Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

6040 resultaten - Pagina 32 van 403

...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...
[12] Kijk naar Thomas, die zich door al jouw grofheid niet laat afschrikken om je te vermanen, als je je kwade hart te veel de vrije teugel begint te geven. Luister daarom naar zijn door bezorgdheid voor jou ingegeven vermaningen, dan zal het stukje bij beetje in je hart wel beter worden! Als je echter doorgaat, zoals tot op heden, met je door niemand iets te laten zeggen, dan zul je binnenkort te gronde gaan en, zoals gezegd, ten prooi vallen aan de satan, want dan zal niet Ik, maar de satan in je hart gaan wonen.
Hoofdstuk 75: Het geheim van de zelfontwikkeling van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De BEIDEN zeggen: "Beste broeder, in de geest zijn wij wel geheel datgene wat jij bent en nog steeds meer zult worden, maar vlees en bloed hebben wij nooit gedragen! Wij zijn engelen van de Heer en zijn hier om alleen Hem altijd te dienen. Als Hij ons echter uit genade toestaat om net als Hij de weg door het vlees te gaan, dan zullen wij ook in dat opzicht geheel op jou lijken. Nu ben je ons ver vooruit, maar de eeuwigheid is lang en eindeloos en daarin zullen eens alle verschillen wegvallen. Maar wij bieden nu ook jou onze diensten aan; als je iets nodig hebt, beveel dan en wij zullen je dienen!"
Hoofdstuk 79: Twee engelen bieden Josoë hun diensten aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Zeg Mij: "Wat zou een vader tegen zijn kinderen zeggen, als deze dom genoeg zouden zijn om van de uitwerpselen van de vader een huisje ter grootte van een vlieg, of ook wel groter, te bouwen en dan uit de uitwerpselen van de vader ook een beeld zouden maken, dat de vader voorstelde, en nadat alles klaar zou zijn, voor die tempel van drek zouden knielen en hun vader op die manier vereren en aanbidden? Wat zou jij doen als jouw kinderen zoiets deden? Wanneer zij vervolgens, als je hen zoiets zou verbieden als zijnde dom en smerig en jou geheelonwaardig, nog ijveriger om de smerige tempel heen zouden kruipen en jouw gelijksoortige beeld zouden vereren. En zelfs tegen jouw wil hun misschien toch iets verstandiger broeders onder bedreiging met de doodstraf daar ook toe zouden dwingen en van hen bovendien een schijnbaar heilige belasting zouden verlangen? Zeg eens, wat zou je in zo'n geval doen? Zou zo'n uiterst domme en smerige verering van je kinderen je plezier kunnen doen?
Hoofdstuk 72: Het echte dienen van God. In Nazareth - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De JONGEN zegt: "Beste oom, maakt u zich daarover maar niet ongerust! Hij, Die mij uit de dood heeft opgewekt, zou zeker mijn maag niet zo'n grote eetlust gegeven hebben, als het schadelijk voor de maag zou zijn nu wat meer voedsel tot zich te nemen dan anders bij een regelmatig verzadigde toestand, want het is voor een mens geen grapje om anderhalf jaar dood en zonder voedsel te zijn geweest! Als u dat eens zelf zou ondervinden en mijn nieuw geschapen maag zou hebben, dan zou u mijn eetlust gemakkelijk begrijpen. Maar niet ieder mens kan dit meemaken, en daarom heeft het geen zin om daarover met mij te redetwisten. Behalve Degene, die mij opgewekt heeft, weet ik nu het best hoe het met mij gaat, en maakt u zich maar niet bezorgd of een paar vissen, een stuk brood en een beker wijn mij ook maar in het minst zullen schaden!"
Hoofdstuk 73: Niet alle kennis is goed voor ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[11] Kijk, mij en verscheidene van onze broeders vergaat het zoals zo veel snoeplustige kinderen, die geen trek hebben in allerlei lekkernijen zolang ze niets van dergelijke zoetigheden weten of zien. Maar zet ze aan een met allerlei zoete spijzen gevulde tafel en verbied hen daar iets van te gebruiken, dan zul je al gauw tranen in hun ogen en nog meer water in hun mond ontdekken. Maar ondanks dat heb je toch gelijk. Zoals een wijze vader zijn kinderen, als oefening in de belangrijke deugd van de zelfverloochening, zo nu en dan iets lekkers voorzet waarvan ze niet mogen eten, zo schijnt onze hemelse Vader ons ook zo nu en dan geestelijke spijzen voor te zetten, waarvan we niet mogen genieten, voordat we een bepaalde graad van zelfverloochening bereikt hebben. Als we volgens Zijn orde die graad hebben bereikt, die Hij voor onze ziel nodig vond, dan zal Hij ons laten genieten van de spijs, die wij nu zo graag willen hebben. En dus zullen wij voor dit moment, en zolang Hij het wil, helemaal tevreden zijn met hetgeen wij weten en hebben, en Zijn alleen heilige wil geschiede altijd!"
