Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

5699 resultaten - Pagina 39 van 380

...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...
[7] RAPHAËL antwoordt: "De sterke lichtuitstraling wordt veroorzaakt door de buitengewoon snelle vlucht door de lucht. Er ontstaat een zeer grote wrijving met de luchtdeeltjes, waar hij hard tegen aandrukt omdat zij hem niet snel genoeg kunnen ontwijken. Op deze hoogte ontbrandt de lucht echter als zij teveel wordt samengeperst of teveel druk ondervindt en omdat de lucht in de gehele baan van zo'n meteoor steeds maar door ontbrandt, is het op de plaats waar zo'n meteoor zich in zijn baan bevindt altijd zo licht als de bliksem, en omdat achter de met zo'n hoge snelheid voort vliegende meteoor een luchtledig ontstaat, waarvan de wanden nog sterk door het vuur aangetast zijn, ziet men achter de meteoor ook altijd een staart, waarvan het felle gloeien afneemt en die op zichzelf alleen maar een verschijnsel en geen werkelijkheid meer is.
Hoofdstuk 233: De meteoor. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Toen slingerde Raphaël de steen met ontzettende kracht de lucht in en de dienstbare geesten joegen de steen gedurende een paar ogenblikken sneller dan de bliksem op een hoogte van enige klafters in kringen door de lucht. Behalve dat de steen een sterk suizend geraas veroorzaakte, gaf hij zoveel licht, dat de gehele wijde omtrek als op klaarlichte dag verlicht werd en de drie eigenlijk alleen maar één stralende, lichtende kring voor zich zagen omdat de vlucht van de steen te snel was om door een menselijk oog waargenomen te kunnen worden.
Hoofdstuk 233: De meteoor. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] De aanwezigheid van de geesten in de materie is echter gemakkelijk vast te stellen. Als zij tot buitengewone activiteit gedwongen worden, zullen jullie altijd, al naar gelang de kracht en sterkte der geestelijke activiteit, lichtstraling zien. Hoe sterker het licht, des te krachtiger is de activiteit van de in die materie actief geworden geesten.
Hoofdstuk 234: De wezen van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Hoe actief derhalve de geesten van de zonnelucht vooral aan haar oppervlakte zijn, bewijst het zeer sterke licht van de zon.
Hoofdstuk 234: De wezen van de materie. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] Geleidelijk aan komt het kind tot zelfbewustzijn en begint te dromen en te denken. Dat is het 'Er zij licht!' in de mens, opdat hij weet dat hij bestaat; -tweede stadium.
Hoofdstuk 235: De ontmoeting van Mathaël met de geest van Abraham. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[9] Deze deur moet geheel geopend zijn, opdat de overvloed van het goddelijke leven kan binnenstromen, en de deemoed, de zachtmoedigheid en het geduld zijn de drie wijd geopende ramen, waardoor het heilige woonvertrek van God in het mensenhart door het overweldigende, hemelse licht stralend wordt verlicht en met de overvloed van al het hemelse leven wordt verwarmd.
Hoofdstuk 241: Het rijk van God in het hart van de mens. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Wij danken jou, en door jou de Heer, voor deze heel belangrijke les, waardoor ik nu pas duidelijk weet wat ik in de toekomst zal moeten doen; zowel voor mijzelf als voor al diegenen, die door mij het heerlijke en reine licht uit God zullen ontvangen."
Hoofdstuk 242: Echt geestelijk leven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] De mens moet daarom zover gebracht worden dat hij het wezen van de dichtbijzijnde en ook van de verre dingen, in zichzelf ziet, zich daar bewust van wordt en deze dan in het levende licht van zo'n innerlijk bewustzijn bekijkt. Als hij het zóver heeft gebracht, wat echt niet onmogelijk is, heeft hij van ons daarover geen onderricht nodig!
