Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

36089 resultaten - Pagina 34 van 2406

...  22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47  ...
[2] En zie nu, jij Mijn luie en slechte knecht, die ook nog zeer hardhorend is; want Ik moet je als een schoolkind uit de eerste klas woord voor woord dicteren en nog versta je Me niet en vraagt Mij dikwijls twee, drie, vijf, vaak tot tien maal toe en kijk, Ik herhaal altijd getrouw ieder woord voor je! Let daarom beter op, zodat het vlugger opschiet dan tot nu toe; want de wereld heeft in de zeer korte tijd voor de voleinding behoefte aan dit werk van Mijn grote genade! Laat je dit door Mij gezegd zijn, jullie heilige Vader, wiens gehele wezen louter liefde is!
Hoofdstuk 11: De geboorte van Kaïn en Abel - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[22] Zodra iemand dit ooit mocht nalaten, zal hij spoedig daarop de slechte gevolgen ervan ondervinden. Wie het driemaal zal vergeten, die zal Ik met een lange slaap bestraffen; maar wie het uit traagheid en luiheid zal nalaten, die wordt zo dik als een os, zo vet als een zwijn en zo dom als een ezel en de kinderen zullen hem bespotten en uit volle borst lachen om zijn walgelijke gedaante. En zo zal hij weer willen worden als degenen die altijd gehoorzaam zijn, en daarvoor zal hij veel moeten vasten en droog brood eten.
Hoofdstuk 17: De nieuwe godsdienst en levenswijze - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[19] Laat dit ook voor jou een waarschuwing zijn, Mijn nogal bekwaam stuk gereedschap, voor het geval dat je je zou willen verheffen boven je broeders (niet in stilte en nog minder in het openbaar) omdat Ik jou de gave van de wijsheid gegeven heb. Want zie, als je onkuis zou worden of uit nood zou stelen of brassen en een liederlijk leven zou leiden, dan zou hoe dan ook deze bij mensen zeldzame gave in je zwakker worden; zou je er echter trots op worden, dan zou Ik haar meteen van je afnemen, je naakt en verlaten achterlaten in het woud van de dwaling en er zouden verscheurende dieren komen om je op te eten, en uiteindelijk zou er van jou niets anders meer over zijn dan een slechte naam.
Hoofdstuk 29: De opvolgers van Hanoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[20] En ik zeg jullie dat er in het ganse land niet één plekje meer zal zijn, dat de keizer zich niet zal hebben toegeëigend. En dan zal hij het land als een leengoed onder zijn gunstelingen en hovelingen verdelen; maar jullie zal hij tot verachte lijfeigenen van de gunstelingen en de hovelingen maken en deze zullen dan heer zijn over jullie dood en leven en jullie gekookt gras en slechte wortels te eten geven, want zij zullen zich de beste vruchten toe-eigenen. En degene die zich dan aan zo'n vrucht zal vergrijpen, zal onmiddellijk met de dood worden bestraft.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[28] Maar voor jullie is het hele, grote, mooie land. Ik zal volgens de wil van God nog zeer oud worden en nog een late getuige van al jullie goede of slechte handelingen zijn. En van al degenen die hier nu in leven zijn, zal ik de allerlaatste zijn en jullie volgen voor het aangezicht van de Heer.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[14] Hoewel de Heer altijd meer geeft dan voor de mens nodig is om in leven te blijven, moeten jullie echter desondanks toch niet onmatig zijn in allerlei genietingen, maar volgens de wil van God vanwege je gezondheid matigheid betrachten bij alles wat jullie doen en nuttigen. Want zo spreekt de Heer: 'Gezegend zij een juiste maat en een gerechtvaardigd doel; maar vervloekt zij de onmatigheid en verdoemd de doelloze wegen, want daarop zullen slechts de hoererij en de ontucht gaan en daar de nacht van het verderf en de eeuwige dood vinden!' Verzamel daarom de overvloed van de zegen en richt overal voorraadhuizen op, maar niet van steen naar het voorbeeld van Hanoch, maar van hout. Sla daartoe vier glad afgewerkte stammen zo in de grond, dat ze keurig in een vierkant twee