Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

3483 resultaten - Pagina 36 van 233

...  24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49  ...
[12] Mensen die op zichzelf goed zijn, zullen ook een goede invloed hebben op meer of minder goede mensen, en de minder goede zullen aan hen heel heilzame kruiden hebben. Maar als deze mensen, die alleen maar op zichzelf van nature goed zijn, temidden van door en door slechte, kwade en losbandige mensen terechtkomen, die bewust kwaad willen doen, worden zij al gauw zonder veel moeite ook verdorven, omdat hun innerlijke kracht om hun leven te ordenen daar geen tegenwicht aan kan geven; maar als een mens innerlijk volmaakt is, lijkt hij op het kleine geneeskrachtige kruidje in de grote gifketel en het vonkje zonnelicht in de oneindige, nachtelijke ruimte.
Hoofdstuk 146: Het wonderbare heelkruid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] De vloek van de mensen is een kwalijk voortbrengsel van hun duistere kant; zij richten zichzelf en hun medemensen te gronde en storten uiteindelijk hele volkeren in de grootste nood, in de grootste ellende en totale vertwijfeling. U, mijn arme aardse vader, werd gedood door de tienvoudige vloek van de hogepriester, hoewel God u niet vervloekt zou hebben. In uw grote vertwijfeling ontnam u zichzelf het tijdelijke, lichamelijke leven en nu bent u hier als triest produkt van de hoogmoed van mensen die zich god wanen. Maar ik heb beslist genade van God gekregen, en genoeg inzicht en kracht om de tienvoudige vloek van de hogepriester, die u in de vorm van zwarte watervogels plaagde, bij u weg te nemen en nu bent u buiten op het droge. Ik zal nu alles in het werk stellen om, zoveel mijn levenskracht mij daartoe in staat zal stellen, u hier in uw grote nood en armoede te helpen!'
Hoofdstuk 150: De zieletoestand van de twee verongelukten in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Als een zelfmoordenaar op de hiervoor beschreven wijze in het hiernamaals verschijnt, kun je je wel voorstellen hoe moeilijk het zal zijn en hoe lang het zal duren eer zo'n zielook maar zover komt om in een menselijk geraamte over te gaan en vervolgens uit zichzelf een huid en zelfs vlees te krijgen.
Hoofdstuk 152: Verschillende soorten van zelfmoord. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Deze raad, die ik duidelijk hoorde, bracht ik direkt in korte bewoordingen aan mijn vader over. Buiten zichzelf van vreugde zei hij meteen tegen de weduwe, dat zij zich geen zorgen meer hoefde te maken, want hij zou haar heel zeker helpen. In ieder geval hoefde zij niet in het minst bang te zijn voor de rechtbank vanwege de Griekse dokter, omdat zij in de verste verte geen schuld had aan zijn dood. Zelf kende hij de Romeinse wetten heel goed, en kende geen voorbeeld waarbij zo'n geval ooit ergens ontvankelijk was verklaard voor een aanklacht.
Hoofdstuk 155: Slangengif als geneesmiddel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[1] (DE HEER:) "Kijk, op die manier moet Mozes gelezen en met het natuurlijke verstand ook begrepen worden! Zeker is er ook nog een diepere, innerlijke, zuiver geestelijke betekenis, aan de hand waarvan de gehele scheppingsgeschiedenis voornamelijk gezien moet worden als het scheppende werk van God, waarin Hij de mensen zodanig wil vormen, dat zij zichzelf en Hem als hun Alles zullen erkennen en liefhebben. In die sfeer wandelt God geestelijk met Adam en leert Hij hem, geeft hem wetten, tuchtigt hem als hij faalt en zegent hem weer als Adam, of eigenlijk de eerste oermensheid van deze aarde, God erkent, liefheeft en binnen Zijn orde leeft.
