Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3483 resultaten - Pagina 35 van 233

...  23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48  ...
[6] Zelfs dat begint zich nu ook te roeren en omdat de omringende levensgeesten, door de grote activiteit opnieuw erg hongerig geworden, gedwongen zijn van het licht van de manlijke levensgeesten voedsel te nemen, waardoor zij weer lichter en voller worden, krijgt door hen ook de centrale geest van de hoofdlevensgedachte het mannelijke voedsel. Deze activiteit maakt dat de omringenden van binnen uit de impuls krijgen zich meer en meer te ordenen tot een soort goed geordend bolwerk. De sterkere levensgeesten in het centrum zijn nu goed verlicht en zien zichzelf en hoe zij in het geheel passen en de rangschikking daarvan, en zij groeperen zich volgens hun doelstelling en hun verwantschap; en direct zien jullie daaruit al organische verbindingen ontstaan, en de buitenkant verandert in een vorm die steeds meer op een dierlijk wezen gaat lijken.
Hoofdstuk 120: De verwekking bij het dier en bij de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[16] Zolang de zenuwen van het lichamelijke kind nog niet helemaal gevormd en in werking getreden zijn, werkt de ziel zelfbewust heel ijverig door en richt het lichaam naar haar behoeften in; zijn de zenuwen echter allemaal gevormd en gaat hun zich steeds meer ontwikkelende geest geheel volgens de voorschriften werken, dan gaat de ziel geleidelijk aan rusten en slaapt tenslotte in de omgeving van de nieren helemaal in. Zij weet nu niets van zichzelf en vegeteert slechts, zonder enige herinnering aan een vroegere, zuiver natuurlijke toestand. Pas enige maanden na de geboorte begint zij meer en meer te ontwaken, wat goed waargenomen kan worden aan het minder worden van de behoefte aan slaap; maar eer zij tot enig bewustzijn komt, is toch wel meer tijd nodig. Pas als een kind leert spreken, komt ook een echt bewustzijn in de ziel, echter zonder herinneringen aan vroeger; want die zou men bij de hogere, verdere ontwikkeling van de ziel beslist niet kunnen gebruiken.
Hoofdstuk 120: De verwekking bij het dier en bij de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[21] En ik geloof dat ik U niets van Uw goddelijkheid ontneem als ik beweer dat U voor het uitvoeren van wonderdaden steeds de ene plaats toch geschikter vindt dan een bepaalde andere, zoals bijvoorbeeld Nazareth, waar U Zichzelf nu juist niet overtroffen heeft in het doen van wonderen. U zou als Jehova de grote woestijn van Afrika ook gemakkelijk kunnen veranderen in de meest gezegende en bloeiende akkers, als U dat gebied daarvoor geschikt en gunstig zou vinden! Maar omdat dat genoemde gebied nog steeds een woestijn is en dat ook hoogstwaarschijnlijk nog zeer lang zal blijven, geloof ik dat U niets zult inboeten op Uw goddelijkheid als de Afrikaanse grote woestijn Sahara nog zeer lang dat zal blijven wat zij is. -Dat is zo mijn overtuiging:. hoewel broeder Thomas het daar misschien wel niet helemaal mee eens zal zijn!
Hoofdstuk 122: De Heer legt het innerlijk van Judas bloot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Laten zij zich oefenen in allerlei goede en nuttige zaken en maak het kind, al is het nog zo lief, nooit ijdel, egoïstisch en laat het zichzelf nooit overschatten. Ook moet men kinderen, vooral als zij er aardig uitzien, nooit door mooie en dure kleren nog ijdeler en trotser maken dan zij reeds van nature zijn. Men moet ze zuiver houden, er nooit een soort huisgodjes van maken, dan zal men hen vanaf de geboorte reeds op die weg brengen die hen in hun rijpere jeugd daar zal brengen waar jullie allen nu pas door Mij komen.
