Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2083 resultaten - Pagina 32 van 139

...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...
[7] Want wat je ook maar ziet, het wordt allemaal door geesten geleid, omdat zij van God de bekwaamheid daarvoor krijgen. En de zaligheid van iedere geest ligt in het feit dat hij zo door God voorzien met alle kracht en macht, God dienend, bezig kan zijn.
Hoofdstuk 228: Naastenliefde. Kennis en liefde van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Daarop kwam DE ROMEIN naar Mij toe en zei: 'Heer en Meester, dat U alles in de hele oneindigheid van het grootste tot het kleinste bekend is, daar ben ik volkomen van overtuigd, en niemand kan mij deze zalige overtuiging meer ontnemen! Maar nu is er al meerdere malen sprake geweest van de hel, en ik moet eerlijk bekennen dat ik nog steeds niet in het minst weet, wat ik daar eigenlijk van denken moet. Is het een bepaald erg duister en treurig oord, waar de kwaaddoeners voor hun zonden eeuwig gepijnigd of zonder onderbreking gemarteld worden, of zijn al die grote martelingen uiteindelijk, te oordelen naar Uw eeuwige liefde en goedheid, toch slechts de uiterste middelen om tenslotte zelfs de meest slechte geesten na een ondenkbaar lange tijd terug te brengen tot het juiste besef? Waar is dat onzalige oord, en hoe ziet het er uit?'
Hoofdstuk 237: Hemel en hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] DE ROMEIN zei: 'Ja, Heer, als het er in de hel zo uitziet, is er aan een eind van deze wederzijdse buitengewone vijandelijkheden natuurlijk in eeuwigheid niet te denken, en dan ziet het er heel anders uit dan ik mij ooit heb voorgesteld! Zulke geesten zijn dus vanwege hun innerlijke kwade toestand uit zichzelf nooit in staat echte bewoners van de hemel te worden?'
Hoofdstuk 238: De gevechten in de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] IK zei: 'Heel zeker; als zij duizend eeuwigheden zo gelaten worden, worden zij uit zichzelf in plaats van ooit eens beter, eeuwig steeds maar slechter! Denk je maar eens ontelbaar veel van zulke geesten in, die van niets dan de meest grenzeloze zelfzucht en ongelimiteerde hoogmoed vervuld zijn, hoe die dan onder elkaar huishouden! Bedenk daarbij nog dat zij aan gene zijde helemaal vrij zijn, dat geen enkele wet hen op welke manier dan ook bindt, en iedereen kan doen wat hij wil! Als je je dat eens goed indenkt, zul je daar een anarchie zien waar op aarde geen voorbeeld van te vinden is.
Hoofdstuk 238: De gevechten in de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Van tijd tot tijd worden ook betere leraren naar zulke zeer ontredderde gemeenschappen gestuurd; maar het vergaat hen niet veel beter dan het de engelen in Sodom en Gomorra vergaan is. De slechte geesten zouden hen graag als sterke wezens gebruiken om al hun vijanden te vernietigen. Hieraan kun je wel zien hoe het met de verbetering van deze geesten staat.'
Hoofdstuk 238: De gevechten in de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] (DE HEER:) 'Alle helse geesten kunnen zich erg goed anders voordoen dan zij zijn. Zij verschijnen vaak uiterlijk als engelen terwijl ze innerlijk net verscheurende dieren zijn en blijven. Hun vermommings kunst gaat zo ver, dat zij zelfs engelen zouden kunnen verleiden, en Ik ben voornamelijk daarom lichamelijk op deze aarde gekomen, om voor eeuwig tegen de hel een dam op te werpen, die zij in alle eeuwigheid nooit zal kunnen overmeesteren.
Hoofdstuk 239: De tweede schepping van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] Maar toen zeiden DE FARIZEEËN EN SCHRIFTGELEERDEN, die in het geheim niet erg met de uitleg over de hel tevreden waren: ' Ah, daarover maken wij ons helemaal geen zorgen en wij laten dat aan Zijn goedheid en wijsheid over. We hebben immers gemopperd omdat Hij zoveel zondaars en tollenaars aannam, die toch ook echt geen hemelse geesten waren, dus zal Hij ook wel voor geesten die reeds werkelijk hels zijn een uitweg hebben! Want in Zijn wijsheid zal nog heel veel verborgen liggen wat Hij ons niet zal openbaren. Wat wij nodig hebben zal Hij ons openbaren; wat we echter beslist niet nodig hebben, daar moeten we ons ook niet druk over maken. Als een duivel uit eigen wil zo blind en dom is en als hij geen licht wil aannemen, -wel, laat hem dan in eeuwigheid duivel blijven! Als hij voortdurend de gelegenheid heeft zich te verbeteren, en het hem niet aan begrip en verstand en ook niet aan wil daarvoor ontbreekt, maar als hij toch het goede en ware niet wil en het in zekere zin een eer vindt tegen de wil van God in te gaan, wel, laat die nar dat dan doen zolang hem dat waarschijnlijk plezier verschaft, en God en alle zalige heiligen zullen daarbij niets verliezen! -Dat is zo onze heel nuchtere mening.'
