Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2482 resultaten - Pagina 39 van 166

...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...
[13] Als iemand echter op een bepaalde weg een hindernis ontmoet die echt te groot is, dan zal Ik hem wellicht en kracht geven om ook die grote hindernis te overwinnen. Maar in de eerste plaats moet elk mens zelf alles doen wat in zijn vermogen ligt; als hij meer nodig heeft, zal hem dat op het juiste moment gegeven worden. -Heb je dat nu goed begrepen?'
Hoofdstuk 52: Over verzoeking en zwakheden. Oefen het denken! - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Toen begon dus DE OUDSTE en zei: 'Wij drieën zijn al eens dertig jaar geleden hier geweest en maakten een lange reis van het verre morgenland hier naartoe, want wij zijn door een bijzondere ster daartoe opgeroepen en in de taal der sterren stond geschreven:'In het verre westen is bij het ontaarde volk van God een nieuwe koning geboren. Zijn lichamelijke moeder is een maagd die nooit door een man werd aangeraakt; want het kind in haar schoot is verwekt door de grote kracht van God, en zijn naam zal groot zijn onder alle volkeren der aarde, en hij zal een rijk vestigen en daarin als almachtig koning eeuwig heersen. En allen die in zijn rijk zullen leven zal het goed gaan; want over hen zal de dood geen macht meer hebben!'
Hoofdstuk 37: De wijzen uit Perzië - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] IK zei: 'O, over een kleinigheid! De twintig nieuwe leerlingen vroegen sommige van Mijn oude leerlingen die thuis gebleven zijn, naar de reden van deze hoge zee, en de oude leerlingen zeiden dat deze windstille hoge zee vast alleen door Mij om onbekende redenen, op wonderbaarlijke wijze veroorzaakt moest zijn. De nieuwe leerlingen willen dat echter niet helemaal accepteren en zeggen: 'Wij weten wel dat alles wat er gebeurt en ontstaat alleen van God de Heer afhangt; maar desondanks heeft Hij in de natuur door Zijn orde, gerechtigheid en wijsheid voor geheime krachten gezorgd die volgens Zijn wil werken. Weliswaar brengt Hij door Zijn wil de krachten eerst op gang; maar daarna werken de krachten direct en God door hen alleen indirect. Dat alles wat gewicht heeft naar beneden valt, heeft God oorspronkelijk zo ingesteld; maar nu drijft de op die wijze ingestelde kracht het eigen lichaamsgewicht vanzelf naar beneden. Zo heeft God oorspronkelijk het water zwaar en vloeibaar gemaakt. En juist deze door Hem gegeven eigenschap is nu ook de geheime kracht van het water die het van de hoogte onweerstaanbaar naar de diepte laat stromen, zonder dat God daarbij steeds hoeft in te grijpen om het water en de beken, rivieren en stromen verder te stuwen. En zo zal het nu ook bij deze windstille zeebeweging zijn; alleen is deze juist door de algehele windstilte opvallender dan wanneer die door een sterke, machtige orkaan zou zijn opgezweept. ' Daarom vroegen zij juist de reeds veel ervarener leerlingen door welke geheime kracht God nu deze beweging opgeroepen kon hebben.
Hoofdstuk 57: De springvloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[17] En IK keek hen allen vriendelijk aan en zei: 'Jullie vechten om de waarde van een plukje schapewol! De nieuwe leerlingen hebben gelijk, maar de oude leerlingen ook; want in algemene zin hebben de nieuwe leerlingen gelijk, en nu in dit speciale geval de oude leerlingen. Want deze beweging van de zee die jullie nu zo erg vreemd voorkomt, ontstaat niet door een indirecte kracht, maar direct door Mijn wil.
Hoofdstuk 57: De springvloed - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[11] Geestelijke kracht is echter duidelijk van een hogere orde dan natuurlijke kracht. Als je geen geestelijke kracht hebt, heb je die nu eenmaal niet, en zonder in het bezit te zijn van die grotere en hogere geestelijke kracht kun je dan ook evenmin diepere en meer geheime waarheden begrijpen en deze als zodanig gelovig erkennen, als dat je met te weinig natuurlijke kracht een berg kunt opheffen en wegdragen. Ik vind echter datje overal met liefde en geduld bij de mensen meer uitricht dan met die ernst die je nu zonder noodzaak tegenover mij hebt tentoongespreid. Heb ik gelijk of niet?'
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[13] Ik weet wel dat het jou hier, net als nu heel velen, aan geestelijke kracht ontbreekt om de diepe geheimen van God direct al te begrijpen; maar er is nog een heel goede middenweg, en die luidt volgens mij ongeveer zo: Als ik buitengewone dingen hoor of deze zelfs zie, blijf ik bescheiden en wacht zolang met mijn oordeel tot ik daar zo mogelijk van een andere kant betere uitleg over krijg; en is het me dan nog niet zo helemaal duidelijk dan zoek ik verder, en pas als ik geen hogere en betere uitleg krijg, ben ik gerechtigd te zeggen:'Dat begrijp ik niet en ik laat het aan anderen over die kundiger zijn dan ik om daar een oordeel over te vellen!' Maar meteen de staf breken over iets watje niet begrijpt is toch beslist nog minder wijs dan mijn reactie tegenoverjou!
