Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5822 resultaten - Pagina 33 van 389

...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...
[12] Ook Ik zal vandaag hier weggaan en niet zo gauw weer in deze streek komen, want een dolle hond moet men uit de weg gaan! Het is er een die veel goud en zilver heeft, want anders zou hij deze functie met hebben kunnen kopen. Met veel goud en zilver kan men in de wereld bij de wereldse mensen veel gedaan krijgen, en wie daarbij ook nog zo'n plaats koopt uit pure win en heerszucht -zoals deze heeft gedaan is. beslist niet te vertrouwen. Maken jullie je daarom allen gereed en ga hier weg, en Roban, ga ook weer naar huis, want tot nu toe hebben ze je nog niet gemist!"
Hoofdstuk 82: Het einde van Johannes de doper. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Kijk, het belangrijke gehucht Jesaïra is om dezelfde reden helemaal Grieks geworden, en alle Farizeeën, schriftgeleerden en priesters hebben die plaats moeten verlaten! Ga heen en begin dáár met zulke strenge onderzoeken, en de Jesairenen zullen je daarop iets beginnen te vertellen, dat maakt dat je beslist geen voeten genoeg zult hebben om zo snel mogelijk weg te vluchten! Maar waarom zijn de Jesairenen afgevallen? Vanwege de veel te hebzuchtige strengheid van de priesterstand aldaar, en nu volgen ze Pythagoras in plaats van Mozes!
Hoofdstuk 83: De nieuwe overste van Nazareth.(23.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Pas nu komt de jonge JOSOË naar voren en zegt: 'De. domheid van deze mens heeft me toch wel zeer geërgerd! Als leerling is hij nog zo dom als een nachtuil op klaarlichte dag. Ik begreep alles direkt wat U, o Heer, tegen hem gezegd heeft. Maar hij begreep niets, terwijl hij maar steeds vroeg, en allerlei tegenwerpingen maakte, en nu tenslotte nog net zo dom wegging alsof U, o Heer, geen woord tegen hem gezegd had! Als een kind vraagt, is dat te begrijpen, maar als een volwassene, die daarbij ook nog wijzer wil zijn dan zijn medemensen, ook blijft vragen -en dat duidelijk niet goed-, maar kwaadwillend -, dat moet toch ergernis geven! Ik wil nog driekeer sterven als deze mens zich ooit op deze wereld zal verbeteren! Hij is zeer waarschijnlijk een vrek en berekent hoe hij, als hij zou kunnen wat U kunt, o Heer, in zo kort mogelijke tijd bergen goud en zilver zou kunnen vergaren! En zo waar als ik Josoë heet, ik zet er alles op wat ik heb en wil alles ondergaan wat een mens maar kan doorstaan, als deze mens zich ooit verbetert!"
Hoofdstuk 77: De maat van de liefde tot God, de naaste en zichzelf. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] Anders zou op dezelfde manier iedere gelijkenis, die toch de verhevenste waarheid kan verbergen, een duidelijke leugen zijn. En toch hebben de meest wijze vaders en profeten hoofdzakelijk in zuivere gelijkenissen gesproken! En dat juist Borus hier als de algemeen bekende, beroemde dokter als zodanig in Uw plaats treedt, is in de aard der zaak toch ook niet anders dan toen ten tijde van Abraham de drie naar de aartsvader gekomen engelen Jehova's plaats hebben ingenomen, en helemaal niet anders dan de leugen van Jozef in Egypte tegen zijn koren zoekende broeders, die mij nog altijd heel onbarmhartig toeschijnt! Maar God heeft het zelf zo gewild en rekende Jozef dat gedrag tegenover zijn broeders zeker niet als zonde aan. En daarom denk ik, dat zo'n schijnbare leugen slechts een hemelse wijsheid is, terwijl de echte leugen thuishoort in het rijk van de ergste helse sluwheid!"
