Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

338 resultaten - Pagina 5 van 23

1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23
[19] Jullie allen hebben nu de gelegenheid, je ervan te overtuigen hoe zwaar dat zelfs Mij afgaat. Toch gebruik Ik een taal die vóór Mij nog nooit een ziener heeft gebruikt en Ik doe daden, waarvan men vóór Mijn komst nog nooit had gehoord! De gehele hemel staat open, engelen dalen af en dienen Mij en getuigen over Mij. Ondanks dat, zijn er zelfs leerlingen, die nu steeds bij Mij zijn en alles zien, horen en meemaken, bij wie het geloof nog altijd op een windvaan lijkt en op een zwakke rietstengel die door de wind, waar die ook vandaan mag komen, in iedere richting wordt gedraaid! Nu, hoe moet het dan wel met de andere, wereldse mensen staan!"
Hoofdstuk 167: De voorspellingen over de menswording van de Heer. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[10] Kijk, dochtertje, in zo'n geval telt de goede wil net zo zwaar als het volbrachte werk zelf en dat geldt eveneens voor duizenden en nog eens duizenden gevallen, waarbij door Mij alleen al de goede wil als het uitgevoerde werk beschouwd wordt.
Hoofdstuk 171: Het geestelijk opnieuw geboren worden. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[16] PHILOPOLD zegt: "Heer! Dat zal allemaal wel juist zijn en het kan ook wel zo zijn dat ik daarvoor de sleutel in mijn hart vind, maar voor U, o Heer, zou het toch een heel kleine moeite zijn, ons dit grote geheim te onthullen en daarbij zouden wij beslist heel aandachtig toehoren. Voor mij zal het echter een ontzettend zwaar karwei worden en uiteindelijk kan ik dan nog welverdiend worden uitgelachen!"
Hoofdstuk 182: De vergankelijkheid van alles wat in de hersenen wordt opgeslagen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[19] Ik zeg u: Daar heerst de vloek der hel en geen licht, geen weg, geen waarheid, geen liefde en daarom ook geen vrij leven, maar slechts een eeuwig gericht, dat de innerlijk door zichzelf vervloekten terneer drukt en zwaar geboeid houdt!
Hoofdstuk 185: De verheven luister. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[13] Daarbij zag hij er echter zeer bedremmeld uit, want hij wist dat koning Ouran niets zo zwaar bestrafte als leugen en diefstal. HELENA kreeg medelijden met de arme drommel, van wie eerder nooit enige ontrouw was gebleken en zij zei tegen hem: "Sta op en ga aan je werk! Het was niet netjes van je dat je je op zo'n lage manier hebt willen wreken op de leerling van de Heer, alleen omdat zijn gezicht je niet aanstond. Hij heeft je nog nooit iets anders misdaan dan datje hem, al sinds wij hier zijn, niet kunt lijden' Kijk, dat was slecht van je en je hebt daarvoor de zwaarste straf verdiend, want alles wat je hebt gedaan is mij nu bekend!"
Hoofdstuk 7: De ontrouwe dienaar van Helena. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[3] Geloof Me! Een ziel die eenmaal verlangt naar hogere kennis, geeft zich niet zo gemakkelijk over aan volledige daadloosheid! Het vergaat zo'n ziel als een pas verloofde jongeman die zielsverliefd is op het uitverkoren meisje. Het meisje, dat wel een meisje is maar geen eerzame maagd, tilt echter niet zo zwaar aan de liefde van haar verloofde en denkt: 'Voor hem honderd anderen!'
Hoofdstuk 21: Het wezen van de dorst naar kennis. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[11] Nu vraag ik, of de op het punt van kuisheid zwakke mens niet in ieders ogen veel vóór heeft op de ijskoude kuisheidsheld! Wat mij betreft wel! Hoe u, verheven Heer en Meester, daar over denkt, weet ik niet en dat kan ik ook niet weten. Om daarom ook op dit door Mozes verboden punt duidelijkheid te scheppen, teneinde niet steeds in de fnuikende angst te leven iedere keer dat ik zó geslachtelijke gemeenschap heb voor God gezondigd te hebben, en als de geslachtsdaad hoe dan ook altijd een zonde is, zult U, o Heer en Meester, ook wel een geneesmiddel daarvoor kennen, waardoor men de begeerte en de drang als een verkoudheid kan verdrijven! Want er is niets ellendigers voor een eerlijk mens dan steeds maar van een bepaalde kant geprikkeld te worden om te zondigen. De natuur dwingt het lichaam daartoe steeds maar door met onweerstaanbare kracht en, valt men als een van nature zwaar lichaam door de vrije lucht, dan heeft men echter ook meteen een doodzonde begaan! Dat is dan toch wel een beetje te erg, vooral voor een mens, die, god zij geprezen, nog steeds zo goed mogelijk hoofd en hart op de juiste plaats had. Dus daarover, Heer en Meester, zou ik van U ook graag een duidelijke uitleg willen krijgen! Want dat lijkt mij in ieder geval een van de neteligste punten te zijn!"
Hoofdstuk 214: Wat is onkuisheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 3)
[3] ZINKA antwoordt: "Het is de dierbare politiek waardoor het priesterdom bijna in alle tijden en in alle landen der aarde een zeker voorrecht bezit, zodat het veel kan doen wat voor de rest van de mensheid een misdaad zou zijn. De priesters zijn vermetel genoeg zich aan de andere mensen letterlijk als goden op te dringen, en naar believen tegenover iedereen de mond vol te hebben over het zogenaamde woord van God. En geen mens ageert daar tegen, en zelfs de keizer moet dat brutale spel tolereren vanwege het vanouds ingeprente bijgeloof van het volk, waardoor de mensen op de juiste, gehoorzaam deemoedige plaats worden gehouden en niet opstaan tegen de koning van het land als deze hun vaak moeilijk op te volgen wetten en zwaar drukkende schattingen oplegt.
