Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15547 resultaten - Pagina 34 van 1037

...  22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47  ...
[13] Daarentegen hoorde hij van degenen die hem bezochten, welke nooit gehoorde daden Ik deed, en daarom zond hij dan twee van zijn betrouwbaarste leerlingen naar Mij toe, die Mij de bovengenoemde vraag moesten stellen.
Hoofdstuk 143: Aan de zee. Het antwoord van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Indien Johannes Mij duidelijk herkende toen Ik aan de Jordaan naar hem toe kwam, wie verbood hem dan om Mij te volgen? Hij bleef in zijn woestijn en gedroeg zich daar als een strenge boeteling - en had toch nooit gezondigd. Waarom deed hij dat dan? - Hij heeft zichzelf aan Herodes uitgeleverd; nu moet hij maar zien hoe hij met die vos klaar komt!
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Nadat de beide leerlingen die woorden van Mij gekregen en gehoord hadden, antwoordden ze niets meer, maar namen afscheid, gingen meteen terug naar Johannes in Jeruzalem en brachten hem alles ook direkt over.
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Johannes wist in de geest wel met wie hij te doen had; maar hij benutte deze gelegenheid toch en predikte in zijn gevangenis verder, en zijn leerlingen mochten vrij bij hem komen, natuurlijk wel tegen de kleine storting van een stater per week. Tempelpriesters moesten een pond betalen als ze naar Johannes wilden, en op hun vraag aan Herodes, waarom hij Johannes in de gevangenis verder liet prediken, antwoordde Herodes, die sluwe vos: 'Dat is een geheim politiek spelletje van mij, daardoor leer ik alle aanhangers van deze staatsgevaarlijke mens kennen!' Dit antwoord was aanleiding voor de priesters om Herodes bijzonder te prijzen en ze schonken hem veel goud, zilver en edelstenen; want ze dachten bij zichzelf: 'Dit is de juiste man; die moeten we zoveel mogelijk steunen; hij is voorbestemd om al dat profetengespuis uit de weg te ruimen.'
Hoofdstuk 143: Aan de zee. Het antwoord van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Ik antwoord hen echter: 'Als de volle maan 's nachts schijnt, dan gaat iedereen naar buiten, bewondert haar licht en verheugt zich daarover; maar als de zon komt, terwijl de maan heel bleek en mat nog aan de hemel staat, dan wenden allen zich af van de maan, vergasten hun ogen aan het machtige zonlicht en prijzen het bij iedere flonkerende dauwdruppel; want onder de zon glanst één druppel water meer dan tien manen 's nachts.
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Wilden jullie soms een riet zien dat de wind heen en weer bewoog? (Matth. 11:7) Of zijn jullie naar buiten gegaan om een mens te zien die in zachte kleding gehuld was? Kijk, degenen, die zachte kleren dragen, wonen in de paleizen, maar niet in de harde woestijn bij Bethabara! (Matth. II :8) Of zijn jullie daarheen gegaan om een profeet te zien?
Hoofdstuk 144: Het getuigenis over Johannes de doper. (26.1.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] De mensen zeggen: 'Heer! Als dat zo is, dan is het toch niet rechtvaardig dat U hem nu in de kerker laat! Te oordelen naar Uw daden, die buiten God zeker geen mens tot stand kan brengen, zou het voor U toch niet moeilijk zijn om de doper, omdat hij voor U gewerkt heeft, te bevrijden! Heer, dat zou U toch wel moeten doen en U zou hem nu niet in de steek moeten laten!'
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Ik mag en Ik kan met Mijn wil niemand Mijn kracht en macht schenken, tenzij iemand komt en ze zelf neemt; want Ik zal niemand ooit verhinderen zich naar eigen keus van het leven te beroven of het oordeel over zich af te roepen, en zo kan men ook Mijn macht en kracht nemen als men die voor een goed doel nodig heeft.
