Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

2232 resultaten - Pagina 5 van 149

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...
[12] De vijf dochters ontbraken niet en liepen als kuikens om Mij heen, ondervroegen Mij over zeer verschillende dingen van de oorspronkelijke schepping en over het ontstaan van zulke bergen, en Ik legde hun alles zodanig uit dat ze het begrijpen konden, Ook de vele leerlingen en veel mensen die ons begeleidden, luisterden als ze maar even konden mee naar Mijn uitleggingen en dat deed hun bijzonder veel genoegen.
Hoofdstuk 151: De berg beeft. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[8] Het is wel buitengewoon! Men kan nu als gelijken met deze wezens omgaan en praten. Waar ik me wel een beetje over verwonder, is, dat er hier onder de zeer vele geesten, waarvan ik er enige als persoon heel goed herken, geen aartsvader, geen profeet en net zo min een koning te zien is!'
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[13] Ik zeg: 'Je hebt gelijk; het is zoals je gevoel je dat ingeeft. Maar de geesten, die je nu met vele honderdduizenden voor je ziet, zien het verre westen en noorden niet zoals jij het nu ziet; want een geest ziet steeds alleen maar dat, wat met zijn innerlijk overeenstemt.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] De twaalf vertelden echter over het vele, dat ze in korte tijd beleefd hadden.
Hoofdstuk 154: De terugkomst van de twaalf apostelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[2] De ondervraagden gaven echter allemaal dezelfde beschrijving van wat ze gezien hadden. Daar keken de Farizeeën raar van op en ze begonnen onder elkaar vragen te stellen en zeiden; 'Hoe kan dat, hoe is het mogelijk dat ze allemaal op hetzelfde ogenblik hetzelfde visioen hebben gehad? Hoe kan een magiër alleen bij een paar mensen een visioen te weeg brengen en de anderen er buiten laten? Waarom zagen alleen zijn volgelingen iets, en waarom zagen wij niets? Nu zijn wij, getrouwe volgers van Mozes, door hem, die toch ook Jood wil zijn, verdoemd -en hoe! , zoals blijkt uit de beschrijving van het visioen. Maar van zijn kant bezien zou het toch veel raadzamer geweest zijn als hij ons het visioen had laten zien, zodat we daarna uit angst zijn leerlingen zouden zijn geworden. Maar hij is slim en laat ons zo'n spektakel niet zien; want hij is bang dat wij het direct zouden herkennen en het dan bij de juiste naam zouden noemen, en daardoor misschien vele van zijn aanhangers de ogen zouden openen zodat deze dan zouden zien wie hun beroemde meester was! We moeten tegen deze steeds gevaarlijker wordende mens strengere maatregelen treffen, anders groeit hij ons heel snel boven het hoofd, en dan komen de Romeinen en bezorgen ons allen een onprettige dood!'
Hoofdstuk 150: De bestraffing van de Farizeeën. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Kisjonah zegt: 'Heer, het is weliswaar wat vaag, en ik begrijp het nog niet, maar ik denk dat dat voorlopig ook helemaal niet nodig is. Maar omdat U, o Heer, hier nu zo vrijgevig bent met zulke wonderbaarlijke onthullingen, wat zou U er dan van denken om ons naast deze talloze vele geesten ook een paar engelen te laten zien?! Ik heb al veel over de aartsengelen, over de Cherubijnen en Serafijnen, horen vertellen, veel daarover in de Schriften gelezen en ik heb mij daarvan heel verschillende voorstellingen gemaakt die waarschijnlijk zeer onjuist en dus fout waren. U, o Heer, zou mij daarvan wel een juiste voorstelling kunnen geven, als dat Uw heilige wil was!' - Ook de vijf dochters, die de gehele tijd om Mij heen waren, vroegen Mij dat.
Hoofdstuk 152: De geestenwereld. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[18] Vrienden en broeders, luistert naar mij! Wij kennen de Schrift vanaf Mozes tot bijna aan onze tijd toe, en de boeken over de oorlogen van Jehova, waarvan Mozes en vele andere profeten melding maken, hebben we uit Perzië gekregen en de vertaling daarvan gelezen, omdat veel wijzen ze als echt aanmerken; maar van al de wonderen die daarin beschreven staan, is er ook niet een, dat te vergelijken zou zijn met datgene wat nu voor onze ogen gebeurt. Zoiets is niet alleen niet in Israël, maar in de hele wereld nog nooit gehoord! Wie moet dan wel Degene zijn, Die zulke daden doet, die buiten God echt niemand doen kan?!'
