Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

25552 resultaten - Pagina 39 van 1704

...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...
[2] Het is namelijk alle betere rooms-katholieken eigen, dat zij buitengewoon verlangend naar licht in het rijk der geesten en dus ook nu in de waarachtige hemel aankomen. Daarom vragen ze ook honderduit om zich licht te verschaffen in alle verborgen hoeken, die tijdens hun aardse leven steeds in grote duisternis werden gehouden.
Hoofdstuk 59: Aankomst in de eeuwige morgen. Beperking van de goddelijke macht bij de opvoeding van het menselijk gemoed - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[5] Kijk nu ook eens hoe levenskrachtig ons gezelschap er begint uit te zien en welk een dankbare, liefdevolle vreugde de Heer van alle gezichten tegemoet straalt. Jullie plegen echter te zeggen: eten en drinken is geen ambacht; daarom wordt er hier ook niet eeuwig getafeld. En de Heer zegt: wel lieve vrienden, broeders en kinderen, jullie hebben je nu voor het eerst in Mijn rijk gesterkt; jullie weten nu ook hoe lk voortdurend, zowel hier als overal, wezenlijk en machtig thuis ben! Als jullie dan nu weer met Mij naar buiten gaan, zal Ik jullie volledig opwekken voor jullie ware, eeuwige bestemming.
Hoofdstuk 61: De maaltijd bij de Vader aan tafel. Lam, brood en wijn - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[26] Toch moeten jullie nu niet denken dat dit altijd met iedereen gebeurt die zich in de schijnhemel bevindt. Dat is slechts het geval met de weinigen die, ondanks alle waanideeën die hun geleerd werden, enkel en alleen de Heer reeds gedurende hun aardse leven in hun hart boven alles hebben liefgehad.
Hoofdstuk 61: De maaltijd bij de Vader aan tafel. Lam, brood en wijn - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[8] De dwaze man koopt ook deze bij hem voor de vastgestelde prijs en gebruikt ze volgens het valse voorschrift. Desondanks komt er geen levende vrucht tevoorschijn en weer informeert de dwaze bedrogene bij de valse vriend naar de oorzaak van het mislukken. De valse vriend doet daarover heel geheimzinnig, schuift de oorzaak van de mislukking heel arglistig op allerlei verzonnen omstandigheden en houdt de dwaze man zolang aan het lijntje, totdat deze ten gevolge van zijn gevorderde leeftijd zelfs alle echte potentie heeft verloren. Onze valse vriend troost de dwaze man er nu mee, dat levende nakomelingen zeker nog zullen volgen wanneer hij het tijdelijke leven zal hebben verlaten en geeft hem bovendien nog adviezen over hetgeen hij aan het eind van zijn leven met het beeld moet doen, opdat hij daaruit heel zeker levende nakomelingen zal krijgen. De dwaas stelt zich tenslotte zelfs met deze belofte tevreden. Daar hebben we dan het voorbeeld.
Hoofdstuk 79: Een blik op de ware weg naar de eigenlijke hemel - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 1)
[11] Daarom raad ik, Johannes, als zeer ervaren, eeuwige dienaar en knecht van de Heer, alle mensen, maar vooral ouders aan om hun kinderen voor niets zo zorgvuldig te waarschuwen als voor het zogenaamde verliefd worden. Hoe zeer de geest daaronder lijdt, kunnen jullie al op natuurlijk gebied bij iedere jonge student die voortijdig verliefd is geworden, duidelijk zien. Want het leven van zo'n jongeman is toch zeker bedorven en hij is niet meer in staat om zich geestelijk te ontwikkelen. Wat voor hartstochten hij verder ook mag hebben, ze kunnen allemaal onder goede begeleiding beteugeld worden en zo kan men toch een behoorlijk mens van hem maken. Maar een bepaald levendig fantasiebeeld dat zich eenmaal in de geest heeft vastgezet, is moeilijker uit een jeugdig gemoed te bannen, ongeacht van welk geslacht, dan het verplaatsen van een berg.
Hoofdstuk 116: In de geestelijke toestand komen alle geheimen aan het licht - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[6] Laten we eens een staat nemen waarin vele duizenden mensen leven. Al deze mensen, met uitzondering van idioten, dommeriken en onmondige kinderen, vormen zich allerlei bonte begrippen over de geheime staatspolitiek. Wie deze nader wil leren kennen, hoeft alleen maar met verschillende mensen daarover te spreken. De een ziet niets anders dan oorlog, de ander niets anders dan geheim verraad, weer een ander geheime volksverlakkerij, anderen weer louter wijsheid. Sommigen schreeuwen luid over onrechtvaardigheid, anderen komen woorden tekort om de grondwet en de geheime staatkundige politiek op te hemelen.
