Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1915 resultaten - Pagina 33 van 128

...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...
[4] 'Wat', zegt een BUURMAN, 'hebben die vreemden dat gedaan?! Nu, dat moeten dan wel buitengewone magiërs zijn! Die hebben ons zeker ergens in onze nood op een van onze reizen leren kennen, hebben misschien ergens in Caesarea Philippi bij de Romeinen naar ons geïnformeerd en zijn gekomen om ons te bezoeken en ons misschien ook een beetje uit de nood te helpen!"
Hoofdstuk 208: De voorbereidingen voor het morgenmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Maar AZIONA zei: 'Jij bent een vrouw en daarom dom en je weet niets behalve hoe je vis goed klaar kunt maken. Wie heeft ons dit alles hier dan bezorgd? Kijk, Hij die dat gedaan heeft is ook onze Heer en onze grootste weldoener. En vraag nu niet verder, maar doe je werk goed!"
Hoofdstuk 208: De voorbereidingen voor het morgenmaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] IK zeg: 'Mijn beste Epiphanes, als Ik hierover niet reeds aan Aziona en Hiram helder en duidelijk antwoord en onderricht had gegeven, zou Ik je volledig gerechtvaardigde verlangen meteen inwilligen; maar Ik heb dat reeds gedaan en zij beiden weten precies waar ze met Mij aan toe zijn. Ze zullen het jullie vast op even duidelijke wijze bekend maken als Ik het hun heb bijgebracht; jullie hoeven er dan alleen maar naar te leven, dan zal jullie geest zelf je alles openbaren wat noodzakelijk is om de juiste weg te weten.
Hoofdstuk 213: De noodzaak van het ware, heldere geloof - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] IK zeg: 'Ja, Mijn beste vriend Epiphanes, anders had Ik je dat niet gezegd! En hoe dat mogelijk is, heb Ik je al eerder gezegd en zelfs ook duidelijk uitgelegd, - en Ik voeg er ook nog aan toe, dat Mijn echte leerlingen mettertijd op deze aarde nog grotere dingen zullen doen en tot stand brengen dan Ik nu heb gedaan. Maar natuurlijk moeten al Mijn echte leerlingen steeds blijven erkennen en weten, dat ze alleen dan in staat zijn zoiets tot stand te brengen, als ze in hun geest volledig één zullen zijn met Mijn geest en bij iedere gelegenheid in hun geest met Mijn geest zullen overleggen of dit ook noodzakelijk is om een goed doel te bereiken. Want als iemand, al leeft hij nog zo precies volgens Mijn leer, het nodig acht een teken te verrichten ter bevestiging van zijn hoogste zending omdat een machtig iemand dat van hem vraagt, of zelfs om zijn lichamelijk leven te redden, en Ik hem in zijn geest zou zeggen: 'Doe het niet; want het is nu niet Mijn wil!', moet de leerling ook precies willen wat Ik wil; mocht hij dan echter toch van plan zijn om een teken te verrichten, dan zal hij er niet toe in staat zijn, omdat Mijn wil niet één is met de zijne.
Hoofdstuk 217: De wonderbaarlijke verandering van het gebied. Wilsvrijheid opgaan in Gods wil - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[6] IK zei tegen Elia: 'Jij was toch niet zo lang geleden ook met Mij samen op de aarde, -heeft hetgeen Herodes je lichaam heeft aangedaan je goed gedaan?"
Hoofdstuk 235: De Heer in gesprek met Mozes en Elia (Ev. Matth. 17,3) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] (Matth. 17, 11), maar Ik zeg jullie: Elia is er reeds geweest, maar ze hebben hem evenmin herkend als nu Mij, en met hem gedaan wat ze wilden. Precies zo zullen ze ook doen met Mij, de Mensenzoon, zoals Ik dit jullie van te voren al meerdere malen heb verkondigd. (Matth. 17, 13) Ik zeg jullie: Deze geheel verkeerde soort zal met eerder rusten dan dat zij het doel van haar wraak heeft bereikt, maar daardoor dan ook haar gericht!) Johannes, in wie Elia's geest woonde, deed tekenen, onderwees en doopte, en bereidde zo het volk voor Mij voor. Wat gebeurde er daardoor met hem?
Hoofdstuk 237: Incarnaties van Johannes de Doper (Ev. Matth. 17,10-13) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] Maar IK zei: 'Ik ben niet alleen maar gekomen om jullie zieken te genezen, maar veeleer om jullie te verkondigen dat het rijk Gods dicht bij jullie is gekomen, zoals Ik dat niet zo lang geleden al eens gedaan heb; maar toen hadden jullie daar niet zoveel aandacht voor omdat Jullie Mij van Nazareth kenden, en nu verwachten jullie er helemaal niets van! Daarom blijf Ik ook niet bij jullie en genees Ik jullie. zieken ook niet! Ga naar je artsen, die zullen wel raad weten met jullie zieken!