Hoofdstuk 124: Over het opvoeden van kinderen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Overigens zal hem op deze wereld bij Mij een ontzettend zware rekening wachten. Een verraderlijke handeling en de daarop volgende bitterste vertwijfeling zal een zelfmoordenaar van hem maken, en een strop en een wilg zullen zijn treurig einde op deze wereld zijn! Want hij is iemand die God beproeven wil, wat een grote misdaad is en moet zijn. Wie het echter waagt een misdaad tegen God te begaan, zal dat ook tegen zichzelf niet achterwege laten. Eerst tegen God en dan tegen zichzelf!
Hoofdstuk 125: Over het leven van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Met die ijdele hoop gaat zo'n dwaas door het leven, maakt plannen en doet pogingen, en zoekt met zijn plannen toenadering bij de groten en rijken, die met hun scherpe, wereldse verstand in zijn bedenksels al gauw een voordeel voor zichzelf zien. De domme, speculerende mens laat zich door hen misleiden en wordt daarbij op een ten hemel schreiende manier bedrogen en om de tuin geleid.
Hoofdstuk 126: De gevolgen van een verkeerde opvoeding. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Jullie denken weliswaar dat deze vrees alleen maar een gevolg is van onwetendheid en het gebrek aan kennis over het hiernamaals. Ik zeg jullie echter allen: "Zeker niet, het is op zichzelf alleen maar een gevolg van de diep wortelende afkeer van de ziel voor het werken en omdat de ziel heimelijk vermoedt dat met het wegnemen van het lichaam haar verdere bestaan er een van veel werk zal zijn. Dat maakt haar ontroostbaar, waardoor zij in een soort koorts raakt waarin dan ook een bepaalde onzekerheid over het eens komende voortbestaan aan het licht komt. - Denk daar wat over na en dan zullen wij op deze belangrijke zaak verder ingaan!"
Hoofdstuk 127: De vrees voor de dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Het is een buitengewone krachtsinspanning van de scheidende zielom zichzelf te handhaven in het haar bewuste bestaan. Al haar delen worden daardoor in een buitengewoon heftige trilling gebracht, wat maakt dat ook het geoefendste oog dat in staat is geesten te zien, geen herkenbare vorm kan ontdekken.
Hoofdstuk 129: Het scheidingsproces van de ziel van het lichaam. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] De aan jou zichtbare geesten, die dit licht in westelijke richting begeleidden, hebben overigens met het verschijnsel geen verdere, speciale samenhang dan dat zij door deze zo buitengewone activiteit van de normaal onder hun bevel staande natuurgeesten, zelf heel ongewoon geprikkeld werden en toen ook, niet vermoedend wat er aan de hand was, zichzelf genoodzaakt zagen om deels vluchtig en deels scherp observerend te bewegen en druk aan het werk te gaan.
Hoofdstuk 139: Verklaring van de verschijnselen bij Lazarus' dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Zo'n hemelse geest die ook het vlees van het aardse leven heeft doorlopen, heeft dan op zichzelf net zo veel kennis als alle andere oergeschapen engelengeesten bij elkaar , die de weg van het vlees nog niet betreden hebben, omdat zo' n hoed samengesteld is uit alle hemelse intelligentie deeltjes, zoals de menselijke zielook samengesteld is uit alle aardse intelligentie deeltjes, wat zeker oneindig veel betekent.
Hoofdstuk 139: Verklaring van de verschijnselen bij Lazarus' dood. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[4] Vraag daarom liever naar iets geestelijks, nog uit de sfeer van het door Mathaël geestelijk geziene, dan naar zaken die voor de geest net zo onbelangrijk kunnen zijn als de sneeuw die duizend jaar voor Adam de woeste streken van de aarde heeft bedekt! Wat materie is en hoe deze ontstond, bestaat en nog ontstaat is jullie reeds volkomen duidelijk uitgelegd en daarom moeten wij ons nu vóór alles alleen bekommeren om de geestelijke dingen. Wat heeft de mens aan alle kennis en wetenschap van de hele wereld als hij zichzelf niet tot in de diepste levenswortel kent en dat vooral in de levens en bestaanssfeer van zijn ziel en zijn geest?!
