Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

15542 resultaten - Pagina 39 van 1037

...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...
[10] Dan zegt een andere Farizeeër op de achtergrond, die gedurende de gehele lange verhandeling heel rustig had geluisterd, zonder intussen de een of andere mening naar voren gebracht te hebben: 'Vrienden en broeders! Om deze wonderbare geschiedenis te begrijpen, moet je nuchter en uitgeslapen zijn; wij zijn echter allemaal meer of minder dronken van de avondmaaltijd en daarbij hebben we veel slaap! Hoe kunnen en willen we dan zo over zo'n wonderbare en tevens belangrijke en ernstige zaak een deugdelijk oordeel uitspreken?
Hoofdstuk 173: Vastgeroest in hun wereldse voorschriften. (4.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Een derde zegt: 'Van dat slapen zal zeker niets meer komen; want de anderen beginnen zich al klaar te maken voor het vertrek; daarom zal er voor ons wel niets anders overblijven dan hun voorbeeld te volgen. Want de weg naar de vlakte is lang en voor het opgaan van de zon zullen we nog lang niet in het dorp zijn!'
Hoofdstuk 173: Vastgeroest in hun wereldse voorschriften. (4.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[17] Een aantal zegt nu: 'Wel, het kan nu eenmaal niet anders! Degenen, die gerust hebben zullen zeker niet op ons wachten! Opstaan dus maar! Slapen doen we dan wel beneden in het dorp.' Nu staan allen op en gaan snel naar buiten.
Hoofdstuk 173: Vastgeroest in hun wereldse voorschriften. (4.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[24] Tobias gaat heel eerbiedig naar Mij toe en wil Mij alles vertellen, wat gedurende de nacht in zijn hut gebeurd was. Ik troost hem echter en zeg: 'Ik weet overal van! Als Ik het niet had geweten, hoe had Ik je dan op het juiste moment hulp kunnen zenden?! Laat het daarom maar rusten! Want wie zich voortijdig tegen Mij verheft, die zal de verzenen hard tegen de prikkels slaan! Wees dus maar niet bang! Want zulke onaangename dingen zullen je voortaan niet meer overkomen!
Hoofdstuk 173: Vastgeroest in hun wereldse voorschriften. (4.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[26] Na deze korte toespraak begeeft alles zich nu met Mij naar de top van de alpenheuvel en wacht verlangend op de zonsopgang, die ook niet meer zo lang op zich liet wachten.
Hoofdstuk 173: Vastgeroest in hun wereldse voorschriften. (4.5.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] En daarom moet niemand een zondaar haten omdat hij een zondaar is; iedereen doet goed en voldoende als hij de zonde alleen haat en verafschuwt! Maar een verharde booswicht, die één is geworden met de zonde, moet je geen hulp geven! Als hij daardoor echter voor zijn verbetering terecht in de ellende is gekomen, dan moet je aan hem denken, en als hij je wat vraagt, dan moet je daarnaar luisteren. En als je een misdadiger naar de galg ziet brengen moet je geen vreugde voelen over zijn treurige lot, ook al zou hij zijn misdaad waarvoor hij nu de dood in gaat aan jouw huis hebben gepleegd; want weet, dat het niet onmogelijk is dat zo'n misdadiger in de andere wereld zalig kan worden!
Hoofdstuk 174: Gedragsregels voor rechters en wetgevers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Maar nu gaan we weer naar beneden naar de hutten; Kisjonah heeft al een bescheiden morgenmaal klaargemaakt en wacht op ons met zijn vrouwen zijn dochters.'
Hoofdstuk 174: Gedragsregels voor rechters en wetgevers. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[1] We gaan nu snel naar beneden, en Kisjonah komt Mij al vlug tegemoet om Mij en alle leerlingen uit te nodigen voor de morgenmaaltijd, maar tevens verontschuldigt hij zich dat de tafels wat soberder voorzien zijn dan anders, want de voorraden waren op en hij had ze niet aan laten vullen omdat hij wist dat Ik vandaag -op de sabbat -weer bergafwaarts naar het dal zou gaan. Als het morgenmaal daardoor iets minder zou zijn dan anders, dan kwam dat niet omdat hij dat zo gewild had, maar omdat hij, geheel buiten zijn schuld, niet bij machte was om daar iets aan te veranderen!
