Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

1268 resultaten - Pagina 38 van 85

...  26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51  ...
[6] De commandant zei: 'Ja, Heer en Meester, U hebt in alle dingen gelijk; ik zie nu wel in hoeveel en hoe grootse dingen ik door Uw genade van de wonderbaarlijke jongeman heb ontvangen wat de dingen van de zichtbare hemel betreft! Als ik dat allemaal in mezelf volkomen geordend heb en er ook tekeningen van heb gemaakt -wat ik goed kan -om er anderen mee te onderrichten, zal ik mij daarna pas om verdere dingen bekommeren.'
Hoofdstuk 16: De voorwaarden om wijsheid te verkrijgen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[14] Als je volgens Mijn leer wilt leven en handelen, moet je je eigenmachtige, scherpe verordeningen in de toekomst ook rigoureus veranderen; want met zulke verordeningen sta je nog heel ver af van de ware naastenliefde en derhalve van het rijk Gods, waartoe de kennis die je nu van de aarde, de maan, de zon en de overige planeten hebt, op zichzelf jou niet zou verheffen. Want alles wat je in de grote, zichtbare ruimte met je lichamelijke ogen kunt bekijken, heeft pas waarde voor het rijk Gods in de mens, wanneer het ook van daaruit beschouwd en geestelijk verlicht wordt. Op zichzelf heeft het als materie geen waarde voor de hele mens, maar alleen een uiterst vluchtige en vergankelijke waarde voor het lichaam. -Dat, Mijn vriend, zeg Ik je opdat je je ernaar zult richten!'
Hoofdstuk 16: De voorwaarden om wijsheid te verkrijgen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[2] Tegen de ochtend vroeg de commandant aan Rafaël: 'Nu we al zoveel heerlijke en grootse dingen uitjouw mond hebben gehoord, wil je misschien Voor ons drieën, Romeinen, zo goed zijn om uit te leggen wat voor wezen jij eigenlijk bent, en wat het voor stof was, waaruit je de dingen van de zichtbare hemel zo meer dan prachtig voor ons geconstrueerd hebt, met al die ontelbare dingen die zich erop bevinden! ,
Hoofdstuk 17: Rafaël verklaart zijn macht (25.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[4] Nu ben ik echter een burger van de hemelen Gods en voor eeuwig Zijn dienaar en knecht. Mijn macht is Gods macht; daarom kan ik alles wat de Geest in mij wil. Als je dat nu weet, zul je ook wel weten van welke stof ik de dingen van de zichtbare hemel voor jullie gemaakt heb.
Hoofdstuk 17: Rafaël verklaart zijn macht (25.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[16] Ik heb je nu heel duidelijk getoond uit welke stof ik de dingen van de zichtbare hemel voor jullie heb gevormd; maar zorgen jullie nu dat jullie mettertijd worden wat ik nu ben. Het 'hoe' heb ik jullie getoond. -En nu kunnen jullie nog voor een korte tijd je lichaam rust gaan geven; want de ochtend zal niet lang meer op zich laten wachten!' ,
Hoofdstuk 17: Rafaël verklaart zijn macht (25.7.1862) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[9] Na deze korte toespraak van Mij dankten allen Mij, Ik zegende hen nogmaals en liet de nog altijd zichtbare Rafaël gaan, die als een machtige bliksem omhoogschoot, de eeuwige ruimte in; de Romeinen schrokken daarvan en keken lange tijd naar boven, of ze zijn gestalte misschien in het oog konden krijgen, wat nu echter niet meer mogelijk was.
Hoofdstuk 32: Het gebed van de Heer. De Heer in de bergstad Pella - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[8] Als Ik die mensen, die reeds van nature een betere wil en instelling hebben, niet door Mijn engelen zou laten beschermen, zouden er maar weinig niet-bezeten mensen op deze aarde zijn! Maar daar moeten de mensen zich niet al te zeer op verlaten, omdat Mijn engelen de wil van de mensen niet beteugelen. -En dat is ook voor jullie iets om over na te denken!'
Hoofdstuk 54: Over de gevaren bij het eten van onreine spijzen De Heer in Abila - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[3] Ik zeg je: wie nog langer naar die bepaalde man, die zichzelf vroom noemt, zal lonken en met gespleten tong met hem zal praten, terwijl Mijn licht uit de hemelen almaar intensiever wordt, zal er weldra geheel verlaten en alleen bijstaan. Want Ik wil dat er eindelijk een einde komt aan het langdurige overspel van Babel. Van nu af aan zal alles nieuw en anders worden, en Mijn woord, dat Ik tot de apostelen en heel veel andere mensen heb gesproken, moet nu met nieuwe kracht en macht opstaan en vervolgens tot aan het einde der tijden van deze aarde duren. Allen moeten zich zonnen en warmen in het licht van Mijn leer uit de hemelen en zij die Mij oprecht belijden en liefhebben, moeten weer, zoals het in de oertijd was, van de wieg tot het graf in een voortdurend waarneembare gemeenschap met Mijn engelen verkeren en zo ook met Mij Zelf.