Hoofdstuk 140: Over het stellen van dwaze vragen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] De MEESTEN zeggen: "Ja, Heer, wij begrepen deze les in ieder geval redelijk; maar als wij er ons op zouden beroemen er nu alles van af te weten dan zouden wij onwaarheid spreken. Uit de vorming van de ezelin daarstraks hebben wij wel waargenomen en gezien hoe uit de geestelijke oersubstanties een ding of een wezen ontstaat. Wij zagen immers gewoonweg het gras groeien en hoe zich een ezelin in zekere zin vanzelf uit de vuurtongen geschapen heeft. Ja, wij weten door Uw goedheid en genade zelfs, wat, wie en waarvandaan deze vuurtongen zijn en hoe zij zich samen kunnen voegen tot een duidelijk herkenbare idee en vorm. Wij beseffen heel goed dat deze talloze oergedachten van U waar de gehele oneindigheid vol van is, hoewel zij er uiterlijk hetzelfde uitzien, op zichzelf toch zeer verschillend zijn, lichter en zwaarder al naargelang hun doel hoger, ernstiger en degelijker is, en dat aan elkaar verwante oergedachten zich ook het eerst samenvoegen en een bepaald orgaan beginnen te vormen.
Hoofdstuk 133: De vorming van de zielen van de roofmoordenaars. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Een paar maal kwam hij tot het hoogste wereldse aanzien en tot grote rijkdom, en had een vrouw en de mooiste en rechtschapenste kinderen, het waren er vijf, die veel van hem hielden, omdat hij een goed en wijs vader was. Op zijn negentiende jaar trouwde hij met de enige dochter van een zeer rijk man uit Bethlehem; zijn goud en zilver zouden honderd kamelen niet gemakkelijk verplaatst hebben. Maar dit grote aardse geluk van hem duurde slechts kort. Zijn schatten werden van jaar tot jaar minder, hij werd omdat hij een goed en te toegeeflijk mens was, veelvuldig en vaak heel aanzienlijk bestolen. Op het laatst brak er brand uit in zijn huis, dat voornamelijk uit cederhout opgetrokken was, en hij kon van al zijn schatten niets anders redden dan het leven van zichzelf, zijn vrouwen zijn kinderen en hij moest daarna drie jaar lang vrijwel alleen van aalmoezen leven.
Hoofdstuk 138: Het levensverhaal van de oude Lazarus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Maar nadat de eerste mens van deze aarde eenmaal had overwinterd in de grot op de hoogten die het noordoostelijke deel van het Beloofde Land begrenzen, waartoe ook ons Galiléa behoort, had hij de tijd om samen met zijn vrouw dieper over zichzelf na te denken. Toen kreeg hij ook behoefte aan meer gezelschap. In een droom werd hem uitgelegd wat hij moest doen om zo'n, dat wil zeggen grotere, samenleving te creëren en nadien begon hij Kaïn te verwekken en al gauw daarna Abel en Seth.
Hoofdstuk 142: Gods 'toorn' bij Adam en Eva. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Als de mensen zoveel mogelijk volgens de gegeven orde zouden leven, zouden zij dat alles niet hoeven te verwachten. De jaren zouden als parels aan een snoer elkaar opvolgen, het ene net zo gezegend als het andere. Het bewoonbare deel van de aarde zou nooit door te grote koude of te grote hitte geplaagd worden. Maar wanneer de slimme en bijzonder intelligente mensen uit zichzelf allerlei ondernemen wat ver boven hun eigen behoefte uitstijgt, wanneer zij op aarde te grote bouwwerken en te overdreven verbeteringen uitvoeren, hele bergen afgraven om heerwegen aan te leggen, als zij vele honderdduizenden hectaren met de mooiste bossen vernietigen, als zij terwille van goud en zilver te diepe gaten in de bergen slaan, als zij tenslotte zelf onder elkaar in voortdurende twist en onenigheid leven, terwijl zij toch altijd door een groot aantal intelligente natuurgeesten omringd zijn die zowel voor het weer, als de zuiverheid en gezondheid van de lucht, het water en de bodem zorgen, is het dan te verwonderen dat deze aarde steeds meer geteisterd wordt door ontelbare kwalen allerlei aard?!
Hoofdstuk 144: Het ontstaan van rampen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  23 - 24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48  ...