Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

944 resultaten - Pagina 35 van 63

...  23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48  ...
[19] Hij is niet geschapen in de volheid van het leven, maar is slechts in staat om die volheid geleidelijk aan in zich op te nemen.
Hoofdstuk 126: Abedams roep tot opwekking van de onverschillige Enos. Over het doel van het menselijk bestaan - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Zie, jou bedrukt de vergankelijkheid van de geschapen dingen, waardoor je ie voortdurend peinzend afvraagt: 'Wat zal er eigenlijk met het lichaam gebeuren als ik, geest en ziel, het eens zal moeten verlaten?
Hoofdstuk 132: De vergankelijkheid van de dingen - een misvatting - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[15] Zie, dat is Mijn orde waaruit alle dingen voortgekomen zijn! Wanneer jij nu jouw gelijken verwekt vanuit deze orde, waarin jij door Mijzelf geschapen en in zekere zin verwekt bent, dan is jouw verwekking gerecht, omdat die in de orde plaatsvindt waarin Ikzelf ben.
Hoofdstuk 135: Over verwekkingen die wel of niet volgens de orde geschieden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Maar verwek je slechts blind en doof, dan verwek je niet, maar vernietig je alleen wat Ik Zelf voor een eeuwig vrij bestaan geschapen en verwekt had en dat is dan natuurlijk tegen Mijn wil, die - zoals Ik hiervoor aantoonde - immers alleen het eigenlijke vast bestemde bestaan van ieder door Mij verwekt en geschapen wezen is.
Hoofdstuk 135: Over verwekkingen die wel of niet volgens de orde geschieden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[16] Maar waar Zijn huis is, daar is Hij ook een altijd liefdevolle Huisvader en alles wat Hij heeft geschapen is op wonderbaarlijke wijze met Hem; wees daarom blij en dankbaar met een opgewekt gemoed en kom bij me! Waarlijk, je kunt het geloven; zoals jij werd nog nooit een mens op deze aarde verzorgd!'
Hoofdstuk 140: De liefde als de juiste aanbidding van de Heer. De beproeving van Pura's liefde en haar gouden woorden over de echte Vader - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[20] Om een einde te maken aan jullie eindeloos dom gedroom, heb Ik erbarmen met jullie dwaasheid en wil Ik jullie een waar licht geven voor jullie duistere hart, luister dus: Wat jullie de oneindigheid van de ruimte noemen, is de geest van Mijn wil, die sinds eeuwigheden deze eindeloze ruimte heeft geschapen en haar allerwegen heeft gevuld met wezens van allerlei soort. Deze geest heeft echter een centrum dat een wezenlijke gedaantevorm heeft, waarin alle macht van deze oneindige geest verenigd is om werkzaam te zijn en dit machtscentrum van het oneindige goddelijke geesteswezen is de liefde, welke het leven is van deze geest; en deze liefde ben Ik sinds eeuwigheid.
Hoofdstuk 139: De twijfel van de piekeraars over het oneindige en eindige wezen van God en Abedams heldere antwoord - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[8] Nog nooit was een geschapen wezen gelukkiger en zaliger dan wij nu zijn, omdat wij de allerheiligste Vader in ons midden hebben en Hem naar hartelust kunnen en mogen liefhebben!
Hoofdstuk 141: Pura en Jared. Pura's toegenegenheid en deemoed. De oproep van de Heer tot de nachtrust - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[12] Dat alles is voor God beslist een gruwel, want God heeft de mens geschapen voor een vrij leven, maar niet om met een luie geest alles maar aan te nemen van een prediker die uit is op roem en uit eigenbelang de harten van mensen onvrij maakt terwijl ze vrij zouden moeten zijn.
Hoofdstuk 151: De hoge wijsheid van de vreemdeling. De bestemming van de mens tot geestelijke zelfstandigheid. Het blinde geloof en het geloven op gezag maken onvrij. - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[7] Maar Ik zeg jullie allen en gebied je zelfs, dat jullie altijd goed moeten bedenken, wie jullie Vader is; want Hij heeft ook jullie evenals de gehele oneindigheid geschapen. Maar alle schepselen heeft Hij zo gelaten als zij geschapen werden; maar jullie heeft Hij vanuit Zijn eeuwige liefde veranderd in Zijn kinderen!
Hoofdstuk 156: Abba's woorden over het vaderschap en het kindschap. Slechts één God en één Vader - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[24] Hoe kun je dan over jouw eigendom spreken?! Toon Me de plant die je op de aardbodem hebt geschapen, en Ik zal je de hele aarde en de gehele zichtbare hemel tot eigendom geven!
Hoofdstuk 157: De heilige Vader omringd door Zijn kinderen. Adam herkent Abel in de tweede vreemdeling. Satan, de oude leugenaar, probeert tevergeefs met de Heer te redetwisten - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[9] Zo kunnen wij ons bijvoorbeeld een volmaakte grasplant voorstellen en dat dan ook uitspreken. Daardoor is hij als het ware ook in ons geschapen; maar zo volkomen als wij hem ons voorstellen, kunnen wij hem onmogelijk buiten ons plaatsen. Ons wezen is immers afhankelijk en noodzakelijkerwijs beperkt, en wij kunnen daarom niet iets scheppen in het oneindige wezen van God, maar alleen maar in de ruimte van ons eigen wezen en dat op de kleinste schaal, zoals de Godheid het doet in de ruimte van Haar oneindige wezen.
Hoofdstuk 165: Het drievoudige wezen van Abedam, de hoge, en het wezen van Henoch als werktuig van de Heer - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[14] Hij, die eens door één woord hemel en aarde en alle talloze schepselen heeft geschapen, heeft nu zo vele woorden tot ons gesproken! - Zeg me, bedenk eens, wat kan, wat zal er gebeuren?!'
Hoofdstuk 168: De vier wereldse wijzen herkennen de Heer in de vreemdeling. De wijsheid en de liefde als de lange en korte weg voor degenen die naar God zoeken - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Vervloekt zij de dag die ons dit ellendige leven gaf! Vloek over onze verwekkers, en vloek over de schepper, die ons voor een dergelijke ellende heeft geschapen en een eeuwige vloek over jullie, die gekomen zijn om onze ellende te vergroten!
Hoofdstuk 173: De derde trap in het paleis van Lamech met de hindernissen voor de drie boden - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[25] Hierop wendde hij zich tot zijn ploeg en zei tegen hen: 'Ga weer terug met mij; want voor zulke lummels is ons vakmanschap niet geschapen!
Hoofdstuk 190: Sethlahems opdracht aan de vrouwen en meisjes. Thubalkaïns aankomst. Het gesprek tussen Kisehel en de ruwe Thubalkaïn - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
[17] Maar Kisehel zei heel gelaten tegen Lamech: 'Broeder, wind je niet vergeefs op; want God is niet zoals de mens, dat Hij onmiddellijk Zijn werken wil vernietigen, - maar de eeuwige wet van Zijn eeuwige orde luidt: eeuwig behoud van alle geschapen dingen!
Hoofdstuk 204: De strijd met de rebellen - Jakob Lorber - De Huishouding van God (deel 2)
...  23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48  ...