Hoofdstuk 17: De politiek van de tempelpriesters. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Maar IDA zei daarop: "Toch wel, lieve zuster! Op de laatste avond, toen de bouw gereed was en onze pleegvader de oude Jozef het werk betaalde maar op zijn koopmansmanier daarbij ettelijke groschen aftrok, ging deze heilige naar de koopman toe en zei: 'Doe dat niet, want dat zal u geen zegen brengen! U bent weliswaar heiden, maar u gelooft aan de God der Joden. En weet, deze machtige God woont in Mijn hart en als Ik het Hem vraag, geeft Hij Mij dat wat Ik heb gevraagd! Hij woont ook in het hart van allen die rechtvaardig voor Hem zijn, en verhoort gaarne hun vragen. Als u hardvochtig zou zijn tegen Jozef, die zwaar werk bij u moest verrichten, dan zou Ik Mijn God en Vader vragen om het u te vergelden en u zou daarvoor weldra heel slecht beloond worden! Bedenk dat het niet goed is diegenen te beledigen waar God één mee is!' Maar mijn pleegvader had daar geen oren naar en hield vast aan zijn korting. De oude timmerman zei echter: 'Luister, ik ben eerlijk en zeg het u eerlijk: Die paar groschen maakten juist mijn hele winst uit bij dit zware werk en daarmee zou ik mijn huishuur hebben kunnen betalen! Maar omdat u, een rijk mens, daar zoveel waarde aan hecht, mag u ze houden, u behoudt ze echter onrechtmatig en dat is nooit goed!'
Hoofdstuk 32: Een gebeurtenis uit Jezus' jongelingsjaren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] En weet je, zo staat het er met alle wereldse rechtspraak op de lieve aarde voor! Voor de lichamelijke ziekten en gebreken zijn er dokters te vinden die allerlei medicijnen bereiden. Alleen voor de ziekten der arme zielen zijn er geen andere doktoren en geneesmiddelen dan eerst een heel zwaar boek vol wetten die vaak zeer moeilijk te houden zijn -en achter de wetten het rechtsprekende zwaard!
Hoofdstuk 36: Zielsziekten en hun behandeling. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[5] Mochten evenwel wereldse mensenzielen die door eigen schuld zwaar ziek geworden zijn, uit pure waanzin het een of andere herstellingsoord voor zielen proberen te gronde te richten, dan zal Ik hen wel door een doeltreffend buitengewoon gericht weten aan te pakken, en de genezing van hun ziel in herstellingsoorden in het hiernamaals weten voor te schrijven. Daar zal tot aan hun genezing, die slechts zeer langzaam tot stand komt, veel gehuil en tandengeknars worden gehoord!
Hoofdstuk 37: Herstellingsoorden van zielszieken, en de zieleartsen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[6] Reeds op deze wereld smaakt een krachtig werkend medicijn voor het lichaam meestal erg bitter. Nog bitterder zullen de medicijnen voor het genezen van de ziel in het hiernamaals smaken, omdat zij erg sterk moeten zijn teneinde een zwaar zieke ziel daar nog te genezen, omdat hier geen genezing meer mogelijk was. Ja, genezen zullen ze wel worden, maar het zal lang duren en er uiterst bitter toegaan! Daarom gelukkig degene die zijn ziel in deze aardse herstellingsoorden gezond zal maken!
Hoofdstuk 37: Herstellingsoorden van zielszieken, en de zieleartsen. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Maar niet jullie toorn en jullie wraakgevoelens moeten hen opgesloten houden, maar jullie grote naastenliefde en de daarmee zeer nauw verbonden, diepgevoelde zorg voor hun eventuele, volledige genezing! Als de ware geest van de liefde jullie in zal geven dat bij de een of andere zwaar zieke een bitter smakend geneesmiddel nodig is, bespaar het hem dan niet, omdat dat een erg onrijp en misplaatst medelijden zou zijn! Maar slechts uit ware liefde moeten jullie de zwaar zieke een bitter geneesmiddel toedienen, dan zal het hem ook zeker de gewenste genezing brengen, en jullie zullen dan rijk gezegend worden!
Hoofdstuk 38: Ware gerechtigheid. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[13] Weliswaar is er nu al veel openbaar geworden, maar nog niet alles, en omdat het bekennen je wat zwaar valt, zal ik dat wat gemakkelijker voor je maken door in jouw plaats volkomen naar waarheid te vertellen wat mij uit jouw leven zonneklaar bekend is!"
Hoofdstuk 63: Zorels afkomst en verwantschap. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
[2] Dit is de enige beweegreden waarom ik wens jouw volmaaktheid te bereiken. Laten de eisen die daardoor aan mijn leven gesteld worden, zijn wat zij willen, ik zal ze zeker nakomen, want als ik wat wil is geen offer mij te zwaar! Het wordt gebracht, zelfs ten koste van mijn lichamelijke leven! Want welke waarde kan een leven hebben als het uit enkelonvolmaaktheden is opgebouwd?! Met de onvolmaaktheid kan men niets volmaakts bereiken, -waarlijk, naar iets onvolmaakts verlang ik beslist niet meer!
Hoofdstuk 77: Zorels besluit om zich te verbeteren. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 4)
1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17 - 18 - 19 - 20 - 21 - 22 - 23