Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16678 resultaten - Pagina 34 van 1112

...  22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47  ...
[20] De vijfde geboorte in God is nu zo, dat wanneer het licht heel zacht en lieflik door de eerste vier geboorten heendringt, brengt het het hart van het zoete water, een liefdevolle kracht met zich mee. En wanneer de scherpe geboorten dat proeven, dan worden zij ook zacht en liefdevol en lijkt het alsof steeds weer het leven in de dood oprijst. Dan vervult iedere geest de anderen en verkrijgt niets dan nieuwe kracht, de zure hoedanigheid wordt verzacht, want de kracht van het licht uit het zoete water maakt ze zacht, en in het vuur stijgt de zachte liefde op, het verwarmt de koude en het zoete water maakt de scherpe smaak heel lieflik en zacht.
Hoofdstuk 23: Van de diepte boven de aarde. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[2] Zoals de Zoon van God is het Hart en het Leven en de sterkte van alle zeven Goddelijke Geesten, alzo is ook een Engelenkoning in zijn gebied. Zoals nu in de Goddelijke kracht zeven belangrijke kwaliteiten zijn, waar­uit het Hart van God geboren wordt, alzo zijn ook ettelijke machtige Engelenvorsten, naar het voorbeeld van iedere hoofdeigenschap, in elk heirleger geformeerd. (Hun aantal weet ik niet.) Naast de koning zijn zij aanvoerders der andere Engelen. Hier zij opgemerkt, dat de Engelen niet alle van één maaksel zijn, ook zijn zij in kracht en macht niet alle aan elkaar gelijk; wel heeft iedere Engel de kracht van alle zeven oer­bronnen in zich, maar in elk van hen is een bepaalde eigenschap de meest opvallende en hij glorieert ook in die eigenschap. Want, zoals op die bepaalde plaats de Salniter ten tijde der Schepping geweest is, alzo is ook de Engel geschapen; zoals van de weidebloemen elk hare kleur van haar overheersende eigenschap ontvangt en ook haar naam daaraan ontleent, alzo is het ook gesteld neet de heilige Engelen. Enkele van hen zijn gevormd uit de wrange hoedanigheid; zij zijn lichtbruinachtig en zijn het koudst. Wanneer nu het Licht van den Zoon van God hen beschijnt, zo zijn zij als een bruine lichtstraal geheel helder. Enkelen zijn genoemd naar de hoedanigheid van het water en deze zijn licht als de Hemel en wanneer het licht hen beschijnt, zo zijn zij als een kristallen zee. Enkelen zijn gevormd naar de bittere eigenschap; deze zijn als een kostelijke groene steen, die er uitziet als een bliksemstraal en wanneer het Licht hen beschijnt, zo weerkaatst het roodachtig groen, alsof er een karbonkel glansde, of, alsof het Leven daar zijn oorsprong had. Anderen zijn gevormd naar de hoedanigheid van de hitte; deze zijn de allerlichtste, geelachtig en roodachtig; en wanneer het Licht hen beschijnt, zo zien zij er uit als het Licht van den Zoon van God. Enkelen zijn hoofdzakelijk gevormd uit de hoedanigheid der Liefde; zij zijn zeer licht, wanneer het Licht hen beschijnt en zij zien er uit als het Hemelse Vreugdenrijk zelf. Zij zijn lichtblauw en hun verschijning is lieflijk. Anderen zijn gevormd uit de eigenschap van de toon, het geluid. Ook deze zijn lichtend. Wan­neer het Licht hen beschijnt, zo zien zij er uit, als een omhoog schietende bliksemstraal. Enkelen zijn gevormd als uit alle hoedanigheden der ge­hele natuur; zij zien er uit als de Hemel, die uit alle geesten tezamen geformeerd is.
