Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

17481 resultaten - Pagina 39 van 1166

...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...
[16] Geloof Mij: werelden scheppen is gemakkelijk; maar vrije mensen tot leven te roepen en hen zichzelf te laten vervolmaken, waarbij de goddelijke almacht krachtens de orde van haar liefde en wijsheid moet zwijgen en toezien, dat blijft uiteindelijk ook voor Mij een zaak, die niet gemakkelijk is! Daarbij helpt Mij alleen Mijn onbegrensde geduld en overgrote zachtmoedigheid.
Hoofdstuk 14: De verhandeling van de Heer over de toekomst van Zijn leer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[22] Zelf verlicht zijn door Mijn genade is een groots en onschatbaar geluk voor de mens; maar nog duizendmaal waardevoller is het om met zijn levenslicht ook anderen te verlichten die in de duisternis wandelen, dat wil zeggen, wanneer ze het licht willen aannemen. Maar dat zij jullie ook steeds weer opnieuw gezegd: dat jullie de parels van Mijn leer niet voor zwijnen van mensen moeten werpen! Want de mens die eenmaal een echt zwijn is geworden, die blijft ook een zwijn! Want ook al luistert zo'n mens op een goed moment met welgevallen naar een waar en goed woord en neemt hij het ook op, dan gaat hij toch bij de eerstvolgende gelegenheid naar zijn oude poel terug en springt er met welbehagen in, en blijft nog steeds een zwijn. Aan zulke mensen valt dus geen evangelie te verkondigen, en voor dergelijke mensen heb Ik een ander evangelie, dat hun eigen natuur hun zal verkondigen onder veel pijn, gehuil en tandengeknars!
Hoofdstuk 14: De verhandeling van de Heer over de toekomst van Zijn leer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Er woont nu op aarde zo'n groot aantal mensen, datje geen getal kent, dat groot genoeg is om dat aantal aan te duiden, en toch zijn er op aarde nog zulke grote stukken volledig onbewoonde grond, dat duizend jaar nauwelijks voldoende zou zijn om er doorheen te reizen en ze te bekijken. En toch bezitten bepaalde rijke mensen grote stukken land voor zichzelf, die werkelijk meer dan honderdmaal groter zijn dan wat zij voor hun voedsel nodig hebben. Als je aanneemt dat de aardbodem mettertijd enigszins gelijker verdeeld zal zijn, dan zullen alle mensen -al waren het er wel honderd keer zoveel als nu -nog genoeg voedsel en een onderkomen voor hun lichaam vinden, en zeker wanneer ze volgens Mijn leer zullen leven! Ben je met deze uitleg tevreden?'
Hoofdstuk 15: De toekomstige bevolkingsdichtheid van de aarde. De gebreken van de ouderdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Mijn leer geeft jullie de hoogste vrijheid en kan daarom niet worden verkondigd met het zwaard en met de ketenen van de duistere slavernij; want wat de mens de hoogste levensvrijheid kan en zal verschaffen, moet hij ook in alle vrijheid leren kennen en aannemen. Zoals Ik dit allemaal om niet aan jullie heb gegeven, moeten ook jullie het om niet geven aan degenen die het van jullie willen hebben!
Hoofdstuk 20: Over de wetten van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Wie daar echter een 'moeten' van zal maken, zal Mijn leerling niet zijn, en op zijn weg zal hij rotsen, klippen en doornen tegenkomen. Nemen jullie allemaal aan Mij een goed en waar voorbeeld! Wat zou het Mij kosten om nu in één ogenblik alle mensen op de hele aarde door Mijn almacht te dwingen Mijn leer aan te nemen en Mijn wil volledig op te volgen, zoals het Mij ook mogelijk is om in één ogenblik voor alle andere schepselen met 'moeten' de weg uit te stippelen, die ze strikt volgens Mijn wil hebben te gaan? Maar geeft hen dat een onafhankelijke zedelijke levensvrijheid die hen gelukkig maakt? Ik zeg jullie: nee, geen enkele!
Hoofdstuk 20: Over de wetten van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[11] Wanneer de mens met een vrij gemoed de lichte waarheid van Mijn leer en Mijn beste vaderlijke wil zal erkennen en inzien, zal hij er met zijn vrije wil zelf wel een vrij 'moeten' van maken en er vrij naar handelen, en dat alleen zal hem tot het ware welzijn van zijn ziel strekken. Maar een aan hem opgelegde dwingende wet zal dat vrijwel nooit of helemaal nooit doen, omdat ten eerste een dwingende wet voor de vrije wil van een mens helemaal in strijd is met Mijn goddelijke orde en zo'n wet de mens alleen maar verduistert en nooit verlicht, en in de tweede plaats omdat zij die de dwingende wetten opleggen zich dadelijk een hogere, alleen aan hen toekomende macht aanmatigen, en weldra trots, hoogmoedig en heerszuchtig worden; aan de als zuiver goddelijk verklaarde bepalingen voegen zij vanuit hun aangematigde goddelijke machtspositie, waarvoor de gelovigen vaak meer moeten sidderen en beven dan voor God Zelf, eigen bepalingen toe als zijnde een goddelijke en aan hen nieuw geopenbaarde wil, en hechten aan het in acht nemen daarvan steeds veel meer belang dan aan het in acht nemen van de zuiver goddelijke geboden.