Hoofdstuk 241: Lazarus wil de zondaars helpen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[14] De Farizeeër, die nu natuurlijk helemaal bekeerd was, zei terwijl hij op Mij wees: 'Zie, daar zit de eeuwig ware Vader temidden van ons, Zijn ontaarde kinderen, die wij en alle mensen van deze aarde zijn! Die tot Hem komen, Hem herkennen en Hem liefhebben, zijn Zijn betere kinderen en Hij zorgt dan door Zijn wijsheid en door Zijn almachtige wil overal voor hen, zodat het hun reeds op deze aarde goed gaat, maar na dit lichamelijke leven nog beter in het rijk van de eeuwige geesten, die nooit sterven, maar eeuwig voortleven. En kijk, dat bedoelde ik toen ik zei dat het zelfs de ontaarde kinderen nergens beter gaat dan in het huis van hun echte Vader! Begrijp je het nu?'
Hoofdstuk 12: De maaltijd in de herberg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[10] Rafaël zei: 'O, m'n beste vriend, dat is ook bij mijzelf het geval! Want er ligt in God nog eindeloos veel verborgen waarvan wij, die na God de hoogste en zuiverste geesten zijn, zelf niets weten; want God heeft voor de goede en zuivere geesten eeuwig een dermate grote voorraad, dat Hij hen ook eeuwig met nooit vermoede nieuwe scheppingen uit Zijn liefde en wijsheid onuitsprekelijk kan verrassen en daardoor hun geluk steeds kan vermeerderen en verhogen. En kijk, het zou dus best kunnen dat je mij weldra het een en ander zou vragen waar ik je dan geen antwoord op zou weten te geven!'
Hoofdstuk 17: De oerstoffen van de schepping - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[13] In het begin moet God -natuurlijk eindeloos lang voordat er werelden werden geschapen -zeven grote geesten hebben geschapen, overeenkomstig de zeven geesten in God. Hij gaf hun grote macht en een evenzo grote wijsheid, zodat zij daardoor ook, zoals God, kleinere, volledig aan hen gelijke geesten in oneindige aantallen konden scheppen en de eeuwige ruimte werd zo met ontelbare heerscharen van geesten gevuld.
Hoofdstuk 17: De oerstoffen van de schepping - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[14] De grootste en machtigste van deze zeven oergeschapen geesten was volgens het oude geschrift duidelijk Lucifer. Hij werd echter trots op zijn macht en grootte, wilde niet alleen aan God gelijk zijn, maar zelfs boven God staan en heersen. Toen werd God toornig, greep de verrader en stootte hem voor eeuwig van Zich in het gericht. De zes grote geesten bleven echter met hun ontelbaar vele ondergeschikte geesten bij God en dienen Hem alleen, van eeuwigheid tot eeuwigheid, terwijl de ondergeschikte geesten van Lucifer als boosaardige duivels voor eeuwig als door God verworpen wezens met Lucifer in het eeuwige vuur van de toorn van God branden en steeds zonder enige verzachting de grootste pijnen moeten lijden. Wel, wat vind jij, die beslist ook zo 'n eerste engel van God bent, daarvan?'
Hoofdstuk 17: De oerstoffen van de schepping - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[2] De oergeschapen grote geesten zijn immers de gedachten in God en de daaruit voortkomende ideeën.
Hoofdstuk 18: De zeven oergeesten van God. De verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[3] Het mystieke getal zeven slaat op het volkomen oorspronkelijk goddelijke en het aan God gelijke in elke van Hem uitgaande gedachte en in iedere idee die door Hem is gevormd en als het ware uit Hem naar buiten is geplaatst.
Hoofdstuk 18: De zeven oergeesten van God. De verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[12] Ik zeg je: als God deze geest niet zou hebben, dan zou er al vrijwel eindeloos lang geen aardse zon meer in de oneindige ruimte schijnen en in de wereld van de geesten zou het er heel vreemd, volkomen onwerkelijk uitzien. Het geduld is de moeder van de eeuwige, onveranderlijke barmhartigheid van God en als deze zesde geest niet in God aanwezig zou zijn, waar en wat zouden dan alle schepselen tegenover de enige almachtige God zijn?!
Hoofdstuk 18: De zeven oergeesten van God. De verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
[15] Maar het geduld is, zoals reeds gezegd, de moeder van de goddelijke barmhartigheid en daarom is de zevende geest in God dan ook de barmhartigheid, die we ook de zachtmoedigheid willen noemen. Die brengt alles in orde. Zij ordent alle eerdere geesten en zorgt voor de tijdige rijpheid zowel van een wereld als van alle schepselen daarop. Voor alles heeft zij een bepaalde tijd gesteld en de rijp geworden geesten kunnen zodoende vlug en gemakkelijk hun volledige verlossing verwachten en hun eeuwige vrijheid en volledige levenszelfstandigheid aanvaarden.
Hoofdstuk 18: De zeven oergeesten van God. De verlossing - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 7)
...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...