manshoogten boven de grond uitsteken. Leg dan hierop overdwars ook vier bomen volgens de jullie reeds bekende bouwwijze. Maak dan daarover een raamwerk voor het dak en dek dat af met riet en gras. Maak dan ook tussen de vier uit de grond stekende houten pijlers uit riet gevlochten wanden, maar laat in iedere wand een opening, vier maal zo groot als een hoofd van een man en maak aan de morgenzijde ook een deur, maar niet afgesloten, opdat iedereen naar behoefte vrije toegang heeft. Sla nu tot op de helft binnenin zo'n voorraadhuis enkele kleine palen in de grond, die ongeveer een halve manslengte boven de grond uitsteken. Bevestig daarop dunnere balkjes; leg daar dan eveneens rietmatten op om daarop dan de overmaat van de zegen voor jullie broeders en ook voor jezelf te leggen. Verzamel in de andere helft droog geworden, lang gras en leg dat tot op kniehoogte op de grond als rustplaats, opdat jullie daarop 's nachts slapen en je moe geworden ledematen uitrusten en je ingewanden zich verkwikken.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[37] Voor Ik jullie echter verder in Mijn huishouding zal leiden, wil Ik je in het kort iets over Mijn engel* (* Betreft het gedicht 'De engel'.) zeggen, - vooral tegen diegenen die vanuit wereldse motieven in bijna iedere regel wel wat op de grammatica aan te merken hadden. Daar hun hart daarbij niet speels is, moeten zij daar waar Mijn zwakke geheimschrijver van Mijn nieuwe Woord ergens een streepje teveel of te weinig gemaakt heeft tengevolge van zijn aloude gewoonte van onopmerkzaamheid, het volgens hun inzicht aanvullen, zo ook wat verkeerd gespeld is en het puntje op de i; maar wie het zou wagen, ook maar één woord te verplaatsen of een betere verklaring te zoeken of zonder noodzaak een bepaalde overbodige basis te zoeken, die zal Ik met boze ogen aanzien. Zoek niet het woord in de zin, maar de zin in het woord, als jullie tot de waarheid willen komen; want de waarheid is in de geest, maar de geest is niet in de waarheid; dat zou ook onmogelijk zo kunnen zijn, omdat de geest vrij is en voorrang heeft op iedere regel om waarheid uit zichzelf te scheppen. Daar jullie dat zelfs al van je genieën zeggen, waarom kijken jullie dan vervolgens met zeer kritisch ogen naar Mijn geest, alsof een schooljongen je het een of andere slechte proefwerk ter correctie zou hebben gegeven?! Daarom, als iemand meent dat Mijn kleding niet deugt voor deze wereld, laat die Mij maar thuis houden; maar het zal voor eenieder verdienstelijker zijn, aan Mijn geschrift een aan haar ontnomen regel toe te voegen dan wereldse kritiek, - want het is veel zaliger om te geven dan om te nemen! Begrijp dit goed! Amen.
Hoofdstuk 34: De landing van de Meduhedieten in Japan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[34] En deze heilige wil, waarin alle kracht en macht, alle wijsheid en sterkte, het eeuwige leven en de meest zalige, meest vreugdevolle vrijheid heerst en eeuwig zal heersen, luidt als volgt: jullie zijn allemaal volkomen gelijk voor God, jullie zijn broeders en zusters; daarom zal niemand er ooit ook maar van dromen op de een of andere wijze boven de anderen uit te willen steken. Want kracht noch schoonheid, jeugd noch ouderdom, deugd noch wijsheid of wat voor voortreffelijke eigenschap ook, mag je ooit voorrechten verlenen, maar met al deze voordelen moeten jullie volgens de goddelijke wil slechts in alle liefde en overgave elkaar bijspringen en de klaarblijkelijk minder begaafden bijstaan, opdat jullie gelegenheid zullen hebben om de goddelijke deugd van de eeuwige, door de bovenmatig goede Schepper in jullie ingeplante liefde te beoefenen. Want slechts uit de zuiverste en grootste liefde heeft de almachtige heiligheid van God zich laten bewegen om jullie slechte, ondankbare, eer, liefde en God vergetende mensen uit Zich te scheppen en dan ter wille van jullie ook nog een talloze, oneindige hoeveelheid wezens van allerlei onoverzienbare soorten, die jullie op alle mogelijke wijzen hadden moeten dienen.
