Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

9883 resultaten - Pagina 39 van 659

...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...
[4] Cado zegt: 'Wat!? Wat bazelen jullie, spitsboeven? Ben ik dan ooit gestorven? Ben ik soms niet meer op aarde in het bezit van al mijn goederen, van mijn goud en zilver? O jullie canaille! Op wat voor een fraaie manier willen jullie mij een paar goudstukken aftroggelen voor een hemel die nergens bestaat, en redden van een hel, die niets anders is dan een uitvinding van arbeidsschuwe papisten! Maak dat je wegkomt, anders roep ik al mijn duivelsknechten en laat jullie met honden verjagen! Zie die schurken daar nou eens staan! Voor geld kunnen ze iemand van de hel redden en de hemel bezorgen! Maak dat jullie wegkomen, anders zal ik het denkbeeld van een hemel en hel meteen uit jullie drijven!'
Hoofdstuk 13: Opdracht aan Petrus en Paulus om de voormalige bedoeïenenhoofdman Cado voor te leiden. De vergeefse liefdevolle poging van Petrus om de brutale geest voor zich te winnen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[4] Miklosch zegt: 'Vriend, laat mij ook eens naar binnen kijken!' De franciscaan zegt: 'Kom maar hier en kijk.' Miklosch kijkt door de opening naar binnen en zegt: 'Wel verdraaid! Dat is werkelijk heel erg! O Heer, die beiden moeten wel een verschrikkelijke pijn voelen. Misschien zou hier toch wat verlichting op z'n plaats zijn?'
Hoofdstuk 4: Grafgeheimen en geneesmethoden aan gene zijde. De grote verzamelplaats van goddelijke genade. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[18] Malla zegt: 'Liefste Mallwit, dat is nu niet raadzaam, want er sluipen buiten allerlei wilde dieren rond, alsof de hele hel is losgebroken; als die wat te pakken krijgen, wel, God zij hem genadig! Daarom denk ik, dat we beter thuis kunnen blijven. Als de hel op jacht gaat, dan is het niet goed om naar buiten te gaan!' Mallwit zegt: 'O wee, o wee, goede wereld; verheug je maar als dat zo is! Jouw gezicht zal er spoedig weer heel bloederig uitzien! Maar ik merk, dat daar uit het luchtgat een onaangenaam luchtje naar binnen waait. Ga toch eens kijken waardoor dat komt!' Malla zegt: 'Och, wat zou het zijn? Er waait een beetje een helse wind! We kunnen de luchtkoker maar beter dichtstoppen, dan is het meteen gedaan met die tocht.' Malla haalt uit een hoek een hoop vuile vodden en probeert het gat dicht te stoppen, maar het lukt haar niet.
Hoofdstuk 4: Grafgeheimen en geneesmethoden aan gene zijde. De grote verzamelplaats van goddelijke genade. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Robert bekijkt deze zon nog een poosje aandachtig en zegt dan: 'Ik kan kijken zoveel ik wil, toch begrijp ik er helemaal niets van. De ene lichtgolf verdringt de andere. De vuurreuzen lijken eerder in deze lichtzee rond te zwemmen dan zich op een of andere vaste grond te bewegen. Ik zou wel willen zien waar ze hun gloeiende kogels vandaan halen en hoe deze zo mathematisch rond gevormd worden alsof ze door een kunstdraaier vervaardigd zijn.
Hoofdstuk 150: Verdere werkzaamheden van de vuurreuzen op de hoofd- en oermiddenzon. Geboorte van een grote al-middenzon. De omhullende schil van de grote verzameling van werelden. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[1] Allen begeven zich daarop zeer weetgierig naar de tweede zuidelijke deur. Daar aangekomen zeggen ze allen: 'Aha, hier is het goed naar buiten kijken, want hier hebben onze ogen niet meer met zo' n sterk licht te kampen. Bij die twee laatste zonnen was het gewoon niet meer om te houden! De vraag is alleen, wat zien we hier eigenlijk? Het is een zwak glinsterende achtergrond, ongeveer zoals op aarde de melkweg glinstert in een heldere zomernacht. Maar wat daarachter verborgen mag zijn, zouden we nu graag willen vernemen, als het U, liefdevolle Vader behaagt.' - Ik zeg: 'Daarom zijn we immers hier! - Komen jullie nu maar goed ver het balkon op, anders kunnen jullie het beeld niet geheel overzien.