Hoofdstuk 163: De viervoudige betekenis van de mozaïsche scheppingsgeschiedenis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[8] Nu komt het er echter nog op aan uit welke voorafgaande klasse van creaturen een mens die geheel van deze aarde afkomstig is, zijn ziel de opklimmende ontwikkelingsfasen doormakend verkregen heeft. En men moet zich dan, vooral bijkinderen, vervolgens realiseren dat hun ziel op zichzelf nog steeds sporen draagt van die voorafgaande schepselvorm waaruit zij in een menselijke vorm overging. Als een kind meteen goed wordt opgevoed, gaat de voorliggende schepselvorm weldra geheel over in de menselijke vorm, en stabiliseert zich daar steeds meer in. Als bij een kind echter de opvoeding erg verwaarloosd wordt, treedt in zijn ziel al gauw steeds meer de voorafgaande vorm op de voorgrond, en neemt de vaste vorm van het lichaam zelfs langzaam maar zeker de genoemde voorafgaande schepselvorm aan, en zo kan men bij menig ruw mens zonder al te veel moeite onderkennen wat zonder enige twijfel de overheersende vorm van zijn ziel is.
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Zoals het gezichtsorgaan echter rust moet hebben om een voorwerp waar te nemen zoals het is, zo heeft ook de ziel een bepaalde innerlijke rust nodig om tot een vaster en helderder bewustzijn van zichzelf te komen. Hoe meer de ziel innerlijk verontrust wordt, des te meer verdwijnt dan ook haar heldere zelfbewustzijn, en als de onrust in de ziel eenmaal ten top is gestegen, weet zij zo goed als niets meer van zichzelf tot de rust in haar is weergekeerd. En hoe lager een ziel op de trap van de levensontwikkeling staat, des te eerder treedt dit moment bij stervenden op. Ah, bij een ziel wiens levensontwikkeling voltooid is, komt dit enigszins treurig uitziende moment beslist niet voor, wat Mathaël bij het sterven van de oude Lazarus heel goed heeft gezien, want diens ziel liet op geen enkele manier blijken verontrust te zijn.
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[12] De jongen op de boom was lichamelijk al ongeveer een kwartier vrijwel dood en wist niets meer van zichzelf; zijn ziel was evenals zijn lichaam dus al door de allerdikste duisternis omgeven. En een ziel die in een te grote onrust geraakt, begint zich letterlijk te splitsen in de vroegere, kleinere en onvolmaaktere creaturen van een eerder leven; daarom werden hier ook eerst twee vleermuizen zichtbaar. Pas nadat de knaap door de verplettering van zijn hersens iedere verbinding met zijn ziel kwijt was, kwam er weldra meer rust in de ontwrichte ziel, de beide zielen van de voorafgaande schepsels verenigden zich en weldra werd een aap als laatste voorafgaand schepsel zichtbaar; deze had echter een langere tijd nodig voor hij helemaal tot zichzelf was gekomen, en daarna nog meer rust tot hij zichzelf herkende en weer bewust van zichzelf werd. Daarom hurkte hij ook geruime tijd op de plaats waar zijn lichaam uit de boom viel meer instinctmatig dan bewust van wat daar was voorgevallen.
Hoofdstuk 151: Uitleg over de ziel in het hiernamaals. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Dan zijn er zelfmoordenaars die heimelijk een erge misdaad begaan hebben, waarop zoals zij weten een smadelijke en pijnlijke doodstraf is gesteld. Zij weten dat hun misdaad aan het daglicht moet komen. Wat gebeurt er dan meestal? Zo 'n heimelijke misdadiger raakt uit grote angst en terechte gewetensnood volledig vertwijfeld en hangt zichzelf op. Zo'n ziel verschijnt in het hiernamaals als het skelet van haar voorgaande bestaansvormen, zoals bijvoor,. beeld dat van mollen, hagedissen en schorpioenen, die alle op een hoop klitten met daaromheen een vurige ring, meestal in de vorm van een gloeiende reuzenslang. Ook de vurige ring behoort tot een vorige bestaansvorm van een en dezelfde ziel en is daar een intelligentiedeeltje van.