Hoofdstuk 35: Een boeteprediking door de dieren - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[23] "Kinderen van Kaïn, van mijn broer die in de macht van het boze was, die nog leeft en in zijn lichaam voort zal leven door alle perioden van het bestaan van de aarde heen tot aan het einde van alle tijden, onbereikbaar voor alle stervelingen tot aan het spoedige einde van alle boosheid, wanneer de Almachtige, na de grote tijd der tijden, door een kleine ziener aan de verre nakomelingen grote dingen zal verkondigen en uitvoerig gewag zal maken van jullie slechte stamvader (wat zojuist gebeurt en al gebeurd is). Overdenk goed, wat ik jullie hier zal zeggen en bekendmaken volgens de meest heilige wil van God, van de almachtige, eeuwige Schepper, die eveneens de meest liefdevolle Vader is van alle engelen en vaderen en mensen! Jullie hebben de zeer kostelijke woorden vernomen uit de muilen van de verscheurende dieren die God door middel van mij gekalmeerd had en in staat gesteld om te spreken tegen jullie, die meer verdorven waren dan al deze dieren door de grote boosaardigheid van de slang van Hanoch en nu voornamelijk door Lamech, die een grote bedrijver van gruweldaden is geworden. De hele schepping heeft nu een vreselijke afschuw van hem en op zijn schouders rusten reeds gerichten van God, als werelden zo zwaar, en zij houden nauwlettend het bijna geheel gevulde vat van wandaden boven de sterren in het oog.
Hoofdstuk 36: De herinnering aan Adams ongehoorzaamheid en de genade van God - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[46] En zie, dat is de stichting van Sina of China, welk land voor de zondvloed gespaard bleef en over het geheel genomen heden ten dage nog vele malen beter is dan andere landen op aarde, op enige dwaze verslechteringen na, die pas later bij de aanraking met andere mensen van de slechte wereld daar ingevoerd zijn. Laat daar nooit een niet-wedergeborene het wagen Mijn evangelie te prediken! Amen!
Hoofdstuk 36: De herinnering aan Adams ongehoorzaamheid en de genade van God - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[1] Voordat wij nu naar Hanoch terug zullen keren, moet Ik jullie noodzakelijkerwijs nog wat naders over de bewoners van China zeggen. Onthoud en weet dan dat ten eerste, wat de afmetingen van de grote kinderen van Mijn liefde ontsproten uit Adam betreft jullie voorstelling verkeerd is, als je daaronder de lichamelijke grootte verstaat; doch zeshonderdzesenzestig duim is het getal dat Mijn volledige liefde in de mensen aangeeft. De duim geeft de maat aan van het goede dat uit de liefde tot Mij voortkomt; daarvan zijn er zeshonderd voor Mij, dan zestig voor de naaste en tenslotte zes voor zichzelf. En de maat van de vrouw is gelijk aan de goddelijke maat in de man; doch in de naastenliefde en de eigenliefde Van de vrouw is een verschil van zesenzestig en vandaar heeft de vrouw (10 aug. 1840) wat dit betreft de man in alles volstrekt te gehoorzamen. Daar de vrouw uit de eigenliefde van de man gevormd is, kan zij zichzelf ook alleen in de man beminnen, als haar liefde oprecht zal zijn; en daar zij de man het naast is, is ook haar naastenliefde allereerst op de man gericht, en vandaar het verschil.