Hoofdstuk 12: Over de geboorte der Heilige Engelen. Over de heerschappij en ordening der Engelen en over het Hemelse vreugdeleven. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[12] Nu heeft echter iedere Engel alle eigenschappen Gods in zich, maar één van deze eigenschappen is het sterkst in hem vertegenwoordigd; naar die eigenschap is hij genoemd en in deze eigenschap triomfeert hij. Zoals nu de eigenschappen in God elkander voortdurend voortbrengen, terwijl zij ook in elkander opstijgen en elkander liefhebben, en, zoals de bliksem in het zoete water in de hitte opgaat, waardoor het leven, de vreugde geboren worden, alzo is het ook in één Engel; zijne innerlijke geboorte is niet anders dan de uiterlijke geboorte in God. Zoals de Zoon Gods in de middelste oerbron in de hitte, in het zoete water geboren wordt uit alle zeven Geesten Gods, van wie zij hun leven en hun vreugde ontvangen, zo wordt ook de Zoon Gods in dezelfde gestalte in een Engel, in de middelste oerbron van het hart in de hitte in het zoete water geboren en hij verlicht wederom alle zeven Oergeesten van de Engel. En zoals de Heilige Geest van den Vader en den Zoon uitgaat en alles vormt en verbeeldt en alles lief heeft, alzo gaat ook de Heilige Geest die in de Engel is uit in zijne medebroeders en heeft hen lief en verheugt zich met hen.
Hoofdstuk 12: Over de geboorte der Heilige Engelen. Over de heerschappij en ordening der Engelen en over het Hemelse vreugdeleven. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[21] Nu zou iemand kunnen zeggen: Zo is dan een Engel geheel gebonden aan de plaats waar hij ontstaan is, zodat hij daar niet vandaan durft of kan gaan. Neen, zo min als de geesten Gods zich in hun opstijgen en tot bloei komen laten belemmeren, zo min als zij zich laten tegenhouden om met elkander te verkeren, evenmin zijn ook de Engelen aan hun plaats gebonden, zoals de geesten Gods voortdurend in elkander opgaan en liefdevol met elkander verkeren, terwijl toch iedere geest zijn eigen standplaats heeft en zijn eigen taak. Het geschiedt nimmer, dat b.v. de hitte verandert in koude of de koude in hitte; maar ieder behoudt zijn natuurlijke plaats en is in wisselwerking met alle anderen en daardoor ontstaat het Leven; evenzo verkeren ook de heilige Engelen in alle drie de koninkrijken met elkander en de een ontvangt van de ander, d.w.z.. de een ontvangt van de schone gestalte, van de deugd en van de vriendelijkheid van de ander en heeft daarvan de grootste vreugde en toch behoudt ieder zijn natuurlijke eigenschappen en de plaats, die hij van de aanvang af heeft gehad, blijft zijn eigendom. Het is er mee, als met iemand, die een boezemvriend of geliefd wezen uit een ander land thuis verwacht. Hij heeft voor die mens een hartelijk verlangen gehad en er is vreugde en een vriendelijk welkom en een gesprek vol liefde, wanneer de vriend daar is. De waard zet de gasten het allerbeste voor, hoewel dit slechts koud water is vergeleken bij het Hemelse onthaal. Alzo verkeren ook de heilige Engelen met elkander. Wanneer de heer van een koninkrijk der Engelen bij een andere heer komt, of de ene Engelen­koning bij de andere, dan is er niets dan louter liefde en blijdschap door de ontmoeting binnen te vinden. Een verrukkelijk wandelen in liefde, een lieflijk spreken en een eerbiedigen van elkander, vol ingetogenheid en deemoed; er is een liefdevol elkander omhelzen en leiden en de blijde reidans vangt aan. Het is er mee als met de kleine kinderen, wanneer zij in Mei naar buiten gaan en de bloemen plukken met elkander en vriendelijk met elkander spreken. Wanneer dit is geschied, zo dragen zij ze in hunne handen en dansen, om de tijd te verdrijven, een reidans. Zij zingen de vreugde hunner harten uit en verheugen zich.