Hoofdstuk 152: Verschillende soorten van zelfmoord. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Wat de nacht moet verlichten en deze in de dag moet veranderen, moet zelf een licht zijn zoals de zon, die nu bijna opgaat. Als de zon echter donker zou zijn en zwart als steenkool, zou zij dan de aardse nacht wel in de heerlijke dag kunnen veranderen? Ik denk, dat zij dan de nacht nog zwarter en lichtlozer zou maken dan de nacht op zichzelf eerst al was.
Hoofdstuk 165: De echte leraren van het evangelie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] En zo heb ik tot op heden nog steeds, ik zeg het heel openlijk, waargenomen dat bij de vermaningen die zo vaak gegeven worden, altijd wat eigenliefde van de kant van de vermaner zichtbaar wordt, hetgeen geen vermaner als hij maar enigszins over zichzelf nadenkt, kan ontkennen. Onder het mom van allerlei morele redenen zal hij zijn naaste vooral waarschuwen voor die zaken die hij zelf onprettig vindt.
Hoofdstuk 168: Simon over het moraliseren uit eigenliefde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Zelfs JARAH zegt: "Mij bevalt het ook niet! Want mij geeft het alleen maar veel vreugde als ik merk, dat bij iemand de liefde en genade van de Heer zich in zijn ziel wonderbaarlijk beginnen te openbaren; maar wanneer een ziel zich aan iets wil onttrekken is dat naar.Wie door de Heer uitgenodigd wordt om te spreken maar niet wil, mogelijk uit valse schaamte, en dan zegt dat hij geen roem zoekt, liegt tegenover zichzelf en alle anderen, en liegen is iets heel lelijks!"
Hoofdstuk 172: Gabi bekent zijn domheid en ijdelheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Is dan het helpen van mensen, waar dat maar mogelijk is, niet reeds op zichzelf al een heerlijk levensprincipe, dat zelfs de oude heidense wijzen steeds in grote eer hebben gehouden en in acht hebben genomen?! Zei Socrates niet reeds: 'Mens, als je als sterveling de goden waardig wilt eren, dien dan je broeders; want zij zijn net als jij het kostbaarste werk van de goden! Als je de mensen liefhebt, breng je een offer aan alle goden die goed zijn en de slechten zullen je daarvoor niet kunnen straffen! ' De Romeinen zeiden: 'Leef eerbaar, doe niemand kwaad en geef ieder het zijne! ' Kijk, zo oordeelden de Romeinen, die heidenen waren; hoe kon jij dan als Jood zo'n helse instelling krijgen?
Hoofdstuk 173: Gabi's beginselen als Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[10] Heer, wat ik hier verteld heb, is geen ijdele fantasie van mijn verbeeldingskracht, maar de volle waarheid! Iedere echte Farizeeër denkt bij zichzelf zo over de goddelijke openbaring, die altijd des te belangrijker is naarmate zij onbegrijpelijker is. Salomo' s Hooglied past hier precies in en ook de profeten en Mozes bevatten veel bruikbaars! En dat was dan ook een reden temeer dat ik mij zo heel speciaal op het Hooglied heb toegelegd.
Hoofdstuk 173: Gabi's beginselen als Farizeeër. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] SIMON kijkt Mij en ook alle andere tafelgenoten enigszins verbluft aandenkt over zichzelf na en zegt na een poosje: "Heer, voorwaar, ik kan zoeken wat ik maar wil, maar ik vind toch zogezegd niets! Want alle opduikende twijfel over U, ook al is die nog zo gering, laat ik ogenblikkelijk in rook opgaan en er kan nu beslist geen twijfel meer opkomen!"
Hoofdstuk 174: Simons mening over de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  24 - 25 - 26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49  ...