Hoofdstuk 154: De terugkomst van de twaalf apostelen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Binnen de muren van deze stad werden vele profeten vermoord. Ik ken ze állen, hun bloed riep in de hoogste hemelen om wraak op zulke erge misdadigers; maar de maat, die de hel aan deze stad gaf, is nog niet helemaal vol, en daarom werd ze nog gespaard. Maar binnenkort is de maat vol, en zij zal niet meer gespaard worden!
Hoofdstuk 163: Het einde van Jeruzalem. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] In een Grieks dorp was ik net klaar met mijn toespraak, maar men wilde niet zo bijzonder graag naar me luisteren, hoewel ik verscheidene van hun zieken heb genezen; dat ergerde mij en ik verliet toen dat domme nest. Toen ik echter moederziel alleen het dorp zo'n duizend pas achter mij gelaten had -want broeder Thomas wilde niet met mij mee naar Griekenland -, stak er een wervelwind op, en voor ik het wist hing ik al hoog in de lucht. Toen joeg een ongelofelijk sterke windvlaag mij in deze richting met die snelheid, die ik al beschreef -zodat ik tijdens de vlucht ook maar niet het geringste kon zien van wat zich op de aardbodem bevond, zelfs de zee zag er uit als een bliksemflits. Als er zich onderweg een rots of iets dergelijks in mijn vliegroute bevonden had, dan zou ik zeker in vele honderdduizenden druppels uiteengespat zijn, zonder dat ik vooraf daarover na had kunnen denken! Het was echter nog verbazingwekkender, o Heer, toen ik na die enerverende luchtreis hier heel zachtjes voor U neergezet werd!
Hoofdstuk 164: De luchtreis van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] 'Vriend', zeg Ik, 'je weet toch wie Ik ben, waarom vraag je dan, hoe Mij dat mogelijk is, of waardoor dat met jou gebeurde? Zijn bij God dan niet alle dingen mogelijk? Kijk naar de wolken! Wie draagt ze? Je hebt eerder al gehoord, hoe Ik aan allen een verklaring gaf over de aard van de aarde, de maan, de zon en vele andere sterren, die voor het merendeel voor jouw begrip eindeloos grote zonnen zijn.
Hoofdstuk 164: De luchtreis van Judas Iskariot. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] De oude zegt: ' Ja, Heer, ik geloof! Want ik heb vele wonderen van U gezien, en daarom geloof ik dat alles wat U zegt en wilt, gebeurt.'
Hoofdstuk 169: Over het lachen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] De in Nazareth gearriveerde drie wijzen met hun grote en schitterende schaar bedienden wisten toen niet waar ze naar toe moesten, gingen op naar Jeruzalem en deden daar ongelukkigerwijs bij de oude Herodes navraag naar de pasgeboren koning van Israël en goten daarmee. olie op het vuur! Herodes kon hen natuurlijk niets anders zeggen dan in de eerste plaats, dat hem dat totaalonbekend was, en in de tweed~ plaats dat als er iets van waar was, deze familie zich dan net als vele duizenden anderen in verband met de door de keizer verordende volkstelling, zeker in Bethlehem zou bevinden. Daarop haastten de drie wijzen zich meteen naar Bethlehem en vonden daar wat ze zochten.
Hoofdstuk 171: De verzinsels van Rhiba. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[5] De oude zegt: 'Ik ben weliswaar een Griek, dus volgens jullie mening een heiden die aan veel goden gelooft; maar in wezen ben ik net zomin een heiden als jij en ik geloof alleen aan één allerhoogst goddelijk wezen! Maar deze wonderdokter zou me er heel makkelijk toe kunnen brengen om aan al die vele goden te geloven; want als hij niet op z'n minst een halfgod is, dan ben ik geen mens meer!'
Hoofdstuk 182: Het morgengebed van Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[10] De ouden vragen: 'Heeft hij de vele zieken al genezen?'
Hoofdstuk 183: Ahab's list. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Als de niet Joden dit bij de Joden opmerken, zullen zij zich weldra met vele duizendmaal duizenden om de machtige Joden verzamelen en zeggen: 'Alleen de Jood is van God, door hem toont Gods almacht zich wonderbaar; hij is sterk en wijs en moet in eeuwigheid onze heer zijn!'
Hoofdstuk 185: Het smaden van de Heilige geest wordt nooit vergeven. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23 - 24 - 25 - 26  ...