Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5699 resultaten - Pagina 33 van 380

...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...
[2] 's Nachts bedriegt ieder licht het gezichtsvermogen van mensen die geen ervaring hebben in het 's nachts kijken. Hoe sterker, groter en helderder de lichtbron wordt, des te meer schijnt deze de toeschouwer te naderen terwijl zij toch op gelijke afstand blijft. Het bewijs hiervoor leveren de kleine, onmondige kinderen, die heel vaak hun handen uitstrekken naar de volle maan omdat hij voor hen door zijn helderheid vlak bij lijkt en dat is vaak voor honden dezelfde reden om ertegen te blaffen.
Hoofdstuk 117: Berisping van het leedvermaak. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] OURAN zegt: "Heer, zou het dan nog geen tijd worden en zou het niet mogelijk zijn om de zo gevaarlijke Scythen tot beter inzicht in Uw wezen te brengen? Het is immers erg jammer dat dit overigens zo prachtig slag mensen in zo'n onbeschaafde toestand blijft. Men ziet onder hen zulke heerlijk gevormde mensen als waarschijnlijk nergens anders op aarde, maar hun geestelijke ontwikkeling staat nog op het nulpunt.
Hoofdstuk 118: Mathaël wordt vicekoning. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] IK zeg: "Mijn juk is zacht en Mijn last is licht, maar af en toe een beetje extra gewicht erbij zal je nooit schaden, maar alleen maar van groot voordeel voor je zijn voor ziel en geest.
Hoofdstuk 120: Helena 's dank en goede voornemens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Zo'n brandpunt heeft dan zeker een meer dan duizendvoudig grotere kracht zowel wat licht als warmte betreft dan de natuurlijke, enkelvoudige straal, maar is toch niet denkbaar zonder de zon.
Hoofdstuk 122: Het wezen van de engelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Om mijn wezen echter nog beter te begrijpen, wijs ik je op een soort holle of brandspiegel, die de van oudsher beroemde werktuigkundige Archimedes bij toeval heeft uitgevonden. Deze spiegels hebben de natuurlijke eigenschap een aantal op hun vlak vallende zonnestralen in één punt op een bepaalde afstand te concentreren. De op één punt geconcentreerde zonnestralen hebben dan zowel wat licht en warmte betreft een zoveel maal grotere kracht dan de enkelvoudige straal, als het verhoudinggetal tussen het kwadraat van de doorsnede van het brandpunt en de doorsnede van het spiegelvlak, waarbij de doorsnede van het brandpunt vaak bij de grootste concentratie nauwelijks twee duimbreedtes meet en de doorsnede van het spiegelvlak vaak manshoog is.
Hoofdstuk 122: Het wezen van de engelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] JARAH zegt: "Ik verplaats mij met al mijn gedachten en gevoelens in het diepst van mijn hart, waar Gods liefde woont. Daardoor wordt deze heilige liefde net zo gevoed als wanneer men op een zwakke vuurgloed die niet meer vlamt, goed, dor en zeer licht brandbaar hout legt.
Hoofdstuk 123: Jarah's wijsheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Het zal moeilijk zijn om hier in het Joodse rijk dit zuivere licht uit de hemelen te verbreiden, omdat de oude leer van Mozes al te veel ondergesneeuwd is met onwaarheden en bedriegerijen, waardoor het priesterdom te rijk is geworden en nu te goed leeft. Tevens speelt het priesterdom het altijd heel goed klaar om gemene zaak met de machthebbers te maken en zich vanwege allerlei politieke redenen onontbeerlijk te maken.
Hoofdstuk 124: De juiste wijsheid verschaft de juiste middelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] ZAHR zegt: "Dank je wel, broeder, dat is heel waar en goed! We hebben ons nu wederzijds in naam van de eeuwige Heer en Meester heel nuttig gesterkt en in de tussentijd is het al aardig licht geworden. Maar ik zie dat nu tegen zonsopgang iedereen is ingeslapen behalve wij, -en ik moet toegeven dat ik ook niet het minste spoortje van vermoeidheid voel en jullie zullen ook wel allen helemaal fit zijn!"
Hoofdstuk 129: Mathaël geeft verdere uitleg. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[4] ZAHR zegt: " Alsjeblieft, hemelse vriend, gebruik niet zulke hoogdravende taal! Je bent een engel des Heren uit de hemelen, die hier tijdelijk van de Heer een licht lichaam hebt gekregen! Dat lichaam kun je bliksemsnel afwerpen en vernietigen!
