oude gericht van de materie der wereld en haar geile vlees, verloren zozeer het aloude, innerlijke levenslicht van hun zielen, dat ze hun zielen nu niet meer van hun vlees kunnen onderscheiden, niet meer weten wat een ziel is en het hun dus ook helemaal niet duidelijk is dat ze een ziel hebben, die eeuwig zal leven.
Hoofdstuk 157: Het onderricht van de Heer over de ene, enig ware God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[3] Ik zei: 'Als mens van vlees en bloed zeker langs geen andere weg, omdat er volgens de goddelijke orde eeuwig geen andere bestaat en kan bestaan. Maar Ik, die jullie hier zien en spreken, ben niet degene die jullie die raad heeft gegeven, maar in Mij woont Iemand die hoger is in alle volheid van de goddelijke liefde, wijsheid en macht, en Hij is Degene die nu zo tegen jullie heeft gesproken zoals tegen Mozes en vele andere profeten en wijzen vroeger; en dat is ook Degene in Wie alleen jullie zonder twijfel moeten geloven en Die jullie boven alles lief moeten hebben door volgens Zijn getrouw aan jullie geopenbaarde wil te handelen.
Hoofdstuk 158: De Grieken herkennen de Heer. Doel en oorzaken van ziekten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[11] Ik zei: 'Jullie geschiede naar jullie geloof; maar behalve wat jullie geloven, moeten jullie onthouden dat het voor een mens ter wille van zijn ziel niet altijd bevorderlijk is als hij met een volkomen gezond lichaam rondloopt; want als zijn vlees te gezond is, wordt het ook gemakkelijk geprikkeld tot allerlei zinnelijke lusten, waarin de ziel eerder mede begerig wordt dan wanneer haar vlees ziekelijk en zwak is, -en zo is een lichamelijke ziekte in zekere zin een wacht voor de deur van het innerlijke leven van de ziel.
Hoofdstuk 158: De Grieken herkennen de Heer. Doel en oorzaken van ziekten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[1] De twee Grieken zeiden: 'O Heer, Heer, wij danken U uit het diepst van ons hart en leven voor de zo wonderbaarlijk plotselinge genezing van ons lichaam, maar we vragen U ook of U ons, als we ten gevolge van onze lichamelijke gezondheid op wat voor manier dan ook zwak zouden kunnen worden en ons door de een of andere verleiding van de wereld en ons vlees zouden laten bekoren, -of U ons steeds de nodige kracht wilt schenken om alle verzoekingen die over ons zouden kunnen komen, met ware heldenmoed te kunnen weerstaan; want wij zien nu zelf al dat geen mens zonder Uw hulp alle gevaren en allerlei soorten vijanden die op hem loeren, kan overwinnen.
Hoofdstuk 159: Het beoefenen van de naastenliefde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] Sommigen houden hem voor een grote profeet, anderen voor een nieuwe koning der Joden, die de Romeinen uit het Joodse land zal verdrijven - wat echter zijn plan niet zou zijn, aangezien hij een veel grotere vriend van de heidenen moet zijn dan van de Joden, die weinig acht slaan op hun God. Nog weer anderen houden hem voor een pure Godszoon en sommigen voor de oude Jehova Zelf, die Zichzelf vanuit Zijn macht met het vlees van de mensen heeft bekleed om hen over alles te onderrichten en hen uit de lange nacht van al hun dwalingen te bevrijden.
Hoofdstuk 160: Wat de Griekse arts had vernomen en zijn getuigenis over de Heer (9.4.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[7] N a deze tweede genezing geloofden ook de andere metgezellen nu volkomen in Mij en vroegen Mij ook om genezing van hun zieke vlees en bloed, en ook zij werden plotseling geholpen, waarop het juichen en het prijzen van Mijn naam, die Polycarpus hun ook vertelde, bijna geen einde nam.
Hoofdstuk 164: De genezing door het geloof van de bekeerde rechter - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[12] Verder kunnen jullie ook in Mijn naam en in Mijn liefde, die in jullie zelf is, aan degenen die werkelijk in Mij geloven en zich aan Mijn geboden houden, van tijd tot tijd brood en wijn geven, als jullie het hebben, ter herinnering aan Mij. Wanneer jullie zo'n liefdesmaal onder elkaar houden, zal ook Ik in jullie midden zijn, bij jullie en in jullie, zoals nu met vlees en bloed; want het brood, dat gegeven zal worden door jullie liefde voor Mij, zal hetzelfde zijn als Mijn vlees en de wijn hetzelfde als Mijn bloed, dat weldra voor velen vergoten zal worden. Hoe, dat zullen jullie nog horen.
Hoofdstuk 166: De Heer geeft gedragsregels voor de gelovigen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
[8] Ja, wie nog zo diep in zijn vlees begraven zit, dat zijn ziel zich bij de vaststaande dood van haar lichaam ook meegetrokken voelt in die dood - wat een gevolg is van haar te grote liefde voor de wereld en het vlees - dan moet de mens natuurlijk zo beklagenswaardig praten als jij, Mijn vriend, nu hebt gedaan; maar de mens in wie de ziel eenmaal volgens Mijn leer en Mijn wil vrij is van aardse slakken en daardoor meer volmaakt en voleindigd is, zal bij de aanblik van zo'n omgeving en landschap heel andere en hogere woorden in de mond nemen.
Hoofdstuk 167: De weemoed van de Romein bij het mooie uitzicht (16.4.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 9)
...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...