Hoofdstuk 151: Uitzicht vanuit de tweede deuropening in de zuidelijke wand. Het totaalbeeld van de materiële schepping. De grote Scheppingsmens als de verloren zoon. Diens wezen en bestemming. Gods eindeloze scheppingsvermogen. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[5] Kom nu door de derde deur aan de zuidkant en jullie zullen dat meteen met jullie eigen ogen aanschouwen! De deur is reeds geopend en jullie zien al bij het naderen, dat een lieflijk licht jullie tegemoet straalt. Daaruit kunnen jullie opmaken dat dit licht jullie vanuit een tweede schepping van Mijn liefde tegemoetkomt en niet meer uit Mijn eerste, waarvan het licht uit de vlammen van Mijn toornvuur straalt en niets anders dan oordeel en nog eens oordeel bewerkstelligt. Kijken jullie daarom naar het begin van de tweede, waarlijk eindeloos grote schepping en vertel wat jullie allemaal zien en voelen!'
Hoofdstuk 152: Verhouding tussen materiële en geestelijke grootheid. Gelijkenis van de kunstmatige reuzenkorrel en het natuurlijke tarwekorreltje. Door de derde deur in de zuidelijke wand straalt het licht van een nieuwe schepping van eeuwige liefde. - Jakob Lorber - Van de hel tot de hemel (deel 2)
[12] Hoe zou een rijke bruidegom wel staan te kijken, als verschillende bruiden hem bijval betuigden en hem loofden en prezen; en wanneer een van hen, wanneer hij haar zou willen aannemen, zou weglopen en hem bovendien in haar hart zou honen over zulk een driestheid?
Hoofdstuk 4: 'Ik ben de weg, de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij'. (Joh. 14 :6) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[22] Ik denk dat dit wel duidelijk is; maar omdat de mens, zoals al vaker gezegd, nooit genoeg licht heeft, willen we ons nog eens naar een door u gekozen centraalzon begeven.
Hoofdstuk 8: 'En Hij, Jezus, begon ongeveer dertig jaar oud te worden, en was, naar men meende, een zoon van Jozef'. (Luc.3:23) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[10] Zie, nu heb Ik de hele tekst al verklaard. Maar er blijft één vraag over, namelijk: Wat voor soort schip moet het zijn waarop Mijn leerlingen zich bevinden? Is het misschien een vernuftig gebouwd stoomschip, of is het een met drie masten en honderd zestig kanonnen voorzien slagschip, misschien een fregat, een schoener, een brik of misschien een rijk beladen koopvaardijschip? - O neen! Mijn leerlingen varen niet op zulke schepen en ook Ik ontwijk ze gewoonlijk zo ver, dat ze Mij niet eens als een schim zien. Wie zou ook in de buurt willen komen van dergelijke schepen, die van kanonnen voorzien zijn? Hun bescherming is de dood; maar de schepen die de dood ter bescherming hebben, zijn dan ook zeker voor de dood - want de dood heeft van de dood niets te vrezen. Maar waar de dood een wijde kring om een schip heen vormt (de reikwijdte der kanonnen) daar gaat het leven er ver aan voorbij.
Hoofdstuk 20: 'En toen Hij zag dat zij zich aftobden met het roeien, want zij hadden de wind tegen, kwam Hij omstreeks de vierde nachtwake tot hen, terwijl Hij op de zee liep; en Hij wilde hen voorbijgaan' (Mark.:6:48) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[6] De moraal die men hieruit zou kunnen trekken, zou hoogstens kunnen luiden: 'Luister eens, jongens en nieuwsgierige mensen en jullie die klein van stuk zijn, zodat je niet over de grote lummels heen kunt kijken! Zorg bij zulke gelegenheden dat je bijtijds een boom bemachtigt, opdat je in zulke gevallen je kijklust bevredigen kunt, zonder er rekening mee te houden of door het in acht nemen van deze moraal ook veel bomen beschadigd worden!'