Hoofdstuk 12: Over de geboorte der Heilige Engelen. Over de heerschappij en ordening der Engelen en over het Hemelse vreugdeleven. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[23] Toen God zich in het lijf dezer wereld bewogen had, heeft de angstvallig­heid zich in de geboorte dezer wereld ingedrongen, waardoor de vuur­straal is ontstaan, en het licht der sterren is aangestoken door het water des levens. Tot aan de derde dag, tot de tijd der ontsteking van de toorn Gods in deze wereld, is de natuur in haar angstvalligheid een duister dal geweest, dat midden in de dood stond. Op de derde dag echter is het leven door de dood heengebroken en de nieuwe geboorte heeft zich toen ingezet. Want zolang en geen uur langer heeft ook de nieuw geboren
Hoofdstuk 24: Van het samenstellen der sterren. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[29] In het lichaam is de geboorte scherp, maar de nieuwe geboorte, die in het water des levens opgaat en door de dood heen dringt, maakt haar zacht. Toch kan zij de kern der scherpe geboorte niet veranderen, maar zij doet zich daaruit geboren worden, behoudt haar heilige nieuwe leven voor zich zelf, en dringt door de toornige dood heen en de toornige dood begrijpt het niet.
Hoofdstuk 24: Van het samenstellen der sterren. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[14] De mensen hebben gedacht, dat die blauwe koepel, die zich om de sterren heen spant, de heilige Hemel afsluit, maar zo is het niet. Het is het bovenste water der natuur, dat veel helderder is dan het water onder de maan en als de zon haar stralen door de diepte heen daarop laat vallen, lijkt het lichtblauw.
Hoofdstuk 25: Van het gehele sterrenlichaam, dat is de gehele astrologie of het gehele lichaam dezer wereld. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[36] Toen nu Lucifer door God als koning geschapen was, en zijn geest in hem woonde en werkte en hij door God vol Liefde ontvangen werd en werd verheerlijkt, zo zou hij ogenblikkelijk zijn gehoorzame wandel in God hebben moeten aanvangen, en hij zou als een lieve zoon in het huis zijns vaders hebben moeten wonen. Dit echter deed hij niet. Toen in hem het licht werd geboren en zijn Oergeesten daardoor verlicht en ontstoken werden, verheugden zij zich allen zeer, en verhieven zich bovenmate, méér dan hen toekwam en wilden machtiger en groter zijn dan God. Daardoor werden de Oergeesten te vurig; de wrange hoe­danigheid deed het zoete water verdrogen. En de geweldige en grote hitte, die in het zoete water was ontstaan, waardoor het bittere in het zoete teweeg gebracht wordt, worstelde met de wrange eigenschap, als wilde de hitte haar uit grote vreugde uit elkander doen springen. Want het licht was zo schel, dat het de Oergeesten onverdraaglijk was. Daar nu het zoete water door de samentrekking verdroogd was, zo bleef er slechts een kleine vlam over (want het licht ontstaat in de zoetheid van het water), en glinsterde als een heet stuk ijzer, dat nog niet geheel gloeiend is en daardoor donker. Of het is ook te vergelijken met een harde steen, die men in ‘t vuur werpt, welk men dan in de hitte laat liggen, zo lang men wil. Hij wordt dan niet gloeiend, dat komt, doordat hij te weinig water in zich heeft.
Hoofdstuk 13: Over de verschrikkelijke, bedroevende en ellendige val van het Koninkrijk van Lucifer. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[45] Toen de zon zich had ontstoken, is de afgrijselijke vuurschrik uit de plaats van de zon naar buiten gevlogen, als een wrede, ongebreidelde bliksemstraal en heeft in zijn lichamelijk wezen de grimmigheid van het vuur, waardoor het water zo bitter is geworden, meegenomen, en het water is de kern of oorsprong van de schrik.
