Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

6040 resultaten - Pagina 33 van 403

...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...
[18] ROBAN zegt: "Houd jij nu maar je mond over Mozes en Jehova en al de profeten! Daarvan is bij jou en nog minder bij de oversten en hoogsten van de tempel ook maar iets te ontdekken. De tempel is al dertig jaar niets anders dan een wissel en handelsmarkt en van de echte Jehova en van Mozes is allang geen spoor meer te vinden! Datgene wat er nog is, is pure schijn en bedrog, en de verscheurende wolven lopen in schaapsvacht rond om de arme schapen des te gemakkelijker te kunnen grijpen. Als je zou leven volgens de wetten van Mozes, dan zou je nooit deze functie voor veel goud en zilver hebben willen kopen! Ik verwed er mijn leven om, dat Mozes nooit ergens bevolen heeft om het ambt van opperpriester voor goud en zilver te verkopen!"
Hoofdstuk 83: De nieuwe overste van Nazareth.(23.11.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[14] CHIWAR zegt: "Dat wat je weten wilt, zul je bezwaarlijk te weten komen, maar wel iets anders -en dat zal je hoogstens behoorlijk pijn bezorgen, terwijl wij helemaal geen pijn zullen voelen!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[23] CHIWAR zegt: Omdat ik ook een wat profetische geest heb, waarmee ik je heel precies doorzie, en waardoor je je voor ons onmogelijk kunt verbergen, -net zo min in Kapérnaum als hier, en zou je duizend dagreizen hiervandaan zijn, dan zouden wij je ook op die afstand doorzien! Daarom zul je moeilijk iets tegen ons kunnen ondernemen zonder dat wij al niet vooraf de geschikte en doeltreffende tegenmaatregelen zouden genomen hebben! Ben je zo over ons tevreden?
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[27] KORAH zegt: " Ja, dat zal ik van nu af aan doen zoveel als mij maar mogelijk is. Maar jullie zullen het toch niet vervelend vinden als ik op z'n minst voor een jaar mijn standplaats hierheen naar Nazareth verplaats? Want hier bij jullie kan ik echt iets leren, terwijl er in Kapérnaum -en zeker ook in Chorazin, net als in de andere kleine steden aan de Galilese zee -alleen maar ellendige hielenlikkers te vinden zijn!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[17] De OVERSTE zegt, buiten zich zelf van verbazing: "Dat is werkelijk iets, wat op aarde nog nooit beleefd werd! Dit aanvallige vrouwtje met haar blijmoedige onbedorvenheid van nu en toch al als lijk vier dagen in het graf!? Waarlijk, dat is ongehoord, vooropgesteld dat jullie mij wel de gehele waarheid zeggen, waaraan ik nu niet meer wil twijfelen want deze plaats schijnt van louter wonderen aan elkaar te hangen!"
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Maar IK zei: "Vriend, bespaar je de moeite, want je weet, dat niets voor Mij verborgen kan blijven. Ik wil je echter wel zeggen dat jij en Roban jullie zaken heel goed gedaan hebben, want de overste zou anders nog heel wat overhoop gehaald hebben. Maar nu is hij er van overtuigd dat het onzin zou zijn om iets tegen de Romeinen te ondernemen en dus zal hij in ieder geval een poosje rustig blijven. Helemaal vertrouwen mogen jullie hem echter nog lang niet, je moet steeds op je hoede blijven en hem zo gezegd nooit uit het oog verliezen. Ik wil echter jou, omdat jij Mijn ijverigste verdediger was en nog bent, het vermogen geven om zieken door een juist gebed en door de oplegging der handen te genezen, en in je hart de plannen van de nieuwe overste te vernemen en daartegen de juiste middelen aan te wenden, -maar dat moet iedere keer meteen gebeuren, want anders zou het geen uitwerking hebben! De juiste middelen zullen je ook getoond worden. Ontvang daarvoor dan nu Mijn zegen!"
Hoofdstuk 85: Zegening van Chiwar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] CHIWAR zegt: " Als je meer wilt weten dan ik weet, wend je dan tot diegenen, die meer weten dan ik. Wat ik wist heb ik je heel nauwgezet verteld. Hoe zou ik je meer kunnen vertellen dan ik zelfweet? Het onderdak was buiten de stad in het huis van Jozef de timmerman. Als je er echter meer van wilt weten, ga daar dan heen! Vergeet echter niet om je rug met iets te beschermen, want aan klappen zal daar zeker geen gebrek zijn! Geloof je soms dat de mensen zo bijzonder veel respect hebben voor mensen zoals wij? Ik zeg je: Niet in het minst! Bij de geringste onbezonnenheid kan men zijn klappen uitgemeten krijgen, en geen God haalt ze dan nog bij je weg! Zoals gezegd, je hoeft het maar één keer te proberen en dan kun je al uit ervaring spreken!"