Hoofdstuk 78: De hemelse wijsheid of de duivelse leugen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[30] Wanneer ze echter toch een van ons heel vriendelijk uitnodigen voor een feest in Jeruzalem, dan zijn wij altijd zo brutaal om de uitnodiging voor geen geld ter wereld aan te nemen, en liever hier op de natuurlijke dood te wachten, dan misschien eervol een onnatuurlijke in de om de tempel gelegen geheime kamers! Geloof ons, zo verstandig als de heren in de tempel, zijn wij ook, en wij proeven het gebradene al veel eerder dan dat zij het boven het vuur zetten! Houd jij je daarom maar aan ons vast, dan zal het je zeker aan niets ontbreken!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Chiwar haalt direkt het grote trouwboek en schrijft beiden in als voor God en de wereld wettige echtgenoten!
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] CHIWAR zegt: "Zulke gaven zijn hier niet zeldzaam, maar Borus, die na Jezus zeker de grootste dokter ter wereld is, is een te groot man van eer en daarbij te rijk dan dat hij zich bij welke gelegenheid dan ook gierig zou tonen!"
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Zo moet juist Elia, als mijn geheugen mij niet bedriegt, eens bij een gelegenheid een hele hoop doodsbeenderen op een slachtveld levend gemaakt en van vlees, huid en haren voorzien hebben! Zo heeft hij ook bij een andere gelegenheid alle bronnen van de grote Eufraat voor drie jaar laten verdrogen en hij gebood daarbij ook de wolken om drie jaar lang niet aan de hemel te komen. Pas toen de mensen oprecht boete deden, opende hij weer de bronnen van de rivieren en gebood de wolken dat ze aan het firmament moesten komen en de dor geworden aardbodem water moesten geven! En zo verhaalt men nog veel over deze merkwaardigste aller profeten, dat echter in de loop van de tijd sterk misvormd kon worden, en men zegt dat deze Elia degene is die voor het einde der wereld nog eenmaal zal terugkomen om door grote tekenen de mensen tot boetedoening te bekeren, omdat zoals bekend deze raadselachtige profeet nooit is gestorven, maar in een vurige wagen ten hemel is gevaren. Het is daarom heel wel mogelijk dat deze Jezus drager is van de geest van de grote profeet en daarom, omdat hij ten nauwste in verband staat met de macht van Jehova, nu zulke daden doet, die alleen God mogelijk kunnen zijn!"
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Na een paar weken kregen wij wel geruchten over de timmermanszoon Jezus te horen, maar we konden toch niet aannemen dat die bekende eenvoudige stille en wetenschappelijk beslist onontwikkelde mens, die zelfs lezen noch schrijven kon, dezelfde geweldige Jezus zou kunnen zijn, voor wie in de tempel te Jeruzalem duizenden als voor een Godsgericht gebeefd hadden. Maar als het hier de bekende timmerman Jezus is, die zulke goddelijke daden doet, dan moet hij beslist ook dezelfde Jezus zijn, die op het Paasfeest heel Jeruzalem opgeschrikt heeft! Nu, als hij het is, dan ken ik hem al uit Jeruzalem en behoef hem daarom nu helemaal niet lastig te vallen!"
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] KORAH zegt: "Ja, ja, je zult wel gelijk hebben! Die geschiedenis in Bethlehem baarde ongeveer dertig jaar geleden veelopzien, en als ik mij niet vergis, heeft de oude Herodes juist om hem die onmenselijke kindermoord bevolen. Hij moet echter naar Egypte ontvlucht zijn. - Zie je nu wel, nu is het me al helemaal duidelijk! Nou, nou, dat is dus dezelfde Jezus!? Ja, aan hem kan beslist iets buitengewoons zijn, en jij zult met je veronderstelling er zeker niet ver naast zijn! Maar ik zou hem dan toch nog willen spreken voor hij deze plaats denkt te verlaten!"