Hoofdstuk 73: Niet alle kennis is goed voor ziel en geest. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Op dat moment onderbreekt JUDAS Thomas en zegt een beetje geërgerd: "Heb ik je dan ooit als huisleraar aangesteld, dat je bij iedere gelegenheid een preek voor mij hebt? Houd je wijsheid voor jezelf en je kinderen en laat mij met rust, anders noodzaak je mij om je eens een scherp antwoord terug te geven! Want dat kan ik heel goed, als ik dat wil. Ik heb jou, als je net zo vrij sprak en deed als ik, nog nooit bekritiseerd en daarom weet ik echt niet waarom je steeds op mij zit te hakken en te vitten! Veeg jij je eigen straatje maar goed, dan zal ik wel voor het mijne zorgen! Als ik iets niet juist vind, dan geldt dat alleen maar voor mij en dan hoef jij het met mij niet eens te zijn; jij hebt niets met mij te maken, en dat geldt vanaf nu voor altijd! -Begrijp je dat?
Hoofdstuk 74: Onenigheid tussen Judas en Thomas. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Ah, het zou iets geheel anders zijn, als iemand op deze wereld alleen maar om de toekomstige eerste in de hemel te zijn, de minste en dienaar van allen wilde worden! Oh, die zal óók een van de laatsten in het rijk van God zijn! Aan gene zijde wordt alles met de zuiverste weegschaal afgewogen en met de secuurste maat gemeten. Waar ook maar iéts zelfzuchtigs te voorschijn komt, zal de weegschaal geen uitslag geven en niet voldoen aan de hemelse maat! Daarom moet je zonder enige reserve de volle waarheid in je hebben, anders kun je niet binnengaan in het rijk van God. Slechts de zuivere waarheid zonder valsheid en achterbaks bedrog kan en zal jullie vrij maken voor God en al Zijn schepsels! Begrijp je dat?"
Hoofdstuk 76: Deemoed en zelfverloochening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Maar iemand die in wat voor opzicht dan ook kan helpen, moet ijverig rondzien onder zijn hulpbehoevende broeders of er niet een is die in een bepaald opzicht hulp nodig heeft. En heeft hij er een gevonden dan moet hij zijn hulp aanbieden! Dan zal hij naar mijn mening de Heer en Vader, die de eeuwen door zo te werk gaat, zeker bevallen en het heilige evenbeeld van God waarnaar hij geschapen is, rechtvaardigen. Wie echter. zijn,naaste pas helpt nadat deze hem om hulp heeft gevraagd, -oh, wat is zo n helper dan nog ver verwijderd van het volle evenbeeld. laat staan degene, die zich laat bevelen om te helpen!
Hoofdstuk 79: Twee engelen bieden Josoë hun diensten aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] De JONGEN zegt: "Maak u daarover maar niet bezorgd! De Romeinse taal beheers ik tamelijk goed, net als de Griekse, daarom zal ik deze talen spreken als men mij iets vraagt. Weliswaar kennen mijn ouders deze talen ook, maar dat geeft niet! Kortom, met hulp van de Heer, die mij heeft opgewekt, zal ik in staat zijn om alles zo goed mogelijk te laten verlopen. "
Hoofdstuk 80: Cyrenius neemt Josoë op. De dood van Johannes de doper. Jezus in de woestenij en aan de zee - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Niet lang daarna kwamen ook Bab en zijn familie uit de stad; want hij was laat in de avond naar zijn huis in de stad teruggegaan om ons geen overlast te bezorgen. Toen hij daar echter aankwam -zo vertelde hij ons met duidelijke haast -, heerste er in de stad, en vooral in de synagoge, een grote opwinding, en wel zodanig dat hij het niet had durven wagen om iemand te vragen wat daar aan de hand was. Er moest echter iets heel belangrijks gebeurd zijn, omdat hij nog nooit zo'n opwinding bij de dienaren en heren van de synagoge gezien had.