Hoofdstuk 37: De prehistorie van het Chinese volk - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[6] Opdat jullie inzien hoe zoiets mogelijk was, wil Ik hier voor jullie een kleine beschrijving van haar gestalte aan toevoegen. Naëhme is te vergelijken met de figuur die als de gemalin van een smid en als godin van de schoonheid onder de bijzondere naam 'Venus' in de grijze oudheid van het zwarte heidendom schuil ging. Na Sara en Rachel heeft zo'n mooie gestalte als die van Naëhme nooit meer in den lijve de aarde betreden. Haar lengte bedroeg vijf voet volgens jullie maat. Haar haar was zwarter dan kool, haar voorhoofd was wit als vers gevallen sneeuwen nabij de ogen zacht rood gekleurd. Haar ogen waren groot en volkomen hemelsblauw, de pupil vurig zwart, de oogleden fris en zacht evenals de donkere wenkbrauwen. Haar neus was recht en verloor zich in de zachte, tere neusvleugels, waaronder de twee openingen met hun zacht afgeronde vorm een lieflijke aanblik boden. Haar mond was ter grootte van een oog en haar zacht gewelfde lippen legden iedere roos het zwijgen op. Haar wangen, van de mooiste, vrolijk glimlachende volkomen vorm, waren als door het zachtste en teerste rozerood lichtjes getint en hun kleur was als een met sneeuw bedekte roos, waar de sneeuw als het ware de laatste liefdesstraal van deze koningsbloem zijn glanzend witte oppervlak een zijdeachtige glans verleende. Ook haar kin was van een vorm waarvan er geen tweede op aarde was. Haar hals was noch te lang noch te kort, maar recht, glad en rond, zonder ook maar het geringste gebrek. Het begin van haar borst onderscheidde zich slechts van haar hals door een tere, weelderige, snel rijzende verheffing en was evenals de schouders en de nek in volmaakt juiste verhouding. Haar boezem zag er meer uit als een etherische, teer witte leven gevende welving, dan iets vleselijks, aan welks verheven weelderig zachte ronding twee heldere, jonge rozen schenen te ontluiken. Haar armen waren zo vol, mollig en zacht, dat jullie je daarvan ook niet de geringste voorstelling kunnen maken; want zulke armen komen alleen in de hemel voor. En naast deze fraaie verhoudingen was ook haar hele lichaam overtrokken met de etherische zachtheid en tederheid van het glanzende wit van de sneeuw.
Hoofdstuk 38: De familie van Lamech - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[25] "O vader, ween niet over hetgeen de Heer met je deed; als je een slechte vader zou zijn, hoe konden wij je dan als onze vader liefhebben?
Hoofdstuk 57: Adams vrijwillige bekentenis - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[9] Zeer verheugd over Asmahaëls mooie woorden, zei Adam: "Ik heb je terechte zuchten duidelijk verstaan en ken het slechte stof van de diepte, deze vijand van al het innerlijke schouwen, zeer goed; maar alvorens wij tot het een of andere heilzame werk overgaan, moet eerst de wil van onze grote Heer nauwgezet worden onderzocht. Want door ons zal nooit iets ondernomen worden zonder de goed gekende wil van boven; dus nog slechts een korte tijd en heden nog zal bepaald worden wat de grote Heer boven alle sterren besloten heeft te doen in de diepten der gruwelen en dat zal zeker het beste zijn. En hoe het ook mag uitvallen, voor of tegen, zo geschiede altijd met de meeste nauwgezetheid Zijn meest heilige wil! Amen."
Hoofdstuk 78: Asmahaëls woorden van dank - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
[13] Maar is een dergelijk gebod van een kwade geest afkomstig, dan tweevoudig wee over ons; want ten eerste moeten wij verschrikkelijk ver van God verwijderd zijn door wat voor een ons onbewuste schuld ook, tengevolge waarvan wij dan aan Zijn toorn zouden zijn overgelaten ten prooi aan een eeuwig wrekend vuur, - of de slechte macht zou de arm der liefde van de Vader hebben verlamd, zodat Hij dan niet meer in staat zou zijn ons te helpen en te redden van de dood of misschien van iets dat nog veel erger is!
Hoofdstuk 94: Adams verzoek aan Henoch - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 1)
...  22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47  ...