Hoofdstuk 28: De toekomst van de ceremoniële kerk - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] Onze lieve Vader, die in de hemel woont, Uw naam worde altijd en eeuwig geheiligd! Uw rijk van het leven, het licht en de waarheid kome tot ons en blijve bij ons! Uw wil die als enige heilig en rechtvaardig is, geschiede op deze aarde onder ons mensen op dezelfde manier als in Uw hemelen onder Uw volmaakte engelen! Geef ons op deze aarde ons dagelijks brood! Vergeef ons onze zonden en zwakheden, evenals wij ze altijd diegenen zullen vergeven, die tegenover ons hebben gezondigd! Laat geen verzoekingen over ons komen die wij niet kunnen weerstaan, en bevrijd ons zo van alle kwaad, waarin een mens als gevolg van een te sterke verleiding van deze wereld en haar slechte geest terecht kan komen; want van U, o Vader in de hemel, is alle macht, alle kracht, alle sterkte en alle heerlijkheid, die alle hemelen vervullen, van eeuwigheid tot eeuwigheid!
Hoofdstuk 32: Het gebed van de Heer. De Heer in de bergstad Pella - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Zoals jullie hebben gehoord dat Elia vroeger zichtbaar en als in een vurige wagen naar de hemel is opgestegen, zo zal ook Ik, zichtbaar voor veel van Mijn vrienden, van de materiële bodem van deze aarde opstijgen naar de zichtbare hemel. En voortaan zal Ik niet zoals nu persoonlijk zichtbaar rondwandelen onder alle mensen - goede en slechte - en hen onderrichten; maar Ik zal alleen in de geest, goed waarneembaar en herhaaldelijk ook zichtbaar, onder diegenen wandelen en hen onderrichten en leiden, die in Mij geloven en Mij boven alles liefhebben en hun naaste als zichzelf. Want in het hart van zulke mensen zal Ik voor Mijzelf de genoemde nieuwe burcht bouwen en daarin Mijn intrek nemen.'
Hoofdstuk 60: Uit de tijd van de koning van Salem - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[1] (De Heer:) 'Degenen bij wie Ik zal wonen zullen Mij dan ook wel waarnemen en Ik zal hen Zelf onderrichten en leiden, en zo zullen zij die Mij echt liefhebben altijd door Mij onderricht en geleid worden en zullen het eeuwige leven in zich hebben. Maar de harten-burchten van hen die zich van Mij verwijderen, zoals in de oude tijd de koningen zich puur uit liefde voor de wereld van de koning van Salem hebben verwijderd en Hem niet meer ten offer brachten wat ze Hem hadden moeten brengen, zullen ook door Mij verlaten worden. En zoals het was in de tijd van de Koning van Salem, toen Hij deze burcht samen met alle engelen die Hem dienden verliet en er onder de volkeren en hun koningen maar al te gauw allerlei tweedracht, nijd, afgunst en daardoor ook oorlogen ontstonden, zo zal het in de toekomst ook zijn onder degenen wier harten-burchten Ik zal verlaten. Dan zal het ene volk tegen het andere opstaan en het trachten te onderwerpen.
Hoofdstuk 61: Het avondmaal in de oude eetzaal - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[7] Want uiteindelijk ligt er aan al die vele verschijnselen, die dikwijls heel zeldzaam van aard zijn, iets geestelijks ten grondslag, omdat er geen enkel verschijnsel tot uiterlijk zichtbaar bestaan kan komen zonder een diepste innerlijke en derhalve eerste ontstaansoorzaak. En om die voornaamste oorzaak voor het volk begrijpelijk en aanschouwelijk te maken, hebben de oude wijzen die in een overeenkomstig beeld gepersonifieerd -maar dat beeld wordt nu natuurlijk door zeer weinigen meer begrepen en ze houden in plaats daarvan het verschijnsel zelf voor de meest innerlijke en eerste ontstaansoorzaak. Het is dus moeilijk om dergelijke mensen op overtuigende wijze duidelijk te maken dat datgene wat ze zien, niet is wat ze zien en waar ze het voor houden, maar -op deze of gene wijze -een noodzakelijke uiterlijke verschijningsvorm van een meest innerlijke, eerste en voor het lichamelijke oog nooit zichtbare oorzaak.
Hoofdstuk 64: Hoe men bijgelovige heidenen dient te onderrichten - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[17] Toen de commandant dat van Mij had gehoord, werd hij meer dan gelukkig van grote blijdschap in zijn hart en zei: 'Heer van mijn bestaan en leven! U alleen zij alle lof, alle eer en alle dank voor die zo grote, nooit door mij verdiende genade; Uw wil zal door ons allemaal worden uitgevoerd, gelijk Uw engelen in de hemel dat doen, en Uw heilige naam worde altijd hoog geloofd en geprezen!'
Hoofdstuk 83: De commandant vraagt hoe hij zich tegenover de priesters moet opstellen - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[6] De waard zei: 'Hoge gebieder, zo diep als u kan ik in dit hoogheilige mysterie nog niet ingewijd zijn; maar ik geloof nu zonder twijfel alles wat u nu hebt gezegd, en ik hoop dat ook ik en mijn hele huis van dat alles ten volste overtuigd zullen raken! Daarom zij alle eer en liefde nu aan de ene, zichtbare God hier voor ons!'
Hoofdstuk 104: De leerling Andréas spreekt over de werken en woorden van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
[5] Ik zei: 'Kijk, deze aarde en de hele zichtbare hemel met alles wat die bevat zullen vergaan, maar Mijn woorden en Mijn beloften zullen eeuwig niet vergaan! Ik zal jullie gerechtvaardigde beden ook nooit onverhoord laten; maar in deze tijd heeft het rijk Gods geweld nodig, en alleen zij zullen het in alle volheid bezitten, die het met geweld naar zich toe trekken. Daarom zal het Volledig bereiken ervan nog heel veel innerlijke en uiterlijke strijd kosten.
Hoofdstuk 110: De commandant vraagt naar de hel - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 10)
...  26 - 27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51  ...