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Maar wie niet zelf komt, die zal niets krijgen -behalve de genade des lichts, opdat hij daardoor hier of in het hiernamaals de weg naar Mij vindt en onderweg inziet, dat Ik Zelf de weg naar het leven en het Leven Zelf ben.
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Zijn roeping, om terwille van de mensen voor Mij de weg te banen, was een zeker 'Moeten', waarachter echter ook nog eeuwige vrijheid verborgen ligt, die jullie in dit lichaam niet kunnen begrijpen; maar dat hij Mij had mogen volgen toen hij Mij zag en herkende, dat was geen 'behoort' en nog minder een 'moeten'. Zijn geest heeft toen geluisterd naar de ingeving van de ziel, begon daarom ook te twijfelen en heeft al voor de tweede maal boden naar Mij gestuurd. Wie vraagt, weet nog niet waar hij aan toe is; want iedere vraag gaat uit van pure onwetendheid, of twijfel aan de waarheid van wat men denkt te weten. Als Johannes helemaal wist waar hij aan toe was, zond hij geen boden naar Mij.
Hoofdstuk 145: De geest en de ziel van Johannes de doper. In Kis en op de berg van Kis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Toen Ik deze toespraak beëindigd had, kwam er uit de volksmenigte een tollenaar naar voren wiens hart al lang van liefde voor Mij gloeide, hoewel het zich van menige zonde bewust was. Deze man viel voor Mij neer, raakte met zijn gezicht de grond en sprak:
Hoofdstuk 146: Kis. Bekering van Kisjonah de tollenaar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] In één woord, wij weten nu genoeg, en het is hoog tijd dat we bij hem weggaan; anders behekst hij ons nog en zijn we reddeloos aan de duivel overgeleverd! - Kijk nu toch eens, hoe hij de vijf dochters van die gehate tollenaar vleit, en hoe ze hem letterlijk aanbidden! Ik zet duizend pond tegen een stater, dat deze profeet en heiland, als hij nu naar Jeruzalem komt, maar al te gauw met de koningin van alle hoeren, de wereldberoemde Maria van Magdalon, zeer intiem kennis zal maken en met haar een hele hartelijke vriendschap onderhouden zal, - en misschien ook nog wel met Maria en Martha van Bethanië, waarvan men zegt dat die na Maria van Magdalon de meeste bezoekers krijgen!'
Hoofdstuk 146: Kis. Bekering van Kisjonah de tollenaar. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Na dit antwoord verlaten de Farizeeën en aartsjoden de meer gematigde groep van de tweede spreker en gaan, terwijl het al tamelijk Iaat in de avond is, op weg naar Kapérnaum. Ze gaan over land, want de zee was rumoerig, en zij vertrouwden de zeelui niet, hoewel die hen verzekerden dat er veilig gevaren kon worden.
Hoofdstuk 147: De gelijkenis van de fluitende kinderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] Nathanaël gaf aan de achtergeblevenen als het ware leiding omdat hij voor zichzelf, zonder dat Ik hem dat persoonlijk opgedragen had, uitgebreider dan alle anderen een evangelie vastlegde in de Griekse taal, die hij goed meester was. Hij kwam tot in het diepst van zijn wezen geschokt naar Mij toe en zei: 'Heer! Almachtige! Ik zag dat visioen ook en daarin de verschrikkelijkste dingen, zodat ik van angst niet meer schrijven kon! Ik vraag U in alle volheid van mijn liefde voor U, eeuwig Heilige, om mij te zeggen of dat te eniger tijd in het hiernamaals in alle werkelijkheid zo gebeuren zal zoals ik en velen het nu hebben gezien.'
Hoofdstuk 149: De opwekking tot het eeuwige leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] leder moet er echter naar streven om reeds hier gewekt te worden; want wie reeds hier in het vlees gewekt wordt, die zal de vleselijke dood niet voelen of beleven, en zijn ziel zal niet beangst worden.
Hoofdstuk 149: De opwekking tot het eeuwige leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47  ...