Hoofdstuk 20: Over de wetten van de Heer - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[8] Toont U ons daarom ook, behalve de zuivere, goddelijk ware leer, waar ik nu wat mijzelf betreft vol van ben en voortaan zeker ook mijn hele huis, de betrouwbare wegen en geef ons aan hoe wij, zwakke mensen, die aan onze vele medemensen doeltreffend kunnen meedelen! Want anders zullen de mensen, enkele uitzonderingen daargelaten, tot aan het einde der tijden van deze aarde blijven wat ze nu zijn: niets anders dan dieren, begiftigd met enig denkvermogen en een beetje materieel verstand, gepaard aan een zinnelijk vrije en kwade wil.'
Hoofdstuk 21: Agricola vraagt om richtlijnen voor de opvoeding van de jeugd - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Met name in deze zeer duistere tijd zullen de leerlingen, die deze leer van Mij verbreiden, ook toegerust zijn met alles wat nu alleen in Mijn macht ligt en zij zullen in staat zijn om in Mijn naam grote tekenen te doen, waar en wanneer dat nodig zal zijn voor het ware welzijn van de mensen; maar desondanks zal het steeds van veel grotere waarde zijn, wanneer de mensen tot geloof in Mij bekeerd worden en volgens Mijn leer zullen gaan handelen.
Hoofdstuk 22: Het verloop van de geestelijke ontwikkeling (31.10.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[6] Wel zeg Ik tegen jullie allen met nadruk en leg jullie op het hart om onder geen enkele voorwaarde voor de mensen een dwingende wet te maken van Mijn leer, opdat deze tenminste onder enkelen in haar vrije zuiverheid blijft bestaan tot aan het einde der tijden van deze aarde, en Ik daardoor in de geest ook steeds zo onder jullie werkzaam zal blijven.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[7] Mettertijd zal er vast en zeker een groot aantal gedeeltelijk of helemaal valse profeten opstaan, zogenaamd in Mijn naam, en de één zal dit en de ander dat beweren; de zienden in de zuivere leer zullen hen echter zeker met alle zachtmoedigheid en geduld tegenwerken en uiteindelijk de overwinning aan hun kant hebben.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[10] Dat er echter ook voor gezorgd is dat volgens Mijn orde het niet in acht nemen van Mijn leer ook steeds de oude kwalijke gevolgen met zich mee zal brengen, daar kunnen jullie volledig van verzekerd zijn, en dat is voldoende om die mensen aan banden te leggen, aan wie Mijn zuivere leer duidelijk verkondigd werd, maar die zich vervolgens toch weer naar de wereld keerden.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[3] Ik zei: 'Ook daarover moeten jullie je geen nodeloze zorgen maken! Want ten eerste zeg Ik jullie dat jullie eerder honderd heidense priesters voor Mijn leer zullen winnen dan één Farizeeër, want de heidense priesters hebben door de Griekse en ook de naar hun voorbeeld gevormde Romeinse wijsgeren ongelooflijk veel van hun oude aanzien verloren; en ten tweede is door de vele rondtrekkende magiërs, die uit alle windstreken naar Rome kwamen, ook het doen van wonderen sterk in diskrediet geraakt bij het volk. Vanwege een bepaald fatsoen en aanzien doet het volk nog aan veel dingen mee en kijkt bij wijze van tijdverdrijf naar hun vertoningen; maar het hecht er geen speciaal geloof meer aan. En het zal dan ook gebeuren, dat er bij het volk weldra helemaal geen heidense priesters meer bestaan, terwijl het Farizeeërdom van de joden zich nog gedurende lange tijd zal handhaven. Wat echter nog erger zal zijn dan het oude Farizeeërdom, is dat zich onder Mijn naam helaas een nieuw Farizeeërdom zal ontwikkelen, dat veel slechter zal zijn dan het huidige!
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[13] Als men jullie zal opnemen, blijf daar dan, leer hun de waarheid inzien en handelen volgens de gemakkelijk te begrijpen principes ervan! Als ze die blijmoedig hebben aangenomen en weldra ook bereidwillig begonnen zijn er naar te handelen, spreek dan een gebed over hen uit en leg de zieken jullie handen op, opdat ze genezen worden van hun kwalen, en doop hen dan op de waarachtige wijze, die Ik jullie al eerder heb aangegeven; dan zullen jullie daardoor volgens Mijn wil een Mij welgevallig werk hebben verricht, en jullie loon in de hemel zal daardoor sterk vermeerderd worden.
Hoofdstuk 23: Hoe men een einde kan maken aan het heidense priesterdom - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[12] Omdat jullie nu door deze verklaring van Mij hopelijk duidelijk inzien hoe een mens op zichzelf beschouwd, evenals op een lager niveau ook ieder ander ding, uit een zekere te onderscheiden drie geleding bestaat, zullen we tot besluit van deze hoogst belangrijke toelichting overgaan naar het drieënige wezen van God zelf, opdat jullie helder en duidelijk inzien, waarom Ik jullie vanwege de hogere en innerlijke levende waarheid met klem heb moeten aanraden om de mensen, die in Mij geloven en Mijn leer metterdaad hebben aangenomen, in de naam van de Vader , de Zoon en de Heilige Geest te dopen, dat wil zeggen: te sterken.
Hoofdstuk 25: De activiteiten van de drie lichamen van de mens - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
[5] Als jullie dat nu duidelijk uit Mijn mond weten, zullen jullie ook begrijpen om welke reden jullie de mensen, die in Mij geloven en ook volgens Mijn leer zullen handelen nadat die aan hen bekend is gemaakt, In de naam van de Vader , de Zoon en de Heilige Geest moeten sterken door hun de handen op te leggen.
Hoofdstuk 27: De Heer als Zoon (10.11.1860) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 8)
...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...