Hoofdstuk 58: Petrus en de rijke inwoner van Kapérnaum - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[7] Kijk, voor de hele, eindeloos grote schepping neemt God zowel wat tijd als ruimte betreft steeds een en dezelfde wijze orde in acht! Zou het God dan soms onmogelijk zijn, zonder verwekking en zonder moederlichaam een van alle wijsheid en kracht voorzien mens te scheppen, net zoals het Hem mogelijk is in een oogwenk de bliksem uit de lucht te laten komen?! Beslist niet, en Ik Zelf heb jullie daarvoor de overtuigendste bewijzen gegeven!
Hoofdstuk 63: De reden van de menswording van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[12] Zoals echter bij iedereen die zich' op normale wijze ontwikkelt, eenmaal het moment zal komen dat hij het vermogen krijgt om hogere wijsheid in zich op te nemen, zo is nu, door God precies berekend, ten aanschouwe van jullie het moment voor de hele schepping aangebroken waarop alle gerijpte schepselen de gelegenheid geboden wordt uit hun oude graven van het gericht te stappen en volkomen aan God gelijk te worden, en daarom staat er ook in de Schrift, dat nu allen die in de graven waren en nog zijn, de stem van de Mensenzoon zullen horen en, als zij uit zichzelf rijp zijn geworden, op eigen kracht verder zullen gaan naar het eeuwige, ware en volkomen aan God gelijke leven.
Hoofdstuk 63: De reden van de menswording van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Kijk verder eens naar de echte cynici, leerlingen van de wijsgerige Griek Diogenes! Dat zijn zelfs ware vijanden van het leven, en zij verwensen een of andere kracht die hen zonder hun toestemming in het leven riep. Ze leven weliswaar heel zedelijk en nuchter, en verachten alle luxe, ja zelfs het minste levensgerief. Voor hen is de grootste weldaad de dood, waarachter zij geen leven meer verwachten, maar het totale niets, waar zij erg naar verlangen.
Hoofdstuk 68: De oorzaak van de vrees voor de dood - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[8] Toen ging de waard op zoek en bracht Mij een minstens tien pond zware steen. Ik nam de steen en slingerde die met grote kracht in het gat. Al gauw begon er uit het gat een geweldige rookzuil op te stijgen, die een sterke zwavelstank verspreidde.
Hoofdstuk 70: Het verzonken land - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[1] DE WAARD vervolgde: 'Maar hebben ruwe, kwade geesten wel zoveel kracht om zo'n aanmerkelijk stuk land, dat daarbij nog erg vast is, zo diep naar beneden te drukken ?'
Hoofdstuk 72: Invloed van geesten bij natuurlijke gebeurtenissen als toelatingen van de voorzienigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[6] Kijk, wie zo de schepselen van God beziet, ondervindt daarvan veel genoegen en vreugde! En Ik zegje dat zo'n beschouwing de mens meer kracht geeft dan een te vroeg gebruikte ochtendmaaltijd. Vind je dat nu ook niet?'
Hoofdstuk 75: Over het juiste bekijken van de natuur - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[10] Opdat echter de eenmaal geschapen mens als uit zichzelf vrij voort bestaat, zichzelf vormt en versterkt en vervolgens als uit eigen kracht vrij wordt in denken, willen en handelen, heeft God reeds van eeuwigheid een orde vastgesteld. Volgens deze orde moeten de eenmaal uit God naar buiten gebrachte ideeën zichzelf geleidelijk aan steeds meer van God afzonderen en uiteindelijk in zekere zin het gevoel krijgen dat ze los van God bestaan en volgens hun eigen mening een vrije wil krijgen en vrij handelen, opdat hun leven daardoor volkomen duurzaam wordt en zij dan door van buitenaf gegeven lessen van God als toekomstige goden geleid en als het ware op eigen grond en bodem tot levensvervolmaking gebracht kunnen worden.
Hoofdstuk 63: De reden van de menswording van God - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[2] IK zei: ' Zij hebben eigenlijk net zo weinig kracht als een slapende held; maar zo nu en dan wordt voor hun eigen ontwaken toegelaten dat er iets wat zulke slechte geesten in hun totaal krachteloze droomfantasie willen uitvoeren, en waartoe zij steeds nutteloze pogingen ondernemen, werkelijk gebeurt, volgens de wil van een hogere, volledig wakker zijnde, geestelijke macht. Als zoiets dan werkelijk gebeurt, schrikken zij plotseling wakker en zien hun ellende in. Daardoor komen dan sommigen door hun eigen wil uit hun kwade droomleven in een meer wakend bestaan, en dan passen zij daarna al meer op om niet weer in zulke kwade fantasieën te vervallen, opdat er niet weer iets boven hen instort en hen kwalijk toetakelt in hun veronderstelde vrije bestaan.
Hoofdstuk 72: Invloed van geesten bij natuurlijke gebeurtenissen als toelatingen van de voorzienigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
[19] Daarop legde Ik hem de handen op en gaf hem daardoor de kracht om in Mijn naam te handelen.
Hoofdstuk 79: Het afscheid van de herbergier te Kapérnaum. Het innerlijk woord als godsgeheim in het hart van een mens. (Ev. Joh. 7,1) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 6)
...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...