Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

8736 resultaten - Pagina 38 van 583

...  26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51  ...
[7] Ja, eens zullen er jammer genoeg tijden komen, waarin men de verontreinigde leer van Jezus de Heer te vuur en te zwaard aan de volkeren zal prediken, maar dat zal een grote ramp voor de mensen zijn! - Begrijp je dat?"
Hoofdstuk 59: De menselijke leerschool. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[9] De BEIDEN zeggen: "Beste vriend en broeder, als je enige wijsheid hebt oordeel dan zelf of er zonder een tégen ooit een vóór kan zijn! Waar is ooit een mens zonder strijd een held geworden? Zou het ooit bij de mensen tot vechten gekomen zijn als er bij hen alleen maar vrome lammetjes zouden zijn geweest? Of zou jij ooit je kracht uit kunnen proberen als er geen voorwerpen waren, die jouw kracht kunnen weerstaan? Zou er ooit een bóven kunnen zijn als er geen benéden was? Of zou je iemand iets goeds kunnen doen, als er nooit iemand je hulp nodig had? Wat is dan een goede daad, als niemand daar behoefte aan heeft? Of zou je een alwetende ooit iets kunnen leren, dat hij eerder niet reeds wist?
Hoofdstuk 59: De menselijke leerschool. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[13] Kortom in dit instituut voor zelfontwikkeling van mensen tot vrije kinderen van God moeten er zich zoveel mogelijk voor- en tegen situaties voordoen waardoor de kinderen zich grondig in alles kunnen oefenen en ontwikkelen, omdat ze anders onmogelijk ware, almachtige kinderen van de allerhoogste zouden kunnen worden!
Hoofdstuk 59: De menselijke leerschool. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] Alle krachten die de mensen gegeven zijn en die zich aanvankelijk voordoen als moeilijk te beteugelen hartstochten, moeten in staat zijn om zich zowel naar boven als naar beneden volledig te ontwikkelen, omdat de mens anders maar lauw water zou blijven en in een stinkende traagheid zou verzinken.
Hoofdstuk 60: Het nut van de hartstochten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] Wij zeggen je: Niets kan je een waarheidsgetrouwer getuigenis geven over de goddelijke bestemming van de mens, dan de ergste zonde tegenover de grootste deugden der mensen, want daaruit wordt pas zichtbaar welke oneindige vermogens de mensen van deze aarde gegeven zijn! De weg van de mens gaat van de allerhoogste hemel van God, die zelfs voor de engelen ontoegankelijk is, tot in de diepste hel, en als dat niet zo was, zou hij nooit een kind van God kunnen worden!
Hoofdstuk 60: Het nut van de hartstochten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[4] IK zeg: "Dat is een heel natuurlijk gevolg van je steeds meer en meer levend wordende geest in je hart, die de liefde tot Mij en, door Mij, voor alle mensen is.
Hoofdstuk 62: Het denken in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Maar bij mensen waarbij die liefde nog niet ontwaakt is, ontwikkelen de gedachten zich weliswaar ook in het hart, maar zij worden daar, omdat het hart te materieel is, niet waargenomen. Pas in de hersenen, waar de gedachten uit het hart stoffelijker worden, worden ze door de handelingsimpuls omgezet in beelden en deze vermengen zich daar met de beelden, die zich, komende uit de buitenwereld, via de uitwendige zintuigen in de hersenvlakjes ingegrift hebben. In deze vorm zijn ze voor de ogen der ziel materieel en slecht en zij moeten dan ook gezien worden als de oorzaak van de slechte handelingen van de mensen.
Hoofdstuk 62: Het denken in het hart. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] "Zo zul je merken dat verschillende hartstochten de mensen beheersen. Er zijn mensen, die de behoefte hebben om alles wat maar enige waarde heeft, te bezitten. Dat is duidelijk gierigheid, en dat is een zonde. En aan deze zonde heb je de scheepvaart te danken, want alleen hebzuchtige en op winstbejag uit zijnde mensen kon de levensgevaarlijke lust bekruipen, om middelen te vinden om over de zich zeer ver uitstrekkende zee te varen, om te onderzoeken of er aan de andere kant van de zee ook nog landen zouden zijn, met misschien een overvloed aan ongelooflijke schatten. Na veel uitgestane moeilijkheden en levensgevaren komen ze werkelijk in een aan de andere zijde van de zee gelegen nog geheel onbewoond land. De uitgestane grote gevaren hebben hun hartstocht van de hebzucht erg afgekoeld en hen de moed ontnomen voor de terugtocht. Zij vestigen zich direct daar waar de wind hen gebracht heeft, bouwen hutten en huizen en bevolken op die manier een nog geheelonbewoond land. -Zeg nu zelf eens of de mensen ooit zonder de hartstocht van de heb - en winzucht het vreemde land ontdekt zouden hebben!?