Hoofdstuk 241: Het verblijf van de Heer in Jesaïra en het bezoek in Petrus' vissershut bij Kapérnaum. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[9] Toen EPIPHANES weer met zijn voeten op de grond stond, was hij buitengewoon blij, loofde Mij en kwam snel naar ons aan tafel en zei: 'O Heer, alles wat U wilt, -maar niet meer zo'n verschrikkelijk experiment! Ik had jullie vanuit de lucht moeten vertellen wat ik onderging en voelde! Ja, dat had ik vanuit de verticale positie, waarin ik me tamelijk prettig voelde, wel kunnen doen, namelijk dat het echt aangenaam was en mij wel kon bekoren; maar toen ik op Uw verzoek begon te bewegen en me alle posities moest laten welgevallen omdat ik ze niet kon veranderen, was het met het spreken gedaan. Ik had het hooguit op een angstig schreeuwen kunnen zetten als ik me niet geschaamd had, maar een verstandig woord was absoluut onmogelijk geweest! Als je door duizend duizelingen wordt bevangen en je machtelozer voelt dan een mug, -spreek dan maar eens als je kunt; voor mij was het totaal onmogelijk!
Hoofdstuk 227: De nietigheid van een kracht zonder tegenkracht - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[3] Nu heb Ik jullie alles duidelijk uitgelegd zonder Me daarbij van beeldspraak bediend te hebben, zoals de oude wijzen gedaan hebben. Maar Ik heb dat nu ook alleen maar voor jullie gedaan, omdat jullie daarvoor het hiervoor noodzakelijke begripsvermogen bezitten; aan de overige wereldse mensheid hoeven jullie dat echter niet door te geven, jullie moeten hun alleen maar zeggen dat ze in Mijn naam moeten geloven en zich aan Gods geboden moeten houden, welke waarachtige geboden der liefde zijn. Al het andere zal dan toch wel geopenbaard worden aan de bekeerde mens door zijn eigen gewekte geest die uit God is, voorzover zijn ziel daar behoefte aan heeft. Kinderen mogen alleen met melk gevoed worden; als ze eenmaal mannelijk en sterk zijn, zullen ze ook vastere kost kunnen verdragen.
Hoofdstuk 233: Het vergaan en ontstaan van materiële scheppingen Jezus in de buurt van Kapérnaum (Ev. Matth. hfdst 17) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Maar is iemands vrouw onvruchtbaar, dan kan hij met de juiste instelling datgene doen wat de oude vaderen gedaan hebben om nazaat te verwekken en hij zal daarvoor niet voor het gerecht gedaagd worden. - Ik denk dat jullie het nu eindelijk begrepen zullen hebben"
Hoofdstuk 256: Uitzonderingsgevallen met betrekking tot huwelijkszaken (Ev. Matth. 19, 10-12) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[8] En toen hij dit van Mij vernomen en ook ingezien had zei HIJ: 'Als dat zo is, geef ik u de volle verzekering dat ik dit allemaal reeds vanaf mijn jongensjaren heb gedaan! Wat mankeert er nog aan mij?" (Matth. 19,20)
Hoofdstuk 258: De rijke jongeling (Ev. Matth. 19, 16-26) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[7] Ik zou deze opmerking niet gemaakt hebben, als jullie niet reeds hier gevraagd hadden naar het loon voor wat jullie nu voor Mij geloven te doen! Dat was ook niet zo mooi van jou, Simon Juda, en jullie allen, dat jullie nog naar een beloning informeerden, terwijl Ik jullie door het feit dat Ik jullie heb uitverkoren toch een grote weldaad zo~wel geestelijk als lichamelijk heb bewezen! Heb Ik jullie daarmee onrecht gedaan dat Ik jullie een kleine terechtwijzing gaf?"
Hoofdstuk 259: De leerlingen vragen naar het hemelse loon (Ev. Matth. 19, 27 -30) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[13] ELIZA zei: 'O, daar hoeft U zich geen zorgen over te maken! Dat punt hebben we allang achter ons. Wij verrichten op een sabbat weliswaar geen zware, slaafse arbeid; maar wat er gedaan moet worden doen we ook op iedere sabbat. We zijn nu niet meer onderworpen aan het gehuichel van de tempel en de bijbehorende zelfzuchtige wetten, waarvan iedere rijke zich voor een bepaalde tijd kan vrijkopen, maar onze wet is de waarheid en het goede daarvan en die verbiedt niemand om op een sabbat het allernoodzakelijkste voor zijn huis te verrichten.
Hoofdstuk 264: De heiliging van de sabbat - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[5] Wanneer jullie dit echt intens geloven en inderdaad Mijn leer en Mijn eenvoudige geboden in acht nemen, dan zullen jullie ook Mijn geest opnemen en door deze nog grotere werken doen dan Ik nu voor jullie heb gedaan; want wanneer jullie kinderen van één en dezelfde Vader in de hemel zijn, zijn jullie ook erfgenamen van Zijn volkomenheden, waartoe jullie - geroepen zijn. Jullie kunnen dan ook handelen en daden verrichten, waartoe deze leerlingen van Mij nu ook reeds in staat zijn indien het nodig zou zijn. Nu jullie dit weten, kunnen jullie ook zonder vrees en verlegenheid tegen Mij evenals tegen deze leerlingen spreken.
Hoofdstuk 271: Over bescheidenheid, zachtmoedigheid en deemoed. De gulden middenweg - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
[1] Allen waren verbaasd over de geweldige pracht van de hemel en de waard vroeg Mij wat deze talloos vele, grote en kleine sterren toch waren. En Ik legde het hen net zo uit als Ik dat ook al bij andere soortgelijke gelegenheden gedaan heb; Ik deed hier zelfs nog meer.
Hoofdstuk 275: Een blik in de sterrenhemel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 5)
...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...