Hoofdstuk 25: Van het gehele sterrenlichaam, dat is de gehele astrologie of het gehele lichaam dezer wereld. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[37] Alzo stak nu de warmte het verdroogde water aan en werd daardoor volkomen opgezogen. Niet zó, dat de geest van het water zou worden verzwolgen, welke in alle zeven Oergeesten woont, maar hij werd in een donkere, hittige, zure eigenschap veranderd. Hier is de zure eigenschap geboren, welk ook thans op deze aarde aanwezig is. In de Hemel, in God, is hij op deze wijze niet aanwezig, en ook niet in de Engelen. Zij veroorzaakt droefenis en ellende, een verzaking van het goede. Toen dit nu geschiedde (zie boven) zo verweerden de Oergeesten zich tegen elkander op de wijze, zoals ik hierboven bij de bespreking van het zevenvoudige rad heb uiteengezet, want zij plegen in elkander op te stijgen en elkander aan te steken en in elkander op te gaan, hetgeen leven en liefde veroorzaakt. In alle geesten was nu echter niets dan ijdelheid, vurig verderf en koude; dus, toen zij in elkander opstegen werd het gehele lichaam boos, want hitte en koude voerden strijd met elkander. Toen dan nu het zoete water verdroogd was, ontsprong de bittere eigenschap (die door ‘t eerste licht ontstond), in het lichaam en deed alle geesten aan, als wilde zij het lichaam verwoesten. Zij woedde en worstelde er in als het ergste vergif zou doen. Daardoor ontstond het eerste vergif, hetwelk wij, arme mensen nu te verwerken hebben, en daardoor is de bittere, giftige dood in ons vlees gekomen. Te midden van dit woelen en werken werd nu het leven in Lucifer ge­boren, d.w.z. zijn zoon, in zijn hart. Wat dit voor een leven en voor een zoon geweest moet zijn, geef ik de lezer te bedenken. Want zoals de vader was, zo werd ook zijn zoon, nl. een duistere, zure, koude, bittere, wrange, harde oerbron en de liefde was, te midden dezer bittere eigen­schap een vijandin van de hoogmoedige koning. Alzo steeg nu de toon, de klank op, door de bittere eigenschap, door de hitte en het verdroogde water in het hart, in de Zoon. Daar ging de geest uit; zoals hij in het hart geboren was, zo ging hij in de mond wederom uit. Welk een gast hij voor God en de heilige Engelen geweest zal zijn en voor de andere koninkrijken, geef ik u te bedenken. Hij zou één hebben moeten zijn met God en Zijn Zoon, als één hart en één God, ach, hoe droevig, hierover te schrijven.
Hoofdstuk 13: Over de verschrikkelijke, bedroevende en ellendige val van het Koninkrijk van Lucifer. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[4] Dit is nu de oorsprong van de hovaardij, der nijd, der begeerte en des toorns. Want in de boze werkingen brandde de toorn vurig en was daarbij bitter als gal. Van buiten uit werden zij in die richting voortgestuwd; de zeven Oergeesten verenigden zich ten einde samen te trachten zich boven God te plaatsen. Toen zij dit echter, op de hun gestelde plaatsen, niet konden bewerken, zo veinsden zij, tegenover elkander: De wrange eigenschap was de eerste moordenaar en veinzer, want, toen hij zag, dat zij zulk een schoon licht voortbracht, zo voegde zij zich nog meer tezamen, dan God haar gedaan had, en meende, dat zij veel verschrikkelijker zou zijn en regeren als een strenge heer. Zij heeft dan ook datgene veroorzaakt, waardoor de aarde en de stenen ontstaan zijn, hetgeen ik bij de behandeling van de schepping der wereld wil beschrijven. De bittere eigenschap was de tweede moordenaar; toen zij zich liet gelden, zo stortte zij zich vol geweld in de zure, wrange eigenschap alsof zij het lichaam uiteen wilde doen springen. De zure eigenschap echter liet dit toe, al had zij de bittere geest wel gevangen kunnen nemen en in het zoete water kunnen dompelen, tot zijn hoogmoed vergaan was. Maar zij wilde wel zulk een broeder hebben, want dat was haar tot nut, aangezien de geest der bitterheid door haar tot aanzijn is gekomen. De hitte is de derde moordgeest. Deze heeft haar moeder, het zoete water, vermoord, maar de geest der zuurheid, der wrangheid is daarvan de oorzaak, want hij heeft met zijn samentrekking en verharding, niet de bittere eigenschap, het vuur ontstoken. Het vuur is het zwaard van de zure en van de bittere hoedanigheid. Dewijl echter het vuur in het zoete water opgaat, zo zou het de wrange eigenschap in 't water kunnen tegenhouden, maar het werd ook een huichelaar en veinzer en hielp het zoete water vermoorden.