Hoofdstuk 110: Ieder mens draagt overeenkomstig zijn persoonlijkheid zowel de hemel als de hel in zich - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Als jullie niet bij Mij komen zoals dit kindje en daarbij op niets of niemand letten, noch op de wet noch op de wereldse aangelegenheden, en Mij zoals dit kind met alle liefde omhelzen, dan zullen jullie het rijk Gods niet binnengaan! Waarom niet? Wel, omdat de Heer Zelf weer zegt: 'Ik ben de weg, de waarheid en het leven!' Wie zo tot Mij, als zijnde volkomen één met de Vader, wil komen, die moet door Mij de stal ofwel het rijk Gods binnengaan.
Hoofdstuk 102: Hoe men God boven alles liefheeft - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] Maar bij zulke extreme acties die een zeer verarmd volk onderneemt, mogen absoluut geen bloedige wreedheden worden begaan, want zodra dat gebeurt, werkt de Heer niet meer met het volk mee en het volk zal zijn daad niet gezegend zien! Want als het vandaag zal overwinnen, dan zal het morgen weer verslagen worden en dan zal er aan beide zijden bloed vloeien! Nooit mag de mens vergeten dat alle mensen zijn broeders zijn. Wat hij onderneemt moet hij altijd met een van liefde vervuld hart doen; hij mag niemand iets kwaads willen aandoen, maar altijd alleen maar iets goeds, dat vooral op geestelijk gebied werkzaam is voor het eeuwige leven.
Hoofdstuk 84: Wenken over de sociale kwestie - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[10] De Heer zegt: o graag, van ganser harte, Mijn lieve kindertjes! Vraag maar, dan zal Ik wel een antwoord weten te vinden. De kinderen zeggen tegen de Heer: nu je ons hebt toegestaan om je iets te vragen, vragen we jou juist naar datgene wat ons allemaal het meest ter harte gaat. Kijk, we zoeken en proberen al geruime tijd op alle mogelijke manieren te bewijzen of er al dan niet een God bestaat, die een buitengewoon goede Vader in de hemel zou zijn voor alle mensen, die waar dan ook leven. We kunnen echter deze Vader nergens op het spoor komen en onze leraar zelf wil of kan ons hierover ook niets wezenlijks zeggen. Hij heeft ons echter wel gezegd dat jij echt buitengewoon wijs zou zijn. Daarom zouden we graag van jou willen horen of er al dan niet zo'n God en Vader bestaat. Als jij daarover ook maar iets weet, zeg het ons dan toch. We zullen heel oplettend naar je luisteren en aan ieder woord dat uit jouw mond komt graag de grootst mogelijke aandacht besteden.
Hoofdstuk 75: Het verlangen naar God - een getuigenis van Zijn bestaan - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[11] Zou men dan soms ook moeten geloven dat zulke kinderen die over God onderricht zijn, na verloop van tijd geen verder onderwijs over God meer nodig hebben? Jullie moeten zelf toegeven en zeggen: ja, zulk onderricht heeft iedereen tot aan het eind van zijn leven nodig, want maar al te gemakkelijk worden de eerste indrukken uit de kinderjaren uitgewist en dan staan de mensen die hun kinderschoenen ontgroeid zijn, daar alsof ze nooit iets over God gehoord zouden hebben. Ik zeg jullie: dat uitwissen is hier weliswaar niet licht mogelijk, maar jullie moeten er wel van uitgaan dat deze kinderen ten gevolge van hun vroegtijdige overgang naar hier, op aarde geen gelegenheid hebben gehad om de vrijheidsproef voor hun geest, die de eigenlijke levensproef is, door te maken. Daarom moet deze uiterst belangrijke activiteit voor het leven van de geest hier volledig in werking worden gezet. Tot nu toe waren deze kindergeesten in zekere zin slechts geestelijke, levende machines. Hier is het echter zaak dat zij uit zichzelf tot leven komen en daarom moeten ze ook alle geboden leren kennen, deze dan daadwerkelijk zelf uitproberen, en ondervinden hoe hun zelfstandig levend geestelijke wezen zich onder een bepaalde wet gedraagt.
