Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1796 resultaten - Pagina 36 van 120

...  24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49  ...
[2] Toen wij ongeveer twee uur gaans van de eerdergenoemde stad verwijderd waren, ontmoetten wij een heel grote handelskaravaan, die vanuit Damascus naar de kuststeden trok om daar haar waren aan de man te brengen.
Hoofdstuk 119: De ontmoeting met de karavaan uit Damascus - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] De inwoners van deze plaats waren meest herders en vissers; want alle nu genoemde plaatsen, waar Ik vanaf Genezareth doorheen trok, bevonden zich als het ware in een grote halve cirkel min of meer in de buurt van het Meer van Galilea en langs de Jordaan, waar de rivier vanuit het meer zuidwaarts stroomt.
Hoofdstuk 121: De Heer neemt zijn intrek in een herberg bij Bethsaïda - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Als je dat echt vanuit je hart bekijkt, beste, zeer wijze vriend, dan zul je ook inzien dat wij niet zonder zegeningen van God zijn! -Heb ik gelijk of niet?'
Hoofdstuk 123: Het geloof en het vertrouwen van de waard - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Wat moet er derhalve gedaan worden om alle mensen de leer te verkondigen die Ikzelf nu opnieuw vanuit Mijn hemelen naar jullie betere mensen heb gebracht, en wel met het meeste succes?
Hoofdstuk 128: Over het verbreiden van de leer van de Heer en over het zegenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] Kijk, langs deze weg hier, die vanuit het verre morgenland naar de vele avondlanden voert, reizen gedurende het jaar talrijke mensen heen en weer! Ze hebben bij jullie weliswaar slechts zelden iets tot zich genomen -afgezien van water -en zijn hier vandaan naar Afek gereisd; maar als nu jullie landje door Mijn zegen allerlei vruchten zal dragen, veel meer dan jullie voor eigen gebruik nodig hebben, en ook jullie kudden talrijker worden, zullen jullie ook menig reiziger goed kunnen herbergen! En als hij jullie zal vragen hoe deze omgeving, waarvan hij wist dat die woest was, zo bloeiend en rijk is geworden, maak dan van die gelegenheid gebruik en toon de nog blinde reiziger het licht der waarheid uit de hemelen, en noem hem Mijn naam!
Hoofdstuk 128: Over het verbreiden van de leer van de Heer en over het zegenen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Ik wil jullie dan ook in die natuurlijke dingen een waar licht geven. Maar zonder aanschouwelijke hulpmiddelen gaat dat natuurlijk niet goed, en daarom zal Ik nu vanuit Mijn alvermogende macht zulke hulpmiddelen voor jullie scheppen en jullie dan de gestalte van de aarde en haar beweging de maan de zon, de dwaalsterren* (* Andere benaming voor de planeten.) alsook de vaste sterren en ook de andere verschijnselen aan de hemel, in de lucht, in het water en op en in de aarde tonen. Let nu dus allemaal goed op wat jullie gaan zien en hoe al die dingen jullie uitgelegd worden!'
Hoofdstuk 129: Ter bestrijding van het bijgeloof verklaart de Heer de kosmos - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] De waard zei: 'O Heer en Meester, dat zie ik nu wel heel duidelijk in; maar niet minder duidelijk zie ik ook de grote moeilijkheid, die vanzelf zal optreden, als wij de een of ander die in die oude dwalingen geworteld is, geheel naar waarheid in deze natuurlijke dingen gaan onderrichten. Want ten eerste zullen wij dat heel moeilijk en gebrekkig aanschouwelijk voor hem kunnen maken zonder de passende middelen, die U er vanuit Uw goddelijke macht zonder moeite bij kon halen, en ten tweede zal iedere leek ons vragen waar wij die kennis vandaan hebben.
Hoofdstuk 130: Over de Egyptische astrologie en andere dwalingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] Maar nu nog één ding, Heer en Meester! Zou U niet vanuit Uw almacht zulke blijvende hulpmiddelen voor ons willen scheppen, met behulp waarvan wij voor de andere mensen gemakkelijker aanschouwelijk kunnen maken hoe het in waarheid gesteld is met al die grote kosmische dingen, waarover wij van u zo'n heel duidelijke uitleg hebben gekregen?' .
Hoofdstuk 130: Over de Egyptische astrologie en andere dwalingen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Zie en luister: deze Messias, die nu vanuit de hoogste hemelen naar deze wereld is afgedaald, die werkelijk God en mens tegelijk is, is ook naar ons toe gekomen en heeft Zich over onze geestelijke en daarnaast ook over onze lichamelijke armoede ontfermd; Hij heeft onze woestijn gezegend en die door Zijn almachtige wil in een vruchtbaar landje veranderd.