Hoofdstuk 14: Hoe Lucifer, de schoonste Engel in de Hemel, de vreselijkste duivel geworden is. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[21] De eerste geest is de wrange, zure kwaliteit; deze wordt gebruikt voor de vorming. Alhoewel zij iets te scherp is, zo wordt dit gematigd door het zoete water, zodat zij zeer zacht, lieflijk en vreugdevol is. Zij ont­leent aan de andere Oergeesten haar liefde. Zij bemint haar kinderen zeer; alle zes andere Oergeesten zijn haar kinderen. De geesten hadden het inzicht, de wetenschap en eeuwige wet Gods in zich en wisten, wat uit de godheid voortkwam. Zo ook wisten zij, dat het Hart van God het eerste in de gehele Godheid was; ook wisten zij dat zij niets meer be­zaten om mee te doen of te laten, dan hun eigen lichaam, want zij zagen wel, dat de Godheid zich openbaarde buiten hun lichaam, zoals de God­heid van eeuwigheid af gedaan had. Zij wisten ook wel, dat zij niet alles in alles waren; wel moesten zij de vreugde vermeerderen en vriendelijk verkeren met de eigenschappen buiten hun lichaam. Zij hadden ook alle macht, met de gewassen, figuren en gestalten te doen, hetgeen zij wilden; het was alles een hartelijk spel van liefde in God. Zij zouden God, hunne Schepper niet hebben kunnen ontstemmen, al hadden zij alle Hemelse gestalten en gewassen te niet gedaan. Hij zou steeds weder nieuwe hebben doen groeien, want alles was slechts een goddelijk spel. Daartoe waren zij ook geschapen, dat zij met de gewassen en de ge­stalten en figuren spelen zouden en ze gebruiken, al naar hun welgevallen. Zo zijn van eeuwigheid af, de vormen gemaakt, zij zijn door de Oergeesten veranderd en vervormd en weer vergaan. Dit is het eeuwige spel Gods geweest van de tijd van de schepping der Engelen af.
Hoofdstuk 14: Hoe Lucifer, de schoonste Engel in de Hemel, de vreselijkste duivel geworden is. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[25] Wijl zij dit echter op de plaats, die haar toekwam, niet kon bereiken, zo verhief zij zich en ontstak zichzelf; daarmee ontstak zij ook hare geest, die als een boze geest de mond, de oren, de ogen en de neus uit­ging en strijd voerde tegen de Salniter en deze aanstak en alles met geweld deed samentrekken. De wrange bron ontstak de wrange kwaliteit en heerste met geweld in de Salniter. Dit nu wilde de zure eigenschap van de Salniter niet toestaan; deze voerde strijd met het zoete water tegen deze geest; het baatte echter niet; de strijd werd hoe langer hoe heviger, totdat de wrange eigenschap van de Salniter werd ontstoken. Toen dit nu geschiedde, werd de storm zo machtig, dat de wrange kwaliteit de Salniter tezamen trok, zodat daar­uit harde stenen ontstonden; daardoor ontstonden stenen in deze wereld. Ook het water in de Salniter werd samengetrokken, zodat het zeer dik werd, hetgeen op het ogenblik het geval is. Toen de wrange of zure eigenschap echter ontstoken was, zoals Lucifer, werd zij ook koud, dewijl de koude haar wezen is; daarom ontsteekt zij thans met haar koude vuur in de Salniter alles. Daardoor is het water zo koud, dik en donker geworden in deze wereld, en daardoor is alles zo hard en onbegrijpelijk geworden, hetgeen niet zo was vóór de tijd der Engelen.
Hoofdstuk 14: Hoe Lucifer, de schoonste Engel in de Hemel, de vreselijkste duivel geworden is. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[9] Na de vuurschrik is de kracht van het licht, die oorspronkelijk uit het vet van het water achter de vuurschrik geboren werd, hem plotseling als een grote macht nagerend en heeft de vuurschrik gevangen genomen en zich boven hem gesteld als een vorst en een temmer van de grimmigheid. Daaruit is nu de zintuiglijke waarneming in de natuur of de planeet Jupiter geworden.
Hoofdstuk 26: Van de planeet Saturnus. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
[11] Toen nu de twee geesten van beweeglijkheid en leven vanuit de plaats van de zon waren uitgegaan, drong de zachtzinnigheid als een zaad van het water met de kracht van de liefde heel zoetjes en vriendelijk beneden zich in de kamer des doods; daaruit is de liefde des levens of de planeet Venus ontstaan.
Hoofdstuk 26: Van de planeet Saturnus. - Jacob Boehme - Aurora of morgenrood in opgang
...  22 - 23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47  ...