Hoofdstuk 81: De nieuwe overste. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] Zal ik, als ik een goed bewerkt stuk grond heb, tegen de oogsttijd uit pure zelfverachting en met een totaal gebrek aan eigenliefde naar mijn buren gaan en zeggen: 'Vrienden, ga en oogst wat op mijn velden is gerijpt, want ik heb als de minste van jullie, als jullie aller knecht zonder enige waarde, slechts voor jullie gewerkt!' Ik vind dat de zo hooggeroemde zelfverloochening en zelfverachting toch bepaalde grenzen moet hebben, zonder welke het zelfs onmogelijk zal zijn Uw leer aan de mensen mee te delen, omdat men daarmee duidelijk zou laten zien dat men zijn broeders voor dommer en blinder houdt dan zichzelf! Want zich geestelijk beter achten dan zijn broeder bevat toch zeker ook wel iets van hoogmoed! Als dat zo is, laten we dan eens over honderd jaar naar de mensheid kijken, dan zullen we ze als ossen in de wei gras zien eten, en van een taal zal geen spoor meer te vinden zijn en net zo min van woonhuizen of zelfs maar van een stad! -Hoe ver mag de eigenliefde van de mens dan gaan?"
Hoofdstuk 76: Deemoed en zelfverloochening. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Kijk, beste vrienden, als jullie wijsheid niet verder reikt dan een voorstel te doen aan mensen, om jullie te bevelen als ze je hulp nodig hebben, dan zou ik met jullie niet willen ruilen; maar als jullie mij alleen maar hebben wille~ testen, dan geloof ik mijn proef ten aanzien van jullie in leder geval met slecht doorstaan te hebben. En mochten jullie uit mijn mond misschien iets gehoord hebben, wat nogal hard aankwam, dan moet je mi) d~t maar niet kwalijk nemen, want ik heb mijn mond niet opengedaan om Jullie de les te lezen, maar terwille van de waarheid, omdat jullie Je voorstel aan mij met overeenkomstig de waarheid gedaan hebben. Als volmaakte hemelgeesten hadden jullie toch mijn innerlijk zover kunnen onderzoeken, dat je ontdekt zou hebben dat ik zeker zo'n antwoord op Jullie voorstel zou geven. Dan zouden jullie je aanbod, waarvoor ik jullie in ieder geval niet bedanken kan, beslist in een andere vorm hebben gegoten!"
Hoofdstuk 79: Twee engelen bieden Josoë hun diensten aan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] De JONGEN zegt: "Vader, daaraan zult U toch niet twijfelen? Dan zou U mijn hart een andere instelling moeten geven! Dat zult U echter in der eeuwigheid niet doen en dus zal ik U ook eeuwig trouw blijven. Als ik echter zelf mijn toekomst op deze aarde zou mogen kiezen, dan bleef ik het liefst direct bij U! Want wat voor hogers, beters en zaligers kan er in de gehele oneindigheid en in alle oude en nieuwe hemelen nog zijn, dan bij U, de oerbron van liefde, wijsheid en al het leven te zijn? Maar dat is slechts de eigenlijke, diepste wens van mijn hart; voor het overige weet ik ook te gehoorzamen en ga gewillig overal heen waar Uw heilige wil mij maar heen wil zenden! Ik ga naar Cyrenius, die ik zeer hoogacht en waardeer, en zo ga ik ook naar mijn aardse ouders terug, waar ik ook veel van houd; maar zonder Uw wil zal ik niet zo maar iets doen."
Hoofdstuk 80: Cyrenius neemt Josoë op. De dood van Johannes de doper. Jezus in de woestenij en aan de zee - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Kijk, het belangrijke gehucht Jesaïra is om dezelfde reden helemaal Grieks geworden, en alle Farizeeën, schriftgeleerden en priesters hebben die plaats moeten verlaten! Ga heen en begin dáár met zulke strenge onderzoeken, en de Jesairenen zullen je daarop iets beginnen te vertellen, dat maakt dat je beslist geen voeten genoeg zult hebben om zo snel mogelijk weg te vluchten! Maar waarom zijn de Jesairenen afgevallen? Vanwege de veel te hebzuchtige strengheid van de priesterstand aldaar, en nu volgen ze Pythagoras in plaats van Mozes!
Hoofdstuk 83: De nieuwe overste van Nazareth.(23.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Je zult beslist wel iets gehoord hebben over de beruchte belastingdiefstal, die door de agenten van de tempel onder het mom van de opperstadhouder nauwelijks vijfweken geleden begaan is, en hoe het snode transport daarvan -tesamen met veel andere zuiver gestolen en met schandelijk geweld afgeperste zaken -in Kis door de opzichter van de zeer rijke Kisjonah is opgevangen! Wel, toen was het juist die Jezus, die door de tempel zonder enige reden gehaat wordt en die zelfs de hoogste Romeinen meer vereren dan hun Jupiter, die door zijn woord en zijn ongehoorde wonderdaden de verwoestende storm voor Jeruzalem heeft afgewend! Die is echter nog lang niet van de baan; ook maar de een of andere halsstarrigheid van jullie kant, - en de storm breekt los!
Hoofdstuk 83: De nieuwe overste van Nazareth.(23.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45  ...