Boeken lezen en zoeken

Tekst:   Boek:Hfs:

16418 resultaten - Pagina 49 van 1095

...  37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62  ...
[2] Men kan zich voorstellen wat voor gezicht Jaïrus getrokken zal hebben, toen de door hem gestuurde boodschappers het bericht brachten dat Ik hen door Baram had laten geven.
Hoofdstuk 228: De dokter uit Nazareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Jaïrus riep snel alle doktoren uit de wijde omgeving bij elkaar ook die uit Nazareth werd gehaald; want deze had een heel goede naam als wonderdokter omdat hij als het ware een leerling van Mij was, en hij ook door eenvoudige handoplegging zwaar zieken in een oogwenk had genezen.
Hoofdstuk 228: De dokter uit Nazareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[12] Dan zegt Borus, de dokter uit Nazareth die van geboorte een Griek was: ' Ah - hinc ergo illae lacrimae?! (hetgeen betekent: Daarom huil je dus!) Luister! Ik ben, zoals u allemaal wel weet, een Griek en heb dus met uw theologie niets te maken, hoewel ze mij beslist niet onbekend is. Het zij verre van mij, om uw Mozes en al de andere door uw voorouders mishandelde profeten af te keuren; want hun leringen en vermaningen zijn beslist niet anders dan die, welke mijn beste vriend Jezus u ingeprent heeft, en zij zijn daarom ook vol waarheid en vol goddelijke geest.
Hoofdstuk 228: De dokter uit Nazareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[15] Maar als de goddelijke Jezus, door Wie God toch zo overduidelijk werkt, nu net als een Jesaja u op uw enorme gebreken wijst en u als een echte vriend weer naar God wil terugbrengen, waar u zich zo heel ver van verwijderd hebt, - Dan vraag ik u: Verdient Hij daarvoor zo'n behandeling van u?!
Hoofdstuk 228: De dokter uit Nazareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[22] De Farizeeën schrikken ontzettend bij het zien van dit dood en verderf zaaiende flesje, waarin een krachtig en snel dodend gif bewaard werd, dat door haar zeer doordringende en zich buitengewoon snel verspreidende geur ieder, wiens neusgaten het bereikt, verdooft en doodt.
Hoofdstuk 228: De dokter uit Nazareth. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Wij mensen hebben een gevoelige huid en een nog gevoeliger maag; deze twee willen tevreden gesteld worden, en daarom blijft ons niets anders over dan het verstand en de rede maar aan de kapstok te hangen en met de stroom mee te gaan, of als een verachte bedelaar ergens in een hoek van de aarde dood te gaan als wild, dat door een geworpen steen verwond is.
Hoofdstuk 229: Het verweer van Jaïrus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Wie meer geeft om het goede leven en een schitterende reputatie in de wereld dan om de goddelijke waarheid, die raakt, al heeft hij nog zo'n goede inborst, in zulke vragen en overwegingen verzeild, trekt zich dan uit het goddelijke licht in de duisternis van de wereld terug en verloochent op die manier God en al Zijn licht, -en als men vraagt: Waarom? - Wat noodzaakt zijn hart daartoe? Wel, niets anders dan zijn hang naar alle soorten van luxe! Gulzig grijpt hij daarom naar alles waarmee hij zich een goed leventje kan verzekeren; en als hij dan vaak met veel moeite en inspanning datgene bereikt, waar hij zijn wereldse zinnen op heeft gezet, gooit hij alle waarheid over boord; en bij het geringste teken dat hij door haar iets af zou moeten staan van zijn prachtige vaste welvaart, tiranniseert hij alles, wat ook maar een vonkje echte waarheid in zich heeft.
Hoofdstuk 229: Het verweer van Jaïrus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Joses zegt daarop: 'Heer en broeder! Dat heeft vader Jozef ons al geleerd, en daarom hebben wij de kleine bezitting in Nazareth dan ook nooit als een soort eigendom gezien, maar zuiver als een voor deze korte aardse levenstijd door God geleende zaak, waarvoor we Hem ook dagelijks met Jou Zelf gedankt hebben en wij hebben Hem daarnaast ook altijd gebeden, dat Hij dit kleinood voor ons wilde bewaren voor ons noodzakelijke aardse onderhoud. Zolang het Zijn heilige wil was heeft Hij het ook bewaard; maar nu zeg ik met Job: De Heer heeft het ons gegeven, en toen Hem dat behaagde, heeft Hij het ook weer van ons genomen. Zijn wil, die alleen heilig is, geschiede, en Hem alleen zij alle eer, alle lof en alle prijs! Wat God neemt, dat kan Hij rijkelijk teruggeven. Nu, als Je aardse broers en zusters vinden we dat in orde; maar al onze werktuigen en al ons huisraad heeft men ons ook afgenomen. We dachten toch wel, dat we dat terug zouden krijgen of dat we minstens iets anders bruikbaars daarvoor in de plaats zouden krijgen.