Hoofdstuk 60: Het nut van de hartstochten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[2] Bekijken we nu de hartstocht van de lichamelijke zinnelijkheid. Denk deze hartstocht eens geheel weg en stel je de mensheid eens zo hemels kuis voor als maar mogelijk is, en dan zul je een lofwaardig behagen scheppen in een tot de grijze ouderdom durend zo rein mogelijk maagdelijk en een zo kuis mogelijk vrijgezellenleven. Stel je nu echter alle mensen in zo'n zeer kuise toestand voor en vraag je dan eens af: Hoe zal het dan gaan met de in de orde van God vereiste voortplanting van het mensengeslacht? Hieruit kun je dus opmaken dat ook deze hartstocht bij de mens behoort, omdat de aarde anders maar al te gauw ontvolkt zou worden! Dat er te veel mensen zijn die jammer genoeg bezeten zijn door deze hartstocht, zoals dagelijks te zien is, is zonder meer waar, en zo'n ontaarding is altijd tegen de orde van God en dus een zonde. Maar toch is die frequente ontaarding van deze hartstocht altijd nog veel beter dan de algehele uitroeiing daarvan.
Hoofdstuk 60: Het nut van de hartstochten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[5] Wij komen in aanraking met mensen van talloze andere werelden, maar wat een verschil is er tussen hier en daar! De mensen daar zijn in geestelijk en ook in lichamelijk opzicht grenzen gesteld, die zij heel moeilijk ook maar met één stap kunnen overschrijden. Jullie mensen van deze aarde zijn geestelijk net zo weinig als de Heer Zelf begrensd en kunnen doen watje maar wilt. Jullie kunnen je verheffen tot in de binnenste woning van God, maar juist daardoor ook net zo diep vallen als de satan, die eenmaal óók de hoogste vrije geest uit God was. En omdat hij viel moest hij noodzakelijkerwijs in de diepste diepte van alle verderf vallen, waaruit hij nauwelijks ooit een terugweg zal vinden, omdat God de zonde net zo'n vervolmakingmogelijkheid heeft gegeven als de deugd."
Hoofdstuk 60: Het nut van de hartstochten. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[1] Dus alles komt op deze aarde bij de mensen alleen maar op de vrije wil aan, en op een onderricht met de minst mogelijke dwang. Deze leer is door de Heer ook zo geformuleerd dat het verstand van ieder goedwillend mens het al na het éénmaal gehoord te hebben kan begrijpen. Niemand kan zich daarom verontschuldigen door te zeggen dat hij de leer niet begrepen zou hebben. Want het 'Heb God lief boven alles en je naaste als jezelf!' is zo begrijpelijk als het maar zijn kan! En als iemand daadwerkelijk deze korte, goed begrijpelijke, maar toch alles omvattende leer toepast, dan zal hij vanuit zijn hart zonder meer door de Heer Zelf in alle wijsheid geleid worden, en zo zelf leraar van de naaste worden. En zo kan de een de ander zover meenemen tot de Heer hem Zelf beetpakt en opvoedt tot een waar kind van God.
Hoofdstuk 61: De waarde van de vrije wil. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[3] CYRENIUS zegt: " Ja, ik heb alles begrepen! Ik zie nu duidelijk tot welke grote dingen deze aarde en haar mensen door God zijn voorbestemd, het enige noodlottige daarbij is echter, dat naast de kinderen Gods ook de kinderen der hel in zekere zin in dezelfde school worden opgevoed, en wel een ieder voor zijn eigen sfeer! Maar ik zie nu ook werkelijk in dat het, gezien uit het oogpunt van de diepste hemelse wijsheid, niet anders kan. De Heer is echter wijs, goed en almachtig genoeg om eenmaal ook de hel een andere richting te geven! De eeuwigheid is echt lang genoeg om tijdens haar eindeloze duur allerlei omstandigheden te scheppen waardoor haar kinderen zich tenslotte samen met hun verleiders en opvoeders zullen overgeven!"
Hoofdstuk 61: De waarde van de vrije wil. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] Toen CYRENIUS dat in zich gehoord had was hij geweldig verbaasd en zei na een ogenblik van intensief denken: "Het was zonder meer Uw Woord, dat ik nu als een ware woordenvloed in mijn hart getrouwen duidelijk heb gehoord. Moet die vermaning aan het eind echter wel zo streng opgevolgd worden? Heel vertrouwde, redelijke en eerlijk denkende en gelovende mensen zou zoiets toch wel -bijvoorbeeld een paar dingen daarvan losweg gezegd -meegedeeld mogen worden!? Want zoiets zou toch geen mens kunnen schaden!"
Hoofdstuk 63: De terugkeer van satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[8] IK zeg hardop: "Ja vriend, het schaadt een mens zeker niet als hij het zoals jij innerlijk ontvangt, anders zou Ik het je niet meegedeeld hebben. Maar als veel mensen zoiets van buiten af zouden ontvangen, dan zou het hen geweldig schaden. Hoe en waarom, - dat hebben Mijn engelen je voldoende uitgelegd, en daarom houden wij er over op, want wij hebben nog veel andere zaken van groot gewicht af te wikkelen en die zijn voorshands veel noodzakelijker dan deze vraag van jou, waarop het gehele antwoord pas in de eeuwigheid moet rijpen."
Hoofdstuk 63: De terugkeer van satan. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
[7] FAUSTUS merkt op: "Heer, Heer, dan zal het er voor de vele tovenaars en waarzeggers in het grote Romeinse rijk slecht uitzien! Want dit soort mensen staat juist in Rome in een soort goddelijk aanzien en kan met één woord zowel de wil van de keizer, als die van iedere nog zo grote en dappere held verlammen, -daarentegen ook wel zo stimuleren dat de bergen moeten beven voor hun moed!"
Hoofdstuk 65: Over tovenaars en waarzeggers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 2)
...  26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51  ...