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Mijn God, als Hij, aan wie hemel en aarde gehoorzamen, van ons af zou willen, dan kostte Hem dat toch slechts een ademtocht en dan stonden wij aan het andere eind van de wereld, net zoals Hij ongeveer drie weken of hoogstens een maand geleden in het hooggebergte van Kis, dat we hiervandaan nog goed kunnen zien, ook slechts een ademtocht nodig had en daar maakten wij een bliksemsnelle reis door de lucht en waren in een ogenblik bij Hem op de berg! -Beste Judas, kom alsjeblieft bij mij niet aan met zulke belachelijk domme gedachten over Hem, want daarmee geef je steeds een bewijs van je ongeloof!"
Hoofdstuk 96: De leerlingen op de stormachtige zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[19] Toen werd ik voor het eten uitgenodigd, en we gingen aan een lange tafel zonder eten zitten. De overste sprak in een vreemde taal een gebed, keek naar de hemel en wij volgden allen zijn voorbeeld. Toen klonk er opeens een gedreun alsof het plafond van de kamer instortte en zie daar , ik noch wie dan ook merkte hoe het gebeurd was, -we zaten nog wel aan dezelfde tafel, maar die was nu niet meer leeg, maar vol met uitgelezen spijzen en dranken, goed voor een koninklijke avondmaaltijd! Na het avondmaal keek ik nog een keer naar de berg, die gedurende de nacht in een paleis omgetoverd zou worden, en ging toen volgens de regels der Essenen in een afgezonderd vertrek slapen.
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] CHIWAR zegt: "Ja, het is een en dezelfde! Ik ken hem al meerdere jaren, net als de oude Jozef, die pas ongeveer een jaar geleden gestorven is. Ik heb niet het minste spoor van iets buitengewoons aan Hem ontdekt, ofschoon -zoals men hier en daar heeft verteld -zich bij zijn geboorte, die te Bethlehem in een schaapsstal heeft plaats gevonden, heel buitengewone dingen moeten hebben plaats gevonden, en ook daarna tot op Zijn twaalfde jaar. Maar vanaf het twaalfde jaar moet al het buitengewone verdwenen zijn, de grote verwachtingen van Zijn ouders gingen teloor, en Hij bleef tot op heden, respectievelijk tot aan zijn dertigste jaar, en dat is nu, een zeer onopvallende, eenvoudige timmerman!
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Wij zetten grote ogen op na deze niet zo erg aangename voorspelling en wachtten in angstige spanning op de voorspelde plaag, die met het moment waarschijnlijker werd omdat het na deze voorspelling langzaam maar zeker steeds donkerder en donkerder begon te worden! Toen de zandloper bijna leeg was strekte de overste zijn handen uit en sprak langzaam en verheven: 'Ik wil het! Zon, wordt duister!' Toen werd de zon duister en op de gehele aarde was het zo donker als bij nacht. Na een paar ogenblikken en merendeels vermurwd door onze vurige smeekbeden, strekte hij zijn handen weer uit, waarvan de vingers leken te gloeien, en sprak tegen de zon: 'Zo is de plaag voor de mensen voldoende, ontbrand daarom geleidelijk weer en verlicht en verwarm de hele wereld!' En zie, na dit bevel van hem begon de zon meteen weer licht te geven en na een half uur gaf ze weer haar volle warmte!
Hoofdstuk 97: Judas prijst de wonderen van de Essenen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Daarom vormen de grote schatten van deze wereld de grootste bedreiging voor het eeuwige leven van de mensen! Wat baat het echter de mens, als hij de schatten van de gehele wereld zou hebben en dit ten koste ging van zijn ziel? Voor hij er erg in heeft zal men zijn ziel wegnemen en in grote duisternis werpen, waar eeuwig gejammer en tandenknarsen heerst! Wat zal hij dan aan al zijn schatten hebben!?
Hoofdstuk 102: Aankomst in de vrije stad Genezareth. In Genezareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...