Hoofdstuk 136: De waard onderricht de gasten over het veranderde land - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] Het wonder dat hij nu heeft gedaan doet mij sterk denken aan het betekenisvolle woord van een profeet, die uit de geest van jehova het volgende heeft gezegd: ' Als de grote Held, de Leeuw van Juda, de Koning der koningen, de Heer aller heerscharen in deze wereld zal komen, zullen de blinden ziende worden, de doven horen, de krommen recht, en de verlamde zal rondspringen als een hert, en dat zal Hij allemaal doen vanuit Zijn macht en Hij zal een rijk vestigen, waaraan geen einde zal komen.'
Hoofdstuk 143: De Heer in de arme herberg van de basaltstad - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[12] Ik weet wel dat je zo bent door je ware ijver voor een waarheid vanuit God, en omdat dit bij de oude, ware Joden ook steeds voorkwam, waarbij van hen geëist werd dat ze het zwaard trokken tegen de vijanden van Gods volk. Maar dat moet nu niet meer zo zijn, en ook aan alle heidenen moet Mijn evangelie verkondigd worden -dat de vestiging inhoudt van het rijk Gods op deze aarde om alle mensen zalig te maken. Want er zullen tijden komen en ze zijn er al, dat heel veel heidenen dichter bij God zullen staan dan veel Joden, die God met hun lippen loven en prijzen, maar wier harten ver van Hem verwijderd zijn.
Hoofdstuk 145: De waardin en haar dienstboden - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Die eeuwigheid is in de geestelijke wereld weliswaar te vergelijken met de tijdsduur in de materiële werelden; dus aan gene zijde in de geest is ze wat hier de tijd is. Daarmee is echter absoluut niet gezegd dat in de eeuwigheid geen verandering plaats zou vinden, maar alleen is ermee aangeduid dat de waarheid en het leven eeuwig en onveranderlijk hetzelfde is; het valse en onware blijft als tegenstelling tot het eeuwige waarheidslicht en leven derhalve ook eeuwig bestaan, zonder dat een wezen daardoor gedwongen zou zijn om ook eeuwig in die tegengestelde toestand te blijven. Want jullie weten dat God als de eeuwige liefde, wijsheid, macht en kracht ook eeuwig nooit werkeloos kan en zal zijn, maar dat Hij uit Zichzelf eeuwig door scheppingen tevoorschijn zal roepen, zodoende Zijn gedachten zal belichamen en die vanuit Zijn liefde en wijsheid naar een toekomstig zelfstandig bestaan zal leiden, waarvoor in de eeuwigheid tijd genoeg en in de eindeloze ruimte plaats genoeg is.
Hoofdstuk 155: Het begrip eeuwigheid - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[13] In Mij is de geestelijke zon voor jullie ook het eerst en het vroegst opgegaan; maar daarom zal ze voor jullie ook het eerste ondergaan. Als ze echter weer opgaat, zal ze voor jullie niet vanuit het westen opgaan, maar opnieuw vanuit een zeer ver hier vandaan gelegen oosten; want bij Mij gebeurt alles in een bepaalde orde, en er gebeurt niets in strijd met die orde, materieel noch geestelijk.
Hoofdstuk 158: De historie van de basaltstad en haar omgeving - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De vader:) 'Daarna liep ik weer mijn hut uit en trof alles nog precies zo aan als tevoren. Toen dacht ik bij mijzelf: ' Allemaal goed en wel; maar toch ben en blijf ik alleen! Als ik nu maar die eerdere vriend bij mij zou kunnen wensen om hem mijn dank te kunnen betuigen voor de goede raad die hij mij heeft gegeven!'. Bij deze wens keek ik in de richting van het verafgelegen dorp dat ik al eerder noemde, en zag hoe zich weldra vanuit dat dorp verscheidene mensen in mijn richting begonnen te bewegen.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[15] De liefde van de grote Geest, Zijn buitengewoon heldere lichtgedachten, Zijn almachtige wil en Zijn grote barmhartigheid zijn de oerelementen waaruit Hij zulke wonderbaarlijke oorden vorm geeft en ook in stand houdt, zolang Hij wil. In deze wereld zie je dus niets anders dan zo'n oord, dat vanuit de grote Geest in een bepaalde orde tot bestaan werd gebracht; voorjouw ziel blijft het echter alleen maar zichtbaar als iets bestaands, zolang jouw ziel nog met materie omhuld is.
Hoofdstuk 175: Leiding in de wereld aan gene zijde - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49  ...