Hoofdstuk 86: Korah, de nieuwe overste, Iaat zich raden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[18] CHIWAR zegt: "Ja, het is werkelijk zo! Vooral de genoemde Heiland Jezus trekt alle mogelijke aandacht, want Zijn prestaties overtreffen in hoge mate alles en al datgene wat ooit door Mozes over de aartsvaders is geschreven en alles wat wij over de grote profeten weten! Want zoiets is er nog nooit geweest! Je kunt je geen nog zo kwaadaardige ziekte indenken, die Hij niet door een enkel woord geneest, zonder de zieke te zien of aan te raken! Als Hij iets anders wil, dan gebeurt dat ogenblikkelijk!
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[25] Wie zijn krachten kent, kan daarop ook vertrouwen voor zover hij uit ervaring de zekerheid heeft gekregen, dat deze krachten voldoende zijn om iets te volbrengen. Als de mens echter zijn geloof in het gelukken groter zou maken dan zijn krachten reiken, zal naar mijn mening dat geloof meteen begeleid worden door twijfel als hij een opdracht ziet, waarvan hij zich maar al te zeer bewust is, dat zijn krachten daarvoor verreweg niet toereikend zijn.
Hoofdstuk 87: Chiwar over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Becijfer jij maar eens het bedrag dat jij in de tempel voor het ambt van overste in goud en zilver hebt betaald, en dan zul je moeiteloos zien, dat je met dat geld heel gemakkelijk honderd jaar als een vorst had kunnen leven! Laat je hier echter maar eens door de Romeinen bedreigen en vraag de tempel dan om hulp, dan zal men je die niet alleen niet kunnen, maar ook niet willen geven. Hoogstens zal men je voor een paar handen vol zilverlingen met dubbelzinnige troost ongeveer net eender afschepen, als het beroemde orakel van Delphi -natuurlijk voor veel goud en zilver -een vragensteller afscheept, zodat het orakel later altijd gelijk heeft, of de vragensteller nu iets kwaads of iets goeds overkomt!
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Goddank ken ik alle huidige schurkenstreken van de tempel, en neem het beslist niet zo nauw om deze zo veel mogelijk om de tuin te leiden, op wat voor manier dan ook! Want, vriend, wie in deze tijd niet door de tempel zwaar misleid wil worden, die moet zo verstandig zijn om zelf de tempel zo goed mogelijk te bedriegen! Of denk je dat jij met een eerlijk en rechtvaardig gemoed en gezicht iets uit zult richten in de tempel? Oh, daar zal niemand zich op kunnen beroemen! Maar ga er met een echt geslepen gemoed en gezicht naar toe, dan sta ik er voor in dat je de tempeldienaars naar believen om je vingers kunt winden!
Hoofdstuk 88: Chiwar over de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[6] Maar zo waar een God mij heeft geschapen: ik zal nooit een tempel voor de satan bouwen en wierook voor hem strooien opdat hij mij met rust zou willen laten! Laat hij maar komen als hij zin heeft om met Chiwar te vechten, en jullie zullen er getuige van zijn dat ik in minder dan drie dagen met hem klaar ben!"
Hoofdstuk 89: Chiwar en de satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] KORAH zegt: "Ja, ja, je zult wel gelijk hebben! Die geschiedenis in Bethlehem baarde ongeveer dertig jaar geleden veelopzien, en als ik mij niet vergis, heeft de oude Herodes juist om hem die onmenselijke kindermoord bevolen. Hij moet echter naar Egypte ontvlucht zijn. - Zie je nu wel, nu is het me al helemaal duidelijk! Nou, nou, dat is dus dezelfde Jezus!? Ja, aan hem kan beslist iets buitengewoons zijn, en jij zult met je veronderstelling er zeker niet ver naast zijn! Maar ik zou hem dan toch nog willen spreken voor hij deze plaats denkt te verlaten!"
Hoofdstuk 90: Korah herinnert zich een ontmoeting in de tempel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Toen de overste glimlachend deze opmerking geplaatst had, brachten een paar burgers uit de stad een zieke, die al vele jaren bezeten was. Omdat hij echter arm was, durfden zijn familieleden niet voor hulp bij een dokter aan te kloppen en zij durfden hem ook niet bij Mij te brengen, omdat bij een aantal burgers het boze gerucht de ronde deed dat wie zich door Mij liet genezen, zijn ziel aan Beëlzebub verkocht! Ook over Borus vertelde men iets dergelijks, want van hem zei men dat hij zijn duivelskunsten van Mij had geleerd!
Hoofdstuk 94: Borus geneest een bezetene. In de omgeving van Bethabara. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[10] Toen het echter avond begon te worden kwamen de LEERLINGEN naar Mij toe en zeiden: "Heer, het is hier een woestenij, de nacht begint al te vallen, en voor zover wij zien kunnen heeft niemand iets eetbaars bij zich! Stuur het volk daarom weg om voor zichzelf in de dichtstbijzijnde markten brood en eten te kopen!" (Matth. 14:15)
Hoofdstuk 95: Spijziging van vijfduizend mensen in de woestenij. Op zee. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46  ...