Hoofdstuk 73: Schoolgebouw van de twaalf goddelijke geboden. Eerste zaal - uitleg over het eerste gebod - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[21] Dat kunnen jullie ook uit het volgende opmaken: stel je een of andere huisvader voor met bezittingen op het platte land, die behalve zijn kinderen ook verscheidene echt goede bedienden heeft. Mochten er echter dieven of rovers het huis binnendringen, dan zullen de bedienden zich uit vrees en angst verstoppen; zijn volwassen zonen daarentegen zullen met alle kracht en moed de misdadige rovers en dieven grijpen en het leven van hun vader en moeder moedig en daadkrachtig beschermen.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[5] Alle mensen zijn er trouwens door de Heer op gewezen, uitsluitend deze ontwikkeling en geen andere te volgen. Maar zij laten de heilige school van het leven rusten, weten absoluut niet wat ze er mee aan moeten en tobben zich liever hun hele leven af met onbeduidende kennis over de dode natuur en haar verhoudingen. En als zij zich dan aan het einde van hun leven afvragen: wat hebben we nu eigenlijk met onze moeizame studie voor belangrijks of groots bereikt, dan zal hun eigen gevoel hun als antwoord geven: we hebben het zo ver gebracht dat wij nu op het allerbelangrijkste moment van ons leven in alle ernst niet eens weten waar we aan toe zijn; we weten niet of ons nu nog een leven te wachten staat of niet.
Hoofdstuk 71: Over de heilige school van het leven - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[18] Laat dat maar even rusten; het vervolg zal jullie tonen wat men hier nog allemaal moet leren. Jullie moeten vooral niet denken dat men in het rijk der geesten als geest al in zekere zin, zoals jullie plegen te zeggen, alle wijsheid van de hemel in pacht heeft, en dan nog een schepje erbovenop. Het zou werkelijk een buitengewoon eentonig leven zijn, als men zich in een situatie zou bevinden die niet vervolmaakt zou kunnen worden. Wanneer echter de Heer Zelf, wat jullie weliswaar niet helemaal zullen begrijpen, steeds in de ontwikkeling van Zijn oneindige kracht voortschrijdt, hetgeen jullie gemakkelijk kunnen opmaken uit het voortdurend scheppen en de voortplanting van alle dingen, hoe zou er dan voor Zijn kinderen ooit een of andere stilstand kunnen bestaan? - Hoe echter zulke verdere ontwikkelingen gebeuren, zal het vervolg tonen.
Hoofdstuk 68: Aanschouwelijk onderwijs in trapsgewijze afdelingen - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[9] Ik zeg jullie, mijn lieve broeders en vrienden, het zal voor jullie wel tamelijk moeilijk worden om de onderlinge verhoudingen in de hemel volkomen te doorzien. Wat ik echter kan doen om jullie geestelijk te corrigeren, zal ik ook doen en ik zal jullie weer allerlei duwtjes geven, waardoor jullie ten minste de grote waarheid nader op het spoor kunnen komen. Luister dus! Wat zei de Heer toen Hij eens een getuigenis over Johannes de Doper gaf? Zijn woorden luidden: 'Van allen die tot nu toe uit vrouwen geboren werden, was er niet een groter dan hij; maar de kleinste in het rijk Gods is groter dan hij!' Wat wil dat nu zeggen? Niets anders dan: van alle individuele mensen is niemand op zich groter dan Johannes; maar de geringsten onder hen die volgens de leer van de Heer als zuivere godskinderen in het nieuwe rijk der hemelen worden opgenomen, zullen reeds groter zijn dan de grootste individuele mens op zich.
Hoofdstuk 65: Het verschijnen van onze `geestelijke zon'. Andere verschijning dan in de sfeer van de Heer - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
[14] Welnu, daarin ligt dan ook het grote verschil tussen onze allergrootste, maar daarbij toch steeds uiterlijke gelukzaligheid, en de allerinnerlijkste zaligheid van de kinderen van God. Wanneer echter de wederkerige liefde ons als schepselen al zo gelukkig maakt, hoe eindeloos zaligmakend moet dan wel die liefde zijn, waarbij schepselen als kinderen Gods hun Schepper als Vader zichtbaar in de allergrootste liefde omvatten kunnen en zij weer door Hem eindeloos almachtig liefdevol omvat worden?! Waar op deze hele grote wereld leeft er wel een wezen dat in staat zou zijn om slechts één atoom van de grootte van zo'n zaligheid te beseffen, waarbij het schepsel als kind tegenover zijn Schepper, zijn God, staat en Hem met alle liefde kan omvatten en door Hem weer met de allergrootste liefde omvat wordt?!
Hoofdstuk 64: Zonnebewoners op weg naar het kindschap Gods - Jakob Lorber - De Geestelijke zon (deel 2)
...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...