Hoofdstuk 31: 'En hij (Zacheüs) liep snel vooruit en klom in een moerbei vijgeboom om Hem te zien; want Hij zou daar langs komen' (Luk.19:4) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[8] We willen nu echter eens zien, wat voor een heel andere betekenis en moraal achter deze eenvoudige tekst steekt. We zullen deze uitleg zo zonderling mogelijk beginnen, en willen met het praktische deel aanvangen en het theoretische er dan achteraan, als het ware uit zichzelf, laten volgen.
Hoofdstuk 31: 'En hij (Zacheüs) liep snel vooruit en klom in een moerbei vijgeboom om Hem te zien; want Hij zou daar langs komen' (Luk.19:4) - Jakob Lorber - Bijbelteksten en hun verborgen betekenis
[5] De regeringen doen wat zij willen en de religie gebruikt men nog slechts als politiek opium voor het gewone volk, om het gemakkelijker in toom te houden en voor alle mogelijke dingen dienstbaar te maken! De paus zou zelf eens moeten proberen de religie een andere, alleen geestelijke betekenis te geven, dan zal men tegen zijn verkondigde onfeilbaarheid meteen luidruchtig in het geweer komen. Hieraan kan men duidelijk zien hoe moeilijk het nu is - vooral als bisschop – de juiste weg volgens het Woord van God te bewandelen, omdat hij op al zijn paden en wegen door een legioen geheime bespieders in de gaten wordt gehouden.
Hoofdstuk 14: Bisschop Martinus' oprechte spijtbetuiging en zijn goede wil tot boete en verbetering - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[2] Ik moet toch eens goed kijken waar die vissen zo vlug naar toe verdwijnen. - Hm, hm, ik kan niets ontdekken. Weer een worp van mijn collega en niets blijft er van over in dit rijk van de onvergankelijkheid! Een mooie onvergankelijkheid is dat. Op de aarde blijft er van wat er is geweest niet veel over; maar totaal niets, daar is toch geen sprake van; hier echter vind je van iets wat wel geweest is totaal niets meer terug!
Hoofdstuk 19: Bisschop Martinus' twijfels over de vergeefse arbeid - Petrus' goede verklaring onder verwijzing naar de ijdele geestloze verrichtingen van een roomse bisschop - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[7] Ik moet toch ook eens even op het witte bord kijken, misschien staat er al iets op? Kijk, op deze kant zie ik niets! Dat is goed, want ik moet openlijk bekennen, dat ik voor dit bord een bijzonder respect heb! Ik moet toch ook eens aan de voorkant kijken, misschien staat daar iets? Ah, dat is voorlopig nog beter, want daar staat ook nog niets op! Daarom nu maar weer naar mijn planetenstelsel!
Hoofdstuk 39: Bisschop Martinus alleen in de zaal van zijn huis - De beschouwing van de aardbol en de overige hemellichamen - Martinus' verveling - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
[28] Men hoort hier niets anders dan over hemelse vrijheid. Dat is me een mooie vrijheid, waar men niet eens uit de deur van zijn huis mag kijken zonder een zedenmeester aan zijn zijde te hebben! Ga weg en pas op, dat deze hemelse vrijheid niet van je gestolen wordt! En nog dreigen ook! Dat gaat voortreffelijk, charmant, charmant! Men kan in de hemel dus ook nog getuchtigd worden! Niet slecht, niet slecht, dat gaat goed!
Hoofdstuk 52: De zegen van het licht van Swedenborg - De oude Adam in Martinus - Wijze woorden van de vrouwen scherpe terechtwijzing van Borem - Jakob Lorber - Bisschop Martinus
...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...