Hoofdstuk 175: Sabbatsheiliging. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Kisjonah doet dadelijk wat Ik tegen hem zei, hoewel het hem wel wat tegen de borst stuit. De Farizeeën en hun genoten komen vlug van hun slaapplaatsen en haasten zich naar het morgenmaal, dat ze ondanks de sabbat heel haastig opeten; want ze zijn bang dat de zon, die weliswaar allang is opgegaan maar nog niet de hut bereikt heeft omdat deze naar het westen vlak bij een hoge rotswand is gebouwd, toch heel gauw de hut zou kunnen bereiken, en dan mochten ze pas weer eten na de ondergang van de zon, of in de tempel te Jeruzalem tijdens het breken van de toonbroden.
Hoofdstuk 175: Sabbatsheiliging. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Daarop antwoordt Matthéus: 'Geldt de sabbat dan alleen maar voor mij en niet voor jullie?! Wie begon er te twisten?! Er staat toch nergens geschreven dat je op de sabbat niet vlug mag lopen; daarentegen verlangen jullie zelfs dat men niet teveel moet treuzelen op de sabbat bij het gaan naar de synagoge, en dus overtreden wij zelfs jullie wet niet als wij vandaag op de sabbat wat sneller gaan dan op een andere dag. Beneden in het dorp staat een kleine synagoge waar wij, als wij vlug genoeg lopen, beslist nog op tijd kunnen komen; wat verlang je dan nog meer van ons?!'
Hoofdstuk 175: Sabbatsheiliging. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] De Farizeeën zeggen: ' Ja, daar hoor jij toch niet bij, die zich naar de synagoge en de scholen haasten! Het is toch belachelijk als een tollenaar over een synagoge praat! We zullen jou niet kennen?! Je bent meer een heiden dan een geboren Griek en toch praat je over ijver voor de synagoge, zwarte boosdoener?!'
Hoofdstuk 175: Sabbatsheiliging. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] Toen de toch al kwade Farizeeën dat zagen, liepen ze vlug naar Mij toe en zeiden met gewichtige gezichten: 'Ziet u niet, dat uw leerlingen op sabbat dingen doen die niet betamelijk zijn?!' (Matth.12:2)
Hoofdstuk 176: Aren lezen op de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ik zeg: 'Daar zul je echt goed aan doen. Maar Ik zal nu toch eerst met de leerlingen een school bezoeken ter wille van deze Farizeeën, opdat hun ergernis niet nog groter wordt. Ze zitten toch al in hun maag met Matthéus, omdat hij hun een poosje terug erop heeft gewezen dat wij terwille van de synagoge zo vlug lopen. Als we nu de school in het dorp voorbij lopen, dan loopt de maat bij hen over en beginnen ze herrie te schoppen; maar als we nu eerst toch in een school gaan, dan kunnen ze niets meer zeggen en dan kan jij ook zonder schaamte je rekening aan hen voorleggen, dat wil zeggen als de sabbat afgelopen is.' Na deze woorden ging Kisjonah rechtstreeks met de zijnen naar huls, waar hij alles geheel verzorgd aantrof.
Hoofdstuk 176: Aren lezen op de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Wij sloegen echter een beetje meer naar links een weg in naar de school, die op het hoogste punt van het dorp lag. Daar aangekomen betraden we direkt de zeer sporadisch bezochte school (Matth.12:9), en de Farizeeën volgden ons op de voet. Ze waren inwendig erg kwaad, omdat ze op de akker voor hun domheid door de leerlingen uitgelachen waren, toen Ik hun bezwaren tegen het aren plukken weerlegde.
Hoofdstuk 176: Aren lezen op de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[14] Maar Matthéus, die een listige spion was, sloop hen na en luisterde ze ongemerkt af, kwam al gauw bijna buiten adem terug en riep luid wat hij gehoord had. Toen zond Ik vlug een leerling naar Kisjonah en liet hem zeggen dat Ik vandaag uit voorzorg niet bij hem kon komen eten, omdat Ik de Farizeeën die Mij nu naar het leven stonden niet nog grotere misdadigers wilde maken dan ze al waren waarom Ik een tijdje uit deze streek verdwijnen zou. De leerling liep pijlsnel, en wist waar hij Mij weer kon vinden.
Hoofdstuk 176: Aren lezen op de sabbat. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  27 - 28 - 29 - 30 - 31 - 32 - 33 - 34 - 35 - 36 - 37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52  ...