Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

9982 resultaten - Pagina 33 van 666

...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...
[3] Zie, dat zijn de woorden van Mozes! Als u ze op de natuur wilt toepassen, dan moet u toch op het eerste gezicht al zien, wat voor een grote onzin daaruit voortkomt!
Hoofdstuk 157: De eerste scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Zoals gezegd, het is hoe dan ook een zeer hachelijke zaak. En daarbij is Uw wijze en scherpzinnige uitleg van de eerste drie in de Genesis beschreven scheppingsdagen zo goed, dat daar geen speld tussen te krijgen is. Maar nu is de vierde dag aan de beurt, waarop God zoals geschreven staat, heel duidelijk zon, maan en alle sterren schiep! Hoe wilt U dat op een andere wijze verklaren? Zon, maan en sterren zijn er nu eenmaal, en niemand kan op een andere manier dan zoals dit in de Genesis beschreven staat, verklaren hoe al deze grote en kleine lichten aan het firmament ontstaan zijn,
Hoofdstuk 159: De derde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] 'En God sprak: Maak lichten aan het uitspansel, die dag en nacht scheiden en die tekens, tijden, dagen en jaren doen ontstaan en twee lichten moeten er aan het uitspansel staan die op aarde schijnen!' En dat gebeurde. En God maakte twee grote lichten, een groot licht, dat heerste over de dag, en een klein licht dat heerste over de nacht, en bovendien ook sterren. En God zette ze aan het uitspansel, zodat ze op de aarde schenen en de dag en de nacht beheersten en licht en duisternis scheidden. En God zag dat het goed was. Zo ontstond uit de avond en de morgen de vierde dag. '
Hoofdstuk 160: De vierde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Daarbij spreekt Mozes over een uitspansel dat in werkelijkheid in de natuurlijke ruimte helemaal niet bestaat, daar zon, maan en alle sterren net als de aarde zelf in de volledig vrije, door niets en nergens beperkte ether zweven en door eigen wetten op hun bestemde plaatsen gehouden worden, zich vrij bewegen en nergens aan het een of ander hemels uitspansel zijn bevestigd!
Hoofdstuk 160: De vierde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Want er is maar één uitspansel in de eindeloze vrije ruimte, en dat is de wil van God, die door Zijn eeuwige onveranderlijke wet de hele ruimte en alles wat daarin is vervult.
Hoofdstuk 160: De vierde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Als -- het buitenste vat voldoende ontwikkeld is, waartoe God het overvloedig voorziet van alle nodige bestanddelen en eigenschappen, dan wekt of liever ontwikkelt God Zijn ongeschapen eeuwige geest in het hart van de mens. De kracht van deze geest wordt door Mozes bedoeld, als--hij spreekt over de twee grote lichten die aan het uitspansel geplaatst worden en dat hebben alle aartsvaders en profeten ook altijd zo bedoeld.
Hoofdstuk 161: Vervolg van de vierde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Dit bedoelt Mozes, als hij zegt dat het ene grote licht de dag en het kleine licht de nacht zal besturen. Het kleine licht zal ook de tekens vaststellen, of wel: in alle wijsheid de oorsprong van alle verschijnselen en van alle geschapen dingen vaststellen, en daardoor ook de tijden, dagen en jaren, wat zo ongeveer betekent, dat het in alle verschijnselen de goddelijke wijsheid liefde en genade herkent
Hoofdstuk 161: Vervolg van de vierde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Als U soms weer eens naar Jeruzalem gaat, neem dan een grote hoeveelheid almacht mee, anders wordt U als godslasteraar gestenigd! Want wie daar ook maar voor een cent verstandiger probeert te zijn dan de gewoonste veger van de tempelhoven, die wordt direct voor ketter en godslasteraar uitgemaakt, en als hij zich niet bekeert door behoorlijk te offeren, dan staat hem buiten de stadsmuren op de vervloekte plaats genadeloos de steniging te wachten! .