Hoofdstuk 230: Jozefs dood en zijn getuigenis over Jezus. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[4] Zij willen van Kapérnaum uit in de wijde omtrek een aantal schandelijke beslagleggingen en afpersingen uit gaan voeren, en vannacht om het middernachtelijk uur zullen zij allerlei vee, graan, wijn en alle mogelijke gereedschappen naar Jeruzalem brengen om daar te verkopen. Maar dat gebeurt niet via de officiële weg, maar langs een sluipweg die zij zelf door het gebergte hebben gebaand.
Hoofdstuk 231: Booswichten in de val. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[6] Om al uw tollen echter te ontlopen, hebben de rijke Farizeeën door herendienstplichtigen al op Samaritaans gebied een sluipweg door het gebergte laten maken, en via deze weg doen ze vandaag de eerste poging.
Hoofdstuk 231: Booswichten in de val. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[7] Ongeveer twee duizend passen hiervandaan het dal in naar Kana zullen ze het dal inkomen op de plaats, waar een door ons gebouwde brug over de beek voert, en waar de weg, die nog lang over uw grond doorloopt, over de beek gaat en aan de linker kant van het dal omhoog naar Kana gaat; we hebben echter vroegtijdig tegen de tweehonderd goed bewapende opzieners, wachters en gerechtsdienaars op de beste punten opgesteld. Ik beloof u, vader en heer, dat er geen muis doorheen komt! We zullen deze oerslechte booswichten wel eens kennis laten maken met Jehova, zodat ze hun leven lang aan Hem zullen denken!'
Hoofdstuk 231: Booswichten in de val. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] Maar voor het feit dat ze zonder mijn toestemming door mijn bergen en bossen een weg hebben aangelegd, worden ze door de Romeinse rechter, die hier in mijn huizen zijn kantoor gevestigd heeft, tot duizend pond zilver veroordeeld; twee derde daarvan is voor de keizer en één derde voor mij volgens de plaatselijke wet.'
Hoofdstuk 231: Booswichten in de val. - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[3] Enigen klagen. echter over pijn, die door de pakriemen veroorzaakt is; een aantal had bloedige plekken op hun tengere lijf; want, omdat ze huilden heeft men ze geslagen, omdat door hun huilen de hele karavaan verraden kon worden. De meesten waren naakt; want met kleren aan had de een of de ander hen misschien op de weg van Kapérnaum naar Sibarah, waar men ook omheen getrokken was, kunnen herkennen en dan de karavaan ergens kunnen verraden. Dus moest er ook voor de noodzakelijkste kleding gezorgd worden.
Hoofdstuk 232: Voorbereiding voor de rechtszaak. (12.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[9] 'Broeder, zend vóór alles met de meeste spoed een door het keizerlijke gerecht alhier beëdigde boodschapper naar overste Cornelius in Kapérnaum, opdat hij een commissaris hierheen zendt om de twaalf zondaren te ondervragen en een oordeel over hen uit te spreken, en om alle belanghebbenden, die de twaalf zullen moeten noemen, hun geroofde vee, maar vooral hun kinderen in zo kort mogelijke tijd terug te geven! Want het hier aanwezige speciale gerechtshof is te klein voor dit zeer grote spitsboevenproces en ook niet competent voor dit soort gevallen. Maar Mijn naam moet er beslist buiten gelaten worden!
Hoofdstuk 232: Voorbereiding voor de rechtszaak. (12.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
[11] Daarom is er maar één twistpunt, waarvoor ze door het gericht veroordeeld kunnen worden tot een grote schadevergoeding, en dat is de schade, die ze aan jouw bossen aangericht hebben. Daarvoor zullen alle panden die zich nu in jouw handen bevinden, bij lange na niet voldoende zijn, ook niet inclusief het geld dat ze bij zich hebben.
Hoofdstuk 232: Voorbereiding voor de rechtszaak. (12.7.1852) - Jakob Lorber - Het Grote Johannes Evangelie (deel 1)
...  37 - 38 - 39 - 40 - 41 - 42 - 43 - 44 - 45 - 46 - 47 - 48 - 49 - 50 - 51 - 52 - 53 - 54 - 55 - 56 - 57 - 58 - 59 - 60 - 61 - 62  ...