Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

22474 resultaten - Pagina 35 van 1499

...  23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48  ...
[3] Ik zeg: 'Het verwijt treft dus eigenlijk Mij, want de Vader en Ik zijn Eén! Want de wijsheid van de eeuwige Zoon, die van oorsprong de wijsheid van de Vader is, maakte het grote scheppingsplan en de liefde des Vaders voegde daaraan het grote 'Wordt' toe, en zo werden deze aarde, zon, maan en sterren geschapen!
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Maar ook de mensen, die deze aarde bewonen, zijn door Mij geschapen en die zullen en moeten nu worden herschapen!
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Als de verhoudingen nu zo liggen, hoe kun je dan Mij een verwijt maken? En -daarbij is deze aarde helemaal niet zo mooi als jij meent; al die landschappen, die je hier ziet, lijken alleen maar op een zekere afstand liefelijk. Ga er maar eens heen, en je zult weinig of ook wel helemaal niets moois of bekoorlijks aan of in deze landschappen vinden, behalve hier en daar een boom of zelfs een door mensenhanden aangelegde tuin en daarin misschien een paleis van een rijk mens! Blijf je die dingen dan ook nog schoon en heerlijk vinden?
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Kijk eens omhoog naar de zon; daar zijn andere landschappen! Een woestijn daar is heerlijker dan een paradijs hier! Want als de landstreken der aarde er alleen maar door het licht van de zon mooi, heerlijk en vriendelijk uitzien, omdat de aarde zonder het licht van de zon een tranendal en een dal vol verschrikkingen zou zijn, hoeveel heerlijker moeten de landstreken van de zon zelf dan zijn, als je bedenkt dat de aarde haar doffe schijn ontleent aan de glans en pracht van de zon!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Daar naar het zuiden staat een ceder aan de verste rand van de bergenrij; vergelijk diens kleine schijnbare hoogte met de hoogte van een pol gras hier, die maar net een handbreedte hoog is, en je zult zien dat deze graspol, als je haar voor je gezicht houdt, schijnbaar vele malen hoger in de lucht oprijst dan die verre ceder, die in werkelijkheid verscheidene honderden malen hoger is dan deze graspol! En Iet op, dat komt door de afstand! Als je goed lopen kunt, dan bereik je die ceder binnen tien uur. Zoveel invloed hebben die tien uur op de indruk die je oog daarvan krijgt!
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] Denk je nu eens de afstand van de zon tot deze aarde in! Gesteld dat een vogel ten tijde van Adam zo snel mogelijk naar de zon was gaan vliegen, dan was die daar nu nog niet, maar moest nog ettelijke jaren vliegen! Als je dit begrijpen kunt, dan begrijp je ook hoe het komt dat de meer dan duizend maal duizend keer grotere zon je hier op deze aarde zo klein voorkomt!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Matthéus, geheel buiten zichzelf over die afstand en grootte, zegt: '0 Heer, als dat zo is, hoe kunt U dan vanaf deze aarde zo'n wereld besturen en onderhouden?!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Om je echter te tonen dat Ik, door de macht van de Vader in Mij, ook op dit ogenblik tot aan de zon kan reiken, zal Ik je dat demonstreren! Ik zal de zon nu gedurende een paar ogenblikken bedekken, zodat niemand op de aarde haar zal zien, en dan zal het jou daardoor duidelijk worden, dat Ik ook vanaf deze aarde naar de zon kan reiken!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Matthéus beeft van angst en zegt: 'Heer, Almachtige! Wie kan er naast U bestaan, als Uw goddelijke arm in één ogenblik zo eindeloos ver reikt?!' -Nauwelijks heeft Matthéus deze paar woorden uitgesproken, of de zon schijnt alweer in haar volle glans, en Mijn Matthéus ademt weer vrijer, -kan echter van verbazing geen woord meer uitbrengen. Pas na geruime tijd krijgt hij een beetje moed en zegt: 'Nee Heer, dat begrijp ik niet! Uw macht moet oneindig zijn! Maar bespaar ons, o Heer, in de toekomst zulke verschrikkelijke bewijzen van Uw almacht; want daarbij zou al gauw iedereen wegteren en te gronde gaan!'