Hoofdstuk 163: Het einde van Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] 'Vriend', zeg Ik, 'je weet toch wie Ik ben, waarom vraag je dan, hoe Mij dat mogelijk is, of waardoor dat met jou gebeurde? Zijn bij God dan niet alle dingen mogelijk? Kijk naar de wolken! Wie draagt ze? Je hebt eerder al gehoord, hoe Ik aan allen een verklaring gaf over de aard van de aarde, de maan, de zon en vele andere sterren, die voor het merendeel voor jouw begrip eindeloos grote zonnen zijn.
Hoofdstuk 164: De luchtreis van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Wel, de grote en tevens ook loodzware hemellichamen zweven vrij in de eindeloos ver naar alle kanten en in alle richtingen uitgestrekte ether en bewegen zich naar jouw begrippen bijna ongelofelijk snel!
Hoofdstuk 164: De luchtreis van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Een vraag is dan: Wie draagt al die tallozen in die vaste orde door de vrije eindeloze ruimte? Een weinig nadenken is al genoeg om te beseffen dat je vraag erg onnozel is! En tevens is hiermee jouw vraag meer dan duidelijk genoeg beantwoord!'
Hoofdstuk 164: De luchtreis van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Het zuiver goddelijke, ofwel de ongeschapen geest, van God, die nu voor eeuwig zijn plaats inneemt aan zo'n uitspansel is het grote licht; maar de ziel van de mens, die door het grote licht omgevormd wordt tot een bijna even groot licht, is het tweede kleinere licht, dat nu echter net als het ongeschapen grote licht aan hetzelfde uitspansel wordt geplaatst en door het ongeschapen licht omgevormd wordt tot een eveneens ongeschapen licht, waarbij het in geheel geestelijk gelouterde zin. veel wint, zonder van zijn natuurlijke aard iets te verliezen. Want de ziel van de mens zou op zichzelf nooit God in Zijn zuivere geestelijke Wezen kunne.n zien, en omgekeerd zou de zuivere ongeschapen Geest van God nooit het natuurlijke .kunnen zien, omdat voor deze Geest het natuurlijke en materiële niet bestaat. Maar in de bovengenoemde algehele verbinding van de zuivere geest met de ziel, kan de ziel door de nieuwe geest die zij krijgt God zien in Zijn oorspronkelijke zuivere wezen, en de Geest kan dan door de ziel het natuurlijke zien,
Hoofdstuk 161: Vervolg van de vierde scheppingsdag. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Het grote verschil tussen ieder mens en iedere geest ligt daarin, dat een geest, zoals nu deze drie engelen hier, van meet af aan een wijs gebruik heeft gemaakt van zijn vrijheid binnen Mijn ordening en nooit daartegen heeft gezondigd. Een groot deel van de voor jouw, begrippen talloos vele geesten heeft de vrijheid van haar wil echter misbruikt en is daarom ondergedompeld in het gericht; en uit zulke geesten, die tesamen eigenlijk deze hele aarde en alle talloze andere werelden, zoals zon, maan en sterren, vormen, ontstaan volgens de wet waaraan de gehele natuur gehoorzamen moet, zowel de natuurlijke mensen van deze aarde als ook de mensen van alle andere werelden, en wel op de je wel bekende manier van de geboorte met de daaraan voorafgaande verwekking. Zo moeten ze door opvoeding en onderricht mensen worden, en na het afleggen van hun lichaam tot zuivere en vrije geesten worden opgevoed.
Hoofdstuk 165: Waarom moeten de mensen geboren worden. (16.3.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Wel werd de man zo nu en dan door zijn geest zachtjes door het opwekken van liefde voor het leven gemaand om de Schrift te lezen en aandacht te hebben voor Gods grote werken! Dat deden er ook velen, nadat ze zich eerst meer of minder uit de netten van de vrouwen bevrijd hadden. Maar dat hielp niet zo veel; want ze begrepen de Schrift niet meer, en omdat ze zelf vrouwelijk materialistisch waren geworden, namen ze de materialistische betekenis der letters voor waar aan en maakten zo het woord van God tot een gedrocht en de tempel van God tot een ware moordkuil!
Hoofdstuk 166: Adam en Eva - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Want degene onder jullie, die een ijdele en listig verleidende vrouw zo terecht wijst dat deze haar kwade dwaasheid inziet, die zal eenmaal daarvoor in de hemel een grote beloning ontvangen.
Hoofdstuk 167: Kies uw vrouw met zorg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...