Hoofdstuk 130: Het werken der engelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] RAPHAËL zegt: "Maak je ook dáár maar geen zorgen over! De gehele aarde en alle schepsels daarop hebben toch zeker elk moment ook veel van alles nodig, en toch verzadigt de Heer Zelf de grote aarde en alle daarop aanwezige wezens! En wat is de aarde vergeleken bij de zon, die meer dan tienmaal honderdduizend maal groter is dan deze aarde en altijd onmetelijk veel voedsel nodig heeft voor de instandhouding van haar machtige licht en voor het behoud van de talloze schepselen op haar uitgestrekte lichtgebieden. De Heer zorgt zowel voor hen als voor jou, edele vriend!
Hoofdstuk 131: Raphaël verjaagt de menselijke zorgen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] OURAN zegt: "Ja, ja, je hebt gelijk! Ik ben immers geen wijze, maar een mens, en vergeet vaak even waar ik me bevind, maar nu zit ik al weer op het goede spoor!"
Hoofdstuk 131: Raphaël verjaagt de menselijke zorgen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[11] EBAHL zegt: "Probeer het, maar ik sta er voor in dat u na de eerste protesten van de overste, de bewakers niet snel genoeg zult kunnen laten verdwijnen! Wij hebben voor de bultenwereld immers helemaal geen spoortje van een Causa Criminis (strafrechtzaak) Er is geen aanklager, dus kan er ook geen rechter zijn! Het stille getuigenis van de Heer kunnen wij in dubbelopzicht niet als aanklacht beschouwen. Ten eerste ontbreekt daaraan ieder werelds kenmerk van een bewijs van schuld en ten tweede zou de Heer Zelf, in werelds opzicht, slechts als een halve getuige.gelden. Want zeker nu zou men zich niet op zijn goddelijkheid en zelfs met eens met volledig wettelijke geldigheid op zijn voorspellende gave kunnen beroepen Ante forum Romanurn (voor het Romeinse gerechtshof). Wij weten natuurlijk wel precies wie Hij is, maar de dorre Romeinse wet kent onze Heer en Meester nog lang niet en dus ook Zijn door Zijn wijsheid ingegeven verklaring niet. Daarom kunt u nu, ondanks al uw innerlijke overtuiging, deze mens slechts beoordelen naar wat u van mensen als uiterlijk bewijs van schuld kunt bijeenbrengen. En daartoe is toch vóór alles een aanklager nodig en dan komen pas de beëdigde getuigen.: Of heeft de uitspraak van een profeet of een orakel enige waarde bij u, als beide niet tot uw religie behoren?"
Hoofdstuk 137: Onderlinge beraadslagingen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[2] Tijdens deze omwentelingen verandert de maan natuurlijk steeds van plaats. Omdat zij een even donker hemellichaam is als de aarde, komt haar licht ook, net als bij de aarde, van de zon. Als de aarde bijna tussen de zon en de maan staat, zien wij de maan helemaal verlicht en is het volle maan. Als de maan echter na ongeveer veertien dagen, tengevolge van haar snelle beweging, bijna tussen de zon en de aarde komt te staan, zodat wij daardoor slechts heel weinig van haar verlichte oppervlak te zien krijgen, is het nieuwe maan.
Hoofdstuk 139: Cyrenius geeft uitleg over aarde en maan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[5] CYRENIUS zegt: "De wijzen die ik noemde, hebben zo'n plaats in mijn geloof en mijn hart, dat ieder woord uit hun mond voor mij eigenlijk al uit de hemel komt, hoewel ik niet bepaald van mening ben dat iets wat waar moet zijn, juist daarom uit de hemel zou moeten komen. Want iedere waarheid blijft op aarde net zo goed waarheid als op de vleugels van het licht uit alle hemelen! Want een peer en nog een peer moeten in de hemel net als op aarde twee peren zijn, -zo niet dan is de hemel een leugen!
Hoofdstuk 143: De mening van de overste der Farizeeën over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Als er dan een man komt die een innerlijk, waarachtig licht uit God heeft en de mensen, die in een stikdonkere nacht en grote duisternis ronddwalen, de ware en lichte weg des levens wijst, waarbij het natuurlijk onvermijdelijk is dat uw oude bedriegerijen daarbij openbaar worden, wordt u woedend op zo'n lichtprofeet van God en tracht u hem op iedere mogelijke wijze geheel te vernietigen. U bent er namelijk voor berucht dat u behalve Elia en Samuël zo goed als bijna alle door God aan u gezonden profeten hebt gestenigd en daarbij aan het volk hebt verkondigd, dat u God daarmee een goede dienst hebt bewezen.
Hoofdstuk 145: De loze taal van de overste. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...