Hoofdstuk 84: Naar Galilea. De zonsverduistering. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Ik zeg: 'Hij zal wel voor de echte kinderen en nakomelingen van David en daarmee voor alle mensen der aarde een nieuw en eeuwigdurend rijk vestigen, maar niet op deze aarde, maar boven de aarde in de hemel! Wie de profeten op een andere manier verklaart die zal in duisternis wandelen.'
Hoofdstuk 85: Het nieuwe en eeuwigdurende rijk. In Kana in Galilea. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Naar aanleiding van deze uitspraak gingen er verscheidene mensen weg, want ze geloofden in een aardse Messias; maar velen verzochten Mij om een nader onderricht.
Hoofdstuk 85: Het nieuwe en eeuwigdurende rijk. In Kana in Galilea. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Bij deze aankondiging verlaat er direkt een grote groep het huis, want de schuldigen worden bang dat Ik ze openlijk verraden zal, en daarom gaan ze er vandoor. Onder hen waren ook enige echtbrekers en bloedschenners, en veel mannen en vrouwen, die zichzelf bevlekten, en zij waren nog blij ook dat ze Mijn blik niet meer behoefden te doorstaan.
Hoofdstuk 86: Kana in Galilea. De verlokking van satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] Bij velen ging het er echter niet in de eerste plaats om, dat ze niet genezen wilden worden van die hartstocht, maar het ging hen veel meer om de schande! Want verder waren het eerbare, geziene mensen, en het zou erg onaangenaam voor hen zijn geweest, als hun buren op deze manier hadden gehoord, dat hun lichaam zwak was. Maar ze hadden niet in de gaten, dat ze zich door na Mijn meelevende vraag te verdwijnen, wel erg bloot gaven.
Hoofdstuk 86: Kana in Galilea. De verlokking van satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Toen deze Galileeërs Mij door hun dorp zagen wandelen, kwamen ze direkt uit alle huizen de straat op, begroetten Mij vriendelijk en kwamen lovende woorden te kort voor Mijn naar hun mening bijzonder gewaagde daad in de tempel. En hun vreugde om Mij weer te zien was des te groter, omdat ze bijna allemaal gedacht hadden dat de Farizeeën Mij heimelijk uit de wereld geholpen konden hebben! Want deze Galileeërs wisten niet veel meer van Mij, dan dat Ik de zoon van de vrome Jozef was en dat God met Mij was net zoals Hij met Jozef geweest was. De hele dag en vervolgens ook de hele nacht moest Ik met Mijn gezelschap bij hen blijven. Ze verzorgden ons zo goed mogelijk, en er waren veel vragen te beantwoorden en er werd veel raad gegeven, en men vroeg ook over de Messias; en velen zagen en herkenden Deze in Mij.
Hoofdstuk 85: Het nieuwe en eeuwigdurende rijk. In Kana in Galilea. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] (En Jezus kwam weer in Kana in Galilea waar Hij water in wijn had veranderd. Joh. 4:46) Na deze woorden gaat de reis verder en we bereiken zonder enige moeilijkheid het stadje Kana. Als we daar aankomen gaan we snel naar het huis waar Ik het eerste wonder in het openbaar verrichtte. Binnen een uur echter weet bijna het hele dorp dat Ik en allen die met Mij meegegaan zijn, weer gelukkig en behouden aangekomen zijn; en alles loopt uit om de aangekomenen te zien, te begroeten en te verwelkomen. En als ze Mij zien, hebben ze geen woorden genoeg om Mij te loven en te prijzen voor het feit, dat Ik te Jeruzalem de tempel op zo'n vastberaden manier gereinigd heb! Want op dat feest waren er ook velen uit Kana, en die hebben gezien wat Ik in Jeruzalem tot stand bracht, en hebben ook vernomen hoe Ik daar vele zieken genezen heb en daarvoor prezen ze Mij bijzonder.
Hoofdstuk 86: Kana in Galilea. De verlokking van satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48  ...