Hoofdstuk 244: De vrije wil van de engel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[7] Ik neem de wil van de Heer echter gemakkelijker, duidelijker en sneller waar, dan jullie mensen, en dan maak ik mijn wil met de snelheid van de gedachte geheelondergeschikt aan de wil van de Heer, en daardoor moet ik dan evengoed gezien worden als een zuivere uitstraling van de goddelijke wil. Ondanks dat, heb ik toch een geheel vrije wil, en ik zou net als een mens tégen de wil van de Heer kunnen handelen. Dat is echter toch niet mogelijk, omdat ik de wijsheid in zo'n grote mate bezit dat ik, zelf licht zijnde uit het goddelijke oerlicht, te veel de eeuwige, onveranderlijke rechtvaardigheid van de goddelijke wil als het allerhoogste levensgoed van alle mensen, engelen en werelden erken, en daarom uit eigen overtuiging slechts de duidelijk herkende, goddelijke wil tot uitvoering breng, en dan de mijne altijd volkomen ondergeschikt maak aan de goddelijke.
Hoofdstuk 244: De vrije wil van de engel. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[23] Geloof dit, nu je dit hebt gehoord van je leraar en leider, die de waarheid liefheeft, en heb in je hart eerbied voor die ster, opdat haar licht ons rijkelijk stralen van zegen en genade moge schenken!"
Hoofdstuk 245: Op Venus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[1] Na deze toespraak tot zijn gemeente van de leraar en leider op de Venusaarde, werden de drie door Raphaël weer gewekt. Intussen was het echter al aardig licht geworden en minder dan een uur voor zonsopgang, en Mathaël verwonderde zich buitengewoon over datgene wat hij nu zo levendig had gedroomd. Hij vertelde de droom, en de anderen, Murel en Philopold, verwonderden zich nog veel meer, omdat zij precies hetzelfde gezien en gehoord hadden wat Mathaël als zijn droom vertelde.
Hoofdstuk 246: Voordelen van de Venus orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[6] Beste vriend, zeg ons eens, hebben de Venusmensen dan helemaal geen geest, geen liefde, geen vrije wil en geen begeerte?! Ze moeten toch kunnen denken en tellen, omdat hun leraar hen vóór alles de rekenkunde zorgzaam heeft aanbevolen. Maar als zij dat kunnen, moet er bij hen immers ook een of andere geestelijke vooruitgang mogelijk zijn!?"
Hoofdstuk 246: Voordelen van de Venus orde. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[8] Streef er daarom naar, dat dwaasheid en blind bijgeloof niet om zich heen grijpen temidden van Mijn leer van het leven en de ware kennis van God op de enige weg van de daadwerkelijke liefde. Deze liefde zal iedereen het ware licht en het juiste en onbegrensde inzicht geven in alles wat zich in de natuurlijke en geestelijke wereld voordoet! Dat is en blijft eeuwig de alleen ware en effectieve weg naar Mij en Mijn eeuwige rijk.
Hoofdstuk 2: Het lot van de plaatsen van Palestina. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[9] Ik, de eeuwige Liefde, ben alleen het Licht, de Weg, de Deur en het eeuwige Leven; wie ergens anders Mijn rijk van het licht wil binnendringen is als een dief en een rover, en zal reeds hier, maar nog meer eenmaal daar aan de andere zijde, in de buitenste duisternis uitgestoten worden. -Nu weten jullie wat je moet doen en wat in Mijn ogen terecht is. Handel daarnaar, dan volgen jullie de juiste weg!
Hoofdstuk 2: Het lot van de plaatsen van Palestina. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[7] Judas Iskariot zoekt echter zijn eigen vermaak en gaat helemaal alleen naar de geheel verwoeste stad om te onderzoeken hoe het er daar uitziet. Eertijds had hij immers horen vertellen dat de rijke Grieken daar enige straten met goud en zilver hadden willen plaveien. En hij had begrepen dat de rijken daar al uitgebreid mee begonnen zouden zijn. Hij sloop daarom naar de plaats van de brand om daar te gaan vissen naar goud, zilver en andere kostbaarheden zonder eigenaar.
Hoofdstuk 6: De hebzucht van Judas. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...